Bijlagen bij COM(2021)200 - Gewijzigde begroting nr. 2 bij de begroting 2021 houdende financiering van de COVID-19-respons en met inbegrip van verfijningen en acctualiseringen in verband met de definitieve vaststelling van het meerjarig financieel kader

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage.

3.Gedecentraliseerde agentschappen en EOM

3.1.Agentschap van de Europese Unie voor het ruimtevaartprogramma

Nu het Parlement en de Raad in december 2020 overeenstemming hebben bereikt over de verordening inzake het ruimtevaartprogramma, wordt een personeelsuitbreiding voorgesteld voor het Agentschap voor het ruimtevaartprogramma van de Europese Unie (EUSPA), met 41 extra ambten in de personeelsformatie en 11 gedetacheerde nationale deskundigen, om de uitvoering van het EU-ruimteprogramma te ondersteunen. De verordening waarover het Parlement en de Raad overeenstemming hebben bereikt, belast het EUSPA met aanzienlijke extra taken, onder meer wat betreft het garanderen van de continuïteit van de dienstverlening en het verzekeren van de beveiliging van infrastructuur en systemen zoals Copernicus, Galileo/EGNOS en satellietcommunicatie. De daarmee samenhangende extra begrotingsmiddelen zullen door de Commissie via een autonome overschrijving vanuit de begrotingsonderdelen van het ruimtevaartprogramma worden overgeschreven naar het EUSPA zodra de verordening inzake het ruimtevaartprogramma is vastgesteld.

De geactualiseerde personeelsformatie van het EUSPA is opgenomen in de budgettaire bijlage.

3.2.Europees Bureau voor visserijcontrole

In de nasleep van de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk moet het EBVC zijn controleactiviteiten opvoeren, zoals nader uiteengezet in een herzien financieel memorandum. Deze toegenomen werklast vergt vier bijkomende ambten in de personeelsformatie en twee arbeidscontractanten, alsmede een verhoging van de EU-bijdrage aan het agentschap met 2 miljoen EUR. De Commissie is voornemens om nog eens 2 miljoen EUR vanuit het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur (EFMZVA) te herschikken door middel van een autonome overschrijving van de Commissie. Met de bijkomende personeelsleden en middelen kan EBVC tot twee extra vaartuigen voor patrouilles op zee en vliegtuigen charteren en inzetten in de wateren die aan het Verenigd Koninkrijk grenzen. Het agentschap zal ook één informatiesysteem en een coördinatiecel opzetten om de implementatie van de handels- en samenwerkingsovereenkomst tussen het EU en het Verenigd Koninkrijk te ondersteunen.

De geactualiseerde personeelsformatie van het EBVC is opgenomen in de budgettaire bijlage.

3.3.Europees Openbaar Ministerie

De overeenkomst die over de goedgekeurde begroting 2021 is bereikt, omvatte acht extra ambten in de personeelsformatie voor het Europees Openbaar Ministerie (EOM). Na nieuw onderzoek van de behoeften wordt nu voorgesteld om de uitsplitsing in functiegroep en rang van die acht ambten in de personeelsformatie bij te werken.

De geactualiseerde personeelsformatie van het EOM is opgenomen in de budgettaire bijlage.

4.Uitvoerende agentschappen 

4.1.Oprichting van de uitvoerende agentschappen 2021-2027

Op 12 februari 2021 heeft de Commissie het besluit 17 vastgesteld tot oprichting van de nieuwe generatie uitvoerende agentschappen en de daarmee samenhangende delegeringsbesluiten van de Commissie met de belangrijkste onderdelen van het mandaat en de aan die agentschappen toevertrouwde taken. De datum waarop de taken daadwerkelijk aan de nieuwe generatie uitvoerende agentschappen worden overgedragen, is 1 april 2021.

In de nota van wijziging nr. 1 bij de ontwerpbegroting 2021 18 heeft de Commissie uiteengezet waarom zij op dat tijdstip haar aannames met betrekking tot de aan de uitvoerende agentschappen te delegeren bedragen diende te baseren op de budgetten van de uitgavenprogramma’s in het akkoord van de Europese Raad van juli 2020. Gezien de onzekerheid waarmee de toewijzing van deze kredieten was omgeven, bevatte de toelichting bij de begrotingsonderdelen voor bijstand van de uitvoerende agentschappen in de nota van wijziging nog geen uitgavenramingen.

