Toelichting bij COM(2018)157 - Verslag over de toepassing van Verordening (EU) nr. 211/2011 over het burgerinitiatief

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

1.

Brussel, 28.3.2018


COM(2018) 157 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Verslag over de toepassing van Verordening (EU) nr. 211/2011 over het burgerinitiatief


Het Europees burgerinitiatief (EBI) is een instrument waarmee één miljoen burgers de Europese Commissie kunnen verzoeken om een voorstel in te dienen voor een rechtshandeling van de Unie ter uitvoering van de Verdragen. Het is een instrument dat burgers in staat stelt mee te beslissen over de agenda en deel te nemen aan het democratisch bestel van de Unie. De regels voor het burgerinitiatief zijn gebaseerd op het Verdrag van Lissabon 1 . Ze zijn geïmplementeerd door middel van de verordening over het Europees burgerinitiatief, die sinds 1 april 2012 van toepassing is 2 . De organisatoren van initiatieven hebben sindsdien zo’n 9 miljoen steunbetuigingen verzameld van burgers uit de hele Unie.

In artikel 22 van de EBI-verordening wordt bepaald dat de Commissie om de drie jaar aan het Europees Parlement en de Raad een verslag over de toepassing van de verordening moet voorleggen.


2.

2015-2018: Naar een herzien burgerinitiatief



In het eerste verslag van de Commissie, dat is vastgesteld op 31 maart 2015, wordt een aantal knelpunten beschreven dat zich voordoet bij de toepassing van de EBI-verordening in haar huidige vorm. Daarbij gaat het zowel om technische en logistieke aspecten als om kwesties van meer politieke aard 3 .

Dit verslag leidde tot een evaluatie om na te gaan hoe de toepassing van het EBI-instrument zou kunnen worden verbeterd. Daartoe zijn raadplegingen gehouden en bijdragen verzameld van belanghebbenden en gesprekspartners, waaronder instellingen en raadgevende organen van de EU, lidstaten, maatschappelijke organisaties en EBI-organisatoren. De “Dag van het Europees Burgerinitiatief”, die sinds 2012 jaarlijks wordt georganiseerd door het Europees Economisch en Sociaal Comité en een aantal partners uit het maatschappelijk middenveld, bieden een forum voor discussie en input. Ook andere instellingen en organen van de EU hebben, evenals verschillende belanghebbenden, hun eigen beoordelingen en evaluaties van het instrument verricht. Zo heeft het Europees Parlement op 28 oktober 2015 een resolutie 4 aangenomen waarin het opriep tot een herziening van de verordening.

Tegen deze achtergrond heeft de Commissie op 13 september 2017 een voorstel goedgekeurd voor een nieuwe verordening over het burgerinitiatief 5 (hierna “het voorstel” genoemd). Dit voorstel moet ervoor zorgen dat het volledige potentieel van het EBI wordt benut, door het toegankelijker, minder omslachtig en gebruiksvriendelijker te maken voor organisatoren en mensen die het initiatief ondersteunen. Het voorstel houdt rekening met de talrijke bijdragen die in de loop van de jaren zijn verzameld, alsook met de opmerkingen die zijn ontvangen in het kader van een in 2017 gehouden openbare raadpleging over de herziening. Deze bijdragen zijn samengevat in een werkdocument van de diensten van de Commissie, dat bij het voorstel hoort. Daarnaast bevat het werkdocument informatie over de kwesties inzake de werking van het EBI en een analyse van de verbeteropties 6 , waarbij wordt voortgebouwd op de studies die op instigatie van de Commissie zijn verricht met het oog op de herziening van het EBI 7 .

Het voorstel beoogt de belangrijkste tekortkomingen op te lossen die bij de evaluatie zijn vastgesteld, nl.

·de moeilijkheden waarmee burgers te maken krijgen die een wettelijk ontvankelijk initiatief willen voorstellen. Nog voor er handtekeningen kunnen worden verzameld, wordt de registratie van een betrekkelijk hoog percentage initiatieven namelijk geweigerd (30 % van de verzoeken om registratie kon niet door de Commissie worden ingewilligd, omdat de voorgestelde initiatieven duidelijk buiten de bevoegdheden van de Commissie vielen);

·het complexe en omslachtige proces waarmee organisatoren van initiatieven te maken krijgen bij het verzamelen van steunbetuigingen, zoals blijkt uit het geringe percentage succesvolle initiatieven (d.w.z. initiatieven waarvoor binnen de verzamelperiode van een jaar het vereiste aantal ondertekenaars wordt bereikt), factoren als het gebrek aan flexibiliteit in het EBI-tijdschema, verschillen tussen de lidstaten wat betreft de gegevensvereisten voor ondertekenaars, de complexiteit van het proces voor het online verzamelen van steunbetuigingen;

·het feit dat de burgerinitiatieven tot dusver over het geheel genomen betrekkelijk weinig discussie en impact hebben opgeleverd.

