Besluit 2018/412 - Wijziging van Besluit nr. 466/2014/EU tot verlening van een EU-garantie voor verliezen van de Europese Investeringsbank op financieringsverrichtingen ter ondersteuning van investeringsprojecten buiten de Unie - Hoofdinhoud
19.3.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 76/30 |
BESLUIT (EU) 2018/412 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 14 maart 2018
tot wijziging van Besluit nr. 466/2014/EU tot verlening van een EU-garantie voor verliezen van de Europese Investeringsbank op financieringsverrichtingen ter ondersteuning van investeringsprojecten buiten de Unie
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name de artikelen 209 en 212,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,
Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (1),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De internationale gemeenschap wordt geconfronteerd met een migratie- en vluchtelingencrisis zonder weerga, die solidariteit en de doelmatige inzet van financiële middelen vergt en ertoe noopt de bestaande uitdagingen in onderling overleg het hoofd te bieden en te overwinnen. Alle actoren moeten samenwerken om duurzaam beleid op middellange en lange termijn toe te passen en bestaande programma's doelmatig aan te wenden ter ontwikkeling en ondersteuning van initiatieven die de duurzame-ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties (VN) helpen verwezenlijken en bijdragen tot het aanpakken van de politieke, sociale, economische en ecologische factoren die de onderliggende oorzaken van migratie vormen, met inbegrip van, maar niet beperkt tot armoede, ongelijkheid, bevolkingsgroei, gebrek aan werkgelegenheid, beperkte toegang tot onderwijs en beperkte economische kansen, instabiliteit, conflict, klimaatverandering en de langetermijngevolgen van gedwongen ontheemding. |
(2) |
Hoewel het van kapitaal belang is middelen beschikbaar te stellen om de onderliggende oorzaken van migratie aan te pakken, blijft de Unie onverkort vasthouden aan beleidsmaatregelen op andere gebieden van hoge strategische prioriteit, als beschreven in de integrale strategie voor het buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie. |
(3) |
Er is een nieuw resultaatgericht partnerschapskader met derde landen uitgewerkt, dat met alle Uniebeleidslijnen en -instrumenten rekening houdt. Als onderdeel van dat nieuwe partnerschapskader is het plan voor externe investeringen van de Unie opgezet, teneinde investeringen in regio's buiten de Unie te ondersteunen en tegelijk bij te dragen aan het verwezenlijken van de doelstellingen van de VN inzake duurzame ontwikkeling en het aanpakken van de onderliggende oorzaken van migratie. Het plan moet tevens bijdragen tot het verwezenlijken van de doelstellingen van de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling van de VN en de in het kader van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering aangenomen Overeenkomst van Parijs (de „Overeenkomst van Parijs”), alsmede de doelstellingen die met andere financieringsinstrumenten voor extern optreden worden nagestreefd. |
(4) |
Op 28 juni 2016 bekrachtigde de Europese Raad het voorstel van de Europese Investeringsbank („EIB”) om bij te dragen aan het Europees extern investeringsplan via het EIB-veerkrachtinitiatief waarmee wordt beoogd investeringen in het Zuidelijk Nabuurschap en de Westelijke Balkan te stimuleren. |
(5) |
Een cruciaal onderdeel van dit EIB-veerkrachtinitiatief is de uitbreiding, zowel kwantitatief als kwalitatief, van het mandaat van de EIB voor externe leningen. Dit zou de EIB in staat moeten stellen snel bij te dragen aan de doelstellingen van het Europees extern investeringsplan, met name door additionele financiering te verstrekken aan begunstigden uit de particuliere sector, teneinde particuliere investeringen aan te trekken en langetermijninvesteringen te stimuleren. |
(6) |
De strategische raad van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling, waarin de EIB is vertegenwoordigd, zal richtsnoeren verstrekken betreffende de complementariteit van het veerkrachtinitiatief van het Europees extern investeringsplan en de onderdelen van het EIP, in overeenstemming met zijn reglement van orde en onverminderd de interne bestuursbepalingen van de EIB. |
