Artikelen bij COM(2017)651 - Voltooiing van de agenda voor betere regelgeving: betere oplossingen voor betere resultaten

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

Straatsburg, 24.10.2017

COM(2017) 651 final

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

Voltooiing van de agenda voor betere regelgeving:
betere oplossingen voor betere resultaten

{SWD(2017) 675 final}


1.Inleiding: betere regelgeving binnen de Commissie

Deze Commissie is halverwege haar mandaat. Zij blijft zich richten op het verwezenlijken van de initiatieven ter ondersteuning van de tien beleidsprioriteiten 1 ten behoeve van de burgers van de Unie: groei en banen ondersteunen, de interne markt beter laten functioneren, bedreigingen voor de veiligheid aanpakken, consumenten en werknemers beschermen en de volksgezondheid en het milieu verbeteren. Uit het werkprogramma voor 2018 2 blijkt opnieuw dat de Commissie de nadruk legt op de grote problemen waarvoor Europese oplossingen nodig zijn. Het programma omvat maatregelen om de digitale eengemaakte markt en de energie-unie tot stand te brengen, billijke belasting voor bedrijven en sociale rechtvaardigheid te waarborgen, de kapitaalmarktenunie te voltooien, de Economische en Monetaire Unie en de bankenunie te versterken, door te gaan met de bestrijding van terrorisme en een blauwdruk op te stellen voor het volgende meerjarige financiële kader van de Unie.

Verbetering van de regelgeving is de drijfveer voor al het werk dat de Commissie verricht om ervoor te zorgen dat de EU doet wat nodig is en dat ook goed doet. De Commissie heeft daarom in 2015 een aantal afgewogen beginselen en maatregelen opgesteld 3 rond drie pijlers:

–effectbeoordeling: nieuwe voorstellen gaan vergezeld van een effectbeoordeling, waarbij wordt nagegaan hoe de beleidsdoelen zo efficiënt mogelijk kunnen worden verwezenlijkt, zonder dat onnodige lasten worden opgelegd;

–„eerst evalueren”: bij elke herziening van bestaande wetgeving wordt nagegaan wat de mogelijkheden zijn voor vereenvoudiging en kostenvermindering, aan de hand van analyses en input van belanghebbenden;

–betrokkenheid van belanghebbenden: betere regelgeving moet worden ondersteund door een actieve inbreng van het maatschappelijk middenveld, met input van belanghebbenden in alle stadia van de beleidscyclus en feedback door gebruikmaking van een aantal instrumenten en overlegactiviteiten.

Deze aanpak van betere regelgeving geniet brede steun van de belanghebbenden, waaronder het Europees Parlement 4 en de Raad 5 . Al in 2015 heeft de OESO het effectbeoordelingssysteem en het evaluatiesysteem van de Commissie respectievelijk de derde en de vijfde plaats gegeven op de ranglijst van alle OESO-leden 6 . De Commissie heeft daarna in mei 2015 verdere verbeteringen ingevoerd en in 2016 zijn het Europees Parlement, de Raad en de Commissie het eens geworden over een interinstitutioneel akkoord over beter wetgeven 7 . Vervolgens heeft de Commissie in december 2016 een meer strategische aanpak van de handhaving van de EU-wetgeving gepresenteerd 8 . In de loop van 2017 zijn er nog drie andere belangrijke ontwikkelingen geweest wat betreft de manier waarop de Commissie voor betere regelgeving zorgt.

–Ten eerste is de Commissie doorgegaan met haar inspanningen ter versterking van de transparantie, legitimiteit en verantwoording van haar werkzaamheden, met name wat betreft het raadplegingsproces en de mogelijkheden voor belanghebbenden om feedback te geven op haar voorstellen (zie punt 2.2). Uiterlijk eind 2017 zal de website voor inspraak in de totstandkoming van de wetgeving operationeel zijn, waarmee belanghebbenden inbreng kunnen geven in de werkzaamheden van de Commissie gedurende het gehele wetgevingsproces 9 .

–Ten tweede heeft de Commissie in 2017 de laatste hand gelegd aan een grondige herziening van de richtsnoeren en de instrumenten voor betere regelgeving in de hele beleidscyclus 10 . Ze zijn primair bedoeld om de verschillende stappen van het proces van beleidsvorming binnen de Commissie te verduidelijken en te benutten en de diensten van de Commissie te steunen bij hun werkzaamheden ter verbetering van de regelgeving, maar worden ook ter beschikking gesteld van het Europees Parlement, de Raad, de lidstaten en alle belanghebbenden. Het doel is de betrokkenheid van al deze actoren bij het Europese beleidsvormingsproces te faciliteren.

–Ten derde heeft de Raad voor regelgevingstoetsing sinds begin 2017 haar personeel aangesteld, waaronder ook de drie leden van buiten de Europese instellingen. Dit onafhankelijke orgaan 11 controleert de kwaliteit van de effectbeoordelingen en van een aantal evaluaties van bestaande wetgeving. Alle adviezen van de Raad voor regelgevingstoetsing zijn openbaar. Bij elke effectbeoordeling is in beginsel een positief advies vereist, voordat het desbetreffende initiatief door kan gaan. Mocht de Commissie besluiten om toch met een maatregel door te gaan als een positief advies ontbreekt, dan geeft zij publiekelijk aan waarom zij daartoe heeft besloten. Daarnaast biedt de Raad voor regelgevingstoetsing praktisch methodologisch advies aan de diensten van de Commissie. De Raad onderzoekt nu ook sommige evaluaties en vraagt dan systematisch of — in overeenstemming met het beginsel „eerst evalueren” — er een evaluatie is verricht ter ondersteuning van de effectbeoordeling bij wijziging van wetgeving.

Figuur 1 geeft een overzicht van de belangrijkste activiteiten op het gebied van betere regelgeving en laat zien dat de afgelopen twaalf maanden heel wat werk is verzet. In de overige gedeelten van deze mededeling worden meer details geboden over deze ontwikkelingen. De lopende werkzaamheden in het kader van het Refit-platform worden belicht met betrekking tot het verzamelen en analyseren van gegevens en de standpunten van belanghebbenden over de vereenvoudiging van de bestaande wetgeving. Verder wordt ingegaan op de verbintenissen die de Commissie is aangegaan bij het Interinstitutioneel Akkoord over beter wetgeven (met name punt 48) en de conclusies van de Raad 12 , en op verdere maatregelen om de ambitieuze agenda voor betere regelgeving van de Commissie te realiseren. Meer informatie over de activiteiten op het gebied van vereenvoudiging zijn opgenomen in het werkdocument van de diensten van de Commissie dat bij deze mededeling gaat. 

