Artikelen bij COM(2000)826 - Uitvoering van Richtlijn 95/57/EG betreffende de verzameling van statistische informatie op het gebied van het toerisme - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2000)826 - Uitvoering van Richtlijn 95/57/EG betreffende de verzameling van statistische informatie op het gebied van het toerisme. |
---|---|
document | COM(2000)826 ![]() ![]() |
datum | 17 januari 2001 |
Voorwoord
I. Inleiding
II. Uitvoering van de richtlijn van de Raad
2.1 Ontwikkeling van een informatiesysteem op het gebied van toerismestatistieken
2.2 Verzameling en behandeling van gegevens
2.3. Verspreiding van resultaten
2.4. Methodologische follow-up
2.5. Juridisch kader
III. Voortgang per onderdeel van de richtlijn
3.1. Capaciteit van de collectieve toeristische accommodatie: lokale eenheden op nationaal grondgebied
3.2. Bezetting in collectieve logiesverstrekkende bedrijven: binnenlands en inkomend toerisme
3.3. Toeristische vraag: binnenlands en uitgaand toerisme (met uitzondering van dagtochten)
IV. Algemene beoordeling
V. Vooruitzichten
Bijlage 1: Juridisch kader
Bijlage 2: Overzichtstabel per land en per onderdeel van de richtlijn
Bijlage 3: Financiële bijdrage aan de lidstaten
Voorwoord
1. Dit verslag heeft betrekking op de uitvoering van Richtlijn 95/57/EG van de Raad betreffende de verzameling van statistische informatie op het gebied van het toerisme.
PB L 291 van 6.12.1995, blz. 32.
2. In hoofdstuk II van dit verslag wordt een samenvatting gegeven van de maatregelen op het gebied van de ontwikkeling van een informatiesysteem, verzameling van gegevens, methodologische follow-up en het juridisch kader, die in de periode 1996-1999 zijn uitgevoerd. De tabel in bijlage 1 geeft aanvullende informatie over het juridisch kader.
3. Hoofdstuk III volgt de structuur van de richtlijn en beschrijft de ontwikkeling in de lidstaten per onderdeel. Daaronder vallen ook de ontwikkelingen in de periode 1996-1999. De overzichtstabel in bijlage 2 is een aanvulling op de informatie die in dit hoofdstuk wordt aangeboden.
4. Hoofdstuk IV behandelt overwegingen van algemene aard met betrekking tot de algemene beoordeling van de uitvoering van de richtlijn. Dit mondt uit in een positieve beoordeling. Niettemin volgt er een analyse en bespreking van bepaalde problemen, die met name betrekking hebben op de consolidatie van de vooruitgang die is geboekt bij de uitvoering van de richtlijn, vertragingen in de verstrekking van gegevens van enkele lidstaten aan Eurostat en vertragingen in de diepgaande beoordeling van de kwaliteit en de betrouwbaarheid van de resultaten.
5. In hoofdstuk V worden de vooruitzichten behandeld. Daarin wordt aanbevolen om door te gaan met de uitvoering van de richtlijn, waarbij men zich met name moet richten op het beoordelen van de kwaliteit, betrouwbaarheid en vergelijkbaarheid van de gegevens, het aanmoedigen van de regelmatige verstrekking van gegevens en het vergroten van de verspreiding van de resultaten.
I. Inleiding
Beschikking 90/665/EEG van de Raad van 17 december 1990 vormde het begin van het werk op het gebied van toerismestatistieken op communautair niveau. In deze beschikking werden vier uit te voeren maatregelen onderscheiden, namelijk analyse en evaluatie van de behoeften op lange termijn van de voornaamste gebruikers van toerismestatistieken, verzameling en verspreiding van reeds voorhanden informatie over toerisme, analyse van de in de lidstaten en bij internationale organisaties bestaande systemen en opzet van een methodologisch referentiekader voor de opstelling van communautaire statistieken op het gebied van toerisme. Besluit 92/421/EEG van de Raad van 13 juli 1992 betreffende een actieprogramma van de Gemeenschap op het gebied van toerisme vormde de basis voor de voortzetting van de werkzaamheden van de Commissie op het gebied van de toerismestatistiek.