(7) |
Bij Besluit nr. 466/2014/EU van het Europees Parlement en de Raad (2) is aan de EIB een begrotingsgarantie voor financieringsverrichtingen buiten de Unie („de EU-garantie”) verleend. |
(8) |
Overeenkomstig Besluit nr. 466/2014/EU heeft de Commissie met medewerking van de EIB een tussentijds evaluatieverslag opgesteld waarin de toepassing van dit besluit wordt geëvalueerd op basis van een onafhankelijke externe evaluatie. |
(9) |
De economische langetermijnveerkracht van vluchtelingen, migranten, gast- en doorreisgemeenschappen en gemeenschappen van herkomst, als strategische respons om de onderliggende oorzaken van migratie aan te pakken, moet worden toegevoegd als een nieuwe doelstelling die door de EU-garantie wordt ondersteund (de „nieuwe doelstelling”). |
(10) |
Verrichtingen die worden gesteund in het kader van de nieuwe doelstelling, moeten worden onderscheiden van de inspanningen van de Unie op het gebied van grenscontrole. |
(11) |
Om met het mandaat voor externe leningen te kunnen inspelen op uitdagingen en Unieprioriteiten die zich kunnen aandienen, alsmede om de nieuwe doelstelling te vervullen, dient het maximumbedrag voor de EIB-financieringsverrichtingen onder de EU-garantie te worden opgetrokken tot 32 300 000 000 EUR. |
(12) |
Uit hoofde van het algemene mandaat dient 1 400 000 000 EUR te worden geoormerkt voor projecten in de publieke sector die zijn gericht op het vervullen van de nieuwe doelstelling. |
(13) |
Uit hoofde van het nieuwe mandaat voor leningen aan de particuliere sector dient een maximumbedrag van 2 300 000 000 EUR te worden bestemd voor projecten die zijn gericht op het vervullen van de nieuwe doelstelling binnen het verhoogde maximumbedrag en dient dit onder de algemene garantie van de Unie te vallen. |
(14) |
Het realiseren van een van de hoofddoelstellingen van de EIB in het kader van het mandaat voor externe leningen, namelijk steun aan de ontwikkeling van de lokale particuliere sector, in het bijzonder steun aan micro-, kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's), is afhankelijk van factoren zoals de toegang van kmo's tot financiering, kredieten en technische bijstand, van het propageren van ondernemerschap en van inspanningen om de overgang van de onstabiele informele economie naar de formele sector te bevorderen. In dat verband moeten de financieringsverrichtingen van de EIB erop gericht zijn steun te verlenen aan kleine investeringsprojecten van kmo's, alsmede aan investeringsprojecten in afgelegen plattelandsgebieden en op het gebied van de behandeling van drinkwater, de verwerking van afvalwater, en hernieuwbare energie. |
(15) |
Complementariteit en coördinatie met initiatieven van de Unie voor het aanpakken van de onderliggende oorzaken van migratie dient te worden gewaarborgd, onder meer door Uniesteun voor de duurzame herintegratie van migranten die naar hun land van herkomst zijn teruggekeerd. |
(16) |
Naar aanleiding van de Overeenkomst van Parijs dient de EIB ernaar te streven een hoog niveau van klimaatrelevante verrichtingen aan te houden, waarvan het volume ten minste 25 % van de totale financieringsverrichtingen van de EIB buiten de Unie moet uitmaken. De EIB-financieringsverrichtingen uit hoofde van Besluit nr. 466/2014/EU moeten sporen met het uiterlijk in 2020 te bereiken streefcijfer van ten minste 35 % van de totale financieringsverrichtingen van de EIB in opkomende economieën en ontwikkelingslanden buiten de Unie. De EIB moet rekening houden met de conclusies van de Europese Raad van 22 mei 2013 over de geleidelijke afschaffing van ecologisch of economisch schadelijke subsidies, onder meer voor fossiele brandstoffen. |
(17) |
Het risico voor de algemene begroting van de Unie dat is verbonden aan EIB-financieringsverrichtingen uit hoofde van het mandaat voor leningen aan de particuliere sector moet worden beprijsd. De inkomsten uit die risicobeprijzing moeten worden overgemaakt aan het bij Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad (3) ingestelde Garantiefonds voor externe maatregelen om het commerciële risico af te dekken en marktverstoringen te voorkomen. |