De Commissie heeft binnen het bestaande rechtskader al verscheidene niet-wetgevende maatregelen genomen om praktische verbeteringen aan te brengen in de uitvoering van het EBI-instrument. Zo heeft zij in gratis hostingservers voor de online verzamelsystemen van organisatoren voorzien, het advies aan en de ondersteuning van (potentiële) organisatoren versterkt en de ondersteuning van communicatieactiviteiten verbeterd, de gebruiksvriendelijkheid verbeterd van de online verzamelsoftware die organisatoren kunnen gebruiken, en besloten initiatieven in voorkomend geval gedeeltelijk te registreren.

De sterke afname van het percentage door de Commissie afgewezen registratieverzoeken (van de 17 voorstellen voor initiatieven die sinds april 2015 zijn ingediend, zijn er slechts twee afgewezen; in de periode van april 2012 tot en met maart 2015 ging het nog om 20 van de 51 voorstellen) is met name ook te danken aan het feit dat de Commissie thans instemt met gedeeltelijke registratie wanneer die aanpak gerechtvaardigd is.

Deze veranderingen hebben aanzienlijke verbeteringen teweeggebracht, maar waren uitsluitend van niet-wetgevende aard. Om te waarborgen dat het EBI-instrument volledig doeltreffend en toegankelijk is, is de vaststelling van een nieuwe verordening als een prioriteit aangemerkt in de gezamenlijke verklaring over de wetgevingsprioriteiten voor 2018-2019, die op 14 december 2017 is vastgesteld door de voorzitters van de drie instellingen.

Dit verslag is het tweede in zijn soort en sluit nauw aan bij de brede beoordeling die is verricht in de aanloop naar de voorgestelde herziening van de huidige EBI-verordening. Het bouwt dan ook voort op deze recente exercitie en omvat nadere gegevens en feitelijke informatie over de uitvoering en werking van het Europees burgerinitiatief.

In de volgende paragraaf wordt een stand van zaken gegeven van de EBI-procedure, inclusief een beknopte analyse van de belangrijkste problemen waarmee belanghebbenden te maken hebben. Daarbij wordt in voorkomend geval verwezen naar enkele van de verbeteringen die reeds zijn ingevoerd respectievelijk door de Commissie zijn voorgesteld in haar voorstel voor een nieuwe verordening.


3.

Overzicht van initiatieven



De levenscyclus van een burgerinitiatief is gebaseerd op de regels en procedures die in de verordening zijn vastgesteld. Een initiatief dient te worden gestart door een burgercomité en wordt vervolgens geregistreerd door de Commissie, mits is voldaan aan de voorwaarden voor ontvankelijkheid. Het initiatief mag met name niet zichtbaar buiten de bevoegdheden van de Commissie vallen. Vanaf dat moment kunnen er steunbetuigingen worden ingezameld. Als bij de verificatie van de steunbetuigingen door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten blijkt dat het minimumaantal ondertekenaars inderdaad is bereikt, dienen de organisatoren hun initiatief in bij de Commissie, die daar binnen drie maanden op moet reageren. Deze fase omvat tevens een bijeenkomst met de Commissie en een openbare hoorzitting in het Europees Parlement.

Sinds het vorige verslag over de toepassing van het EBI, van maart 2015, heeft de Commissie 17 verzoeken ontvangen om voorgestelde burgerinitiatieven te registreren; hiervan zijn er 15 aanvaard en twee geweigerd. Verder heeft de Commissie twee initiatieven ten aanzien waarvan registratie in de vorige periode van drie jaar was geweigerd, alsnog geregistreerd na besluiten van het Hof (zie hieronder).

De onderstaande tabel biedt een overzicht van de totale aantallen voorgestelde burgerinitiatieven die zijn geregistreerd en verzoeken om registratie die zijn geweigerd sinds de inwerkingtreding van de verordening in april 2012.

4/2012-3/20154/2015-3/2018Totaal sinds 4/2012
Totale aantal geregistreerde initiatieven311748
Totale aantal geweigerde registratieverzoeken20222


4.

Burgercomité


Een Europees burgerinitiatief kan pas worden georganiseerd nadat een burgercomité is opgericht van ten minste zeven EU-burgers, die inwoner zijn van ten minste zeven verschillende lidstaten en de kiesgerechtigde leeftijd voor de verkiezingen voor het Europees Parlement hebben bereikt. Hoewel er geen maximum geldt voor het aantal burgers in het comité, worden slechts zeven leden officieel door de Commissie geregistreerd.

Statistieken over leden van burgercomités voor initiatieven die zijn geregistreerd sinds april 2015:

5.

-Woonland en nationaliteit van de burgercomitéleden



-Leeftijd van de leden van het comité (ten tijde van de registratie)


Registratie van initiatieven

Voordat de organisatoren steunbetuigingen beginnen te verzamelen, dienen zij hun initiatief te laten registeren door de Commissie, die in die fase met name controleert of het burgercomité voldoet aan de hierboven beschreven vereisten. Ook vergewist de Commissie zich ervan dat het voorgestelde initiatief niet zichtbaar buiten het kader valt van de bevoegdheden van de Commissie om een voorstel in te dienen voor een rechtshandeling van de Unie ter uitvoering van de Verdragen, dat het burgerinitiatief geen misbruik oplevert of lichtzinnig of ergerlijk is en dat het niet zichtbaar indruist tegen de waarden van de Unie.