PB L 358 van 21.12.1990, blz. 89.
PB L 231 van 13.8.1992, blz. 26.
De behoeften van de gebruikers in zowel de particuliere als de openbare sector aan betrouwbare, vergelijkbare en op korte termijn beschikbare statistieken op communautair niveau betreffende vraag en aanbod in de sector toerisme (zoals uitgedrukt in de resultaten van de uitvoering van Beschikking 90/665/EEG) leidde tot de ontwikkeling van Richtlijn 95/57/EG van de Raad van 23 november 1995 betreffende de verzameling van statistische informatie op het gebied van het toerisme. Het doel van deze richtlijn is de invoering van een communautair informatiesysteem inzake statistieken op het gebied van het toerisme. Daartoe zijn de lidstaten belast met de verzameling, classificatie, verwerking en verstrekking van geharmoniseerde communautaire statistische gegevens inzake vraag en aanbod in de sector toerisme. De richtlijn geeft aan dat de lidstaten alle maatregelen moeten nemen die nodig zijn om het communautair informatiesysteem operationeel te maken door de aanpassing van hun nationale statistische systemen op het gebied van toerismestatistieken aan de technische eisen die worden beschreven in de bijlage bij de richtlijn.
In het beginstadium van het uitvoeringsproces verstrekte de Gemeenschap een financiële bijdrage voor de kosten die de lidstaten maakten bij de aanpassing van de nationale systemen aan de richtlijn. Deze bijdrage was van beperkte duur en was bedoeld voor de bevordering van experimenten met of de invoering van verzamelmethoden en -systemen die voldoen aan de in de richtlijn aangegeven eisen voor statistische informatie. Toen deze financiële bijdrage afliep, moesten de lidstaten in staat zijn om regelmatig, op basis van de in de richtlijn aangegeven uiterste termijnen voor verzending en volgens de vastgestelde methoden en systemen, de vereiste informatie te verstrekken aan de Commissie.
Artikel 8 van Richtlijn 95/57/EG van de Raad bepaalt dat de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad en het Economisch en Sociaal Comité een verslag moet voorleggen over de ervaringen met de werkzaamheden die in het kader van deze richtlijn zijn uitgevoerd, nadat gedurende drie jaar gegevens zijn verzameld. De verzameling van gegevens (over 1996, de eerste waarnemingsperiode) startte in 1997 en heeft nu drie jaar lang plaatsgevonden. Dit verslag is overeenkomstig deze bepaling opgesteld. Het geeft een algemeen beeld van de voortgang van de verschillende door de Commissie en de lidstaten uitgevoerde maatregelen, een eerste beoordeling van de behaalde resultaten en voorstellen om het uitvoeringsproces voort te zetten.
II. Uitvoering van de richtlijn van de Raad
De richtlijn heeft tot diverse maatregelen geleid die werden uitgevoerd door de lidstaten en de Commissie (Eurostat) om ervoor te zorgen dat de nieuwe gegevens konden worden verzameld, behandeld en verspreid. Voor Eurostat betekende dit met name het ontwerpen en invoeren van een nieuw informatiesysteem op communautair niveau, de regelmatige verzameling van gegevens met gestandaardiseerde vragenlijsten, de samenvoeging en verspreiding van de EU-resultaten, het volgen van de methodologische ontwikkelingen in de lidstaten en het zorgen voor uitwisseling van ervaringen om te komen tot vergelijkbare statistieken en ten slotte het bepalen van uitvoerende maatregelen in een juridische context om de juiste uitvoering van de richtlijn in de lidstaten te waarborgen. De volgende maatregelen zijn in de periode 1996-1999 uitgevoerd. De tabel in bijlage 1 geeft aanvullende informatie over het juridisch kader.
