Voorstel van wet - Voornemen tot opzegging van het lAO-verdrag betreffende de prestaties bij arbeidsongevallen en beroepsziekten (Verdrag nr. 121)

Nr. 2

VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het voornemen tot opzegging van het op 8 juli 1964 te Genève tot stand gekomen Verdrag betreffende de prestaties bij arbeidsongevallen en beroepsziekten (Verdrag nr. 121 van de Internationale Arbeidsorganisatie), ingevolge artikel 91, eerste lid, van de Grondwet de goedkeuring van de Staten-Generaal behoeft alvorens tot de opzegging kan worden overgegaan; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

Het voornemen tot opzegging van het op 8 juli 1964 te Genève tot stand gekomen Verdrag betreffende de prestaties bij arbeidsongevallen en beroepsziekten (Verdrag nr. 121 van de Internationale Arbeidsorganisaties), waarvan de Nederlandse tekst is geplaatst in Tractatenblad 1966, 137, wordt goedgekeurd voor Nederland.

S-SV, IZ