De Commissie heeft twee maanden de tijd om na te gaan of aan de in artikel 4, lid 2, van de EBI-verordening vermelde voorwaarden wordt voldaan.

In het vorige verslag is er al op gewezen dat de registratieprocedure voor de organisatoren een hele opgave vormt, met name waar het gaat om de reikwijdte van de bevoegdheden van de Commissie. Derhalve zijn op twee niveaus verbeteringen ingevoerd. Sinds 2015 neemt het college van commissarissen de besluiten inzake de registratie van voorgestelde burgerinitiatieven. Hieruit blijkt dat de Commissie groot belang hecht aan het EBI en dat zij het een prioriteit acht om naar de burger en zijn zorgen te luisteren. De publicatie van persberichten door de Commissie heeft ook de zichtbaarheid van registraties vergroot.

Daarnaast is de Commissie ertoe overgegaan om initiatieven, in voorkomend geval, gedeeltelijk te registreren. In dergelijke gevallen heeft de Commissie een besluit vastgesteld met de voorwaarden voor de inschrijving, waarbij wordt gespecificeerd welke elementen de Commissie registreert als basis op grond waarvan steunbetuigingen voor het initiatief kunnen worden verzameld.

Als gevolg daarvan konden sinds 2015 slechts twee voorgestelde initiatieven niet door de Commissie worden geregistreerd omdat zij niet voldeden aan de vereisten daarvoor (‘Stop Brexit’ en ‘British friends – stay with us in EU’).

Sinds de inwerkingtreding van de verordening in 2012 hebben zes burgercomités bij het Gerecht beroep ingesteld tegen besluiten van de Commissie waarbij verzoeken tot registratie van hun voorgestelde initiatieven werden afgewezen 8 . Deze procedures voor het Hof zijn tijdens de verslagleggingsperiode voortgezet, maar hebben alle betrekking op besluiten die zijn genomen in de periode 2012-2014.

Het Gerecht heeft het besluit tot weigering in vier zaken bevestigd 9 . Tegen twee van deze vier arresten van het Gerecht is beroep aangetekend bij het Hof van Justitie van de EU. Op 12 september 2017 heeft het Hof van Justitie het beroep in de eerste van deze zaken afgewezen en het arrest van het Gerecht en het besluit van de Commissie om registratie van het voorgestelde initiatief te weigeren, bevestigd 10 .

In twee andere gevallen (‘Stop TTIP’ en ‘Minority SafePack’) heeft de Commissie de initiatieven geregistreerd om te voldoen aan de arresten die het Gerecht van de EU in 2017 heeft gewezen 11 . Vervolgens werd een beroep tot nietigverklaring ingesteld tegen het besluit van de Commissie van maart 2017 tot registratie van het voorgestelde initiatief ‘Minority Safepack’ 12 .

Het voorstel van de Commissie voor een nieuwe verordening strekt tot verbetering van de registratieprocedure. Zo wordt voorzien in de mogelijkheid om (voorlopige) informatie te verstrekken aan de organisatoren, als het initiatief buiten de bevoegdheden van de Commissie valt. Ook worden de voorwaarden voor gedeeltelijke registratie van initiatieven verduidelijkt. Het gaat om gevallen waarin slechts een deel van het initiatief zichtbaar buiten de bevoegdheden van de Commissie valt om een voorstel in te dienen voor een rechtshandeling van de Unie ter uitvoering van de Verdragen.

6.

Verzameling van steunbetuigingen


De EBI-verordening bepaalt dat de steun voor een burgerinitiatief alleen kan worden gegeven door burgers van de Unie die de kiesgerechtigde leeftijd voor de verkiezingen voor het Europees Parlement hebben bereikt. Die leeftijd is 18 jaar in de hele EU, met uitzondering van Oostenrijk, waar burgers vanaf 16 jaar stemrecht hebben.

De organisatoren hebben maximaal 12 maanden de tijd om papieren of online steunbetuigingen te verzamelen, met gebruikmaking van formulieren die in overeenstemming zijn met de modellen in bijlage III bij de verordening.

Wat betreft het verzamelen van steunbetuigingen voor het laatste initiatief waarvoor de drempel van één miljoen werd bereikt (‘Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen’), werd ongeveer 21 % op papier en ongeveer 79 % online verzameld 13 .

7.

Gegevensvereisten


Ondertekenaars moeten de nationaliteit van een bepaalde lidstaat hebben of daarvan ingezetene zijn en zij moeten persoonsgegevens verstrekken met het oog op verificatie door de autoriteiten van die lidstaat. Deze vereisten variëren van lidstaat tot lidstaat.

De in bijlage III opgenomen gegevensvereisten voor ondertekenaars kunnen op verzoek van de betrokken lidstaten bij gedelegeerde handeling van de Commissie worden gewijzigd. Na een eerste wijziging in 2013, in verband met zes lidstaten, zijn de vereisten in 2015 bij een tweede wijziging voor nog eens drie lidstaten vereenvoudigd.

