Overwegingen bij COM(2012)164 - Vereenvoudiging van de overbrenging van in een andere lidstaat ingeschreven motorvoertuigen binnen de interne markt

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) Alle lidstaten hebben een systeem voor de inschrijving van motorvoertuigen, waarmee administratieve toestemming wordt verleend voor ingebruikname op de openbare weg en waarbij het voertuig wordt geïdentificeerd en een inschrijvingsnummer krijgt. Veel van de nationale voorschriften voor de inschrijving van voertuigen zijn echter tegenstrijdig, ingewikkeld en omslachtig. De problemen bij de inschrijving van voertuigen creëren daardoor belemmeringen binnen de interne markt en bemoeilijken het vrije verkeer binnen de Unie van in een andere lidstaat ingeschreven motorvoertuigen.

(2) In haar verslag over het EU-burgerschap 2010 met als titel “Het wegnemen van de belemmeringen voor de rechten van EU-burgers”[16] noemt de Commissie de problemen bij de inschrijving van voertuigen een van de belangrijkste obstakels waarmee burgers te kampen hebben wanneer zij in het dagelijks leven hun rechten als ingezetene van de Unie willen uitoefenen. In dat verslag wees de Commissie op de noodzaak om die belemmering op te heffen door de formaliteiten en de voorwaarden voor de inschrijving van in een andere lidstaat ingeschreven voertuigen te vereenvoudigen.

(3) Richtlijn 1999/37/EG van de Raad van 29 april 1999 inzake de kentekenbewijzen van motorvoertuigen[17] harmoniseert de vorm en de inhoud van het kentekenbewijs om het begrijpelijker te maken en daardoor het vrije verkeer van in een lidstaat ingeschreven voertuigen op de wegen op het grondgebied van de andere lidstaten te vergemakkelijken. Op grond van die richtlijn moet het door een lidstaat afgegeven kentekenbewijs door de overige lidstaten worden erkend voor de identificatie van het voertuig in het internationale wegverkeer en voor de herinschrijving ervan in een andere lidstaat. Richtlijn 1999/37/EG bevat echter geen voorschriften om te bepalen welke lidstaat bevoegd is voor de inschrijving en de toepasselijke voorwaarden en procedures. Daarom moeten, met het oog op de afschaffing van de belemmeringen voor het vrije verkeer van motorvoertuigen binnen de interne markt, afzonderlijke geharmoniseerde voorschriften worden vastgesteld om te bepalen in welke lidstaat een motorvoertuig moeten worden ingeschreven en om vereenvoudigde procedures voor de herinschrijving van in een andere lidstaat ingeschreven motorvoertuigen in te voeren.

(4) De nationale voorschriften van lidstaten verplichten de op hun grondgebied gevestigde ondernemingen en burgers vaak om daar een motorvoertuig in te schrijven dat is ingeschreven door een in een andere lidstaat gevestigde derde persoon, ook wanneer het voertuig niet hoofdzakelijk permanent wordt gebruikt in de lidstaat die de inschrijving voorschrijft en er niet de intentie is om het voertuig op die wijze te gebruiken. Daarom moet worden vastgesteld in welke lidstaat een motorvoertuig moet worden ingeschreven indien het gebruikt wordt door een persoon die gevestigd is of verblijft in een andere lidstaat dan de lidstaat waar de eigenaar is gevestigd of verblijft. Derhalve is het wenselijk dat lidstaten de geldige inschrijving in een andere lidstaat wederzijds erkennen.

(5) De inschrijving van in een andere lidstaat ingeschreven motorvoertuigen wordt belemmerd door belastende inschrijvingsformaliteiten in de lidstaten, vooral door de verplichting om deze voertuigen aan aanvullende onderzoeken te onderwerpen om vóór de inschrijving hun algemene staat te beoordelen of om ze te identificeren. Daarom moeten deze formaliteiten worden verminderd teneinde het vrije verkeer van motorvoertuigen te garanderen en de administratieve lasten voor de burger, het bedrijfsleven en de inschrijvingsinstanties te beperken. Vooral voor burgers of bedrijven die een in een andere lidstaat ingeschreven motorvoertuig aanschaffen moet een vereenvoudigde inschrijvingsprocedure worden ingevoerd, die de erkenning van de documenten en technische keuringen van de andere lidstaat omvat en waarbij de administratieve samenwerking tussen de bevoegde instanties voor de uitwisseling van ontbrekende gegevens wordt georganiseerd.