De goedgekeurde begroting 2021 bevestigde de aannames voor de uitvoerende agentschappen uit de nota van wijziging. Het politieke akkoord van 10 november 2020 over het MFK 2021-2027 bevatte echter een aanzienlijke verhoging van de begroting van een reeks programma’s, die ten dele of volledig aan uitvoerende agentschappen zijn gedelegeerd. Dit betreft met name Erasmus+, Horizon Europa, EU4Health, Creatief Europa, alsmede het programma Burgers, gelijkheid, rechten en waarden. Het overeenkomstige effect van de aan de uitvoerende agentschappen te delegeren verhoogde begrotingen vond zijn neerslag in de documenten die in december 2020 door de Commissie bij het Comité voor de uitvoerende agentschappen zijn ingediend (“CEA-pakket”).

Sindsdien hebben twee verdere ontwikkelingen een betrekkelijk mineur effect gehad op de delegatie van taken aan de uitvoerende agentschappen. Allereerst heeft het politieke akkoord dat op 11 december 2020 over de interne begrotingstoewijzing van Horizon Europa is bereikt, de uitsplitsing gewijzigd van kredieten en personeelsleden voor de agentschappen die het programma uitvoeren, om de daarmee samenhangende werklast tot uiting te brengen, zonder enig totaal netto-effect. In de tweede plaats brengen de besluiten van de Commissie van 12 februari 2021 tot uiting dat de delegatie van taken thans daadwerkelijk op 1 april 2021 zal plaatsvinden – en niet op de eerder verwachte datum van 1 januari 2021. Het uitstel bij de aanwerving van extra personeelsleden in 2021 levert bij de uitvoerende agentschappen een besparing van zo’n 8,3 miljoen EUR op, hetgeen de behoefte vermindert om met dit ontwerp van gewijzigde begroting de exploitatiekosten van de uitvoerende agentschappen overeenkomstig te versterken.

4.2.Effect op de kredieten

Zoals hierboven uiteengezet, zijn de budgetten met in de periode 2021-2027 aan de uitvoerende agentschappen te delegeren kredieten in totaal toegenomen ten opzichte van de in de nota van wijziging gehanteerde aannames, mede gelet op de vertraging bij de aanvang van de betrokken activiteiten, met een overeenkomstig effect op de werklast en middelenbehoeften in de uitvoerende agentschappen in 2021. De onderstaande tabel geeft per uitvoerend agentschap de benodigde toename van uitgaven voor ondersteuning voor de programma’s voor 2021-2027 weer. Het totaalbedrag van 3 538 850 EUR wordt verder uitgesplitst in de budgettaire bijlage. Samen met de bijdragen in de begrotingsonderdelen voor administratieve ondersteuning met betrekking tot de bestaande “legacy” bij de uitvoering van de voor 2014-2020 aan de uitvoerende agentschappen gedelegeerde programma’s, vertegenwoordigt dit in totaal een stijging met 1 % van de exploitatiekosten van de uitvoerende agentschappen.

Het effect op de vastleggings- en betalingskredieten is als volgt:

·Europees Uitvoerend Agentschap klimaat, infrastructuur en milieu

Bedragen in EUR
Begrotings-onderdeelNaamVastleggings-kredietenBetalings-kredieten
01 01 01 74Europees Uitvoerend Agentschap Klimaat, Infrastructuur en Milieu — Bijdrage van Horizon Europa9 9679 967
02 01 40 74Europees Uitvoerend Agentschap Klimaat, Infrastructuur en Milieu — Bijdrage van het financieringsmechanisme voor hernieuwbare energie-91 425-91 425
08 01 03 74Europees Uitvoerend Agentschap Klimaat, Infrastructuur en Milieu — Bijdrage van het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij-7 038-7 038
09 01 01 74Europees Uitvoerend Agentschap Klimaat, Infrastructuur en Milieu — Bijdrage van het programma voor het milieu en klimaatactie (LIFE)-183 656-183 656
Totaal    -272 152-272 152

·Europees Uitvoerend Agentschap onderwijs en cultuur

Bedragen in EUR
Begrotings-onderdeelNaamVastleggings-kredietenBetalings-kredieten
07 01 02 75Europees Uitvoerend Agentschap Onderwijs en Cultuur — Bijdrage van “Erasmus”-889 025-889 025
07 01 04 75Europees Uitvoerend Agentschap Onderwijs en Cultuur — Bijdrage van “Creatief Europa”881 865881 865
07 01 05 75Europees Uitvoerend Agentschap Onderwijs en Cultuur — Bijdrage van “Rechten en waarden”2 582 8652 582 865
Totaal    2 575 7052 575 705