Deze verschillen tussen de gegevensvereisten voor de steun van burgers hebben afbreuk gedaan aan de doeltreffendheid en doelmatigheid van het burgerinitiatief. Zo wordt het sommige EU-burgers onmogelijk gemaakt om steun te verlenen, zien burgers er in bepaalde landen misschien wel van af om hun steun te betuigen omdat er veel persoonsgegevens zijn vereist of omdat er wordt gevraagd naar gegevens die naar hun aard wellicht gevoelig worden geacht, zijn er momenteel maar liefst 13 formulieren in gebruik, waarmee om verschillende soorten persoonsgegevens wordt verzocht, waardoor het verzamelen van steunbetuigingen – met name die op papier – een bijzonder omslachtige aangelegenheid is, enz.

Deze kwesties worden in het in september 2017 vastgestelde voorstel als een prioriteit aangepakt en in het werkdocument van de diensten van de Commissie bij het voorstel uitgebreid beschreven.

8.

Online verzamelen van steunbetuigingen


Het online verzamelen van steunbetuigingen van ondertekenaars geldt als een van de sterke punten van het instrument en is voor de organisatoren dikwijls een onmisbaar instrument. Het kan hen echter voor een grote opgave stellen.

Wie steunbetuigingen online wil verzamelen, moet momenteel zijn eigen systeem opzetten (met inbegrip van de software en hostingserver) en dit laten certificeren door een bevoegde instantie in de lidstaat waar de gegevens zullen worden opgeslagen. Met het oog op de inachtneming van de in artikel 6 van de EBI-verordening vastgestelde vereisten, zijn de technische specificaties voor online verzamelsystemen vastgesteld bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1179/2011 van de Commissie van 17 november 2011.

De verzamelsystemen moeten ook beschikken over de nodige technische en veiligheidskenmerken ter bescherming van de persoonsgegevens van ondertekenaars.

De Commissie heeft uitgebreide bijstand verleend voor het online verzamelen van steunbetuigingen in het kader van het EBI. Overeenkomstig de verordening heeft de Commissie in december 2011 gratis open sourcesoftware ter beschikking gesteld, die organisatoren met of zonder aanpassingen kunnen gebruiken. Zij mogen er echter ook voor kiezen van andere software gebruik te maken.

Uit het oogpunt van kosten, maar vooral qua organisatie blijkt het telkens lastig voor organisatoren om een hostingserver te vinden waarop de software kan worden geïnstalleerd, waardoor het online verzamelen vertraagd van start gaat. In 2012 besloot de Commissie organisatoren gratis de mogelijkheid te bieden gebruik te maken van haar eigen servers voor het hosten van hun online verzamelsystemen, waarmee zij verder ging dan haar verplichtingen uit hoofde van de huidige verordening.

De door de Commissie ontwikkelde software biedt een aantal functies voor het online verzamelen van steunbetuigingen, het veilig opslaan van de gegevens van ondertekenaars en het exporteren van de gegevens met het oog op hun latere indiening bij de bevoegde autoriteiten in de lidstaten.

De software is geregeld geüpgraded om hem actueel te houden en gebruiksvriendelijker te maken. De software biedt onder meer de mogelijkheid om steunbetuigingen te verzamelen via mobiele apparaten zoals smartphones of tablets en om links aan te brengen naar sociale media en websites voor campagnedoeleinden. Voor mensen met een handicap zijn aanvullende verbeteringen bedacht 14 .

Sinds april 2015 is voor twaalf initiatieven gebruikgemaakt van de software van de Commissie en voor tien daarvan is ook de hostingdienst van de Commissie gebruikt.

Voor zover bekend is tot dusver geen gebruikgemaakt van de geavanceerde elektronische handtekening bedoeld in artikel 5, lid 2.

9.

Tijdschema voor gegevensverzameling


Organisatoren hebben vanaf de datum waarop de Commissie hun initiatief registreert een jaar de tijd om steunbetuigingen te verzamelen. Door de logistieke vereisten waaraan moet worden voldaan voordat het verzamelen kan beginnen, rest de organisatoren in de praktijk vaak minder dan een jaar. Zo beginnen veel organisatoren het verzamelen pas voor te bereiden als zij de bevestiging krijgen dat hun initiatief wordt geregistreerd, ook al kunnen zij de betrokken lidstaat op basis van de verordening verzoeken om hun online verzamelsysteem al vóór de registratie van het initiatief te certificeren. De ervaring leert dat het resultaat van het verzamelproces ook sterk wordt bepaald door de mate waarin een campagne is georganiseerd en of dit goed is gebeurd 15 .

De organisatoren van het initiatief ‘Mama, papa en de kinderen’ dienden een klacht in bij de Ombudsman in verband met de juridische uitlegging die de Commissie geeft aan de verzamelperiode van twaalf maanden. De Ombudsman oordeelde dat de Commissie bij de huidige stand van het recht terecht meende dat het verzamelen van de steunbetuigingen begint op de datum van registratie van het voorgestelde initiatief 16 .

