Besluit 2020/649 - Standpunt EU tijdens de 56e zitting van de Commissie van deskundigen betreffende het spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen van de Intergouvernementele Organisatie voor het internationale spoorwegvervoer met betrekking tot bepaalde wijzigingen in aanhangsel C van het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer

1.

Wettekst

15.5.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 153/1

 

BESLUIT (EU) 2020/649 VAN DE RAAD

van 7 mei 2020

betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt tijdens de 56e zitting van de Commissie van deskundigen betreffende het spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen van de Intergouvernementele Organisatie voor het internationale spoorwegvervoer met betrekking tot bepaalde wijzigingen in aanhangsel C van het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 91 in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

De Unie is bij Besluit 2013/103/EU van de Raad (1) toegetreden tot het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer van 9 mei 1980, als gewijzigd bij het Protocol van Vilnius van 3 juni 1999 (“Cotif”).

 

(2)

Alle lidstaten, met uitzondering van Cyprus en Malta, zijn partij bij Cotif.

 

(3)

Artikel 6 Cotif bepaalt dat het internationale spoorwegvervoer en de toelating van spoorwegmaterieel in het internationale verkeer worden geregeld door de in dat artikel vermelde regels en met name het reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen (“RID”), dat is opgenomen in aanhangsel C van Cotif.

 

(4)

Bij Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad (2) zijn vereisten vastgesteld voor het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg, het spoor en de binnenwateren in of tussen de lidstaten op basis van het RID.

 

(5)

Overeenkomstig artikel 13, § 1, onder d), en artikel 33, § 5, Cotif kan de Commissie van deskundigen voor het vervoer van gevaarlijke goederen (“Commissie van RID-deskundigen”) van de Intergouvernementele Organisatie voor het internationale spoorwegvervoer (“OTIF”) de bijlage bij het RID wijzigen.

 

(6)

De Commissie van RID-deskundigen is voornemens tijdens haar 56e zitting op 27 mei 2020 wijzigingen vast te stellen teneinde de bijlage bij het RID aan te passen aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang.

 

(7)

De voorgestelde wijzigingen hebben betrekking op technische normen teneinde een veilig en efficiënt vervoer van gevaarlijke goederen te waarborgen, rekening houdend met de technische en wetenschappelijke vooruitgang in de sector en de ontwikkeling van nieuwe stoffen en goederen die tijdens het vervoer een gevaar kunnen opleveren.

 

(8)

De voorgestelde wijzigingen worden passend geacht voor het veilig vervoer van gevaarlijke goederen op een kosteneffectieve wijze en kunnen daarom worden ondersteund.

 

(9)

Het is passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie moet worden ingenomen in de Commissie van RID-deskundigen, aangezien de wijzigingen aan het RID voor de Unie bindend zullen zijn,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen tijdens de 56e zitting van de Commissie van deskundigen voor het vervoer van gevaarlijke goederen van de Intergouvernementele Organisatie voor het internationale spoorwegvervoer in het kader van het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer van 9 mei 1980, als gewijzigd door het Protocol van Vilnius van 3 juni 1999, is als uiteengezet in de in document ST 7049/20 (3) opgenomen tabel met wijzigingen.

Kleine wijzigingen van de documenten waarnaar in de tabel met wijzigingen wordt verwezen, kunnen in de Commissie van RID-deskundigen worden goedgekeurd zonder nader besluit van de Raad.

Artikel 2

De besluiten van de Commissie van RID-deskundigen worden na de vaststelling ervan bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie, met vermelding van de datum van inwerkingtreding.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 7 mei 2020.

Voor de Raad

De voorzitter

  • G. 
    GRLIĆ RADMAN
 

  • (1) 
    Besluit 2013/103/EU van de Raad van 16 juni 2011 betreffende de ondertekening en sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Intergouvernementele Organisatie voor het internationale spoorwegvervoer tot toetreding van de Europese Unie tot het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer (Cotif) van 9 mei 1980, zoals gewijzigd bij het Protocol van Vilnius van 3 juni 1999 (PB L 51 van 23.2.2013, blz. 1).
  • (2) 
    Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land (PB L 260 van 30.9.2008, blz. 13).
  • (3) 
    Document ST 7049/20 kan hier worden gevonden: http://register.consilium.europa.eu
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.