2.1 Ontwikkeling van een informatiesysteem op het gebied van toerismestatistieken
Eén van de eerste maatregelen die Eurostat uitvoerde, was het ontwerpen en opzetten van een nieuw informatiesysteem op het gebied van toerismestatistieken overeenkomstig de inhoud en structuur van de richtlijn. Er werd een systeem ontwikkeld op basis van Access, dat de opslag, behandeling en berekening van gegevens mogelijk maakte en ervoor zorgde dat gegevens op eenvoudige wijze in Excel-tabellen konden worden verwerkt. Het systeem werd in 1997 in gebruik genomen.
Het classificatieplan voor de productiegegevensbank op het gebied van toerismestatistieken, 'TOUR', werd volledig in overeenstemming met de richtlijn opgesteld. Het biedt ruimte aan acht belangrijke aspecten, te weten gebied waarover de gegevens zijn verzameld (nationaal en regionaal niveau), indicator (de variabelen), maat (valuta, %), eenheid (eenheid, duizenden, miljoenen), activiteit (type onderneming), doel (vakantie, zakelijk), T-info (indeling in diverse categorieën, zoals geslacht, leeftijd, vervoermiddel) en partner (land van herkomst/bestemming).
Het informatiesysteem werd zodanig opgezet dat tevens de mogelijkheid bestaat om statistische gegevens op te slaan die verband houden met toerisme, zoals betalingsbalansen (posten op het gebied van reizen en personenvervoer), werkgelegenheid in hotels en restaurants en economische statistieken . Op dit moment bevat de 'TOUR'-gegevensbank 49 verschillende tabellen met in totaal meer dan 400.000 cijfers. Hiervan hebben 29 tabellen direct betrekking op de richtlijn en deze bevatten ongeveer 350.000 cijfers. De periode die deze gegevens beslaan, loopt van 1980 tot heden. Vanaf 1996 en 1997, toen de tabellen van de nieuwe richtlijn werden ingevoerd, is er een grote toename in het aantal beschikbare gegevens te zien.
De verzameling van gegevens is gebaseerd op de volgende rechtsbesluiten: Verordening (EG, EURATOM) nr. 58/97 van de Raad van 20 december 1996 inzake structurele bedrijfsstatistieken (PB L 14 van 17.1.1997, blz. 1); Verordening (EG) nr. 1165/98 van de Raad van 19 mei 1998 inzake kortetermijnstatistieken (PB L 162 van 5.6.1998, blz. 1); Verordening (EEG) nr. 3711/91 van de Raad van 16 december 1991 betreffende de organisatie van een jaarlijkse steekproefenquête naar de arbeidskrachten in de Gemeenschap (PB L 351 van 20.12.1991, blz. 1); Verordening (EG) nr. 577/98 van de Raad van 9 maart 1998 betreffende de organisatie van een steekproefenquête naar de arbeidskrachten in de Gemeenschap (PB L 77 van 14.3.1998, blz. 3).
2.2 Verzameling en behandeling van gegevens
In aansluiting aan de opzet van een informatiesysteem op het gebied van toerismestatistieken is er gestart met de regelmatige verzameling van gegevens overeenkomstig de uiterste termijnen voor verstrekking van gegevens, zoals beschreven in de richtlijn (artikel 7). Dit artikel bepaalt dat voorlopige maandelijkse en driemaandelijkse gegevens van de lidstaten aan Eurostat moeten worden verstrekt binnen drie maanden, gerekend vanaf het eind van de overeenkomstige waarnemingsperiode, en de definitieve resultaten binnen zes maanden. Voorlopige jaarlijkse gegevens moeten aan Eurostat worden verstrekt binnen zes maanden gerekend vanaf het eind van de overeenkomstige waarnemingsperiode, en de definitieve resultaten binnen maximaal twaalf maanden.
Teneinde de verstrekking van gegevens tussen de lidstaten en Eurostat te vereenvoudigen, werden er op basis van de structuur van de richtlijn 29 standaardtabellen voor de verstrekking van gegevens ontwikkeld. Deze tabellen geven nauwkeurig aan hoe de gegevens in vaste rijen en kolommen moeten worden gerangschikt om een efficiënte en automatische behandeling van de cijfers in het informatiesysteem van Eurostat mogelijk te maken.