·Europees Uitvoerend Agentschap voor gezondheid en digitaal beleid

Bedragen in EUR
Begrotings-onderdeelNaamVastleggings-kredietenBetalings-kredieten
01 01 01 73Uitvoerend Agentschap voor Gezondheid en Digitaal beleid — Bijdrage van Horizon Europa-1 801 754-1 801 754
02 01 23 73Europees Uitvoerend Agentschap voor Gezondheid en Digitaal beleid — Bijdrage van de Connecting Europe Facility – Digitalisering-318 317-318 317
02 01 30 73Europees Uitvoerend Agentschap voor Gezondheid en Digitaal beleid — Bijdrage van het programma Digitaal Europa-63 623-63 623
03 01 01 73Europees Uitvoerend Agentschap voor Gezondheid en Digitaal beleid — Bijdrage van het programma voor de eengemaakte markt (incl. kmo’s)-219 379-219 379
06 01 05 73Europees Uitvoerend Agentschap voor Gezondheid en Digitaal beleid — Bijdrage van het EU4Health-programma4 508 1024 508 102
Totaal    2 105 2092 105 209

·Europees Uitvoerend Agentschap Innovatieraad en het mkb

Bedragen in EUR
Begrotings-onderdeelNaamVastleggings-kredietenBetalings-kredieten
01 01 01 76Europees Uitvoerend Agentschap Innovatieraad en het mkb — Bijdrage van Horizon Europa-1 151 442-1 151 442
03 01 01 76Europees Uitvoerend Agentschap Innovatieraad en het mkb — Bijdrage van het programma voor de eengemaakte markt (incl. kmo’s)-107 515-107 515
05 01 01 76Europees Uitvoerend Agentschap Innovatieraad en het mkb — Bijdrage van het programma voor interregionale innovatie-investeringen-138 303-138 303
Totaal    -1 397 260-1 397 260

·Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad

Bedragen in EUR
Begrotings-onderdeelNaamVastleggings-kredietenBetalings-kredieten
01 01 01 71Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad — Bijdrage van Horizon Europa302 000302 000
Totaal    302 000302 000

·Europees Uitvoerend Agentschap onderzoek

Bedragen in EUR
Begrotings-onderdeelNaamVastleggings-kredietenBetalings-kredieten
01 01 01 72Europees Uitvoerend Agentschap onderzoek — Bijdrage van Horizon Europa631 865631 865
20 03 14 72Europees Uitvoerend Agentschap onderzoek – Bijdrage voor de uitvoering van het onderzoekprogramma voor kolen en staal en programma’s buiten de onderzoeksfeer-406 337-406 337
Totaal    225 528225 528


De nettotoename van de exploitatiekosten van de uitvoerende agentschappen met 3 538 850 EUR wordt volledig gecompenseerd met een overeenkomstige nettodaling van administratieve en/of beleidskredieten voor de programma’s die zij zullen uitvoeren. Het effect op de vastleggings- en betalingskredieten is als volgt:

Bedragen in EUR
Begrotings-onderdeelNaamVastleggings-kredietenBetalings-kredieten
01 01 01 03Overige beheersuitgaven voor Horizon Europa — Onderzoek onder contract2 009 3642 009 364
02 01 30 01Uitgaven ter ondersteuning van het programma Digitaal Europa63 62363 623
02 03 03 01Connecting Europe Facility (CEF) — Digital318 317318 317
02 20 04 02Ondersteunende activiteiten in het kader van het Europese energiebeleid en de interne energiemarkt91 42591 425
03 01 01 01Ondersteunende uitgaven voor het “programma voor de eengemaakte markt (incl. kleine en middelgrote ondernemingen)”-102 485-102 485
03 02 04 01Waarborging van een hoog niveau van consumentenbescherming en productveiligheid210 000210 000
03 02 06Bijdragen aan een hoog niveau van gezondheid en welzijn voor mensen, dieren en planten219 379219 379
05 02 01EFRO – Beleidsuitgaven138 303138 303
06 06 01EU4Health-programma-4 508 102-4 508 102
07 01 02 01Ondersteunende uitgaven voor “Erasmus+”889 025889 025
07 05 01Cultuur-308 653-308 653
07 05 02Media-573 212-573 212
07 06 02Bevordering van de betrokkenheid van de burgers bij en hun participatie in het democratisch bestel van de Unie-2 582 865-2 582 865
08 01 03 01Ondersteunende uitgaven voor het “Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij”7 0387 038
09 01 01 01Ondersteunende uitgaven voor het “programma voor het milieu en klimaatactie (LIFE)”183 656183 656
20 01 02 01Salarissen en vergoedingen — Centrale diensten en vertegenwoordigingen406 337406 337
Totaal    -3 538 850-3 538 850


Daarnaast worden NGEU-opbrengsten voor een bedrag van 6 901 457 EUR toegewezen aan de onderdelen voor bijstand van drie uitvoerende agentschapen (Europees Uitvoerend Agentschap Innovatieraad en het mkb, het Europees Uitvoerend Agentschap Klimaat, Infrastructuur en Milieu en het Europees Uitvoerend Agentschap voor Gezondheid en Digitaal beleid), om de administratieve kosten te dekken voor de uitvoering van de NGEU-bijdrage in het kader van Horizon Europa in 2021.

