Toelichting bij COM(2006)241 - Voorschriften voor een vrijwillige modulatie van de rechtstreekse betalingen waarin Verordening (EG) nr. 1782/2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers voorziet

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. De Europese Raad heeft in zijn akkoord van december 2005 over het financieel kader voor de periode 2007–2013 de mogelijkheid voor de lidstaten opgenomen om de in het kader van de eerste pijler van het GLB gedane marktuitgaven en rechtstreekse betalingen met ten hoogste 20% te “moduleren”, d.w.z. te verlagen, en om de aldus bijeengebrachte bedragen te gebruiken voor hun programma’s voor plattelandsontwikkeling (tweede pijler van het GLB). De Europese Raad heeft de Raad verzocht om op basis van een voorstel van de Commissie de voorschriften voor de overdrachten uit de eerste pijler vast te stellen en heeft daarbij aangegeven dat het niet de bedoeling is de extra communautaire financiering voor plattelandsontwikkeling gepaard te laten gaan met een nationale medefinanciering overeenkomstig de verordening inzake plattelandsontwikkeling, en evenmin de bij die verordening vastgestelde regels betreffende een minimale besteding per as ervoor te laten gelden.

2. Aangezien de met de vrijwillige modulatie gemoeide bedragen niet als een onderdeel van de jaarlijkse maxima voor de uitgaven uit het ELGF behoren te worden beschouwd en aangezien de mogelijkheid dient te worden geboden om uitvoeringsbepalingen vast te stellen die in het bijzonder de vrijwillige modulatie betreffen, moet Verordening (EG) nr. 1290/2005 dienovereenkomstig worden gewijzigd.

3. In dit voorstel voor een verordening van de Raad houdende voorschriften voor een vrijwillige modulatie van de rechtstreekse betalingen waarin Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad voorziet, en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid is aangegeven hoe de lidstaten vrijwillige modulatie kunnen toepassen en hoe het betrokken geld kan worden gebruikt voor plattelandsontwikkeling.

4. Een eerste belangrijk beginsel is dat het geld zal worden overgeheveld via de Gemeenschapsbegroting, d.w.z. dat de vastleggingskredieten voor de uitgaven in het kader van de eerste pijler zullen worden verlaagd en de vastleggingskredieten voor plattelandsontwikkeling met hetzelfde bedrag zullen worden verhoogd.

5. De marktuitgaven in het kader van het GLB (bv. interventiemaatregelen, uitvoerrestituties, steun voor particuliere opslag, enz.) lenen zich niet voor modulatie. Zij ondersteunen de markt als geheel, kunnen niet duidelijk aan een bepaalde lidstaat worden toegerekend en worden gekenmerkt door schommelingen in de loop van de tijd. Ook is het, wanneer er behoefte is aan ondersteuning van de markt, economisch niet erg zinvol om bijvoorbeeld slechts 90% van de uitvoerrestitutie uit te betalen. Om deze redenen dienen de andere GLB-uitgaven dan de rechtstreekse betalingen te worden uitgesloten van de vrijwillige modulatie.

6. De regeling betreffende de vrijwillige modulatie dient zoveel mogelijk te worden gelijkgetrokken met die voor de verplichte modulatie, d.w.z. dat de vrijwillige modulatie op dezelfde grondslag van rechtstreekse betalingen moet worden toegepast als de verplichte modulatie. Zo wordt ook voorgesteld de eerste € 5 000 aan rechtstreekse betalingen vrij te stellen van deze extra verlaging, net als voor de verplichte modulatie het geval is. Dit betekent dat een extra steunbedrag aan de landbouwers moet worden teruggegeven, zulks binnen een door de Commissie vast te stellen maximum per lidstaat die de vrijwillige modulatie toepast. Het is de bedoeling dat de lidstaten de Commissie meedelen welk percentage (maximaal 20%) zij bij de vrijwillige modulatie wensen toe te passen voor de periode 2007–2013 (voor de rechtstreekse betalingen wordt met kalenderjaren gewerkt).

7. De lidstaten die vrijwillige modulatie toepassen, zullen de betrokken bedragen ontvangen als een tweede bron van communautaire financiering voor hun programma's voor plattelandsontwikkeling. Voor die bedragen zullen alle regels inzake de plattelandsontwikkeling gelden met uitzondering van de medefinancieringsbepalingen (artikel 70, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad) en van de voorfinancieringsregeling voor het ELFPO (artikel 25 van Verordening (EG) nr. 1290/2005). Artikel 17 van Verordening (EG) nr. 1698/2005 (minimumpercentages voor de besteding per as) dient echter ook voor de dankzij de vrijwillige modulatie beschikbare bedragen te gelden om ervoor te zorgen dat de basisregels betreffende het gezamenlijk overeengekomen beleid worden nageleefd. Het is de bedoeling dat de vrijgemaakte middelen worden gebruikt binnen de 'mainstream'-programma's voor plattelandsontwikkeling (en dus niet in het kader van afzonderlijke kleinere programma's die uitsluitend door de vrijwillige modulatie van middelen zouden worden voorzien), zulks om een programmabeheer door dezelfde beheersautoriteiten en betaalorganen mogelijk te maken.

8. Ten slotte is het de bedoeling de Commissie de bevoegdheid te verlenen om uitvoeringsbepalingen vast te stellen op het gebied van de integratie van de vrijwillige modulatie in de programmering van de plattelandsontwikkeling en op het gebied van het financiële beheer van de vrijwillige modulatie.