Figuur 1. Activiteiten op het gebied van betere regelgeving sinds de aanvang daarvan bij de Commissie

Tot en met 31 augustus 2016Tot en met 31 augustus 2017
Evaluaties688798
Effectbeoordelingen9751 028
Openbare raadplegingen704814
Adviezen Refit-platform1758

2.Toepassing van betere regelgeving: voornaamste resultaten

2.1.Grote zaken groot aanpakken: rekening houden met subsidiariteit en evenredigheid

De Commissie-Juncker richt zich in het bijzonder op tien politieke kernprioriteiten en blijft voornemens om alleen op EU-niveau op te treden waar dat noodzakelijk is en alleen voorstellen in te dienen waar dat essentieel is om de gewenste resultaten te bereiken. Zij zal optreden waar dat noodzakelijk is op basis van de gegevens die zijn verzameld via de verschillende instrumenten voor betere regelgeving en waar dat optreden meerwaarde biedt. Figuur 2 illustreert dit voornemen van de Commissie, dat tevens het mainstreamen van horizontale doelstellingen, zoals duurzaamheid, op alle beleidsterreinen moet vergemakkelijken. Waar op een aantal gebieden, zoals energie en klimaat, vervoer, de digitale eengemaakte markt en de interne markt, een sectorale aanpak is gevolgd, zijn instrumenten voor betere regelgeving toegepast om binnen de betrokken sectoren de samenhang te waarborgen en onnodige kosten en overlapping te voorkomen.

Er zijn effectbeoordelingen uitgevoerd voor de overgrote meerderheid van deze initiatieven. De vereiste input en gegevens voor een effectbeoordeling zijn echter niet altijd beschikbaar als het gaat om acties waarbij een onmiddellijke beleidsrespons vereist is. Dit was het afgelopen jaar bijvoorbeeld het geval op het gebied van migratie en veiligheid. De Commissie heeft in deze gevallen echter wel degelijk in de mate van het mogelijke de noodzaak van de maatregelen aangetoond, en in de paar gevallen waarin dat niet mogelijk was, heeft zij uitgelegd waarom.

Figuur 2. Aantal prioritaire initiatieven van de Commissie-Juncker in 2015–2018 t.o.v. het laatste jaar van de vorige Commissie


De Commissie concentreert zich niet alleen op de belangrijkste prioriteiten, zij blijft er ook continu op toezien dat haar maatregelen evenredig zijn met het beoogde doel. Zij brengt jaarlijks verslag uit over de substantiële werkzaamheden die zij verricht op het gebied van subsidiariteit en evenredigheid. Een belangrijk instrument is de onafhankelijke toetsing van de beleidsopties door de Raad voor regelgevingstoetsing, die plaatsvindt voordat de Commissie haar voorstellen vaststelt. De Raad voor regelgevingstoetsing controleert de onderzochte opties voor vereenvoudiging van de wetgeving en alle relevante effecten (bijvoorbeeld op het midden- en kleinbedrijf) die kunnen resulteren in een meer doelmatige, doeltreffende of evenredige aanpak waarbij onnodige kosten worden voorkomen. In tekstvak 1 zijn enkele voorbeelden te vinden.

Tekstvak 1. Voorbeelden van betere regelgeving die tot een meer proportionele aanpak heeft geleid

·Voorstel voor het vrije verkeer van gegevens op de digitale eengemaakte markt (COM(2017) 495). De Raad voor regelgevingstoetsing uitte bezwaren ten aanzien van de noodzaak en de evenredigheid van de optie om te interveniëren in contracten tussen ondernemingen teneinde de overdracht („portabiliteit”) van gegevens tussen aanbieders van clouddiensten efficiënter te maken. De Commissie koos er daarom voor om zelfregulering in de vorm van gedragscodes te stimuleren, waar het gaat om de informatie die moet worden verstrekt aan gebruikers van diensten voor de opslag van gegevens of andere verwerkingsdiensten. Zij besloot tevens dat zelfregulering de beste optie was voor het vaststellen van beste praktijken inzake overstap en portabiliteit.

·Voorstel voor een richtlijn ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (COM(2016) 767). Zoals in de toelichting bij het voorstel is uiteengezet, werden minder ingrijpende maatregelen voorgesteld naar aanleiding van bezwaren van de Raad voor regelgevingstoetsing inzake de evenredigheid (en de overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel) van de eerder voorgestelde maatregelen ter bevordering van het gebruik van hernieuwbare energie in de sector verwarming en koeling.

·Normalisatiebeleid van de EU. Belanghebbenden moeten voor hun activiteiten de geharmoniseerde technische normen van de EU toepassen. Er zijn problemen geweest met de tijdige publicatie van de referenties van deze normen in het Publicatieblad van de EU. Op basis van de aanbevelingen van het Refit-platform hebben de Commissie en de Europese normalisatie-instellingen overeenstemming bereikt over een actieplan om het probleem op te lossen.

2.2.Transparantie, legitimiteit en verantwoordingsplicht

In de loop van 2016 en 2017 heeft de Commissie bijzondere nadruk gelegd op vergroting van de legitimiteit van haar optreden. In het belang van de democratische legitimiteit streeft zij ernaar de strengste normen inzake transparantie en verantwoording in acht te nemen, overeenkomstig prioriteit 10 van haar politieke richtsnoeren („Een Unie van democratische verandering”). Burgers en belanghebbenden verwachten terecht zelf invloed te kunnen uitoefenen op de besluitvorming, de bewijzen te kunnen onderzoeken, en te mogen weten wie nog meer invloed probeert uit te oefenen op de besluitvorming. De Commissie heeft het goede voorbeeld gegeven wat betreft transparantie waar het gaat om de contacten met belangenvertegenwoordigers: zij past het beginsel toe dat de commissarissen, de leden van hun kabinetten en de directeuren-generaal alleen belangenvertegenwoordigers ontmoeten die in het transparantieregister zijn opgenomen en informatie over deze ontmoetingen op hun websites bekendmaken. Bovendien is inschrijving in het transparantieregister nu ook vereist voor organisaties en individuele deskundigen die een gemeenschappelijk belang vertegenwoordigen, als zij lid willen worden van de deskundigengroepen die de Commissie adviseren. In september 2016 heeft de Commissie een voorstel ingediend voor een juridisch bindend interinstitutioneel akkoord inzake een verplicht transparantieregister, dat zou gelden voor de Commissie, het Europees Parlement en voor het eerst ook de Raad. Dat zou een belangrijke stap zijn in de richting van meer transparantie op het gebied van lobbyactiviteiten.