De gestandaardiseerde tabellen voor de verstrekking van gegevens legden de grondslag voor de ontwikkeling van elektronische vragenlijsten (in Excel), die werden verspreid onder de lidstaten en moeten worden gebruikt voor de verstrekking van gegevens aan Eurostat. Eurostat heeft een speciaal programma, TADI (Tourism Automatic Data Input), ontwikkeld om de vragenlijstbestanden die door de verstrekkers van de gegevens worden verzonden aan 'TOUR', het informatiesysteem op het gebied van het toerisme, automatisch te kunnen lezen. Wat de verstrekking van de gegevens betreft, worden de meeste bestanden elektronisch verstuurd, ofwel via 'STADIUM', het verzendingsprogramma van Eurostat dat een eenvoudige identificatie van de ontvangen bestanden mogelijk maakt, ofwel via e-mail.
De procedure voor de behandeling van de gegevens bestaat uit verschillende fases. Allereerst vindt er een algemene validiteitscontrole plaats, waarbij met name problemen op het gebied van het gegevensformaat worden opgespoord. Ten tweede wordt er een nauwkeuriger validiteitscontrole uitgevoerd om de inhoud, de indelingen, de totalen, de vergelijking met vorige reeksen, enz. te controleren. Momenteel is dit stadium langdurig en tijdrovend. Er zijn plannen om deze fase grotendeels te automatiseren, zodat controles op plausibiliteit, controle door vergelijking van gegevens in de tabellen en andere controles kunnen worden uitgevoerd. Ten slotte vinden er verschillende berekeningen plaats (b.v. EU-totaaltelling, omrekening in euro's, berekening van verschillende ratio's). Tijdens de gehele verwerkingsprocedure van de gegevens is er regelmatig contact met de verstrekkers van de gegevens in de lidstaten.
In 1999 heeft Eurostat een procedure ingevoerd om vertragingen in de verstrekking van gegevens te kunnen controleren. Deze procedure maakt het mogelijk om, per land en per tabel voor de verstrekking van gegevens, de jongst beschikbare gegevens en eventuele hiaten in tijdreeksen vast te stellen, waarbij rekening wordt gehouden met afwijkingen waarom de lidstaten hebben verzocht. Op dit moment vindt dit werk handmatig plaats, waardoor het zeer tijdrovend is en moeilijk up-to-date kan worden gehouden, omdat er zeer regelmatig nieuwe gegevens binnenkomen. Dit werk moet echter binnenkort worden geautomatiseerd, zodat ook de nieuwste gegevens regelmatig gecontroleerd kunnen worden.
2.3. Verspreiding van resultaten
In het kader van de richtlijn verzamelde gegevens zijn sinds 1997 op regelmatige basis verspreid. Met name werd jaarlijks (in mei of juni) 'Tourism in Europe - Key figures' gepubliceerd met gegevens over de voorafgaande drie jaar op het gebied van de capaciteit van collectieve toeristische accommodatie, bezetting van bedden, gastenstromen van ingezetenen en niet-ingezetenen en inkomsten en bestedingen op het gebied van reizen . Andere publicaties zijn een 'Statistics in Focus' over toerisme die in februari 1999 verscheen met recente trends op het gebied van toerisme in 1997 en 1998 . Toerismestatistieken worden ook regelmatig gebruikt voor andere, meer algemene publicaties van Eurostat, zoals 'Eurostat Yearbook', 'Europe in Figures', 'Eurostatistics' en 'Monthly Panorama of European Business'.
'Tourism in Europe - Key figures 1997-1998', (1999), Eurostat. 'Tourism in Europe - Key figures 1996-1997', (1998), Eurostat 'Tourism in Europe - Key figures 1995-1996', (1997), Eurostat.
'Inbound tourism flows rising in Europe', (1999), Statistics in Focus, Eurostat.
