Bijlagen bij COM(2009)474 - Standpunt van de EG in de Visserijorganisatie voor het zuidoostelijke deel van de Atlantische Oceaan

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

BIJLAGE

Het standpunt van de Gemeenschap in de Visserijorganisatie voor het zuidoostelijke deel van de Atlantische Oceaan

1. BEGINSELEN

In het kader van de SEAFO dient de Europese Gemeenschap:

a) te handelen overeenkomstig de door de Gemeenschap in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid nagestreefde doelstellingen, met name door het hanteren van de voorzorgsaanpak om een duurzame exploitatie van de door de SEAFO gereguleerde soorten te garanderen, de geleidelijke tenuitvoerlegging van een op het ecosysteem gebaseerde aanpak van het visserijbeheer te bevorderen en het effect van visserijactiviteiten op het mariene ecosysteem zoveel mogelijk te beperken, alsmede door het bevorderen van een economisch levensvatbare en concurrerende visserijsector in de Gemeenschap, daarbij zorgend voor een redelijke levensstandaard voor degenen die van visserijactiviteiten afhankelijk zijn en rekening houdend met de belangen van de consumenten;

b) erop toe te zien dat de maatregelen van de SEAFO in overeenstemming zijn met de doelstellingen van het SEAFO-Verdrag;

c) erop toe te zien dat de maatregelen van de SEAFO in overeenstemming zijn met het internationaal recht en met name met de bepalingen van het VN-Verdrag inzake het recht van de zee, de VN-Overeenkomst betreffende de instandhouding en het beheer van de grensoverschrijdende en de over grote afstanden trekkende visbestanden en de Overeenkomst om de naleving van de internationale instandhoudings- en beheersmaatregelen door vissersvaartuigen op de volle zee te bevorderen;

d) aan te sturen op consistentie van de standpunten die in de verschillende regionale organisaties voor visserijbeheer worden ingenomen;

e) te streven naar synergie met het beleid dat de Gemeenschap voert in het kader van haar bilaterale visserijrelaties met derde landen en te zorgen voor coherentie met haar beleid inzake buitenlandse betrekkingen;

f) erop toe te zien dat de internationale verbintenissen van de Gemeenschap worden nageleefd.

2. RICHTSNOEREN

De Europese Gemeenschap zet zich waar passend in om ervoor te zorgen dat de SEAFO werk maakt van de volgende acties:

a) strikte, op het beste beschikbare wetenschappelijk advies gebaseerde instandhoudings- en beheersmaatregelen ter waarborging van de instandhouding en het duurzame beheer op lange termijn van de visbestanden waarop het SEAFO-Verdrag van toepassing is. Zo nodig moeten, voor bestanden die te lijden hebben van overbevissing, specifieke maatregelen worden overwogen om elke toename van de visserijactiviteiten te vermijden;

b) maatregelen om terdege rekening te houden met de impact van visserijactiviteiten op ecologisch verwante diersoorten zoals zeevogels, cetaceeën, zeehonden en zeeschildpadden;

c) instandhoudings- en beheersmaatregelen ten aanzien van soorten die deel uitmaken van hetzelfde ecosysteem of hetzij samen voorkomen met hetzij afhankelijk zijn van de bestanden waarop wordt gevist;

d) beschermingsmaatregelen voor kwetsbare mariene ecosystemen in het SEAFO-gebied overeenkomstig de resoluties van de Algemene Vergadering van de VN;

e) aanvaarding van aanvragen van landen die op verantwoordelijke manier visserij bedrijven, om toe te treden tot de SEAFO.

[1] PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59.

[2] PB L 111 van 20.4.2001, blz. 15.