Om de voornoemde kwesties aan te pakken, bevat het voorstel voor een herziening van de EBI-verordening een aantal verbeteringen, variërend van een flexibeler tijdschema (dat organisatoren met name de mogelijkheid biedt om de verzamelperiode maximaal drie maanden na de registratiedatum in te laten gaan) tot een centraal online verzamelsysteem (dat de Commissie gratis zal opzetten en beheren als alternatief voor individuele systemen).

10.

Verificatie van steunbetuigingen en indiening bij de Commissie


Wanneer de organisatoren het vereiste aantal steunbetuigingen hebben verzameld (één miljoen in totaal met inachtneming van minimumdrempels in minstens 7 landen), dienen zij deze in bij de bevoegde nationale autoriteiten, die drie maanden de tijd hebben om het aantal geldige steunbetuigingen te verifiëren en te certificeren.

Als wordt bevestigd dat het minimumaantal ondertekenaars is bereikt, dienen de organisatoren hun initiatief in bij de Commissie. In maart 2015 waren drie initiatieven met goed gevolg bij de Commissie ingediend (zoals beschreven in het vorige verslag), waarna er op 6 oktober 2017 nog één volgde (‘Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen’).

De autoriteiten van alle lidstaten is verzocht om de steunbetuigingen voor laatstgenoemd initiatief te verifiëren. Voor dit initiatief werd meer dan 87 % van de verzamelde steunbetuigingen door de bevoegde autoriteiten geldig bevonden. Slechts twee autoriteiten noteerden een resultaat van minder dan 75 %.

In twaalf lidstaten werd een steekproefsgewijze verificatie verricht (in twee lidstaten ging het om op papier verzamelde steunbetuigingen en in één om online verzamelde steunbetuigingen). Wat betreft de geldigheid van de steunbetuigingen werden geen significante verschillen gevonden tussen de resultaten van de lidstaten die van een steekproef gebruikmaakten en die welke alle steunbetuigingen verifieerden.

Het vierde initiatief (‘Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen’) kreeg de steun van 1 070 865 ondertekenaars 17 .

De lidstaten waar voor alle vier succesvolle EBI’s de drempel werd bereikt, waren Duitsland, Spanje en Italië.

Het totale (cumulatieve) aantal ondertekenaars per land voor de vier succesvolle initiatieven:

ATBEBGHRCYCZDKEEFIFR
132 923102 09515 46214 27310 14733 019*29 610*6 023*32 100220 463*
DEELHUIEITLVLTLUMTNL
2 202 50089 24397 02623 8221 450 86213 88930 28618 03426 89998 403
PLPTROSKSIESSEUK
285 85798 823*116 907*67 211*43 272322 42933 831147 376*


* Totale aantal steunbetuigingen, met inbegrip van de certificaten ontvangen na de datum waarop het betrokken initiatief bij de Commissie werd ingediend


De bepalingen inzake de verificatie van steunbetuigingen moesten de lidstaten enige flexibiliteit bieden, zodat er gebruik kon worden gemaakt van de procedures die op nationaal niveau voor soortgelijke instrumenten voorhanden zijn en de administratieve belasting beperkt zou blijven. Hierdoor is een situatie ontstaan waarin de reikwijdte van de van de ondertekenaars gevraagde gegevens en van de verificatie per lidstaat verschilt. De recente studie inzake de gegevensvereisten heeft echter uitgewezen dat de verificatiebenadering waarin de verordening momenteel voorziet, goed is opgezet, vergeleken met soortgelijke instrumenten op regionaal en nationaal niveau. Tot op heden is er ook geen geval van significante fraude gemeld.

Dat er geen termijn is waarbinnen een succesvol initiatief bij de Commissie moet worden ingediend, kan overigens bij de burgers die hun steun hebben betuigd, maar ook bij de EU-instellingen voor verwarring en onzekerheid zorgen over de follow-up van succesvolle initiatieven. Het voorstel van de Commissie verhelpt dit probleem door te voorzien in een uiterste termijn voor de indiening van een initiatief.

11.

Onderzoek en follow-up door de Commissie


In deze fase worden de organisatoren uitgenodigd voor een bijeenkomst met de Commissie en wordt een openbare hoorzitting gehouden in het Europees Parlement. Na deze onderzoeksfase van drie maanden wordt een mededeling vastgesteld waarin de Commissie uitlegt welke acties zij eventueel zal nemen en waarom (artikel 10).

Met het initiatief ‘Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen’ werd de Europese Commissie verzocht “de lidstaten voor te stellen glyfosaat te verbieden, de erkenningsprocedure voor gewasbeschermingsmiddelen te hervormen en bindende EU-doelstellingen vast te leggen om het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te verminderen.” Namens de Commissie ontvingen eerste vicevoorzitter Timmermans en commissaris voor Gezondheid en Voedselveiligheid Vytenis Andriukaitis op 23 oktober 2017 een vertegenwoordiging van de organisatoren. Op 20 november 2017 werd een openbare hoorzitting in het Europees Parlement gehouden, waaraan ook commissaris Andriukaitis deelnam.