De toerismesectie in 'New Cronos', de referentiegegevensbank van Eurostat, werd in 1998 geheel anders opgezet om de inhoud en structuur van de richtlijn te weerspiegelen. Hierdoor kon een brede groep gebruikers via het Datashop-netwerk van Eurostat toegang krijgen tot de statistieken. Verstrekkers van gegevens in de lidstaten en bij Europese instellingen hebben gratis toegang tot deze gegevensbank.
Een jaarlijkse uitgave van het 'Tourism statistics Yearbook' (cd-rom) en 'Tourism in Europe - Trends', een meer op analyse gerichte publicatie op het gebied van de toeristische vraag en aanbod over de voorafgaande vier jaar, maken deel uit van het geplande programma ter regelmatige verspreiding van toerismestatistieken. Er zijn enkele schattingen van ontbrekende gegevens gemaakt en verspreid, maar er moet aan worden gewerkt dat dit op een regelmatige basis gebeurt, zodat tijdig de nieuwste gegevens kunnen worden verstrekt.
2.4. Methodologische follow-up
Na de vaststelling van de richtlijn kwam de werkgroep van Eurostat op het gebied van toerismestatistieken overeen dat er een voortgangsverslag moest komen over de methodologische ontwikkelingen in de lidstaten als gevolg van de uitvoering van de richtlijn. Van het voortgangsverslag moeten regelmatig bijgewerkte versies verschijnen, het moet vergelijkingen tussen landen mogelijk maken en een primair hulpmiddel zijn om het uitvoeringsproces van de richtlijn te controleren. Het voortgangsverslag wil dus aan twee doelstellingen beantwoorden: ten eerste controle van de voortgang die de lidstaten boeken bij de uitvoering van de richtlijn inzake toerismestatistieken; ten tweede vergroting van de kennis en uitwisseling van ervaringen en beste praktijken tussen de lidstaten over methoden om gegevens te verzamelen en over bestaande statistische systemen op het gebied van het toerisme.
Het voortgangsverslag is in overeenstemming met artikel 8 van de richtlijn, dat bepaalt dat lidstaten de Commissie op verzoek alle nodige informatie moeten verstrekken om de kwaliteit, vergelijkbaarheid en volledigheid van de statistische informatie te kunnen beoordelen, alsmede dat zij nadere inlichtingen moeten geven over verdere wijzigingen in de toegepaste methoden. De lidstaten hebben Eurostat informatie verstrekt voor de opstelling van het voortgangsverslag. Dit gebeurde met behulp van ingevulde vragenlijsten over bestaande systemen voor het verzamelen van gegevens in de EER-landen en de verslagen die door de lidstaten werden opgesteld in verband met hun contractuele verplichtingen vanwege financiële bijdragen van de Gemeenschap. Er zijn regelmatig bijgewerkte versies van het verslag gemaakt en de lidstaten is verzocht de informatie te verifiëren, wijzigen en vervolledigen.
In 1996 verscheen een praktische handleiding over de toepassing van de methodologische richtsnoeren op het gebied van toerismestatistieken . Deze handleiding biedt de basisbegrippen en richtsnoeren voor het verzamelen van gegevens en het opzetten van enquêtes om te voldoen aan de richtlijn . In 1998 werden als onderdeel van de maatregelen ter uitvoering van de richtlijn definities van de variabelen vastgesteld. Voorts is er gewerkt aan het opstellen van technische handleidingen over methodologische onderwerpen die in het uitvoeringsproces als bijzonder moeilijk werden beschouwd, bijvoorbeeld de verzameling van gegevens over zakentoerisme. Bovendien heeft Eurostat een technische handleiding opgesteld voor de geharmoniseerde verzameling van gegevens over particuliere toeristische accommodatie, omdat dit een belangrijk deel uitmaakt van het aanbod van toeristische accommodatie in veel lidstaten. Om de uitwisseling van ervaringen tussen lidstaten bij het uitvoeringsproces van de richtlijn nog meer te stimuleren, werd er in 1999 een workshop over methodologie georganiseerd. De workshop was bedoeld om gezamenlijke problemen te signaleren die van belang zijn voor de uitvoering van de richtlijn en om voorstellen te doen voor concrete maatregelen om de voortgang van het uitvoeringsproces te bevorderen.