(18) |
De EIB dient binnen haar kader voor resultaatmeting een reeks indicatoren te ontwikkelen en te hanteren voor projecten die zijn gericht op het vervullen van de nieuwe doelstelling. Daarom dient een beoordeling van de bijdrage van EIB-financieringsverrichtingen aan deze doelstelling, onder meer waar toepasselijk de bijdrage aan de doelstellingen inzake duurzame ontwikkeling van de VN, de betrokkenheid van het lokaal maatschappelijk middenveld en de afstemming op de prioriteiten van de Unie inzake extern beleid en begroting, te worden opgenomen in de jaarlijkse verslaglegging van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over EIB-financieringsverrichtingen. |
(19) |
De zichtbaarheid en transparantie van de financieringsverrichtingen van de EIB uit hoofde van Besluit nr. 466/2014/EU, met name wat betreft de projecten die door financiële intermediairs worden gefinancierd, moeten worden gewaarborgd teneinde de toegang tot informatie voor de instellingen van de Unie en het brede publiek te verbeteren, rekening houdend met de noodzaak vertrouwelijke en commercieel gevoelige informatie te beschermen. |
(20) |
Het toepasselijke beleid van de Unie betreffende niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden is vastgelegd in rechtshandelingen van de Unie en conclusies van de Raad, met name in de bijlage bij de conclusies van 8 november 2016 en alle actualiseringen daarvan. |
(21) |
Het zorgvuldigheidsonderzoek (due diligence) met betrekking tot EIB-financieringsverrichtingen in het kader van Besluit nr. 466/2014/EU moet onder meer een grondige controle omvatten van de naleving van toepasselijke wetgeving van de Unie en overeengekomen internationale normen en normen van de Unie inzake de bestrijding van witwaspraktijken, de bestrijding van terrorismefinanciering, belastingfraude en belastingontwijking. Voorts dient de EIB, in het kader van de verslaglegging over het mandaat voor externe leningen, per land informatie te verstrekken over de verenigbaarheid van de financieringsverrichtingen van de EIB met haar beleid betreffende niet-coöperatieve rechtsgebieden en de lijst van intermediairs waarmee de EIB samenwerkt. |
(22) |
De EIB heeft op 12 oktober 2016 haar goedkeuring gehecht aan de uitvoering van het EIB-veerkrachtinitiatief. Projecten in het kader van het EIB-veerkrachtinitiatief die zijn goedgekeurd na die datum en vóór de inwerkingtreding van dit besluit en de sluiting van de garantieovereenkomst moeten door de EU-garantie kunnen gedekt worden, mits de Commissie bevestigt dat zij met de nieuwe doelstelling sporen en de voorwaarden van de garantieovereenkomst eerbiedigen. |
(23) |
EIB-financieringsverrichtingen met ondernemingen mogen uitsluitend onder de algemene garantie voor de particuliere sector vallen indien zij inclusieve groei en meer banencreatie in de hand werken en de lokale financiële markten in dit verband ontoereikend zijn. |
(24) |
De financieringsverrichtingen van de EIB dienen, ook met betrekking tot financiële intermediairs, aan te sluiten bij de beginselen die zijn vervat in de mededeling van de Commissie van 25 oktober 2011 getiteld „Een vernieuwde EU-strategie 2011-2014 ter bevordering van maatschappelijk verantwoord ondernemen”. |
(25) |
Indien de prioriteiten van de Unie voor het extern beleid veranderen, of in nood- en crisissituaties die zich tijdens de mandaatsperiode kunnen voordoen, en overeenkomstig de toepasselijke resoluties van het Europees Parlement en de toepasselijke besluiten en conclusies van de Raad, dient het plafond voor de herverdeling tussen de regio's door de EIB in de loop van het mandaat te worden opgetrokken van 10 % tot 20 %. De Commissie dient het Europees Parlement en de Raad op gezette tijden over die herverdelingen te informeren. |
(26) |
