Bijlagen bij COM(2020)798 - Verordening (EU) 2023/1542 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 2023 inzake batterijen en afgedankte batterijen, tot wijziging van Richtlijn 2008/98/EG en Verordening (EU) 2019/1020 en tot intrekking van Richtlijn 2006/66/EG

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage V, punt 3.


3.2.4.Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader 

–◻    Het voorstel/initiatief is verenigbaar met het huidige meerjarige financiële kader.

–×Het voorstel/initiatief vergt herprogrammering van de betrokken rubriek van het meerjarige financiële kader.


De aanvullende taken die de Commissie op zich moet nemen, brengen aanvullende behoeften aan middelen met zich wat de hoogte van de bijdrage van de Unie en de posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten van het Europees Agentschap voor chemische stoffen betreft.


–◻    Het voorstel/initiatief vergt toepassing van het flexibiliteitsinstrument of herziening van het meerjarige financiële kader 77 .

Zet uiteen wat nodig is, onder vermelding van de betrokken rubrieken en begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen.


3.2.5.Bijdragen van derden 

–Het voorstel/initiatief voorziet niet in medefinanciering door derden.

3.3.Geraamde gevolgen voor de ontvangsten 

–⌧    Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten.

–◻    Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële gevolgen:

–◻    voor de eigen middelen

–◻    voor overige ontvangsten

– ◻ Geef aan of de ontvangsten worden toegewezen aan de begrotingsonderdelen voor uitgaven

in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)

Begrotingsonderdeel voor ontvangsten:Voor het lopende begrotingsjaar beschikbare kredietenGevolgen van het voorstel/initiatief 78
Jaar 
N
Jaar 
N+1
Jaar 
N+2
Jaar 
N+3
zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)
Artikel ………….

Vermeld voor diverse toegewezen ontvangsten het (de) betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven.


Vermeld de wijze van berekening van de gevolgen voor de ontvangsten.


3.4.Geraamde gevolgen voor de ontvangsten

–⌧    Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten.

–◻    Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële gevolgen:

–◻    voor de eigen middelen

–◻    voor overige ontvangsten

– ◻ Geef aan of de ontvangsten worden toegewezen aan de begrotingsonderdelen voor uitgaven

in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)

Begrotingsonderdeel voor ontvangsten:Voor het lopende begrotingsjaar beschikbare kredietenGevolgen van het voorstel/initiatief 79
Jaar 
N
Jaar 
N+1
Jaar 
N+2
Jaar 
N+3
zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)
Artikel ………….

Vermeld voor diverse toegewezen ontvangsten het (de) betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven.


Vermeld de wijze van berekening van de gevolgen voor de ontvangsten.


(1)

   Richtlijn 2009/33/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake de bevordering van schone wegvoertuigen ter ondersteuning van emissiearme mobiliteit (PB L 120 van 15.5.2009, blz. 5).