'Applying the Eurostat methodological guidelines in basic tourism and travel statistics', (1996), werkdocument, Eurostat.
Deze praktische handleiding is in overeenstemming met de 'Communautaire methodiek voor toerismestatistiek', die in 1998 door de Europese Commissie is gepubliceerd en een breed methodologisch kader biedt voor de verzameling van statistische gegevens op het gebied van toerisme.
2.5. Juridisch kader
Wat betreft de procedures voor de tenuitvoerlegging van de richtlijn, is bepaald dat het Comité statistisch programma moet beslissen over de volgende maatregelen (artikel 11 en 12 van de richtlijn): de definities die gebruikt moeten worden voor de kenmerken van de te verzamelen gegevens (artikel 3), de gedetailleerde regels voor procedures ter verstrekking van gegevens (artikel 7) en de afwijkingen die worden toegestaan aan lidstaten (artikel 10) .
Beschikking (1999/35/EG) van de Commissie van 9 december 1998 inzake de procedures ter uitvoering van Richtlijn 95/57/EG van de Raad betreffende de verzameling van statistische informatie op het gebied van het toerisme (PB L 9 van 15.1.1999, blz. 23)
Andere procedures voor de tenuitvoerlegging van de richtlijn die procedureel vallen onder het Comité statistisch programma betreffen nauwkeurigheidseisen en de geharmoniseerde verwerking van systematische fouten (artikel 4), de verwerking van gegevens (artikel 6) en de verspreiding van gegevens (artikel 9) (zie ook bijlage I van dit verslag).
III. Voortgang per onderdeel van de richtlijn
De uitvoering van de richtlijn, waartoe op basis van contracten tussen de lidstaten en de Commissie een financiële bijdrage is verstrekt, heeft geleid tot diverse aanpassingen, wijzigingen en methodologische gevolgen van verschillende aard voor de nationale statistische systemen in de EER-landen. Met de financiële bijstand die is verleend in het kader van de contracten hebben de EER-landen hun nationale toerismestatistieken ontwikkeld teneinde de verzameling en verstrekking van gegevens aan Eurostat te waarborgen en waar nodig te consolideren. Naast het directe effect van de financiële bijdragen, is er in veel landen ook een indirect effect te zien geweest: de bijdragen bevorderden de toewijzing van eigen middelen voor de consolidatie van het nationale statistische systeem, met name voor het verzamelen van gegevens op regelmatige basis. Er is werk verricht op het gebied van de uitbreiding van bestaande enquêtes, de harmonisatie van definities en methoden en andere wijzigingen om te voldoen aan de eisen van de richtlijn.
3.1. Capaciteit van de collectieve toeristische accommodatie: lokale eenheden op nationaal grondgebied
3.1.1 Uitbreiding van de dekking van bestaande registers van logiesverstrekkende bedrijven
Om de kwaliteit van hun statistieken te verbeteren, hebben veel landen de dekking van hun bestaande registers van logiesverstrekkende bedrijven uitgebreid.
België heeft gewerkt aan de samenstelling van een inventaris van de verschillende accommodatietypen en de koppeling van hun accommodatieregister met andere administratieve bronnen, in het bijzonder het algemene bedrijfsregister. Dit heeft geleid tot een betere dekking van de accommodatietypen op NUTS III-niveau en tot meer gedetailleerde informatie.
Frankrijk heeft gewerkt aan de uitbreiding van het register van geclassificeerde hotels om ook een complete lijst te krijgen van hotels zonder ster.
Nederland heeft gewerkt aan het vervolledigen en actualiseren van zijn bestaande register alsmede aan het opzetten van een register van alle logiesverstrekkende bedrijven overeenkomstig de eisen van de richtlijn.
Ierland heeft gewerkt aan de verwezenlijking van een nieuw register voor toeristische accommodatie dat alle eenheden omvat, anders dan het bedrijfsregister van de Central Statistical Office (het Ierse centraal bureau voor de statistiek) en het register van de Irish Tourist Board (het Ierse bureau voor toerisme). In het verleden bestond er alleen een register van de Tourist Board dat slechts de goedgekeurde accommodatiesector omvatte.
