Besluit 2020/1782 - Wijziging van Besluit nr. 573/2014/EU betreffende nauwere samenwerking tussen openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s)

1.

Wettekst

30.11.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 400/7

 

BESLUIT (EU) 2020/1782 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 25 november 2020

tot wijziging van Besluit nr. 573/2014/EU betreffende nauwere samenwerking tussen openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s)

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 149,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Na raadpleging van het Comité van de Regio’s,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (2),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Bij Besluit nr. 573/2014/EU van het Europees Parlement en de Raad (3) is het Europees netwerk van openbare diensten voor arbeidsvoorziening (“het netwerk”) opgericht voor de periode van 17 juni 2014 tot en met 31 december 2020.

 

(2)

Het netwerk strekt ertoe de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) te moderniseren en te versterken, teneinde hun capaciteit, de kwaliteit van hun diensten, hun effectiviteit en hun doeltreffendheid te verbeteren. Dit kan worden bereikt door een platform te bieden om hun prestaties op Unieniveau te vergelijken, beste praktijken in kaart te brengen en een systeem van wederzijds leren op te zetten, teneinde waardig werk en inclusieve en duurzame banen te bevorderen. Het moet bovendien de ODA’s meer mogelijkheden bieden om bij te dragen aan de ontwikkeling van innovatief, toekomstgericht en empirisch onderbouwd beleid dat aansluit op relevante beleidsinitiatieven van de Unie en op de in artikel 3, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie vastgestelde economische, sociale en werkgelegenheidsdoelstellingen.

 

(3)

Het netwerk is van cruciaal belang geweest voor het aanmoedigen van verdere samenwerking tussen de lidstaten op de taakgebieden van de ODA’s en heeft bijgedragen aan de modernisering en versterking van de ODA’s. Uit een evaluatie van de uitvoering van Besluit nr. 573/2014/EU blijkt dat het netwerk een positief effect heeft gehad alsook welke lessen zijn getrokken uit de verschillende activiteiten en ervaringen. Bovendien heeft het netwerk zijn capaciteit vergroot en innovatieve empirisch onderbouwde maatregelen ontwikkeld om werkgelegenheidsbeleid ten uitvoer te leggen.

 

(4)

Om te profiteren van de tot dusver bereikte resultaten en om de samenwerking tussen de ODA’s verder te bevorderen, moet de looptijd van het netwerk worden verlengd tot en met 31 december 2027.

 

(5)

Het netwerk dient de samenwerking tussen zijn leden te versterken en gezamenlijke initiatieven te ontwikkelen teneinde informatie en beste praktijken uit te wisselen op alle werkgebieden van de ODA’s, door vergelijkende analyses en advies te bieden en door innoverende arbeidsbemiddelingsinitiatieven te bevorderen. In dat verband moet in voorkomend geval aandacht worden besteed aan de samenwerking tussen ODA’s om de integratie van en bijstand aan onder de Unieregels voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels vallende personen te vergemakkelijken. De werkzaamheden van het netwerk zullen een inclusieve, empirisch onderbouwde en prestatiegerichte vergelijking van alle ODA’s mogelijk maken, zodat beste praktijken op hun werkgebieden kunnen worden bepaald, die zullen bijdragen aan de betere opzet en verstrekking van arbeidsbemiddelingsdiensten binnen hun specifieke verantwoordelijkheden. De initiatieven van het netwerk dienen de effectiviteit van de ODA’s te verbeteren en bij te dragen aan een efficiëntere besteding van overheidsgelden.

 

(6)

Het netwerk moet de uitvoering van de Europese pijler van sociale rechten, met als één van de beginselen de actieve ondersteuning bij het vinden van werk, ondersteunen. Zij moet ook bijdragen tot een sociaal rechtvaardige transitie naar een groene economie en tot de tenuitvoerlegging van de relevante beginselen en doeleinden van de duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties, door inclusieve en duurzame economische groei en werkgelegenheid, alsook waardig werk voor iedereen te bevorderen.