(2) World Economic Forum and Global Batteries Alliance, A vision for a sustainable battery value chain in 2030: Unlocking the potential to power sustainable development and climate change mitigation, 2019.
(3) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — De Europese Green Deal (COM(2019) 640 final).
(4) Bijlage bij COM(2018) 293 final.
(5) COM(2020) 98 final.
(6) COM(2020) 102 final.
(7) COM(2020) 789.
(8) https://www.eib.org/en/press/all/2020-121-eib-reaffirms-commitment-to-a-european-battery-industry-to-boost-green-recovery
(9) Een “gelijk speelveld” verwijst naar een gemeenschappelijke reeks regels en normen op basis waarvan situaties worden voorkomen waarin bedrijven in het ene land een concurrentievoordeel hebben ten opzichte van bedrijven in een ander land.
(10) Elk wetgevingsvoorstel dat nieuwe lasten schept, moet mensen en bedrijven bevrijden van een gelijkwaardige bestaande last op EU-niveau op hetzelfde beleidsterrein. Mededeling van de voorzitter aan de Commissie: “The Working Methods of the European Commission” (P(2019) 2).
(11) PB L 269 van 21.10.2000, blz. 34.
(12) PB L 312 van 22.11.2008, blz. 3.
(13) PB L 197 van 24.7.2012, blz. 38.
(14) PB L 174 van 1.7.2011, blz. 88.
(15) PB L 334 van 17.12.2010, blz. 17.
(16) PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1.
(17) SWD(2015) 111 final.
(18) COM(2017) 312 final.
(19) Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 9 april 2019 betreffende de uitvoering en de effecten op het milieu en de werking van de interne markt van Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 inzake batterijen en accu’s, alsook afgedankte batterijen en accu’s en tot intrekking van Richtlijn 91/157/EEG (COM(2019) 166 final) en het werkdocument van de diensten van de Commissie over de evaluatie van Richtlijn 2006/66/EG inzake batterijen en accu’s, alsook afgedankte batterijen en accu’s en tot intrekking van Richtlijn 91/157/EEG (SWD(2019) 1300).
(20) COM(2020) 98 final, https://eur-lex.europa.eu/resource.html?uri=cellar:9903b325-6388-11ea-b735-01aa75ed71a1.0023.02/DOC_1&format=PDF
(21) 2000/532/EG: Beschikking van de Commissie van 3 mei 2000 tot vervanging van Beschikking 94/3/EG houdende vaststelling van een lijst van afvalstoffen overeenkomstig artikel 1, punt a), van Richtlijn 75/442/EEG van de Raad betreffende afvalstoffen en Beschikking 94/904/EG van de Raad tot vaststelling van een lijst van gevaarlijke afvalstoffen overeenkomstig artikel 1, lid 4, van Richtlijn 91/689/EEG van de Raad betreffende gevaarlijke afvalstoffen (PB L 226 van 6.9.2000, blz. 3).
(22) PB C van , blz. .
(23) PB C van , blz. […
(24) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — De Europese Green Deal (COM(2019) 640 final).
(25) Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 inzake batterijen en accu’s, alsook afgedankte batterijen en accu’s en tot intrekking van Richtlijn 91/157/EEG (PB L 266 van 26.9.2006, blz. 1).
(26) Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 9 april 2019 betreffende de uitvoering en de effecten op het milieu en de werking van de interne markt van Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 inzake batterijen en accu’s, alsook afgedankte batterijen en accu’s en tot intrekking van Richtlijn 91/157/EEG (COM(2019) 166 final) en het werkdocument van de diensten van de Commissie over de evaluatie van Richtlijn 2006/66/EG inzake batterijen en accu’s, alsook afgedankte batterijen en accu’s en tot intrekking van Richtlijn 91/157/EEG (SWD(2019) 1300 final).
(27) Bijlage 2 bij Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 17 mei 2018 — “EUROPA IN BEWEGING - Duurzame mobiliteit voor Europa: veilig, geconnecteerd en schoon” (COM(2018) 293 final).
(28) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 11 maart 2020, Een nieuw actieplan voor een circulaire economie — Voor een schoner en concurrerender Europa (COM(2020) 98 final).
(29) Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1).
(30) Richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 september 2000 betreffende autowrakken (PB L 269 van 21.10.2000, blz. 34).
(31) Product Environmental Footprint — Category Rules for High Specific Energy Rechargeable Batteries for Mobile Applications https://ec.europa.eu/environment/eussd/smgp/pdf/PEFCR_Batteries.pdf  
(32) Overeenkomst van Parijs (PB L 282 van 19.10.2016, blz. 4) en het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering, beschikbaar op https://unfccc.int/resource/docs/convkp/conveng.pdf  
(33) Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het vaststellen van eisen inzake ecologisch ontwerp voor energiegerelateerde producten (PB L 285 van 31.10.2009, blz. 10).
(34) Richtlijn (EU) 2019/944 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot wijziging van Richtlijn 2012/27/EU (PB L 158 van 14.6.2019, blz. 125).