Oostenrijk heeft ook een toeristisch satellietregister van toeristische logiesverstrekkende bedrijven opgezet, dat is gekoppeld aan het algemeen bedrijfsregister.
Ook Italië heeft gewerkt aan de opzet van een toeristisch satellietregister, dat is gebaseerd op het bestaande register van toeristische accommodatie en gekoppeld aan het algemeen bedrijfsregister (ASIA).
Wat het Verenigd Koninkrijk betreft, is er gewerkt aan de verbetering van de bestaande registers van toeristische accommodatie van de regionale bureaus voor toerisme om gegevens te kunnen verstrekken op NUTS III-niveau en worden er achteraf controles uitgevoerd aan de hand van het algemeen bedrijfsregister van de Office for National Statistics (het Britse centraal bureau voor de statistiek).
Voor IJsland hebben de werkzaamheden bestaan uit het vervolledigen en actualiseren van het bestaande accommodatieregister, en wel met name uit het opzetten van een register van andere collectieve logiesverstrekkende bedrijven, zoals slaapzakaccommodatie, jeugdherbergen, accommodatie in huizen van particulieren en berghutten.
Noorwegen heeft gewerkt aan de verbetering van zijn bestaande register van hotels en soortgelijke bedrijven.
3.1.2. Het opzetten van nieuwe registers van collectieve accommodatietypen
Een aantal landen heeft geheel nieuwe registers voor bepaalde accommodatietypen moeten opzetten om alle collectieve accommodatietypen die onder de richtlijn vallen te bestrijken.
Dit gold met name voor Spanje en Portugal, die een register van toeristenappartementen (vakantiewoningen) hebben opgezet.
Ierland heeft een register opgezet van logies-met-ontbijt-verstrekkende bedrijven zonder goedkeuring.
Frankrijk heeft gewerkt aan de opzet van een register van niet-geclassificeerde hotels.
3.1.3. Herziening van de definities en indeling van collectieve accommodatie
Veel landen hebben gewerkt aan de herziening van hun bestaande indeling van logiesverstrekkende bedrijven, de structuur van hun gegevensbank en de enquêtes om te voldoen aan de richtlijn.
Dit is met name het geval voor Oostenrijk, dat vroeger gehuurde huizen en flats (vakantiewoningen) rangschikte onder hotels en soortgelijke bedrijven en deze nu indeelt bij andere collectieve accommodatie.
IJsland heeft gewerkt aan een totale herziening en wijziging van zijn indeling van accommodatietypen om te voldoen aan de richtlijn. Dit heeft geleid tot een totale herziening en reorganisatie van de IJslandse gegevensbank op het gebied van accommodatie en ook bestaande informatie is herzien op basis van de indeling van de richtlijn.
Italië heeft gewerkt aan de indeling van de collectieve accommodatie door een inventarisatie van alle bestaande bedrijfstypen op regionaal en provinciaal niveau. Nieuwe bedrijfstypen, zoals boerderij- en logies-met-ontbijt-accommodatie, zijn nu duidelijk ingedeeld overeenkomstig de richtsnoeren van Eurostat.
Ook Noorwegen heeft nauwkeurig de scheidslijnen tussen de verschillende accommodatietypen bestudeerd om zijn indeling van de toeristische accommodatie aan te passen aan de richtlijn.
3.2. Bezetting in collectieve logiesverstrekkende bedrijven: binnenlands en inkomend toerisme
3.2.1. Aanpassing en uitbreiding van de bestaande enquêtes
Aanpassing van de geografische indeling van niet-ingezetenen
Veel landen hebben gewerkt aan de herziening en uitbreiding van hun bestaande vragenlijsten over gastenstromen in logiesverstrekkende bedrijven om alle landen die worden vermeld in de geografische indeling van niet-ingezetenen, b.v. Oostenrijk, Denemarken, Spanje, Griekenland, Frankrijk, Italië, Nederland, IJsland, Noorwegen en Zweden, te bestrijken.