De Commissie vindt het contact met belanghebbenden en burgers gedurende de hele beleidscyclus van groot belang 13 . Zij heeft aanzienlijke investeringen gedaan in hulpmiddelen om beter met burgers en andere belanghebbenden te communiceren over haar activiteiten. Ondanks de beschikbaarheid van deze instrumenten is het duidelijk dat het participatieniveau nog niet is wat het zou kunnen zijn en dat sommige belanghebbenden nog steeds niet bereid of in staat zijn mee te werken. De Commissie heeft aanvullende maatregelen genomen om dit probleem aan te pakken, zoals:

·de belanghebbenden, onder wie het Refit-platform 14 , hebben zich bezorgd getoond omdat het vaak niet duidelijk was wat de Commissie met hun input doet. Zij zal daarom in haar effectbeoordelingen, evaluaties en verslagen betere feedback geven over de standpunten van de belanghebbenden, zodat zichtbaar is hoe van hun reacties gebruik is gemaakt;

·om ervoor te zorgen dat de juiste belanghebbenden zo effectief mogelijk worden benaderd om hun standpunten en belangrijke gegevens te verkrijgen, heeft de Commissie strakkere richtsnoeren opgesteld voor Commissiediensten, om deze te helpen bij het formuleren van een duidelijke raadplegingsstrategie voor elk initiatief dat in routekaarten en aanvangseffectbeoordelingen wordt gepresenteerd;

·om een zo breed mogelijk publiek te bereiken en feedback te faciliteren, zijn openbare raadplegingen voor belangrijke initiatieven voortaan beschikbaar in alle officiële talen van de EU, terwijl andere raadplegingen in ieder geval in het Engels, Frans en Duits zullen worden gepubliceerd. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan de bezorgdheid van het Europees Parlement, de Europese Ombudsman, belanghebbenden en burgers;

·de Commissie heeft op 1 juli 2016 een website opgestart die voor burgers en belanghebbenden als centraal toegangspunt fungeert voor informatie over de beleidsvorming en voor deelname aan het beleidvormingsproces 15 . Dit maakt het voor hen gemakkelijker om hun mening te uiten. De beleidsvorming wordt zo transparanter, doordat bijdragen automatisch worden gepubliceerd. Hiermee wordt een belangrijke belofte van de agenda voor betere regelgeving van 2015 nagekomen;

·alle feedback kan nu worden gegeven op één website, waar de Commissie in een vroeg stadium haar ideeën voor nieuwe initiatieven (routekaarten en aanvangseffectbeoordelingen), aangenomen voorstellen en ontwerpen voor tertiaire wetgeving (gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen) bekendmaakt. Dat is een aanzienlijke verbetering op het gebied van transparantie en overleg, een van oudsher complex en ondoorzichtig proces waarbij alleen deskundigen en vertegenwoordigers van de lidstaten betrokken waren. Figuur 3 geeft een overzicht van de stand van zaken.

Figuur 3. „Inspraak”-website: overzicht vanaf de start op 1 juli 2016

Handelingen die op de Europa-website zijn gepubliceerd voor feedback van de belanghebbendenTot en met 31 augustus 2017
Ontwerpen van gedelegeerde handelingen98
Ontwerpen van uitvoeringshandelingen126
Routekaarten en aanvangseffectbeoordelingen225
Goedgekeurde wetgevingsvoorstellen van de Commissie194

De Commissie blijft de deelname van belanghebbenden verder aanmoedigen, met name als het om prioritaire voorstellen gaat, via sociale media (# EUHaveYourSay). Hierdoor is het aantal bezoekers van de Inspraak-website gestaag toegenomen: in augustus 2017 al meer dan 47 000 (figuur 4). De ontvangen bijdragen hebben bijvoorbeeld geleid tot wijzigingen in het Commissievoorstel over de regels over redelijk gebruik van roamingdiensten bij mobiele telecommunicatie 16 of hebben als input gediend voor de wetgever, zoals in het geval van de publieksreactie op het voorstel van de Commissie over vuurwapens 17 .

De Commissie zal voor het einde van 2017 verdere verbeteringen in de website aanbrengen. Er komt bijvoorbeeld een tijdslijn waarop in een vroeger stadium meer informatie over elk nieuw initiatief te zien zal zijn, en rechtstreekse toegang tot alle openbare raadplegingen die elk jaar worden opgestart.

Figuur 4. Ontwikkeling van het aantal bezoekers aan de Inspraak-website


2.3.Regelgeving vereenvoudigen en onnodige kosten aanpakken

Deze Commissie heeft al sinds het begin van haar mandaat benadrukt dat actief beheer van de bestaande EU-wetgeving net zo belangrijk is als het voorbereiden van nieuwe initiatieven. Het is essentieel om ervoor te zorgen dat de EU-wetgeving geschikt blijft voor het beoogde doel en de resultaten oplevert die de EU-wetgevers hebben bedoeld. Bij haar streven naar eenvoudiger wetgeving richt de Commissie zich vooral op het aanpakken van onnodige kosten en administratieve lasten, zonder de beleidsdoelstellingen in gevaar te brengen. Door de wetgeving eenvoudiger en minder belastend te maken, worden ook de uitvoering en de handhaving verbeterd, wat uiteindelijk betere resultaten oplevert.

De Commissie is ervan overtuigd dat het terugdringen van onnodige kosten het beste per geval kan gebeuren, zodat de beoogde doelstellingen van de wetgeving volledig worden gehandhaafd. De Commissie heeft altijd op het standpunt gestaan dat betere regelgeving niet gelijkstaat aan deregulering. Wanneer regelgeving duidelijk noodzakelijk is om belangrijke maatschappelijke doelstellingen te verwezenlijken — bijvoorbeeld op het gebied van de arbeidsmarkt, veiligheid en gezondheid op het werk, bescherming van het milieu of om de gevolgen van nieuwe technologieën voor de privacy te regelen — treedt de Commissie op met gepaste ambitie. Sommige kosten moeten altijd worden gemaakt om ervoor te zorgen dat de wetgeving doeltreffend is. Die kosten moeten worden beoordeeld in de context van de algemene voordelen die de wetgeving biedt. Om democratische verantwoording en transparantie te waarborgen, is het essentieel dat het politieke besluit over welke kosten rechtmatig zijn om de beleidsdoelen te bereiken, gebaseerd is op gegevens die het resultaat zijn van een beoordeling van het concrete geval, waarbij rekening wordt gehouden met de zorgen van belanghebbenden en burgers.