(35) Verordening (EU) nr. 1025/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende Europese normalisatie, tot wijziging van de Richtlijnen 89/686/EEG en 93/15/EEG van de Raad alsmede de Richtlijnen 94/9/EG, 94/25/EG, 95/16/EG, 97/23/EG, 98/34/EG, 2004/22/EG, 2007/23/EG, 2009/23/EG en 2009/105/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Beschikking 87/95/EEG van de Raad en Besluit nr. 1673/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 316 van 14.11.2012, blz. 12).
(36) Verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het verhandelen van producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 339/93 (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 30).
(37) Besluit nr. 768/2008/EG van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende een gemeenschappelijk kader voor het verhandelen van producten en tot intrekking van Besluit 93/465/EEG van de Raad (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 82).
(38) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s, Veerkracht op het gebied van kritieke grondstoffen: de weg naar een grotere voorzieningszekerheid en duurzaamheid uitstippelen (COM(2020) 474 final).
(39) Verordening (EU) 2017/821 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 tot vaststelling van verplichtingen inzake passende zorgvuldigheid in de toeleveringsketen voor Unie-importeurs van tin, tantaal en wolfraam, de overeenkomstige ertsen, en goud uit conflict- en hoogrisicogebieden (PB L 130 van 19.5.2017, blz. 1).
(40) Tien Principes van het Global Compact van de Verenigde Naties, beschikbaar op https://www.unglobalcompact.org/what-is-gc/mission/principles  
(41) Guidelines for Social Life Cycle Assessment of Products van het UNEP; beschikbaar op https://www.lifecycleinitiative.org/wp-content/uploads/2012/12/2009%20-%20Guidelines%20for%20sLCA%20-%20EN.pdf
(42) Tripartiete verklaring van de IAO betreffende multinationale ondernemingen en sociaal beleid, beschikbaar op https://www.ilo.org/wcmsp5/groups/public/---ed_emp/---emp_ent/---multi/documents/publication/wcms_094386.pdf
(43) OECD(2018), OESO Due Diligence Handreiking voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen, beschikbaar op http://mneguidelines.oecd.org/OECD-Due-Diligence-Guidance-for-Responsible-Business-Conduct.pdf
(44) OESO (2016), OECD Due Diligence Guidance for Responsible Supply Chains of Minerals from Conflict-Affected and High-Risk Areas: Third Edition, OECD Publishing, Parijs, https://doi.org/10.1787/9789264252479-en  
(45) OESO-richtsnoeren voor passende zorgvuldigheid, blz. 15.
(46) OESO (2011), OECD Guidelines for Multinational Enterprises, OECD, Parijs; OESO (2006), OECD Risk Awareness Tool for Multinational Enterprises in Weak Governance Zones, OECD, Parijs; en de leidende beginselen van de VN inzake bedrijfsleven en mensenrechten: Implementing the United Nations “Protect, Respect and Remedy” Framework, (verslag van John Ruggie, de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de Verenigde Naties voor de mensenrechtenproblematiek in het kader van transnationale ondernemingen en andere bedrijven, A/HRC/17/31, 21 maart 2011).
(47) Met inbegrip van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten , het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten , het Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen , het Verdrag inzake de rechten van het kind en het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap.
(48) De acht fundamentele verdragen zijn: 1. Verdrag betreffende de vrijheid tot het oprichten van vakverenigingen en de bescherming van het vakverenigingsrecht, 1948 (nr. 87), 2. Verdrag betreffende het recht zich te organiseren en collectief te onderhandelen, 1949 (nr. 98), 3. Verdrag betreffende de gedwongen arbeid, 1930 (nr. 29) (en het protocol van 2014), 4. Verdrag betreffende de afschaffing van gedwongen arbeid, 1957 (nr. 105), 5. Verdrag betreffende de minimumleeftijd, 1973 (nr. 138), 6. Verdrag betreffende de ergste vormen van kinderarbeid, 1999 (nr. 182), 7. Verdrag betreffende gelijke beloning, 1951 (nr. 100), 8. Verdrag betreffende discriminatie (arbeid en beroep), 1958 (nr. 111).
(49) Zoals uiteengezet in het Verdrag inzake biologische diversiteit, beschikbaar op https://www.cbd.int/convention/text/ en met name COP-besluit VIII/28 “Voluntary guidelines on Biodiversity-Inclusive impact assessment”, beschikbaar op https://www.cbd.int/decision/cop/?id=11042
(50) Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende afvalstoffen en tot intrekking van een aantal richtlijnen (PB L 312 van 22.11.2008, blz. 3).
(51) Richtlijn 2012/19/EU van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) (PB L 197 van 24.7.2012, blz. 38).