De budgettaire bijlage bevat ook de bijgewerkte toelichting bij de begrotingsonderdelen voor bijstand van de betrokken uitvoerende agentschappen, om rekening te houden met extra NextGenerationEU-kredieten voor Horizon Europa, zoals uiteengezet in de documenten die in december 2020 bij het Comité voor de uitvoerende agentschappen zijn ingediend.

4.3.Gevolgen voor de personele middelen

Verordening (EG) nr. 58/2003 eist dat iedere delegatie van taken aan een uitvoerend agentschap kostenefficiënt is en strookt met de beginselen van goed financieel beheer. Zoals hiervoor aangegeven, zullen de uitvoerende agentschappen, vergeleken met de in de goedgekeurde begroting 2021 gehanteerde aannames, grotere budgetten aan beleidskredieten effectief moeten beheren. Met inbegrip van personeelsleden voor uitvoeringstaken met betrekking tot NGEU-kredieten betekent dit nog eens 26 posten voor tijdelijke functionarissen en 79 posten als arbeidscontractanten, d.w.z. 105 voltijdsequivalenten (fte’s) in de uitvoerende agentschappen in 2021.

Om begrotingsneutraliteit te verzekeren ten aanzien van de administratieve uitgaven over de periode 2021-2027 als geheel, zal de Commissie, als gevolg van het delegeren van extra taken van programmabeheer met betrekking tot het MFK 2021-2027, haar personele middelen verminderen ter compensatie van de bijkomende personeelsleden bij de uitvoerende agentschappen. Ook zullen de uitgaven met betrekking tot de posten die in de personeelsformaties van de Commissie zijn “bevroren” om rekening te houden met detacheringen naar de uitvoerende agentschappen, overeenkomstig worden verminderd.

De onderstaande tabel laat zien hoe de Commissie voornemens is de bijkomende personele middelen in de uitvoerende agentschappen te compenseren voor de hele periode 2021-2027 en specifiek voor 2021:

Compensatie van de toename van personele middelen bij de uitvoerende agentschappenPersonele middelen (fte’s)

2021
Personele middelen (fte’s)

2021-2027
Toename van personele middelen bij zes uitvoerende agentschappen als gevolg van de verdere delegatie ten opzichte van het in 2020 toegestane niveau+445+679
Vermindering van personele middelen in rubriek 7 als gevolg van het delegeren van taken die momenteel door de Commissie worden beheerd-31-58
Vermindering van personele middelen in andere rubrieken als gevolg van het delegeren van taken die momenteel door de Commissie worden beheerd-139-368

In 2021 zal de Commissie als volgt rekening houden met het effect van het delegeren van taken aan uitvoerende agentschappen:

·Rubriek 7 – Europees openbaar bestuur

-20 ambten uit de personeelsformatie van de Commissie zullen worden gecompenseerd door 16 ambten te bevriezen om rekening te houden met bijkomende detacheringen van de Commissie naar uitvoerende agentschappen en door vier ambten in mindering te brengen. Daarnaast zullen 11 arbeidscontractanten in mindering worden gebracht op het aantal externe personeelsleden dat uit de totale financiële middelen wordt betaald.

-De begroting 2021 voor salarissen van de personeelsformatie houdt al rekening met het effect van het delegatiepakket, aangezien de desbetreffende verlaging al is opgenomen in het bericht van wijziging nr. 1/2021. De overeenkomstige administratieve kredieten van de totale financiële middelen zullen nu met 0,45 miljoen EUR worden verminderd.

·Onderzoek onder contract:

-72 ambten uit de personeelsformatie van de Commissie voor onderzoek onder contract zullen worden gecompenseerd, door 48 ambten te bevriezen om rekening te houden met bijkomende detacheringen van de Commissie naar uitvoerende agentschappen en door 24 ambten in mindering te brengen. Daarnaast zullen 57 arbeidscontractanten in mindering worden gebracht op het aantal externe personeelsleden dat in het kader van onderzoek onder contract wordt betaald. Daarnaast zullen, in verband met het eerdere delegatiepakket, 2 bevroren ambten voor onderzoek vrijkomen, en dus op de personeelsformatie in mindering worden gebracht.