Op 12 december 2017 stelde de Commissie een mededeling vast met de maatregelen die zij van plan is te nemen. Hoewel de Commissie geen voorstel zal vaststellen voor een verbod van op glyfosaat gebaseerde onkruidbestrijdingsmiddelen, aangezien het besluit tot verlenging van de goedkeuring van glyfosaat voor vijf jaar uit zowel wetenschappelijk als juridisch oogpunt volledig gerechtvaardigd is, zal zij uiterlijk in mei 2018 met een wetgevingsvoorstel komen dat met name de transparantie rond besluitvorming en wetenschappelijke beoordelingen moet verbeteren. Ook zal de Commissie de inspanningen opvoeren voor de continue en meetbare vermindering van de risico’s in verband met het gebruik van pesticiden.

Hieronder volgt een update over de initiatieven die bij de Commissie zijn ingediend vóór de vaststelling van het vorige verslag over het Europees burgerinitiatief op 31 maart 2015.

Met het initiatief ‘Stop vivisectie’ (dat op 3 maart 2015 bij de Commissie werd ingediend) werd de Commissie opgeroepen tot “afschaffing van directive [sic] 2010/63/EU (bescherming en welzijn proefdieren)” en vaststelling van “een duidelijk nieuw voorstel (Directive) dat dierproeven volledig uitsluit in biomedisch en toxicologisch onderzoek en enkel gegevens toelaat die direct toepasbaar zijn voor de mens”. Op 11 mei 2015 werd een vergadering georganiseerd, waaraan namens de Commissie vicevoorzitter Kaitanen en hoge ambtenaren van de betrokken departementen deelnamen. Op dezelfde dag werd in het Europees Parlement een openbare hoorzitting gehouden, waarbij voor het eerst ook externe deskundigen werden uitgenodigd om het woord te nemen. De Commissie werd vertegenwoordigd door vicevoorzitter Katainen.

Op 3 juni 2015 stelde de Commissie een mededeling vast waarin zij maatregelen aankondigde met een vierledig doel: het versnellen van de vooruitgang inzake de drie V’s (vervanging, vermindering en verfijning van het gebruik van dieren) door het delen van kennis, het ontwikkelen, valideren en implementeren van nieuwe alternatieven voor dierproeven, het handhaven van het beginsel van de drie V’s en het aanpassen van relevante sectorale wetgeving, en het aangaan van een dialoog met de wetenschappelijke gemeenschap.

De Commissie organiseerde op 6 en 7 december 2016 een wetenschappelijke conferentie in Brussel om na te gaan welke vorderingen zijn geboekt naar aanleiding van het initiatief en te bespreken hoe de meest geavanceerde inzichten uit biomedisch en ander onderzoek kunnen worden benut voor de ontwikkeling van wetenschappelijk verantwoorde diervrije methoden 18 .

Voorts zij erop gewezen dat de Ombudsman naar aanleiding van een klacht van de organisatoren van het initiatief ‘Stop vivisectie’ besloot dat er bij de behandeling van dit initiatief door de Commissie geen sprake was van wanbeheer (april 2017) 19 .

In verband met het initiatief ‘Een van ons’, ten aanzien waarvan de Commissie antwoordde dat zij het bestaande rechtskader passend achtte, hebben de organisatoren een procedure ingesteld bij het Gerecht van de EU om de mededeling die de Commissie die naar aanleiding van het initiatief had vastgesteld, nietig te laten verklaren. De procedure bij het Gerecht loopt nog 20 .

In verband met het initiatief genaamd “Water en sanitaire voorzieningen zijn een mensenrecht! Water is een publiek goed, geen handelswaar!” zijn sinds de vaststelling van de mededeling van de Commissie in maart 2014 verscheidene follow-upmaatregelen uitgevoerd 21 . Overigens heeft het initiatief ertoe bijgedragen dat “water en sanitaire voorzieningen” is gehandhaafd als belangrijke prioriteit voor het EU-ontwikkelingskader voor de periode na 2015 22 en vervolgens ook is opgenomen in de lijst van duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling van de Verenigde Naties 23 . Verder heeft de Commissie op 1 februari 2018 een voorstel voor een herziene richtlijn betreffende de kwaliteit van voor menselijke consumptie bestemd water 24 vastgesteld, dat naar aanleiding van het initiatief onder meer voorziet in een verplichting voor de lidstaten om kwetsbare en gemarginaliseerde groepen toegang tot water te bieden. Ook de Europese pijler van sociale rechten, die op 17 november 2017 is afgekondigd door het Europees Parlement, de Raad en de Commissie 25 , omvat het beginsel dat iedereen recht heeft op toegang tot hoogwaardige essentiële diensten, waaronder water en sanitaire voorzieningen (beginsel 20 — Toegang tot essentiële diensten).

In het voorstel tot herziening van de verordening over het Europees burgerinitiatief heeft de Commissie een aantal verbeteringen opgenomen, waaronder met name het voorleggen van het initiatief, na ontvangst, aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s, een meer inclusieve openbare hoorzitting in het Europees Parlement met het oog op een evenwichtige vertegenwoordiging van al diegenen die belang hebben bij het initiatief, en een verlenging van de onderzoeksfase van drie naar vijf maanden, zodat er meer tijd beschikbaar zal zijn voor debat en de Commissie dit debat in aanmerking kan nemen bij het bepalen van haar respons.