(52) Richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende consumentenrechten, tot wijziging van Richtlijn 93/13/EEG van de Raad en van Richtlijn 1999/44/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 85/577/EEG en van Richtlijn 97/7/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 304 van 22.11.2011, blz. 64).
(53) Verordening (EG) nr. 1059/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 26 mei 2003 betreffende de opstelling van een gemeenschappelijke nomenclatuur van territoriale eenheden voor de statistiek (NUTS) (PB L 154 van 21.6.2003, blz. 1).
(54) Richtlijn 1999/31/EG van de Raad van 26 april 1999 betreffende het storten van afvalstoffen (PB L 182 van 16.7.1999, blz. 1).
(55) Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging) (PB L 334 van 17.12.2010, blz. 17).
(56) Verordening (EU) nr. 493/2012 van de Commissie van 11 juni 2012 houdende nadere bepalingen voor de berekening van de recyclingrendementen van de recyclingprocessen van afgedankte batterijen en accu’s, overeenkomstig Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 151 van 12.6.2012, blz. 9).
(57) Verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van Verordening (EG) nr. 761/2001 en van de Beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie (PB L 342 van 22.12.2009, blz. 1).
(58) Verordening (EG) nr. 1013/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2006 betreffende de overbrenging van afvalstoffen. (PB L 190 van 12.7.2006, blz. 1).
(59) Verordening (EG) nr. 1418/2007 van de Commissie van 29 november 2007 betreffende de uitvoer, met het oog op terugwinning, van bepaalde in bijlage III of III A bij Verordening (EG) nr. 1013/2006 van het Europees Parlement en de Raad genoemde afvalstoffen naar bepaalde landen waarop het OESO-besluit betreffende het toezicht op de grensoverschrijdende overbrenging van afvalstoffen niet van toepassing is (PB L 316 van 4.12.2007, blz. 6).
(60) 2000/532/EG: Beschikking van de Commissie van 3 mei 2000 tot vervanging van Beschikking 94/3/EG houdende vaststelling van een lijst van afvalstoffen overeenkomstig artikel 1, punt a), van Richtlijn 75/442/EEG van de Raad betreffende afvalstoffen en Beschikking 94/904/EG van de Raad tot vaststelling van een lijst van gevaarlijke afvalstoffen overeenkomstig artikel 1, lid 4, van Richtlijn 91/689/EEG van de Raad betreffende gevaarlijke afvalstoffen (PB L 226 van 6.9.2000, blz. 3).
(61) https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:52020PC0767&from=NL
(62) Verordening (EU) 2019/1020 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende markttoezicht en conformiteit van producten en tot wijziging van Richtlijn 2004/42/EG en de Verordeningen (EG) nr. 765/2008 en (EU) nr. 305/2011 (PB L 169 van 25.6.2019, blz. 1).
(63) Richtlijn 2014/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten en tot intrekking van Richtlijn 2004/18/EG (PB L 94 van 28.3.2014, blz. 65).
(64) Richtlijn 2014/25/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en houdende intrekking van Richtlijn 2004/17/EG (PB L 94 van 28.3.2014, blz. 243).
(65) PB L 123 van 12.5.2016, blz. 1.
(66) Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13).
(67) Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels, tot wijziging en intrekking van de Richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 (PB L 353 van 31.12.2008, blz. 1).
(68) In de zin van artikel 58, lid 2, punt a) of b), van het Financieel Reglement.
(69) GK = gesplitste kredieten/NGK = niet-gesplitste kredieten.
(70) EVA: Europese Vrijhandelsassociatie.
(71) Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, aspirant-kandidaten van de Westelijke Balkan.
(72) Outputs zijn de te verstrekken producten en diensten (bv. aantal gefinancierde studentenuitwisselingen, aantal km aangelegde wegen enz.).
(73) Zoals beschreven in punt 1.4.2. “Specifieke doelstelling(en)…”.
(74) AC= Agent Contractuel (arbeidscontractant); AL= Agent Local (plaatselijk functionaris); END = Expert National Détaché (gedetacheerd nationaal deskundige); INT= Intérimaire (uitzendkracht); JPD = Junior Professionals in Delegations (jonge deskundige in delegaties).
(75) Subplafond voor extern personeel uit beleidskredieten (vroegere “BA”-onderdelen).
(76) Voornamelijk voor de structuurfondsen, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) en het Europees Visserijfonds (EVF).
(77) Zie de artikelen 11 en 17 van Verordening (EU, Euratom) van de Raad nr. 1311/2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014‑2020.
(78) Voor traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen) moeten nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 20 % aan inningskosten.
(79) Voor traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen) moeten nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 20 % aan inningskosten.