-De overeenkomstige kredieten bestemd voor de salarissen van deze ambtenaren en externe personeelseden in de desbetreffende begrotingsonderdelen voor onderzoek onder contract zullen worden verminderd met, respectievelijk, 6,9 miljoen EUR en 2,4 miljoen EUR, door middel van autonome overschrijvingen van de Commissie.

·Eigen onderzoek:

-10 ambten zullen in mindering worden gebracht op de personeelsformatie van de Commissie voor eigen onderzoek, waarvoor de noodzakelijke compensatie voor het delegatiepakket in 2022 zal zijn afgerond.

De geactualiseerde personeelsformaties zijn opgenomen in de budgettaire bijlage.

5. Gemeenschappelijke ondernemingen

Overeenkomstig het voorstel van de Commissie van 23 februari 2021 om de nieuwe generatie gemeenschappelijke ondernemingen op te richten in het kader van Horizon Europa 19 , wordt voorgesteld om de desbetreffende begrotingsonderdelen te creëren binnen de desbetreffende clusters van pijler II van Horizon Europa (d.w.z. begrotingspost 01 02 02 XX), als volgt:

ocluster 1 “Gezondheid” zal de gemeenschappelijke onderneming “Initiatief voor innovatieve gezondheidszorg” en de gemeenschappelijke onderneming “Mondiale gezondheid financieren. Derde partnerschapsprogramma voor klinische proeven tussen Europese en ontwikkelingslanden (EDCTP3)” financieren;

ocluster 4 “Digitaal, industrie en ruimte” zal de gemeenschappelijke onderneming “Digitale sleuteltechnologieën” en de gemeenschappelijke onderneming “Slimme netwerken en diensten” financieren. Dit komt in aanvulling op de Gemeenschappelijke Onderneming Europese high-performance computing (EuroHPC), waarvoor al een begrotingsonderdeel bestaat;

ocluster 5 “Klimaat, energie en mobiliteit” zal de gemeenschappelijke ondernemingen “Derde ATM-onderzoek voor het gemeenschappelijk Europees luchtruim”, “Schone luchtvaart”, “Europese spoorwegen” en “Schone waterstof” financieren; en

ocluster 6 “Levensmiddelen, bio-economie, natuurlijke hulpbronnen, landbouw en milieu” zal de gemeenschappelijke onderneming “Een circulair biogebaseerd Europa” financieren.

De desbetreffende begrotingsonderdelen zijn opgenomen in de budgettaire bijlage. De kredieten voor de Uniebijdrage aan deze nieuwe organen voor 2021 zullen in de begrotingsonderdelen van de desbetreffende clusters blijven en zullen autonoom worden overgeschreven zodra het voorstel tot oprichting van de gemeenschappelijke ondernemingen door de Raad is vastgesteld.

6.React-EU

Nu de React-EU-verordening op 23 december 2020 20 is vastgesteld, is het voorstel om met betrekking tot NextGenerationEU twee nieuwe begrotingsposten te creëren, als volgt:

·Nieuwe begrotingspost 07 02 07 01 – YEI — Beleidsuitgaven — Financiering in het kader van React-EU

·Nieuwe begrotingspost 05 02 05 03 – ETC — Beleidsuitgaven — Financiering in het kader van React-EU

7.Versnelling van de voorzieningen voor het EFDO+ 

Door de vertragingen bij de vaststelling van de rechtsgrondslag van het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking (NDICI) en de daardoor ontstane noodzaak om de programmerings- en projectcycli te voltooien, vergeleken met de goedgekeurde begroting 2021, stelt de Commissie voor om de voorzieningen voor het EFDO+ in begrotingspost 14 02 01 70 “NDICI – Voorziening van het gemeenschappelijk voorzieningsfonds” met 700 miljoen EUR aan vastleggingskredieten te verhogen, en de geografische begrotingsonderdelen voor Afrika, Azië en Amerika, die aan het EFDO+ bijdragen, overeenkomstig te verlagen. Het niveau van de betalingskredieten blijft ongewijzigd. Dankzij deze aanpassing kan met de geografische begrotingsonderdelen voor Afrika, Azië, Amerika en de Caraïben:

·het niveau van de vastleggingskredieten in de eerste jaren van het MFK worden verlaagd, en kunnen deze dan in de latere jaren worden verhoogd, zodat de kredieten beter aansluiten op de programmerings- en projectcyclus die zal worden uitgevoerd nadat de NDICI-rechtsgrondslag in werking is getreden;

·voor de bovenstaande geografische begrotingsonderdelen voor de opeenvolgende jaren een stabiel niveau van vastleggingskredieten worden gepresenteerd, zoals het geval was bij het vorige MFK en het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF).