Transparantie — financiering

Artikel 9 bepaalt dat de organisatoren informatie moeten geven over alle bronnen van financiering die meer dan 500 EUR per jaar per sponsor bedraagt. Deze informatie wordt bekendgemaakt in het EBI-register.

Overzicht van sponsoring voor de initiatieven die sinds april 2015 zijn geregistreerd:

Geen financieringsbronnenTotaal bedrag aan financiering tot 10 000 EURTotaal bedrag aan financiering boven 10 000 EUR
Aantal initiatieven827


De opgegeven ondersteuning en financiering van het initiatief ‘Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen’ beloopt 328 399 EUR – het hoogste bedrag tot dusver voor een succesvol burgerinitiatief.

12.

Ondersteuning en voorlichting


Contact:

Overeenkomstig artikel 4, lid 1, is een contactpunt beschikbaar, dat wordt gehost door het Europe Direct-contactcentrum. Sinds april 2015 heeft het contactpunt 257 informatieverzoeken van burgers behandeld.


De vragen worden doorgestuurd aan de Commissie als het Europe Direct-contactcentrum deze niet rechtstreeks kan beantwoorden, bijvoorbeeld wanneer wordt gevraagd of een mogelijk initiatief voldoet aan de registratiecriteria. In dat geval wordt een informeel antwoord gegeven, dat niet vooruitloopt op het officiële antwoord van de Commissie na een eventueel registratieverzoek. Sinds april 2015 zijn 66 vragen doorgestuurd aan de Commissie.

Organisatoraccount:

Wanneer een initiatief eenmaal officieel is geregistreerd, beantwoordt de Commissie vragen van organisatoren rechtstreeks via hun eigen account op de EBI-website. Ook per e-mail en telefoon worden voortdurend antwoorden gegeven.

IT-ondersteuning:

De Commissie biedt ondersteuning aan bij het gebruik van haar online verzamelsoftware, alsook bij de hosting van online verzamelsystemen op haar servers; de afgelopen drie jaar zijn in verband hiermee bijna 300 verzoeken behandeld. Ook is er bijstand verleend met gebruikmaking van het Joinup-platform, dat belanghebbenden toegang biedt tot informatie over de jongste ontwikkelingen.

Ondersteuning bij de vertaling:

De vertaling van de initiatieven is een taak van de organisatoren en is vanaf het begin een omslachtig proces gebleken. Sinds 2015 biedt het Europees Economisch en Sociaal Comité organisatoren welkome ondersteuning bij de vertalingen, waardoor de situatie aanzienlijk is verbeterd. Zoals aangegeven in haar voorstel voor een nieuwe verordening, is de Commissie van plan zelf de inhoud van de initiatieven te vertalen; in 2018 is zij al begonnen de organisatoren van dergelijke vertalingen te voorzien.

Overige:

Een ander belangrijk nieuw element van het voorstel betreft de oprichting van een online samenwerkingsplatform ter ondersteuning van de uitwisseling van goede praktijken tussen mensen die beroepshalve met het EBI te maken hebben, met name via een discussieforum en andere instrumenten en mechanismen voor ondersteuning en opleiding. In het kader van een proefproject van het Europees Parlement heeft de Commissie de oprichting van een dergelijk platform al geïnitieerd. Dit zal worden getest en verder ontwikkeld tot een volledig uitgewerkte versie beschikbaar wordt gemaakt uit hoofde van de nieuwe verordening. De eerste versie van het platform zal volgens planning in april 2018 worden gepresenteerd.

Het samenwerkingsplatform gaat tegelijk van start met een communicatiecampagne over het burgerinitiatief in bredere zin, waarbij gebruik zal worden gemaakt van specifieke instrumenten en producten ter ondersteuning van de zichtbaarheid van het instrument, wervende sociale-mediaberichten voor het algemene publiek en de organisatie van evenementen in de lidstaten om potentiële opiniemakers te bereiken.


13.

Conclusie



Na de laatste knelpunten grondig te hebben onderzocht op basis van de bijdragen van de instellingen en organen van de EU en de belanghebbenden, heeft de Commissie oplossingen aangedragen in haar voorstel voor een verordening van 13 september 2017. De herziening zorgt in alle achtereenvolgende fasen van de levenscyclus van het EBI voor tal van vereenvoudigingen en verbeteringen voor burgers en organisatoren. Dit moet ertoe bijdragen dat het volledige potentieel wordt benut van het EBI als instrument dat debat en burgerparticipatie op Europees niveau bevordert en de EU dichter bij haar burgers brengt, overeenkomstig prioriteit nr. 10 van de Commissie (‘een Unie van democratische verandering’).

Het Europees Parlement en de Raad bespreken het voorstel momenteel en de drie instellingen hebben in hun gezamenlijke verklaring afgesproken er in het wetgevingsproces prioriteit aan te geven, zodat aanzienlijke vooruitgang kan worden bereikt en, waar mogelijk, vóór de Europese verkiezingen van 2019 resultaten kunnen worden geboekt. De Commissie vraagt om de verordening voor het eind van 2018 vast te stellen, zodat deze in januari 2020 in werking kan treden en de aanzienlijke voordelen voor de democratie in de EU en de burgerparticipatie zo snel mogelijk gestalte kunnen krijgen.