(6) In deze verordening moet rekening worden gehouden met Besluit 2004/919/EG van de Raad van 22 december 2004 betreffende de aanpak van voertuigcriminaliteit met grensoverschrijdende implicaties[18], dat als doelstelling heeft een verbeterde samenwerking binnen de Unie te bereiken teneinde grensoverschrijdende voertuigcriminaliteit te voorkomen en te bestrijden. Op grond van dat besluit moet elke lidstaat ervoor zorgen dat de bevoegde instanties de nodige maatregelen nemen om misbruik en diefstal van inschrijvingsdocumenten van voertuigen te voorkomen. Daarom moet deze verordening de lidstaten toestaan om inschrijving van een in een andere lidstaat ingeschreven motorvoertuig te weigeren wanneer er sprake is van voertuigcriminaliteit, met inbegrip van misbruik en diefstal van inschrijvingsdocumenten van voertuigen.

(7) Met deze verordening wordt gestreefd naar administratieve vereenvoudiging voor burgers, het bedrijfsleven en inschrijvingsinstanties, vooral door middel van de elektronische uitwisseling van gegevens uit kentekenregisters. Daarom is het voor de administratieve vereenvoudiging van de inschrijvingsformaliteiten noodzakelijk dat de lidstaten elkaar toegang tot hun gegevens in de kentekenregisters verschaffen om de uitwisseling van informatie te verbeteren en de inschrijvingsprocedures te versnellen.

(8) De verwerking van persoonsgegevens overeenkomstig deze verordening valt onder Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens[19]. Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens[20] is van toepassing op de verwerking van persoonsgegevens door de Commissie in de context van de onderhavige verordening.

(9) Voor de overbrenging van een in een lidstaat ingeschreven motorvoertuig naar een andere lidstaat met het oog op de inschrijving ervan door die andere lidstaat, is er behoefte aan een algemeen toegankelijke tijdelijke inschrijving om de verkeersveiligheid en de elektronische overdracht van betrouwbare gegevens uit kentekenregisters te garanderen. Daarom is het noodzakelijk om een systeem op te zetten waarbij motorvoertuigen tijdelijk kunnen worden ingeschreven.

(10) De overbrenging van motorvoertuigen naar een andere lidstaat door ondernemingen die motorvoertuigen distribueren of test-, reparatie- of onderhoudsdiensten voor motorvoertuigen aanbieden, gebeurt doorgaans met behulp van nationale handelaarskentekens. Deze handelaarskentekens worden echter vaak niet erkend in andere lidstaten, zodat de grensoverschrijdende professionele handel in tweedehands motorvoertuigen, vooral in de grensregio's, wordt belemmerd. Daarom moet een systeem worden ingevoerd waardoor ondernemingen die motorvoertuigen distribueren of test-, reparatie- of onderhoudsdiensten voor motorvoertuigen aanbieden, deze voertuigen naar een andere lidstaat kunnen overbrengen met een handelaarskenteken.

(11) Daar de doelstellingen van deze verordening, namelijk vermindering van de inschrijvingsformaliteiten om het vrije verkeer van in een andere lidstaat ingeschreven motorvoertuigen te garanderen en vermindering van de administratieve lasten voor burgers, bedrijven en inschrijvingsinstanties, niet voldoende door de lidstaten kunnen worden verwezenlijkt als gevolg van de tegenstrijdige nationale voorschriften en derhalve wegens de omvang en gevolgen ervan beter op Unieniveau kunnen worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan nodig is om die doelstellingen te verwezenlijken.

(12) Deze verordening eerbiedigt de grondrechten en neemt de in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie erkende beginselen in acht.

(13) Teneinde de doelstelling van uitwisseling van informatie tussen de lidstaten via interoperabele middelen te kunnen bereiken, moet aan de Commissie de bevoegdheid worden overgedragen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen ten aanzien van wijzigingen van de bijlagen I en II bij deze Verordening in het licht van de technische vooruitgang, met name om rekening te houden met de relevante wijzigingen van Richtlijn 1999/37/EG of wijzigingen van andere handelingen van de Unie die rechtstreeks relevant zijn voor het bijwerken van de bijlagen I en II bij deze verordening, ten aanzien van de voorwaarden die ondernemingen die handelaarskentekens gebruiken moeten vervullen om te voldoen aan de criteria van een goede reputatie en de vereiste vakbekwaamheid, en ten aanzien van de geldigheidsduur van de handelaarskentekenbewijzen. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en aan de Raad.

(14) Om te zorgen voor uniforme voorwaarden voor de uitvoering van deze verordening moet de Commissie de bevoegdheid worden verleend tot vaststelling van de gemeenschappelijke procedures en specificaties voor de softwaretoepassing die noodzakelijk is voor de elektronische uitwisseling van gegevens uit kentekenregisters, met inbegrip van het formaat van de uitgewisselde gegevens, de technische procedures voor de elektronische raadpleging van en toegang tot de nationale elektronische registers, toegangsprocedures en beveiligingsmechanismen, en tot vaststelling van het formaat en het model van het handelaarskentekenbewijs. Deze bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren[21].