Gelet op het belang van het EIB-veerkrachtinitiatief in de strategie van de Unie voor het aanpakken van de onderliggende oorzaken van migratie en de behoeften van doorreis- en gastgemeenschappen, blijft het uiterst belangrijk dat de bedragen die krachtens het mandaat voor externe leningen zijn geoormerkt voor projecten die de nieuwe doelstelling nastreven, volledig worden benut. Niettemin moet in een bepaalde mate van verhoogde flexibiliteit worden voorzien ingeval de geoormerkte bedragen vanwege onvoorziene omstandigheden niet volledig kunnen worden benut. Daarom moet het, indien de EIB uiterlijk op 30 juni 2019 concludeert dat zij haar verwachte streefcijfer in het kader van het EIB-veerkrachtinitiatief niet kan halen, mogelijk zijn om tot 20 % van het bedrag van 1 400 000 000 EUR dat in het kader van het algemene mandaat is geoormerkt voor projecten van de publieke sector, en van het bedrag van 2 300 000 000 EUR waarin is voorzien in het kader van het mandaat voor leningen aan de particuliere sector, te herverdelen binnen en/of tussen de „pretoetredingslanden en -begunstigden” en de „nabuurschaps- en partnerschapslanden”. Over een dergelijke herverdeling dient vooraf overeenstemming te worden bereikt tussen de Commissie en de EIB. |
(27) |
De lijsten van in aanmerking komende regio's en landen en potentieel in aanmerking komende regio's en landen dient te worden gewijzigd om regio's en landen met een hoog inkomen en een hoge kredietrating uit te sluiten, namelijk Brunei, Chili, IJsland, Israël, Singapore, Taiwan en Zuid-Korea. Voorts moet Iran worden toegevoegd aan de lijst van de potentieel in aanmerking komende regio's en landen. |
(28) |
Besluit nr. 466/2014/EU dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd, |
HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Besluit nr. 466/2014/EU wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Artikel 2 wordt vervangen door: „Artikel 2 Plafonds voor EIB-financieringsverrichtingen onder EU-garantie
Dit maximumbedrag valt uiteen in:
|
2) |
Artikel 3 wordt vervangen door: „Artikel 3 Algemene doelstellingen en beginselen
Teneinde de aanwending van middelen ten behoeve van de betrokken kmo's doeltreffend te bewaken en te beoordelen, verricht de EIB een uitvoerig zorgvuldigheidsonderzoek en voorziet zij in en handhaaft zij adequate contractuele bepalingen met standaardrapportageverplichtingen voor zowel de financiële intermediairs als de eindbegunstigden. De EIB tracht de belemmeringen voor financiering die kmo's ondervinden, in kaart te brengen en te helpen bij de aanpak ervan. De EIB werkt samen met financiële intermediairs die kunnen voorzien in de specifieke behoeften van kmo's in de landen waar de verrichtingen plaatsvinden, en die voldoen aan de voorschriften van artikel 13, als omgezet in overeenkomsten als bedoeld in lid 1, derde alinea, van dat artikel.
De subsidiabiliteitscriteria voor klimaatactieprojecten zijn in de strategie inzake klimaatverandering van de EIB neergelegd. Op basis van de door de EIB opgestelde werkwijzen voor de beoordeling van projecten inzake broeikasgasemissies en emissieafwijkingen wordt in de procedure voor milieueffectbeoordeling een analyse van de koolstofvoetafdruk opgenomen om na te gaan of projectvoorstellen leiden tot optimale energie-efficiëntieverbeteringen. In de door dit besluit bestreken periode tracht de EIB een hoog niveau van klimaatrelevante verrichtingen aan te houden, met een volume van ten minste 25 % van de totale financieringsverrichtingen van de EIB buiten de Unie. De EIB-financiering uit hoofde van dit besluit spoort met het uiterlijk in 2020 te bereiken streefcijfer van ten minste 35 % van de totale financieringsverrichtingen van de EIB in opkomende economieën en ontwikkelingslanden buiten de Unie. De financieringsverrichtingen van de EIB omvatten onder meer concrete maatregelen om een einde te maken aan de financiering van projecten die nadelig zijn voor de verwezenlijking van de klimaatdoelstellingen van de Unie en om de inspanningen ter ondersteuning van hernieuwbare energiebronnen en energie-efficiëntie op te voeren. De EIB versterkt de elementen tot aanpassing aan de klimaatverandering in haar bijdrage aan projecten in het kader van haar verschillende financieringsverrichtingen binnen het mandaat voor externe leningen van de EIB.