Vergeleken met de goedgekeurde begroting 2021 is het effect van de vastleggingskredieten als volgt:

Bedragen in EUR

Begrotings-onderdeelNaamVastleggings-kredieten
14 02 01 70NDICI – Voorziening van het gemeenschappelijk voorzieningsfonds700 000 000
14 02 01 20West-Afrika-206 429 300
14 02 01 21Oost- en Centraal-Afrika-149 226 000
14 02 01 22Zuidelijk Afrika en Indische Oceaan-141 764 700
14 02 01 30Midden-Oosten en Centraal-Azië-60 046 350
14 02 01 31Zuid- en Oost-Azië-69 595 890
14 02 01 32Stille Oceaan-15 047 760
14 02 01 40Amerika-33 981 430
14 02 01 41Caraïben-23 908 570
Totaal    0

8.Andere aanpassingen en technische actualiseringen 

·Het voorstel is om de toelichting bij de begroting bij te werken zodat rekening wordt gehouden met de politieke akkoorden die na de vaststelling van het MFK over de sectorale rechtsgrondslagen zijn bereikt. De desbetreffende aanpassingen zijn in de begrotingsbijlage te vinden.

·In rubriek 7 “Europees openbaar bestuur” is het voorstel om, na de goedkeuring van de kredietoverschrijving EESC DEC 1/2020 voor het prefinancieren van de kosten voor de renovatiekosten van het VMA-gebouw in 2020, het niveau van de kredieten voor huur- en erfpachtbetalingen van het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) in 2021 te verlagen met een bedrag van 5 500 000 EUR.


Afdeling VI – Europees Economisch en Sociaal Comité

Bedragen in EUR
Begrotings-onderdeelNaamVastleggings-kredietenBetalings-kredieten
2 0 0 0Huur-1 375 000-1 375 000
2 0 0 1Erfpachtcanons en soortgelijke uitgaven-4 125 000-4 125 000
Totaal    -5 500 000-5 500 000


·Zoals aangegeven in bijlage 3 bij de “uitvoerbaarheidsnota” van de Commissie die in het kader van de ontwerpbegroting 2021 is gezonden, betreffen de proefprojecten PP 03 21 02 “Monitor voor media-eigendom” en PP 07 20 05 “Monitor voor media-eigendom” in 2021 in wezen hetzelfde project. In de begroting 2021 komt het nu tweemaal voor: zowel in rubriek 1 als in rubriek 2b. De Commissie stelt voor om een technische correctie uit te voeren en de kredieten van PP 07 20 05 (ten belope van 300 000 EUR betalingskredieten) over te schrijven van rubriek 2b naar rubriek 1, d.w.z. om de beschikbare kredieten onder Titel 03 proefproject PP 03 21 02 te consolideren.

Bedragen in EUR
Begrotings-onderdeelNaamVastleggings-kredietenBetalings-kredieten
03 20 01

PP 03 21 02
Proefproject — Monitor voor media-eigendom+300 000
07 20 01

PP 07 20 05
Proefproject — Monitor voor media-eigendom-300 000
Totaal    00


·Zoals aangegeven in de “uitvoerbaarheidsnota” van de Commissie in het kader van de ontwerpbegroting 2021, kan het proefproject “Internationalisering van de ervaringen en modellen van de Culturele Hoofdstad van Europa” niet worden uitgevoerd, omdat de voorgenomen activiteiten al worden bestreken door de toekomstige rechtsgrondslag van het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking (NDICI), dat samenwerkingsactiviteiten op het gebied van cultuur en met partners uit ontwikkelingslanden, waaronder steden, zal omvatten. Om activiteiten te ontwikkelen die duurzame stadsontwikkeling bevorderen via cultuur, zou dit project (of delen ervan) in aanmerking kunnen komen in het kader van toekomstige projecten binnen het NDICI. Daarom stelt de Commissie voor om de kredieten naar de NDICI begrotingspost 14 02 02 40 Mensen – Mondiale uitdagingen over te schrijven en begrotingspost 07 20 01 PP 07 21 11 te schrappen.