De aanpak van de Commissie gaat, anders dan in veel lidstaten, uit van het beginsel dat eerst een evaluatie moet worden verricht. Voordat de Commissie wetgeving herziet of nieuwe wetgeving invoert, zal de Commissie evalueren welke maatregelen al bestaan, zodat zij kan nagaan welke mogelijkheden er zijn voor vereenvoudiging en kostenverlaging. Die evaluaties kunnen worden toegepast op afzonderlijke wetgevingsteksten of op verschillende wetgevingsteksten die op een bepaalde sector betrekking hebben („geschiktheidscontroles”). Daarbij wordt onderzocht op welke gebieden binnen die specifieke wetgeving kosten kunnen worden bespaard. Deze analyse wordt overgenomen in het effectbeoordelingsproces, waarin wordt aangegeven hoe de wijzigingen het best kunnen worden uitgevoerd, waar mogelijk met een kwantificering. Deze procedures worden uitgevoerd op basis van gegevens die zijn verzameld door middel van raadpleging van belanghebbenden, de werkzaamheden van het Refit-platform en input die is gegeven via de website „Verminder de regeldruk!” 18 . Dit proces is essentieel om de algemene legitimiteit te waarborgen en ervoor te zorgen dat het streven naar kostenverlaging de verwezenlijking van de beleidsdoelstellingen niet aantast. In 2016 zijn evaluaties verricht voor iets minder dan de helft van de effectbeoordelingen; in 2017 is het percentage gestegen tot bijna 70%. Sinds de invoering van het concept is dus aanzienlijke vooruitgang geboekt.

Tekstvak 2. Belangrijke evaluaties en geschiktheidscontroles 2016-2017

·Geschiktheidscontrole van de monitoring- en rapportageverplichtingen in het kader van het milieubeleid van de EU.

·Evaluatie van het Buitengrenzenfonds 2011–2013.

·Evaluatie van het programma Horizon 2020.

·Evaluatie van de verordening inzake de wederzijdse erkenning van goederen.

·Evaluatie van de bepalingen inzake markttoezicht van Verordening (EG) nr. 765/2008.

·Geschiktheidscontrole van de consumentenwetgeving.

·Sectorale geschiktheidscontrole van de bouwsector.

·Verzoek om indiening van informatie over de werking van het regelgevingskader van de EU inzake financiële diensten.

Een van de belangrijkste uitdagingen is hoe de kosten en baten van de voorgestelde wijzigingen voldoende nauwkeurig kunnen worden gekwantificeerd. Kwantificeren is een probleem, niet in de laatste plaats omdat de beschikbare gegevens (inclusief de gegevens die de lidstaten zouden kunnen verzamelen over de werking van de wetgeving) vaak beperkt zijn. Dat maakt het moeilijk om nauwkeurige ramingen op te stellen van de effecten in alle 28 lidstaten. Ondanks deze problemen presenteert de Commissie toch gekwantificeerde informatie in ongeveer de helft van haar effectbeoordelingen, en in bijna alle effectbeoordelingen die in het Refit-programma zijn opgenomen. De praktijk van de Commissie op het gebied van kwantificering sluit in het algemeen nauw aan bij de aanpak die elders wordt gehanteerd, en is vrij geavanceerd wat betreft de raming van de voordelen van het beleid.

Deze aanpak levert resultaten op. In het kader van haar programma voor gezonde regelgeving heeft de Commissie sinds 2015 137 initiatieven voor vereenvoudiging opgezet. Het Refit-platform heeft een belangrijke rol gespeeld bij het sturen van de inspanningen van de Commissie op wat er voor de belanghebbenden het meeste toe doet. Sinds begin 2016 heeft het Refit-platform 58 adviezen vastgesteld en input geleverd voor met name de vereenvoudiging van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, de Europese structuur- en investeringsfondsen, de btw-regels en de interne markt. In tekstvak 3 staat een aantal voorbeelden van gevallen waarin de Commissie, met de hulp van het Refit-platform, potentiële kostenbesparingen voor bedrijven en burgers en de nationale overheden heeft vastgesteld. Nadere gegevens daarover en over alle andere Refit-voorstellen zijn opgenomen in het werkdocument van de diensten van de Commissie dat bij deze mededeling hoort. Het werkprogramma voor 2018 bevat een lijst van de belangrijkste voorstellen ter vermindering van onnodige kosten die de Commissie vóór het einde van haar mandaat wil indienen.

Tekstvak 3. Voorbeelden van vereenvoudiging van bestaande wetgeving 19

·Voorstel voor modernisering van de btw voor grensoverschrijdende b2c-e-commerce (COM(2016) 757). Het voorstel is bedoeld om complexe btw-verplichtingen met betrekking tot grensoverschrijdende e-handel te vereenvoudigen en een gelijk speelveld te creëren voor bedrijven in de EU en bedrijven in derde landen, die vaak niet-conforme btw-vrije verkooptransacties uitvoeren. Het voorstel moet ertoe leiden dat de btw-nalevingskosten voor het bedrijfsleven vanaf 2021 met 2,3 miljard EUR per jaar dalen, terwijl de btw-inkomsten van de lidstaten met 7 miljard EUR toenemen.

·Voorstel voor een verordening betreffende de oprichting van één digitale toegangspoort voor diensten voor informatie, procedures, ondersteuning en probleemoplossing (COM(2017) 256). Burgers en bedrijven die naar een ander EU-land willen verhuizen of daar producten willen verkopen of diensten willen verlenen, stuiten op aanzienlijke belemmeringen. Het online vinden van relevante, accurate en begrijpelijke informatie, alsook onlinetoegang tot administratieve procedures, zijn cruciaal voor wie wil profiteren van de voordelen van de eengemaakte markt. Als deze mogelijkheden er al zijn, is het momenteel veelal een ingewikkelde, tijdrovende en dure aangelegenheid. Wat informatie betreft, kunnen bedrijven jaarlijks 11 tot 55 miljard EUR besparen voor onderzoek naar slechts negen zakelijke onderwerpen. De voorkeursoptie zou de tijd die burgers, voordat ze naar het buitenland vertrekken, online besteden aan het onderzoeken van zeven essentiële onderwerpen met 60% verminderen tot 1,5 miljoen uur.

·Voorstel voor een verordening betreffende Europese bedrijfsstatistieken (COM(2017) 114). Het huidige stelsel voor Europese bedrijfsstatistieken is gefragmenteerd in domeinspecifieke verordeningen. Dit leidt tot inconsistenties in de verzamelde gegevens en inefficiënties bij de productie ervan. Het nieuwe voorstel beoogt de intrekking van tien bestaande wetgevingsteksten en biedt een gemeenschappelijk rechtskader voor de productie en compilatie van bedrijfsstatistieken. Het voorstel zal naar verwachting de kwaliteit van de statistieken verbeteren en leiden tot een stroomlijning van de nationale statistische productieprocessen en een vermindering van de statistische lasten voor respondenten die gegevens verstrekken. Het nieuwe voorstel zal naar verwachting leiden tot een vermindering van de administratieve lasten voor het bedrijfsleven met ten minste 13,5% op jaarbasis, met name dankzij significante besparingen bij de productie van intra-EU-handelsstatistieken.