Tot die tijd blijft de Commissie de werking van het EBI verbeteren binnen het bestaande rechtskader. Een eerste versie van het online samenwerkingsplatform gaat in april 2018 van start en de Commissie zal haar communicatie- en voorlichtingsactiviteiten over het EBI opvoeren door middel van een informatiecampagne die in 2018 begint.

De Commissie zal waar nodig steeds follow-up blijven geven aan succesvolle initiatieven en anders uitgebreid toelichten waarom zij dat niet doet, overeenkomstig haar tien politieke prioriteiten. De Commissie heeft zich ertoe verbonden om follow-upmaatregelen te nemen naar aanleiding van drie van de vier succesvolle initiatieven en voor twee daarvan heeft zij wetgevingsvoorstellen aangekondigd of vastgesteld.

Het EBI-instrument, zo blijkt uit de negen miljoen steunbetuigingen die tot dusver voor de verschillende initiatieven zijn verzameld, bevordert de burgerparticipatie op het hele continent en draagt bij tot de ontwikkeling van pan-Europese debatten en deelname aan het democratisch bestel van de EU. Door de burger rechtstreeks aan het woord te laten en de kans te geven zich uit te spreken over zaken die voor hem van belang zijn, vult het EBI het wetgevingsproces van de EU aan en brengt het de burger dichter bij de Unie.

(1)

Artikel 11, lid 4, van het Verdrag betreffende de Europese Unie en artikel 24 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

(2)

Verordening (EU) nr. 211/2011 van het Europees Parlement en de Raad, vastgesteld in februari 2011. Deze verordening wordt aangevuld door Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1179/2011 van de Commissie van 17 november 2011 tot vaststelling van technische specificaties voor systemen voor het online verzamelen van steunbetuigingen.

(3)

Verslag over de toepassing van Verordening (EU) nr. 211/2011 over het burgerinitiatief – 31 maart 2015 .

(4)

www.europarl.europa.eu/sides/getDoc.do?pubRef=-/+TA+P8-TA-2015-0382+0+DOC+XML+V0//NL">Resolutie van het Europees Parlement van 28 oktober 2015 over het Europees burgerinitiatief .

(5)

COM(2017) 482 van 13.9.2017.

(6)

Het werkdocument van de diensten van de Commissie is beschikbaar op de pagina over de herziening van de verordening op de EBI-website.

(7)

Naast een in juni 2015 uitgebrachte studie over de ICT-gevolgen van de verordening over het burgerinitiatief heeft de Commissie nog drie studies laten verrichten, over respectievelijk de gegevensvereisten voor ondertekenaars, het gebruik van elektronische identificatie (eID), en online verzamelsystemen en technische specificaties ingevolge Verordening (EU) nr. 211/2011 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1179/2011. Deze studies zijn beschikbaar op de pagina over de herziening van de verordening op de EBI-website.

(8)

Zaken T-754/14, T-361/14, T-44/14, T-529/13, T-450/12 en T-646/13.

(9)

Zaken T-450/12, T 44/14, T 529/13, T 361/14.

(10)

Zaken C-589/15 en C-420/16.

(11)

Zaken T-646/13 en T-754/14.

(12)

Zaak T-391/17.

(13)

De cijfers inzake het verzamelen van steunbetuigingen zijn slechts beschikbaar voor de ingediende initiatieven, omdat de Commissie en de lidstaten alleen daar officiële cijfers over hebben.

(14)

In 2013 is een studie uitgevoerd om de elementen te ontdekken die niet stroken met de beste praktijken op het gebied van toegankelijkheid. Bij de implementatie van het nieuwe ontwerp ten behoeve van het gebruiksgemak in 2017 is voor het frontend van de toepassing gebruikgemaakt van beste praktijken op het gebied van toegankelijkheid. Verdere werkzaamheden op het gebied van toegankelijkheid zijn nog gaande.

(15)

Overigens was voor het initiatief ‘Verbied glyfosaat en bescherm mens en milieu tegen giftige bestrijdingsmiddelen’ het vereiste aantal steunbetuigingen in slechts ongeveer vijf maanden verzameld.

(16)

Besluit in zaak 1086/2017/PMC.

(17)

De verdeling van de ondertekenaars per land kan worden geraadpleegd op: ec.europa.eu/citizens-initiative/public

(18)

Meer details over de follow-upmaatregelen zijn beschikbaar op de speciale pagina van het EBI-register.

(19)

Zaak 1609/2016/JAS.

(20)

Zaak T-561/14.

(21)

Zie de desbetreffende pagina met follow-up van het EBI-register.

(22)

Mededeling “Een waardig leven voor iedereen: van wensbeeld naar collectieve maatregelen” van 2 juni 2014, COM(2014) 335.

(23)

https://sustainabledevelopment.un.org/post2015/transformingourworld.

(24)

COM(2017) 753 – 1.2.2018

(25)

https://ec.europa.eu/commission/sites/beta-political/files/social-summit-european-pillar-social-rights-booklet_nl.pdf