Bedragen in EUR
Begrotings-onderdeelNaamVastleggings-kredietenBetalings-kredieten
07 20 01 PP 07 21 11Internationalisering van de ervaringen en modellen van de Culturele Hoofdstad van Europa. Het delen van governancemodellen en interculturele uitwisselingen met het oog op meer cocreatie en partnerschap.-160 000-40 000
14 02 02 40Mensen – Mondiale uitdagingen+160 000+40 000
Totaal    00

9. Solidariteitsfonds van de EU

Een bedrag van 47 981 598 EUR van de toewijzing aan het EUSF voor 2020 was aan het einde van dat jaar niet gebruikt. Overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EU) nr. 1311/2013 stelt de Commissie voor om het volledige resterende bedrag rechtstreeks over te dragen naar de operationele begrotingspost 16 02 01 01 van het EUSF. Dit zal dienen voor het afwikkelen van de aanvragen die Oostenrijk, België, Kroatië, Tsjechië, Estland, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Hongarije, Ierland, Italië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Portugal, Roemenië en Spanje hebben ingediend naar aanleiding van de ernstige volksgezondheidscrisis als gevolg van de COVID-19-pandemie begin 2020. Het resterende bedrag zal worden gefinancierd uit de overschrijving door de begrotingsautoriteit (DEC 3/2021) vanuit de reserve voor solidariteit en noodhulp.

De desbetreffende kredieten zijn in de begroting opgenomen boven de uitgavenplafonds van het MFK 2021-2027.

10.Financiering

Om de in afdeling 2 uiteengezette redenen wordt voorgesteld om met dit OGB nr. 2 een totaalbedrag van 216,2 miljoen EUR te verstrekken voor de preventie van, paraatheid en respons op de COVID-19-pandemie. Omdat er in rubriek 2b van het MFK geen marges en geen ruimte voor herschikking zijn, stelt de Commissie voor om het flexibiliteitsinstrument in te zetten overeenkomstig artikel 12 van de MFK-verordening 21 . Rekening houdende met de overdracht van de twee proefprojecten uit rubriek 2b, zoals beschreven in afdeling 8, wordt het flexibiliteitsinstrument voor 2021 ingezet in vastleggingskredieten ten belope van 216 040 000 EUR voor rubriek 2b Veerkracht en waarden.

De betalingskredieten voor 2021 in verband met de beschikbaarstelling van middelen uit het flexibiliteitsinstrument in 2018, 2019, 2020 en 2021 worden door de Commissie geraamd op 836,6 miljoen EUR. Het geraamde betalingsschema van de desbetreffende uitstaande bedragen voor deze jaren wordt in de volgende tabel gespecificeerd:

Flexibiliteitsinstrument — betalingsprofiel
Jaar van beschikbaarstelling2021202220232024Totaal
201834,20,00,00,034,2
2019135,2140,982,20,0358,4
2020413,766,239,90,0519,8
2021253,520,910,37,6292,4
Totaal836,6228,0132,57,61 204,7


11.Samenvatting per MFK-rubriek

Begroting 2021 (incl. OGB 1/2021)Ontwerp van gewijzigde begroting 2/2021Begroting 2021 (incl. OGB 1-2/2021)
VKBKVKBKVKBK
1.Eengemaakte markt, innovatie en digitaal beleid20 816 559 76717 191 587 232300 00020 816 559 76717 191 887 232
Maximum20 919 000 00020 919 000 000
Marge102 440 233102 440 233
2.Cohesie, veerkracht en waarden52 861 898 53466 153 765 904216 040 000207 760 00053 077 938 53466 361 525 904
waarvan onder flexibiliteitsinstrument76 382 534216 040 000208 100 000292 422 534
Maximum52 786 000 00052 786 000 000
Marge484 000484 000
2a.Economische, sociale en territoriale cohesie48 190 516 00061 867 897 54548 190 516 00061 867 897 545
Maximum48 191 000 00048 191 000 000
Marge484 000484 000
2b.Veerkracht en waarden4 671 382 5344 285 868 359216 040 000207 760 0004 887 422 5344 493 628 359
waarvan onder flexibiliteitsinstrument76 382 534216 040 000208 100 000292 422 534
Maximum4 595 000 0004 595 000 000
Marge
3.Natuurlijke hulpbronnen en milieu58 568 566 90856 804 203 4522 000 0002 000 00058 570 566 90856 806 203 452
Maximum58 624 000 00058 624 000 000
Marge55 433 09253 433 092
waarvan: Marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen40 367 954 00040 353 742 88340 367 954 00040 353 742 883
ELGF-submaximum40 925 000 00040 925 000 000
Afrondingsverschil uitgesloten voor de berekening van de submarge
Netto-overdracht tussen ELGF en Elfpo557 046 000557 046 000
Nettosaldo dat voor uitgaven uit het ELGF beschikbaar is (submaximum gecorrigeerd door overdrachten tussen het ELGF en het Elfpo)40 367 954 00040 367 954 000
ELGF-submarge
4.Migratie en grensbeheer2 278 829 7592 686 245 9782 278 829 7592 686 245 978
Maximum2 467 000 0002 467 000 000
Marge188 170 241188 170 241
5.Veiligheid en defensie1 709 261 441670 628 2431 709 261 441670 628 243
Maximum1 805 000 0001 805 000 000
Marge95 738 55995 738 559
6.Nabuurschap en internationaal beleid16 097 196 20410 810 999 356160 00040 00016 097 356 20410 811 039 356
Maximum16 247 000 00016 247 000 000
Marge149 803 796149 643 796
7.Europees openbaar bestuur10 448 313 00210 449 588 091-5 500 000-5 500 00010 442 813 00210 444 088 091
Maximum10 635 000 00010 635 000 000
Marge186 686 998192 186 998
waarvan: Administratieve uitgaven van de instellingen8 035 824 7208 037 099 809-5 500 000-5 500 0008 030 324 7208 031 599 809
Submaximum8 216 000 0008 216 000 000
Submarge180 175 280185 675 280
Kredieten voor rubrieken162 780 625 615164 767 018 256212 700 000204 600 000162 993 325 615164 971 618 256
Maximum163 483 000 000166 140 000 000163 483 000 000166 140 000 000
waarvan onder flexibiliteitsinstrument76 382 534628 462 086216 040 000208 100 000292 422 534836 562 086
Marge778 756 9192 001 443 830782 096 9192 004 943 830
Thematische speciale instrumenten5 715 667 0005 538 282 00047 981 59847 981 5985 763 648 5985 586 263 598
Totaal kredieten168 496 292 615170 305 300 256260 681 598252 581 598168 756 974 213170 557 881 854