 

(7)

Het netwerk moet de stelselmatige en structurele samenwerking met andere relevante belanghebbenden op de arbeidsmarkt blijven intensiveren en versterken, in het bijzonder met de agentschappen van de Unie op het gebied van werkgelegenheid, sociaal beleid, gendergelijkheid, onderwijs en opleiding, evenals de sociale partners, dienstverleners op het gebied van werkgelegenheid en sociale zaken, organisaties die kwetsbare groepen vertegenwoordigen, en lokale en regionale instanties, om synergieën te bevorderen, beste praktijken uit te wisselen en in voorkomend geval te zorgen voor een consistent beleidskader.

 

(8)

De rol van de ODA’s in het bieden van doeltreffendere diensten voor werkzoekenden en bedrijven moet op nationaal en in voorkomend geval op regionaal niveau passende ondersteuning krijgen met voldoende personele middelen en financiële ondersteuning voor de opleiding van personeel en apparatuur. De lidstaten dienen de ODA’s te voorzien van de middelen die nodig zijn om met succes te kunnen inspelen op de digitalisering van de economie, veranderende arbeidspatronen, waaronder opkomende platformeconomieën, en maatschappelijke en demografische ontwikkelingen.

 

(9)

Financiële steun van de Unie voor het netwerk moet beschikbaar worden gesteld overeenkomstig het meerjarig financieel kader voor 2021-2027.

 

(10)

Het netwerk en zijn initiatieven dienen te worden gefinancierd in overeenstemming met de financiële planning van de Unie, en binnen de door het Europees Parlement en de Raad vastgestelde kredieten.

 

(11)

Voor projecten die door het netwerk worden ontwikkeld of die in het kader van activiteiten inzake wederzijds leren worden vastgesteld en vervolgens door de afzonderlijke ODA’s worden uitgevoerd, moeten de lidstaten een beroep kunnen doen op financiering uit de desbetreffende programma’s van de Unie.

 

(12)

Om de naadloze voortzetting van de activiteiten van het netwerk te waarborgen, moet dit besluit van toepassing zijn met ingang van 1 januari 2021.

 

(13)

Besluit nr. 573/2014/EU moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Besluit nr. 573/2014/EU wordt als volgt gewijzigd:

 

1)

In artikel 1 wordt de eerste alinea vervangen door:

“Er wordt een Uniebreed netwerk van openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) opgericht voor de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2027. Het netwerk voert de in artikel 4 neergelegde initiatieven uit.”.

 

2)

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

 

a)

de aanhef wordt vervangen door:

“Het doel van dit besluit is, via het netwerk de samenwerking inzake werkgelegenheid tussen de lidstaten op de taakgebieden van de ODA’s te bevorderen, om bij te dragen aan de uitvoering van het werkgelegenheidsbeleid van de Unie. Dit zal ook de beginselen van de Europese pijler van sociale rechten helpen verwezenlijken, bijdragen tot de doelstellingen van de Europese Green Deal en de verwezenlijking van de duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties nastreven, en daarbij ondersteuning verlenen voor:”;

 

b)

punt a) wordt vervangen door:

 

“a)

alle kwetsbare maatschappelijke groepen die een hoge werkloosheidsgraad kennen, in het bijzonder oudere werknemers en jongeren die geen baan hebben, of geen onderwijs of opleiding volgen, alsook mensen met een handicap en mensen die te maken hebben met discriminatie op meerdere gronden;”;

 

c)

de punten c) en d) worden vervangen door:

 

“c)

de betere werking en het inclusieve karakter van de arbeidsmarkten;

 

c bis)

gendergelijkheid;

 

d)

het herkennen van vaardigheidstekorten en het verstrekken van informatie over hun omvang en waar ze zich voordoen, alsmede een betere aansluiting tussen de vaardigheden van werkzoekenden en de behoeften van de werkgevers, onder meer door middel van het herkennen van de behoeften aan beroepsopleidingen, alsmede de inzetbaarheid van de werkzoekenden en de voorkoming van werkloosheid, bijvoorbeeld door loopbaanbegeleiding en opleiding;”.