·Herziening van de verordening betreffende de Europese marktinfrastructuur (regels voor otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters) (COM(2017) 208). Het voorstel bevat een aantal gerichte wijzigingen van de bestaande regelgeving, in het bijzonder om de regels te vereenvoudigen en een einde te maken aan onevenredige kosten en lasten voor kleine ondernemingen in de financiële sector, zonder de financiële stabiliteit in gevaar te brengen. Alle voorkeursopties, uitsluitend berekend voor de effectbeoordeling, leiden gecombineerd tot kostenverminderingen van 2,3 tot 6,9 miljard EUR aan vaste (eenmalige) kosten en 1,1 tot 2,66 miljard EUR aan operationele kosten.

·Voorstel voor een verordening inzake de governance van de energie-unie (COM(2016) 759). Het voorstel zal leiden tot een aanzienlijke vermindering van de administratieve lasten voor de lidstaten, de Commissie en andere instellingen van de EU, doordat de huidige planning- en rapportageverplichtingen op energie- en klimaatgebied, die over tal van juridische instrumenten met verschillende rapportagecycli zijn verspreid, worden gerationaliseerd. Het voorstel zorgt voor bundeling, stroomlijning of intrekking van ruim vijftig bestaande afzonderlijke planning-, rapportage- en monitoringverplichtingen. Het zal naar verwachting meer dan 3,4 miljoen EUR aan besparingen op administratieve kosten opleveren.

·Voorstel voor een richtlijn betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en ter vergemakkelijking van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol in de Unie (COM(2017 280). Het voorstel biedt een oplossing voor de gebrekkige interoperabiliteit van de Europese tolheffingssystemen en infrastructuur, door het voor nieuwe aanbieders gemakkelijker te maken de markt te betreden en door toe te staan dat aan eigenaars van voertuigen technisch minder complexe boordunits worden verstrekt (zonder gps). Gebrekkige interoperabiliteit leidt tot onnodige kosten van naar schatting 334 miljoen EUR per jaar.

·Voorstel tot wijziging van de beperkingen op het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur (COM(2017) 38). De voorgestelde maatregelen herstellen voor bepaalde apparatuur de secundaire markt en de beschikbaarheid van onderdelen. Het voorstel moet leiden tot vermindering van de kosten en administratieve lasten voor bedrijven en overheden, extra marktkansen voor de reparatiesector en de secundaire verkoop en positieve sociale gevolgen, onder meer voor de ziekenhuizen in de EU, die ongeveer 170 miljoen EUR zouden besparen na 2019 omdat de mogelijkheid om gebruikte medische hulpmiddelen te verkopen en kopen blijft bestaan. Dankzij de uitsluiting van pijporgels van het toepassingsgebied van de richtlijn wordt voorkomen dat tot 90% van de werkgelegenheid in de sector verloren gaat en dat de sector tegen 2025 jaarlijks tot 65 miljoen EUR verlies lijdt.

2.4.Beoordeling van alternatieve benaderingen van vereenvoudiging en kostenvermindering

De vermindering van onnodige administratieve lasten is een politieke prioriteit van deze Commissie, die wordt gerealiseerd dankzij een aanpak die rekening houdt met de bezorgdheid van belanghebbenden, zorgt voor correcte democratische verantwoording en nauwkeurige kwantificering bevordert zonder daarvan afhankelijk te zijn. Zoals toegezegd in het Interinstitutioneel akkoord over beter wetgeven, heeft de Commissie evenwel ook alternatieve benaderingen onderzocht, waaronder de vaststelling van doelstellingen voor lastenvermindering in specifieke sectoren. Haar conclusies zijn samengevat in tekstvak 4 en nader toegelicht in het begeleidende werkdocument van de diensten van de Commissie.

Tekstvak 4. Alternatieve benaderingen voor vereenvoudiging van de regelgeving

·Eén van de methoden om de kosten van regelgeving te verminderen, is de invoering van ex-antedoelstellingen op het gebied van lastenvermindering, voor de economie in haar geheel of voor specifieke sectoren. Willen dergelijke streefdoelen geloofwaardig en effectief zijn, dan moeten ze gebaseerd zijn op een methode voor het bepalen van het algemene kostenniveau en een beoordeling welke mate van reductie realistisch gezien mogelijk is (uitgangsniveau). Het verzamelen van deze gegevens is duur, neemt veel tijd in beslag en biedt niet noodzakelijkerwijs een nauwkeurige weergave van de werkelijkheid, omdat de gegevens vaak beperkt zijn. Deze onzekerheid maakt het zeer moeilijk om het effect van vooraf opgestelde streefcijfers te kalibreren, zowel voor de economie als geheel als voor een specifieke sector. Dat is des te meer het geval op Europees niveau, zoals is gebleken uit de ervaring van de Commissie met het terugdringen van de administratieve lasten in de periode 2007-2013 20 .

·Sommige belanghebbenden hebben gesuggereerd dat de doelstellingen op „politieke” grondslag moeten worden vastgesteld, in plaats van op basis van een methode, maar zonder een duidelijke rechtvaardiging te geven voor de berekeningswijze of de toepassing ervan in specifieke sectoren. De Commissie vreest dat een dergelijke aanpak zou leiden tot dereguleringsdruk en afbreuk zou doen aan haar politieke verantwoordelijkheid om op het juiste moment de juiste actie te ondernemen (denk bijvoorbeeld aan de noodzaak om te reageren op de financiële crisis en de meer recente inspanningen om veiligheidskwesties aan te pakken, uitdagingen op het gebied van migratie of privacyproblemen waarmee nieuwe technologieën gepaard gaan). De Commissie is er bovendien ook niet van overtuigd dat een dergelijke benadering een breed draagvlak heeft bij de belanghebbenden. De verscheidenheid aan meningen over deze ex-antedoelstellingen wordt treffend geïllustreerd door de resultaten van de raadpleging van het REFIT platform 21 .

·Dezelfde overwegingen gelden voor het systeem „one-in-one-out”, d.w.z. dat bij invoering van een nieuwe handeling of bij extra kosten als gevolg van nieuwe wetgeving, tegelijkertijd bestaande wetgeving moet worden ingetrokken of elders in een gelijkwaardige kostenverlaging moet worden voorzien. De kosten van regelgeving moeten worden verlaagd op basis van gegevens, niet simpelweg door toepassing van cijfermatige doelstellingen. Als de Commissie voorstelt om wetgeving in te trekken, kan het gebeuren dat de wetgever daarmee niet instemt, en de intrekking zelf zouden kunnen leiden tot 28 verschillende en mogelijk uiteenlopende nationale benaderingen.