De EIB-financieringsverrichtingen nemen de mensenrechten, arbeidsrechten en sociale rechten, de fundamentele vrijheden en de gendergelijkheid ten volle in acht door een op rechten gebaseerde benadering te volgen die alle mensenrechten en sociale rechten omvat, overeenkomstig de beginselen van transparantie, participatie, non-discriminatie en verantwoording, en bovendien:
Met de financieringsverrichtingen van de EIB wordt steun verleend aan:
(*1) Richtlijn 2006/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende de toepassing van het beginsel van gelijke kansen en gelijke behandeling van mannen en vrouwen in arbeid en beroep (PB L 204 van 26.7.2006, blz. 23).”" |
3) |
Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:
|
4) |
Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:
|
5) |
Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:
|
6) |
Aan artikel 10 wordt de volgende alinea toegevoegd: „Het in artikel 2, lid 1, onder b), bedoelde risico voor de Uniebegroting dat verbonden is aan EIB-financieringsverrichtingen op grond van het mandaat voor leningen aan de particuliere sector, wordt beprijsd en de inkomsten uit de commerciële risicobeprijzing worden overgemaakt aan het Garantiefonds.”. |
7) |
In artikel 11 wordt lid 1 als volgt gewijzigd:
|
8) |
Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:
|
9) |
Artikelen 13 en 14 worden vervangen door: „Artikel 13 Preventie van witwaspraktijken, de bestrijding van de financiering van terrorisme, belastingheffing en niet-coöperatieve rechtsgebieden
Daarnaast gaat de EIB geen nieuwe verrichtingen aan en verlengt zij geen bestaande verrichtingen met entiteiten die opgericht of gevestigd zijn in rechtsgebieden die in het kader van het desbetreffende beleid van de Unie op de lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voorkomen of die krachtens artikel 9, lid 2, van Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad (*2) als derde landen met een hoog risico zijn aangemerkt of die in de praktijk niet voldoen aan op Unie- of internationaal niveau overeengekomen fiscale normen inzake transparantie en informatie-uitwisseling. De EIB mag alleen van dit beginsel afwijken indien het project fysiek wordt uitgevoerd in een van die rechtsgebieden en er geen enkele aanwijzing bestaat dat de betrokken verrichting bijdraagt aan witwassen van geld, financiering van terrorisme, belastingontwijking, belastingfraude of belastingontduiking. Bij het sluiten van overeenkomsten met financiële intermediairs neemt de EIB de voorschriften van dit artikel op in de betrokken overeenkomsten en verlangt zij van de financiële intermediairs dat zij verslag uitbrengen over de naleving ervan. De EIB herziet haar beleid inzake niet-coöperatieve rechtsgebieden uiterlijk na de vaststelling van de Unielijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden. Daarna dient de EIB bij het Europees Parlement en de Raad ieder jaar een verslag in over de tenuitvoerlegging van haar beleid inzake niet-coöperatieve rechtsgebieden met betrekking tot haar financieringsverrichtingen, inclusief informatieverstrekking per land en een lijst van intermediairs met wie zij samenwerken.
