Verordening 2018/596 - Wijziging van Verordening (EU) nr. 1295/2013 tot vaststelling van het programma Creatief Europa (2014-2020)

1.

Wettekst

23.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 103/1

 

VERORDENING (EU) 2018/596 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 18 april 2018

tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1295/2013 tot vaststelling van het programma Creatief Europa (2014-2020)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 167, lid 5, eerste streepje,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Na raadpleging van het Comité van de Regio's,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (2),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Bij Verordening (EU) nr. 1295/2013 van het Europees Parlement en de Raad (3) werd het programma Creatief Europa (2014-2020) vastgesteld ter ondersteuning van de culturele en creatieve sectoren in Europa.

 

(2)

Bijzonder aan het Jeugdorkest van de Europese Unie (EUYO) is het feit dat het een Europees orkest is dat de culturele grenzen overschrijdt en dat bestaat uit jonge musici die volgens veeleisende kwaliteitscriteria jaarlijks door middel van strenge audities in alle lidstaten worden geselecteerd. Het is het enige orkest in de Unie dat rekruteert in alle lidstaten.

 

(3)

Vanaf de oprichting heeft het EUYO bijgedragen tot het bevorderen van de interculturele dialoog en wederzijds respect en begrip. Het EUYO fungeert als cultureel ambassadeur van de Unie door de schijnwerpers te richten op de rijkdom en diversiteit van de Europese culturen, en op opkomende talenten. Het heeft ook bijgedragen tot de kennis van het Europese muzikale erfgoed, de verspreiding van Europese werken en de mobiliteit van jonge Europese talenten over de nationale en Europese grenzen heen.

 

(4)

Het EUYO voorziet in regelmatige opleiding voor jonge muzikanten via een residence-programma en biedt mogelijkheden om op te treden, hetgeen de internationale carrière van de betrokkenen ten goede komt en hen in staat stelt hun vaardigheden te ontwikkelen onder leiding van gerenommeerde dirigenten.

 

(5)

Het EUYO moet zijn inkomsten voortdurend diversifiëren door actief op zoek te gaan naar financiële steun uit andere bronnen dan financiering door de Unie, om zijn voortbestaan te garanderen en zijn afhankelijkheid van financiering door de Unie te verminderen. Het EUYO moet er daarom voor zorgen dat zijn beheer kostenefficiënt is.

 

(6)

Het EUYO moet proberen zijn zichtbaarheid te vergroten, onder meer in traditionele zowel als digitale media, en op te treden op Europese evenementen en in meer lidstaten.

 

(7)

Het EUYO moet in samenwerking met zijn nationale partners de bekendheid vergroten van de jaarlijkse audities, om te komen tot een evenwichtigere vertegenwoordiging in het orkest van muzikanten uit alle lidstaten.

 

(8)

De activiteiten van het EUYO moeten in overeenstemming zijn met de doelstellingen van het programma Creatief Europa, en met name met de doelstelling het ondersteunen van publieksontwikkeling, en met de prioriteiten van het subprogramma Cultuur. Het EUYO moet zich daarom actief inzetten voor publieksontwikkeling, met bijzondere aandacht voor jongeren.

 

(9)

Het EUYO is opgericht ingevolge een resolutie van het Europees Parlement van 8 maart 1976 (4) en onderscheidt zich dus van andere orkesten in Europa.

 

(10)

De bijdrage van het EUYO is erkend door de lidstaten en de instellingen van de Unie, inclusief de opeenvolgende voorzitters van de Commissie en van het Europees Parlement.

 

(11)

Door zijn specifieke status, strategische doelstellingen en activiteiten die verder gaan dan het loutere belang en voordeel van een of meer lidstaten en die duidelijk een Europese meerwaarde hebben, komt het EUYO in aanmerking als in een basisbesluit vastgestelde organisatie in de zin van artikel 190, lid 1, onder d), van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1268/2012 van de Commissie (5), zodat subsidies kunnen worden toegekend zonder oproep tot het indienen van voorstellen.

 

(12)

Aan het EUYO moet bij wijze van uitzondering financiering worden toegekend tot het einde van het programma Creatief Europa op 31 december 2020.

 

(13)

Daarom moet het EUYO bij wijze van uitzondering worden opgenomen in de maatregelen waarvoor steun wordt toegekend zowel uit het subprogramma Cultuur als uit het sectoroverschrijdend onderdeel van het programma Creatief Europa.

 

(14)

Om de soepele werking van het EUYO te garanderen, moet het orkest zo snel mogelijk steun kunnen krijgen, met name voor kosten die zijn opgelopen in 2018 vóór de inwerkingtreding van deze verordening. Deze verordening moet daarom met terugwerkende kracht van toepassing zijn met ingang van 1 januari 2018.

 

(15)

Verordening (EU) nr. 1295/2013 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EU) nr. 1295/2013 wordt als volgt gewijzigd:

 

1)

Aan artikel 13, lid 1, wordt het volgende punt toegevoegd:

 

„f)

de kosten in verband met de activiteiten van het Jeugdorkest van de Europese Unie die bijdragen aan de mobiliteit van muzikanten, de verspreiding van Europese werken over de grenzen heen en de internationalisering van de carrière van jonge musici.”.

 

2)

Aan artikel 15, lid 1, wordt het volgende punt toegevoegd:

 

„g)

het Jeugdorkest van de Europese Unie, voor de kosten die niet worden gedekt op grond van artikel 13, lid 1, onder f).”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2018 tot en met 31 december 2020.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 18 april 2018.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

  • A. 
    TAJANI

Voor de Raad

De voorzitter

  • L. 
    PAVLOVA
 

  • (1) 
    Advies van 18 oktober 2017 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
  • (2) 
    Standpunt van het Europees Parlement van 15 maart 2018 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 12 april 2018.
  • (3) 
    Verordening (EU) nr. 1295/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 tot vaststelling van het programma Creatief Europa (2014 tot 2020) en tot intrekking van de Besluiten nr. 1718/2006/EG, nr. 1855/2006/EG en nr. 1041/2009/EG (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 221).
  • (4) 
    Resolutie van het Europees Parlement van 8 maart 1976 over de ontwerpresolutie ingediend door mevrouw Kellett-Bowman over een Europees jeugdorkest (PB C 79 van 5.4.1976, blz. 8).
  • (5) 
    Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1268/2012 van de Commissie van 29 oktober 2012 houdende uitvoeringsvoorschriften voor Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie (PB L 362 van 31.12.2012, blz. 1).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.