Uit de ervaringen van de Commissie zelf en uit de resultaten van andere systemen waarvan zij kennis heeft genomen, blijkt niet dat een aanpak op basis van ex-antereductiedoelstellingen beter werkt dan de huidige aanpak, als het gaat om het aanpakken van overbodige kosten of het bieden van tastbare voordelen voor belanghebbenden. De huidige aanpak is gebaseerd op een beoordeling per geval van de reeds bestaande wetgeving, aan de hand waarvan concreet kan worden vastgesteld wat er kan worden vereenvoudigd, gestroomlijnd of afgeschaft. De aanpak van de Commissie is gebaseerd op gegevens en in de legitimiteit ervan wordt voorzien doordat de belanghebbenden er actief bij worden betrokken. Dit betekent dat er geen risico is op buitensporige deregulering of een negatief effect op belangrijke beleidsdoelstellingen.

De Commissie zal daarom streven naar verbetering van deze aanpak. De Commissie wil er, op basis van wat zij met haar evaluaties van de wetgeving beoogt, met name voor zorgen dat in elke effectbeoordeling van herzieningswetgeving helder wordt uiteengezet wat de potentiële kostenbesparingen zijn, zoveel mogelijk gekwantificeerd. Zo wordt duidelijk aangegeven welke lastenvermindering moet worden bereikt, zodat het Europees Parlement en de Raad daarmee rekening kunnen houden bij hun werk 22 . Wanneer zij de voorstellen van de Commissie wijzigen en vereenvoudigingen toevoegen of schrappen, zal de Commissie er bij beide instellingen op aandringen dat zij op transparante wijze uitleggen waarom dat nodig is en dat zij het effect van hun amendementen beoordelen overeenkomstig het Interinstitutioneel Akkoord over beter wetgeven. De doelstelling voor lastenvermindering moet ook dienen als leidraad voor de lidstaten bij de omzetting en tenuitvoerlegging van de Uniewetgeving.

De Commissie heeft verder haar toolbox voor betere regelgeving aangevuld met uitvoerige richtsnoeren voor de Commissiediensten op het gebied van kwantificering. Daarnaast is het aanbod van interne opleidingen uitgebreid. Ook is de Commissie van plan om bij evaluaties en effectbeoordelingen vaker de belanghebbenden te raadplegen over de noodzaak van of mogelijkheden voor vereenvoudiging van de regelgeving.

De Commissie zal ook met het Parlement en de Raad samenwerken om de punten 22 en 23 van het Interinstitutioneel Akkoord meer gewicht te geven en tot een systematischer aanpak te komen van het toezicht op en de evaluatie van de werking van de bestaande wetgeving, zodat de gegevens beschikbaar komen die voor goede evaluaties en betrouwbare kwantificering nodig zijn. De Commissie zal in haar voorstellen passende bepalingen opnemen.

De lidstaten hebben bovendien een ruime beslissingsbevoegdheid waar het gaat om de uitvoering van de EU-wetgeving op nationaal, regionaal en lokaal niveau. De perceptie van de regelgevingsdruk bij het bedrijfsleven loopt in de Unie sterk uiteen, wat kan betekenen dat die beslissingsbevoegdheid een belangrijke rol speelt. De Commissie zal op dit punt met de lidstaten blijven samenwerken, bijvoorbeeld door plannen aan te bieden om de uitvoering van de wetgeving te vergemakkelijken. In het Interinstitutioneel Akkoord worden de lidstaten ertoe opgeroepen om bij de omzetting van EU-wetgeving in nationaal recht aan te geven welke elementen zij hebben toegevoegd die geen verband houden met die wetgeving.

2.5.Nieuwe aanpak van de handhaving van het Unierecht

Het EU-recht kan het beoogde doel slechts bereiken als het effectief wordt uitgevoerd. De lidstaten moeten de verantwoordelijkheid nemen om de regels die zij zelf gezamenlijk hebben ingevoerd, ook te eerbiedigen en te handhaven. De Commissie zal de lidstaten blijven ondersteunen bij de inspanningen die zij zich getroosten om het EU-recht om te zetten, uit te voeren en toe te passen. Tegelijkertijd zal de Commissie er als hoedster van de Verdragen strenger op toezien dat de EU-wetgeving wordt nageleefd.

Overeenkomstig de in 2016 aangekondigde prioritaire acties heeft de Commissie haar nieuwe handhavingsbeleid gepresenteerd in de mededeling „EU-wetgeving: betere resultaten door betere toepassing” 23 . In de mededeling wordt een meer strategische aanpak van het Commissiebeleid bij inbreuken geschetst, die zich bij voorrang richt op systeemproblemen, waarbij handhavingsmaatregelen van de Commissie echt een verschil kunnen maken. Prioriteit zal worden gegeven aan het onderzoeken van gevallen waarin de lidstaten de EU-wetgeving niet of niet correct omzetten in nationaal recht. Het belang dat de Commissie hecht aan de tijdige omzetting van het Unierecht komt tot uiting in haar strengere beleid inzake financiële sancties voor dergelijke gevallen. De Commissie zal ook krachtig optreden tegen lidstaten die een arrest van het Hof van Justitie niet uitvoeren, of die ernstige schade hebben toegebracht aan de financiële belangen van de EU of optreden in strijd met de exclusieve bevoegdheden van de EU. Dergelijke tekortkomingen verhinderen dat burgers en bedrijven de rechten en voordelen genieten waarop zij op grond van de Europese wetgeving aanspraak kunnen maken. Overeenkomstig dit nieuwe beleid zal de Commissie zaken afsluiten wanneer dat volgens haar in het beleid past. Een recent factsheet bij de Staat van de Unie van de voorzitter illustreert hoe de handhavingsactiviteiten zich hebben ontwikkeld 24 .

Het nieuwe Commissiebeleid bij inbreuken moet zorgen voor een snellere toepassing van de voorschriften, waar dat van belang is. Alleen zo kunnen de beleidsprioriteiten worden verwezenlijkt. Dit nieuwe beleid ten aanzien van inbreuken is geen opzichzelfstaand initiatief. Het is een belangrijk onderdeel van de maatregelen die de Commissie zal nemen om de lidstaten te helpen bij de uitvoering van de EU-wetgeving en om in nauwe samenwerking met de lidstaten te waarborgen dat het EU-recht snel, correct en doeltreffend wordt toegepast. De Commissie zal met de lidstaten een meer systematische dialoog over beter wetgeven aangaan, waarbij voor alle wetgevingsgebieden de naleving van de EU-wetgeving en bredere handhavingskwesties en beleidsoverwegingen aan de orde zullen worden gesteld.