Artikel 14 Garantieovereenkomst „De Commissie en de EIB ondertekenen een garantieovereenkomst waarin de in artikel 8 omschreven nadere voorschriften en procedures in verband met de EU-garantie worden vastgelegd. Die garantieovereenkomst wordt onder voorbehoud van hun respectievelijke interne regels voor de behandeling van vertrouwelijke informatie ter kennis van het Europees Parlement en de Raad gebracht. (*2) Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijn 2006/70/EG van de Commissie (PB L 141 van 5.6.2015, blz. 73)." (*3) Verordening (EU) 2015/847 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1781/2006 (PB L 141 van 5.6.2015, blz. 1).”" |
10) |
Artikel 18 wordt als volgt gewijzigd:
|
11) |
Artikel 20 wordt vervangen door: „Artikel 20 Verslaglegging De Commissie dient uiterlijk op 30 juni 2019 bij het Europees Parlement en bij de Raad een evaluatieverslag over de toepassing van dit besluit in dat bijdragen bevat met het oog op een eventueel nieuw besluit over de dekking door de EU-garantie van de EIB-financieringsverrichtingen binnen het mandaat voor externe leningen van de EIB. De Commissie dient uiterlijk op 31 december 2021 bij het Europees Parlement en de Raad een verslag over de toepassing van dit besluit in.”. |
12) |
Het volgende artikel wordt ingevoegd: „Artikel 20 bis Overgangsbepaling De EIB mag financiering verstrekken aan projecten die na 12 oktober 2016 en vóór 8 april 2018 en de sluiting van een garantieovereenkomst tussen de Commissie en de EIB zijn goedgekeurd. Die projecten mogen door de EU-garantie gedekt worden, mits de Commissie bevestigt dat zij sporen met de in artikel 3, lid 1, onder d), omschreven doelstelling en voldoen aan de voorwaarden van de garantieovereenkomst.”. |
13) |
De bijlagen I, II en III worden vervangen door de tekst in de bijlage bij dit besluit; |
14) |
In bijlage IV wordt de eerste alinea vervangen door het volgende: „De EIB-activiteit in de partnerlanden die deelnemen aan het pretoetredingsproces vindt plaats in het kader van de toetredings- en de Europese partnerschappen, waarin met het oog op verdere toenadering tot de Unie de prioriteiten voor de pretoetredingslanden en -begunstigden zijn vastgelegd, en die in een raamwerk voor de steunverlening door de Unie voorzien. Het stabilisatie- en associatieproces is het beleidskader van de Unie voor de westelijke Balkan. Het is gebaseerd op een groeiend partnerschap, waarin de Unie een combinatie van handelsconcessies, economische en financiële bijstand en contractuele betrekkingen aanbiedt via stabilisatie- en associatieovereenkomsten. Financiële pretoetredingssteun helpt pretoetredingslanden en -begunstigden om zich voor te bereiden op de verplichtingen en uitdagingen die het lidmaatschap van de Unie met zich meebrengt. Deze bijstand ondersteunt het hervormingsproces, met inbegrip van de voorbereiding op het uiteindelijke lidmaatschap, waarbij het accent wordt gelegd op institutionele opbouw, aanpassing aan het acquis van de Unie, voorbereiding op de beleidslijnen en instrumenten van de Unie, en bevordering van maatregelen voor het verwezenlijken van economische convergentie.”. |
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Straatsburg, 14 maart 2018.
Voor het Europees Parlement
De voorzitter
-
A.TAJANI
Voor de Raad
De voorzitter
-
L.PAVLOVA
-
Standpunt van het Europees Parlement van 8 februari 2018 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 27 februari 2018.
-
Besluit nr. 466/2014/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 tot verlening van een EU-garantie voor verliezen van de Europese Investeringsbank op financieringsverrichtingen ter ondersteuning van investeringsprojecten buiten de Unie (PB L 135 van 8.5.2014, blz. 1).
-
Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad van 25 mei 2009 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 145 van 10.6.2009, blz. 10).
BIJLAGE
„
BIJLAGE I
REGIONALE PLAFONDS
A. |
Pretoetredingslanden en -begunstigden: 8 075 000 000 EUR, waarvan 7 635 000 000 EUR uit hoofde van het algemene mandaat en 440 000 000 EUR uit hoofde van het mandaat voor leningen aan de particuliere sector. |
B. |
Nabuurschaps- en partnerschapslanden: 19 680 000 000 EUR, uitgesplitst in de volgende subplafonds:
|
C. |
Azië en Latijns-Amerika: 4 083 000 000 EUR, uitgesplitst in de volgende subplafonds:
|
D. |
Zuid-Afrika: 462 000 000 EUR. De bestuursorganen van de EIB kunnen, na raadpleging van de Commissie, besluiten binnen het totale plafond een bedrag van ten hoogste 20 % van de subregionale plafonds binnen de regio's, en van ten hoogste 20 % van de regionale plafonds tussen de regio's, te herverdelen. Indien de bestuursorganen van de EIB uiterlijk op 30 juni 2019 concluderen dat de EIB haar verwachte streefcijfer in het kader van het EIB-veerkrachtinitiatief niet kan halen, mag tot 20 % van de 1 400 000 000 EUR die in het kader van het algemene mandaat is geoormerkt voor projecten van de publieke sector, en van de 2 300 000 000 EUR waarin is voorzien in het kader van het mandaat voor leningen aan de particuliere sector, worden herverdeeld binnen en/of tussen de in punt A en B van deze bijlage bedoelde regio's. Over enige herverdeling in het kader van het EIB-veerkrachtinitiatief dient vooraf overeenstemming te worden bereikt tussen de Commissie en de EIB. De bestuursorganen van de EIB maken met name gebruik van deze mogelijkheid tot herverdeling opdat de EU-garantie blijvend kan worden gericht op projecten met een hoger risicoprofiel in prioritaire regio's. De Commissie informeert het Europees Parlement en de Raad op gezette tijden over die herverdelingen. |
BIJLAGE II
REGIO'S EN LANDEN DIE IN AANMERKING KUNNEN KOMEN
-
A.Pretoetredingslanden en -begunstigden
Albanië, Bosnië en Herzegovina, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Kosovo (*1), Montenegro, Servië, Turkije (1)
-
B.Nabuurschaps- en partnerschapslanden
-
1.Mediterrane landen
Algerije, Egypte, Jordanië, Libanon, Libië, Marokko, Palestina, Syrië, Tunesië
-
2.Oost-Europa, zuidelijke Kaukasus en Rusland
Oost-Europa: Belarus, Republiek Moldavië, Oekraïne
Zuidelijke Kaukasus: Armenië, Azerbeidzjan, Georgië
Rusland
-
C.Azië en Latijns-Amerika
-
1.Latijns-Amerika
Argentinië, Bolivia, Brazilië, Colombia, Costa Rica, Cuba, Ecuador, El Salvador, Guatemala, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama, Paraguay, Peru, Uruguay, Venezuela
-
2.Azië
Afghanistan, Bangladesh, Bhutan, Cambodja, China, India, Indonesië, Irak, Iran, Jemen, Laos, Maleisië, Maldiven, Mongolië, Myanmar/Birma, Nepal, Pakistan, de Filipijnen, Sri Lanka, Thailand, Vietnam
-
3.Centraal-Azië
Kazachstan, Kirgizië, Oezbekistan, Tadzjikistan, Turkmenistan
-
D.Zuid-Afrika
Zuid-Afrika
BIJLAGE III
REGIO'S EN LANDEN DIE IN AANMERKING KOMEN
-
A.Pretoetredingslanden en -begunstigden
Albanië, Bosnië en Herzegovina, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Kosovo (*2), Montenegro, Servië, Turkije (2)
-
B.Nabuurschaps- en partnerschapslanden
-
1.Mediterrane landen
Algerije, Egypte, Jordanië, Libanon, Libië, Marokko, Palestina, Tunesië
-
2.Oost-Europa, zuidelijke Kaukasus en Rusland
Oost-Europa: Belarus, Republiek Moldavië, Oekraïne
Zuidelijke Kaukasus: Armenië, Azerbeidzjan, Georgië
Rusland
-
C.Azië en Latijns-Amerika
-
1.Latijns-Amerika
Argentinië, Bolivia, Brazilië, Colombia, Costa Rica, Ecuador, El Salvador, Guatemala, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama, Paraguay, Peru, Uruguay, Venezuela
-
2.Azië
Bangladesh, Bhutan, Cambodja, China, India, Indonesië, Irak, Jemen, Laos, Maleisië, Maldiven, Mongolië, Myanmar/Birma, Nepal, Pakistan, de Filipijnen, Sri Lanka, Thailand, Vietnam
-
3.Centraal-Azië
Kazachstan, Kirgizië, Oezbekistan, Tadzjikistan, Turkmenistan
-
D.Zuid-Afrika
Zuid-Afrika
”
(*1) Deze benaming laat de standpunten over de status van Kosovo onverlet, en is in overeenstemming met Resolutie 1244(1999) van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.
-
Turkije wordt door een afzonderlijke overeenkomst met de EU bestreken en valt niet onder het EIB-veerkrachtinitiatief.
(*2) Deze benaming laat de standpunten over de status van Kosovo onverlet, en is in overeenstemming met Resolutie 1244(1999) van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.
-
Turkije wordt door een afzonderlijke overeenkomst met de EU bestreken en valt niet onder het EIB-veerkrachtinitiatief.
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.