(1) PB L 193 van 30.7.2018.
(2) PB L 93 van 17.3.2021.
(3) COM(2021) 30 final.
(4) COM(2021) 78 van 17.2.2021.
(5) COM(2021) 129 van 17.3.2021.
(6) COM(2021) 130 van 17.3.2021.
(7) PB L 433 van 22.12.2020, blz. 11.
(8) PB L 50 van 15.2.2021, blz. 9.
(9) C(2021) 947, C(2021) 948, C(2021) 949, C(2021) 950, C(2021) 951 en C(2021) 952.
(10) COM(2021) 87 final.
(11) Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020 (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 884).
(12) Verordening (EU) 2020/521 van de Raad van 14 april 2020 tot activering van noodhulp uit hoofde van Verordening (EU) 2016/369, en tot wijziging van de bepalingen ervan rekening houdend met de uitbraak van Covid-19 (PB L 117 van 15.4.2020, blz. 3).
(13) Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende een kader voor de afgifte, verificatie en aanvaarding van interoperabele vaccinatie-, test- en herstelcertificaten teneinde het vrije verkeer tijdens de COVID-19-pandemie te vergemakkelijken (digitaal groen certificaat), COM(2021) 130 van 17.3.2021.
(14) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad en de Raad “HERA Incubator: samen anticiperen op de dreiging van COVID-19-varianten”, COM(2021) 78 van 17.2.2021.
(15) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad en de Raad “Samen toewerken naar een veilige en duurzame heropening”, COM(2021) 129 van 17.3.2021.
(16) COM(2020) 726 final.
(17) Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/173 van de Commissie van 12 februari 2021 tot oprichting van het Europees Uitvoerend Agentschap klimaat, infrastructuur en milieu, het Europees Uitvoerend Agentschap voor gezondheid en digitaal beleid, het Europees Uitvoerend Agentschap onderzoek, het Europees Uitvoerend Agentschap innovatieraad en het mkb, het Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad en het Europees Uitvoerend Agentschap onderwijs en cultuur en tot intrekking van Uitvoeringsbesluiten 2013/801/EU, 2013/771/EU, 2013/778/EU, 2013/779/EU, 2013/776/EU en 2013/770/EU (PB L 50 van 15.2.2021, blz. 9).
(18) COM(2020) 748 final van 13.11.2020.
(19) Voorstel voor een verordening van de Raad tot oprichting van de gemeenschappelijke ondernemingen in het kader van Horizon Europa, COM(2021) 87 final.
(20) Verordening (EU) 2020/2221 van het Europees Parlement en de Raad van 23 december 2020 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1303/2013 wat betreft extra middelen en uitvoeringsregelingen om bijstand te verlenen ter bevordering van het crisisherstel in de context van de COVID-19-pandemie en de sociale gevolgen daarvan en ter voorbereiding van een groen, digitaal en veerkrachtig herstel van de economie (React-EU)
(21) Verordening (EU, Euratom) 2020/2093 van de Raad van 17 december 2020 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2021-2027 (PB L 433I van 20.12.2020, blz. 11).