Als de Uniewetgeving gebrekkig wordt uitgevoerd, zullen de beoogde voordelen in de praktijk niet worden gerealiseerd. Als de milieuwetgeving van de EU bijvoorbeeld volledig wordt uitgevoerd, kan dat voor de economie van de EU jaarlijks een besparing van 50 miljard EUR opleveren aan ziektekosten en directe milieukosten. De evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid 25 is een nieuw instrument dat is ingevoerd om de uitvoering van het Europese milieubeleid en de gezamenlijk vastgestelde regels te verbeteren. Dat markeerde het begin van een samen met de lidstaten uitgevoerd proces om de oorzaken van gebrekkige tenuitvoerlegging te identificeren en aan te pakken en oplossingen te vinden voordat de problemen urgent worden. De Commissie heeft in februari 2017 een eerste reeks van 28 landenverslagen gepubliceerd, waarin de nationale sterke en zwakke punten en kansen op het gebied van de tenuitvoerlegging in kaart worden gebracht. Tegelijkertijd is een mededeling uitgebracht die voor alle EU-lidstaten gemeenschappelijke problemen in kaart brengt en suggesties voor verbetering doet 26 . Uiteindelijk zou dit concept, indien het succesvol blijkt, ook in andere beleidsterreinen kunnen worden toegepast.

2.6.Samenwerking met de andere instellingen

Het Interinstitutioneel Akkoord over beter wetgeven erkent dat alle EU-instellingen gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het produceren van kwalitatief hoogwaardige Uniewetgeving. De Commissie heeft van haar kant de afgelopen twaalf maanden geleidelijk het merendeel van haar verplichtingen uit hoofde van het akkoord vervuld. Zij kijkt uit naar de eerste politieke evaluatie met het Europees Parlement en de Raad, waarbij zal worden nagegaan waar er nog aanvullende inspanningen vereist zijn om de wetgevingsprocessen en de geschiktheid van de EU-wetgeving te verbeteren.

Tekstvak 5. Uitvoering van de verbintenissen van de Commissie krachtens het Interinstitutioneel Akkoord over beter wetgeven

·Samen met het Europees Parlement en de Raad is een gezamenlijke verklaring van politieke prioriteiten voor 2017 opgesteld, die nu wordt uitgevoerd.

·Er zijn voorstellen gedaan voor actualisering van de comitologieregels in handelingen van de Unie overeenkomstig de bepalingen van het Verdrag van Lissabon.

·Er gelden nieuwe regels voor de raadpleging van deskundigen van de lidstaten bij het opstellen van gedelegeerde handelingen. Er zijn onderhandelingen geopend tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de vaststelling van criteria voor de afbakening van gedelegeerde handelingen.

·Het IT-project tot invoering van een nieuw register voor gedelegeerde handelingen ligt op schema en kan uiterlijk eind 2017 zoals gepland van start gaan.

·De drie instellingen hebben een plan voor een nieuw gemeenschappelijke interinstitutioneel webportaal ter verbetering van de transparantie van het wetgevingsproces ontwikkeld en zijn begonnen met de uitvoering ervan.

·Er zijn onderhandelingen geopend tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de vaststelling van praktische regelingen voor het voeren van internationale onderhandelingen.

·De richtsnoeren en de toolbox voor betere regelgeving zijn herzien en omvatten nu alle onderwerpen die onder het Interinstitutioneel Akkoord vallen, zoals herschikking, codificatie, de „kosten van een niet-verenigd Europa”, toezicht en evaluatie, enz.

·Er is IT-capaciteit ter beschikking gesteld voor de ontvangst van verslagen van de lidstaten over nationale omzettingsmaatregelen die verder gaan dan het Unierecht voorschrijft.

·In deze mededeling wordt verwezen naar verbintenissen inzake vereenvoudiging van de wetgeving en beoordeling van de haalbaarheid van doelstellingen ter vermindering van onnodige kosten in belangrijke sectoren.

3.Conclusies en volgende stappen ter voltooiing van de agenda voor betere regelgeving

Het is nu meer dan ooit noodzakelijk te waarborgen dat bij de beleidsvorming wordt uitgegaan van feitelijke gegevens. De wereld en de problemen waarmee wij worden geconfronteerd, zijn zodanig complex dat geen oplossingen kunnen worden gevonden zonder dat eerst alle beschikbare gegevens op gestructureerde en alomvattende wijze in ogenschouw worden genomen.

De aanpak die de Commissie hanteert, functioneert goed en heeft positieve resultaten opgeleverd. Betere regelgeving is een instrument dat een basis biedt voor tijdige en goed onderbouwde beleidsbeslissingen ter uitvoering van de politieke prioriteiten die ten grondslag liggen aan de maatregelen die de Commissie neemt om de uitdagingen waarmee de EU thans wordt geconfronteerd, aan te pakken. Door middel van openbare raadplegingen, evaluaties, effectbeoordelingen en het Refit-programma kunnen nieuwe voorstellen en bestaande wetgeving systematisch worden beoordeeld, zodat de benodigde resultaten kunnen worden verwezenlijkt en onnodige regelgevingskosten worden vermeden. Deze aanpak maakt dat de voordelen van de regelgeving worden beoordeeld op alomvattende, op gegevens baseerde en systematische wijze. De flexibiliteit van de aanpak biedt de Commissie de mogelijkheid zich te concentreren op specifieke handelingen waarvoor belanghebbenden hebben aangegeven dat verbetering noodzakelijk is.

Dit zorgt ervoor dat betere regelgeving de politieke keuzes stuurt en de legitimiteit en verantwoording ervan versterkt. Beleidsmakers en belanghebbenden worden zo gedwongen hun keuzes te beargumenteren op basis van feitelijke gegevens en verwachte effecten. Bovendien voorziet de aanpak in een reeks instrumenten om op zinvolle wijze met alle geledingen van de samenleving de dialoog aan te gaan.

Niettemin is de Commissie altijd bereid haar beleid voor betere regelgeving te verbeteren. Met name wat het Refit-programma betreft, heeft de Commissie besloten nog intensiever te streven naar kwantificering van de effecten van haar voorstellen en ervoor te zorgen dat bij elke herziening van bestaande wetgeving systematisch wordt gelet op vereenvoudiging en vermijding van onnodige kosten. Deze voornemens zijn opgenomen in de herziene richtsnoeren en toolbox voor betere regelgeving, die in juli van dit jaar in werking zijn getreden. Vanaf 1 november moeten alle effectbeoordelingen zoveel mogelijk worden gekwantificeerd en moeten de resultaten van werkzaamheden in het kader van Refit en alle informatie over de kosten en voordelen van een initiatief op consistente wijze worden weergegeven.

De Commissie zal een algemene beoordeling verrichten van de wijze waarop de agenda voor betere regelgeving tijdens haar mandaat ten uitvoer is gelegd.

Tekstvak 6. Vervolgmaatregelen

·Bij herziening van bestaande wetgeving zal in elke effectbeoordeling helder worden uiteengezet en zo veel mogelijk worden gekwantificeerd wat de potentiële kostenbesparingen zijn. Zo wordt duidelijk aangegeven welke lastenvermindering het Europees Parlement en de Raad moeten bereiken bij het wetgevingsproces en de lidstaten bij de omzetting en tenuitvoerlegging van de wetgeving.