 

3)

Artikel 4, lid 1, wordt als volgt gewijzigd:

 

a)

onder a) wordt punt i) vervangen door:

 

“i)

bijdragen aan het terugdringen van de werkloosheid voor alle leeftijds-, gender- en kwetsbare groepen;”;

 

b)

punt c) wordt vervangen door:

 

“c)

bijdragen aan de modernisering en versterking van de ODA’s op de belangrijkste gebieden, met het oog op het werkgelegenheids- en sociaal beleid van de Unie, en indachtig de Europese pijler van sociale rechten, de Europese Green Deal en de duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties, alsook de uitdagingen in verband met digitalisering, de veranderende wereld van werk en arbeidspatronen, alsook demografische veranderingen;”;

 

c)

de punten f) en g) worden vervangen door:

 

“f)

het vaststellen en uitvoeren van zijn jaarlijks werkprogramma, dat de werkmethoden, de te bereiken resultaten en nadere bijzonderheden betreffende de toepassing van benchlearning bevat, evenals verspreidings- en samenwerkingsstrategieën;

 

g)

het bevorderen en uitwisselen van beste praktijken voor het opsporen van jongeren die geen baan hebben of geen onderwijs of opleiding volgen en voor de ontwikkeling van initiatieven om te bewerkstelligen dat die jongeren de vaardigheden verwerven die nodig zijn om een plek op de arbeidsmarkt te verwerven en te behouden, en voor het integreren van de langdurig werklozen en andere kwetsbare groepen in de arbeidsmarkt.”.

 

4)

Artikel 5 wordt vervangen door:

“Artikel 5

Samenwerking

Het netwerk ontwikkelt de samenwerking met relevante belanghebbenden op de arbeidsmarkt, waaronder andere diensten voor arbeidsvoorziening en sociale diensten en de sociale partners, en, in voorkomend geval, Unieagentschappen op het gebied van werkgelegenheid, sociaal beleid, gendergelijkheid, en onderwijs en opleiding, organisaties die werklozen of andere kwetsbare groepen vertegenwoordigen, gelijkheidsorganen, organisaties voor beroepsopleidingen, op het gebied van werkgelegenheid en rechtvaardige transitie actieve niet-gouvernementele organisaties en regionale en lokale instanties, door hen te betrekken bij relevante activiteiten en bijeenkomsten van het netwerk en door informatie en gegevens onderling uit te wisselen. In voorkomend geval kan het netwerk beste praktijken uitwisselen met relevante openbare diensten voor arbeidsvoorziening uit derde landen.”.

 

5)

In artikel 6 wordt lid 5 vervangen door:

“5.   Het bestuur wordt bijgestaan door een secretariaat dat ter beschikking wordt gesteld door en gehuisvest is binnen de Commissie. Het secretariaat bereidt in samenwerking met de voorzitter en de vicevoorzitters de bijeenkomsten van het bestuur, het jaarlijks werkprogramma en het jaarverslag van het netwerk voor. Het secretariaat werkt nauw samen met het secretariaat van het EMCO om initiatieven te coördineren en de samenwerking tussen het netwerk en EMCO te intensiveren.”.

 

6)

Artikel 7 wordt vervangen door:

“Artikel 7

Financiële ondersteuning

De algemene middelen die nodig zijn voor de uitvoering van dit besluit worden beschikbaar gesteld overeenkomstig het meerjarig financieel kader voor 2021-2027, waarvan de jaarlijkse kredieten door het Europees Parlement en door de Raad worden goedgekeurd binnen de grenzen van het financieel kader.”.

 

7)

In artikel 9 wordt lid 2 vervangen door:

“2.   De in artikel 8 bedoelde bevoegdheidsdelegatie wordt aan de Commissie toegekend tot en met 31 december 2027.”.

 

8)

Artikel 10 wordt vervangen door:

“Artikel 10

Evaluatie

Uiterlijk 30 september 2026 dient de Commissie bij het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s een evaluatieverslag in over de toepassing van dit besluit. In dat verslag wordt onder meer beoordeeld in hoeverre het netwerk heeft bijgedragen aan de verwezenlijking van de in artikel 3 genoemde doelstellingen.”.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Het is van toepassing met ingang van 1 januari 2021.

Gedaan te Brussel, 25 november 2020.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

  • D. 
    M. SASSOLI

Voor de Raad

De voorzitter

  • M. 
    ROTH
 

  • (1) 
    Advies van 30 oktober 2019 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
  • (2) 
    Standpunt van het Europees Parlement van 11 november 2020 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 18 november 2020.
  • (3) 
    Besluit nr. 573/2014/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende nauwere samenwerking tussen openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) (PB L 159 van 28.5.2014, blz. 32).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.