·Daarnaast zullen in 2017 en 2018 belangrijke voorstellen worden gedaan die in aanzienlijke vereenvoudiging voorzien, zoals:

–belastingheffing en btw: een pakket initiatieven met betrekking tot het definitieve btw-stelsel en vereenvoudiging voor het midden- en kleinbedrijf zorgt voor een vermindering van de administratieve lasten voor kleine ondernemingen, draagt bij tot een gunstig klimaat voor de groei ervan en tot de grensoverschrijdende handel en creëert een gelijk speelveld;

–lastenverlaging voor het bedrijfsleven: het pakket vennootschapsrecht vereenvoudigt de procedures in verband met het vennootschapsrecht en vermindert de desbetreffende administratieve lasten voor bedrijven en overheden (bijvoorbeeld door digitalisering van de procedures);

–ondersteuning van overheidsinstanties: de rapportagevereisten in de milieuwetgeving worden gerationaliseerd op basis van de bevindingen van de geschiktheidscontrole;

–hulp aan consumenten: de bestaande regels in het consumentenrecht inzake onder andere informatievereisten en communicatie op afstand met consumenten, worden vereenvoudigd. Dit levert kostenbesparingen op en verlicht de administratieve lasten.

·De Commissie gaat door met de periodieke evaluatie van de Uniewetgeving om te waarborgen dat deze geschikt blijft voor het beoogde doel. Momenteel worden bijvoorbeeld belangrijke evaluaties verricht van de wetgeving inzake chemische stoffen, de maritieme wetgeving en de algemene levensmiddelenwetgeving.

·Er wordt op toegezien dat belanghebbenden stelselmatig worden geraadpleegd over hun visie op de noodzaak van of de mogelijkheden voor vereenvoudiging van de regelgeving (bijvoorbeeld door middel van openbare raadplegingen in het kader van evaluaties en effectbeoordelingen).

·Samen met het Europees Parlement en de Raad zullen de inspanningen worden opgevoerd om uitvoering te geven aan de bepalingen van het Interinstitutioneel Akkoord over beter wetgeven, namelijk door in nieuwe wetgeving evenredige toezicht- en evaluatieregelingen op te nemen.


(1) https://ec.europa.eu/commission/index_nl
(2) COM(2017) xxx [to be completed when known]
(3) COM(2015) 215 van 19 mei 2015. Betere regelgeving voor betere resultaten – Een EU-agenda.
(4) Resolutie van het Europees Parlement van 12 april 2016 over het programma voor gezonde en resultaatgerichte regelgeving (Refit): stand van zaken en vooruitzichten; http://www.europarl.europa.eu/sides/getDoc.do?pubRef=-//EP//TEXT+TA+P8-TA-2016-0104+0+DOC+XML+V0//NL
(5) Betere regelgeving ter versterking van het concurrentievermogen: Conclusies van de Raad van 26 mei 2016; http://data.consilium.europa.eu/doc/document/ST-8849-2016-INIT/nl/pdf  
(6) OESO (2015), OECD Regulatory Policy Outlook 2015, OECD Publishing, Parijs; http://www.oecd.org/publications/oecd-regulatory-policy-outlook-2015-9789264238770-en.htm
(7) Interinstitutioneel Akkoord tussen het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie over beter wetgeven, PB L 123 van 12 mei 2016, blz. 1. http://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=OJ:L:2016:123:TOC
(8) C(2016) 8600 van 21 december 2016, EU-wetgeving: betere resultaten door betere toepassing.
(9) „Inspraak”: https://ec.europa.eu/info/law/contribute-law-making_nl
(10) https://ec.europa.eu/info/better-regulation-guidelines-and-toolbox_nl
(11) https://ec.europa.eu/info/law/law-making-process/regulatory-scrutiny-board_nl
(12) Conclusies van de Raad van 4 december 2014 (16000/14): „[…] roept de Commissie op om – op basis van bijdragen van de lidstaten en belanghebbenden – reductiedoelstellingen te ontwikkelen en te verwezenlijken op terreinen waarop de administratieve belasting bijzonder groot is, in het bijzonder voor kmo’s, zulks in het kader van het Refit-programma. Bij deze aanpak zou geen basismeting nodig zijn en moeten tegelijk de kosten en de baten van regelgeving in ogenschouw worden genomen.” Conclusies van de Raad van 26 mei 2016 over betere regelgeving ter versterking van het concurrentievermogen: „[…] vraagt de Commissie hier snel werk van te maken zodat in 2017 verminderingsdoelstellingen kunnen worden vastgelegd. Hierbij moet altijd een hoog niveau van bescherming van de consument, de gezondheid, het klimaat en de werknemer en het belang van een optimaal functionerende eengemaakte markt, in acht worden genomen.”
(13) OESO-pilot voor gegevensbank over de samenwerking met stakeholders: http://www.oecd.org/gov/regulatory-policy/EC-Stakeholder-Engagement.pdf
(14) https://ec.europa.eu/info/sites/info/files/xxii4ab_on_stakeholder_consultation_mechanisms.pdf  
(15) https://ec.europa.eu/info/law/contribute-law-making_nl  
(16) https://ec.europa.eu/digital-single-market/en/news/roaming-implementing-regulation
(17) COM (2015)0750 final. Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 91/477/EEG van de Raad inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens.
(18) http://ec.europa.eu/info/law/better-regulation/lighten-load_nl  
(19) Voorbeelden overgenomen van het REFIT-scorebord. Meer informatie is te vinden in het bijbehorende werkdocument.
(20) https://publications.europa.eu/en/publication-detail/-/publication/257ede84-dd11-4873-be36-77aaca2faeab (ABRplus-programma)
(21) https://ec.europa.eu/info/law/law-making-process/overview-law-making-process/evaluating-and-improving-existing-laws/reducing-burdens-and-simplifying-law/refit-platform/refit-platform-recommendations_nl
(22) Zie Tool #12 over de vorm van het effectbeoordelingsverslag, onderdeel van de toolbox voor betere regelgeving, https://ec.europa.eu/info/better-regulation-guidelines-and-toolbox_nl
(23) C(2016) 8600 (PB C 18 van 19 januari 2017, blz. 10).
(24) https://ec.europa.eu/commission/sites/beta-political/files/better-regulation-factsheet_nl.pdf
(25) Mededeling „Voordeel halen uit het milieubeleid van de EU door een regelmatige evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid” (COM(2016) 316 final).
(26) Mededeling „EU-evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid: Gemeenschappelijke uitdagingen en hoe inspanningen te bundelen om betere resultaten te realiseren” (COM(2017 63).