Invoering van het verzamelen van nieuwe variabelen
Veel landen hebben gewerkt aan de aanpassing van hun bestaande enquête om met behulp van hun vragenlijsten extra informatie te verzamelen.
In Denemarken is gewerkt aan de uitbreiding van de bestaande Deense hotelenquête om informatie te verzamelen over de nettobezetting van bedden vanaf januari 1996. Verder is met de Deense vereniging van kampeerplaatsen overeengekomen dat zij betrouwbare schattingen zullen aanleveren over de aankomsten op kampeerplaatsen. Deze taak heeft in veel landen geleid tot samenwerking met de betreffende beroepsorganisaties. Griekenland, Finland en Spanje hebben hun bestaande statistische hotelenquêtes uitgebreid om informatie te verzamelen over de brutobezetting van bedden.
Vanaf 1998 heeft Luxemburg de verzameling van gegevens uitgebreid met het aantal bedden en de bruto-bezetting van bedden.
Nederland heeft gewerkt aan een systeem voor het schatten van aankomsten en overnachtingen op standplaatsen die voor bepaalde of onbepaalde tijd worden gehuurd.
Voor het Verenigd Koninkrijk, waar de verzameling van informatie over gastenstromen in logiesverstrekkende bedrijven wordt benaderd vanuit de vraag, werd de variabele aankomsten in de bestaande enquête opgenomen.
IJsland heeft de bestaande enquête over gastenstromen in logiesverstrekkende bedrijven sinds 1995 uitgebreid met de variabele aankomsten. Vanaf januari 1997 is Liechtenstein begonnen met het verzamelen van gegeven over het aantal bedden op kampeerplaatsen.
3.2.2. Het opzetten van nieuwe enquêtes, het ontwerpen van nieuwe vragenlijsten
Een aantal landen heeft geheel nieuwe registers moeten opzetten en nieuwe vragenlijsten moeten ontwerpen om alle collectieve accommodatietypen die onder de richtlijn vallen te bestrijken.
Portugal en Spanje zijn begonnen met nieuwe enquêtes over vakantiewoningen.
Frankrijk heeft gewerkt aan de opzet van een nieuwe enquête om informatie te verzamelen over gastenstromen in hotels zonder ster en aan het opstellen van een vragenlijst over dit onderwerp.
Griekenland heeft zijn bestaande enquêtes en vragenlijsten over gastenstromen in logiesverstrekkende bedrijven herzien en uitgebreid om aan alle informatie-eisen van dit onderdeel van de richtlijn te voldoen.
Ierland is in januari 1997 gestart met een nieuwe steekproefenquête en vragenlijst over gastenstromen in logiesverstrekkende bedrijven op basis van het nieuwe register van toeristische accommodatie van de Central Statistical Office. Deze nieuwe enquête werd in januari 1997 geïntroduceerd.
Italië heeft gewerkt aan de reorganisatie en vereenvoudiging van zijn bestaande maandelijkse enquête over toeristenstromen in logiesverstrekkende faciliteiten met het doel de beantwoording voor lokale toeristische autoriteiten minder belastend te maken en de tijd die nodig is voor verzending aan ISTAT aanmerkelijk te verkorten. De nieuwe enquête werd in januari 1997 geïntroduceerd.
Zweden heeft een nieuwe enquête over gastenstromen in vakantiewoningen opgezet.
Het Verenigd Koninkrijk heeft een bezettingsgraadenquête opgezet, wat heeft geleid tot de harmonisatie en verbetering van de verschillende bezettingsgraadenquêtes van de nationale en regionale bureaus voor toerisme.
In IJsland hield het werk in dat de maandelijkse enquête over gastenstromen in logiesverstrekkende bedrijven werd gereorganiseerd om de regionale indeling op het niveau van NUTS II te brengen.
3.2.3. Verwerking van gegevens, kwaliteit en tijdige verstrekking
Veel landen hebben gewerkt aan technologische en methodologische verbeteringen om te voldoen aan de eisen voor de kwaliteit van de gegevens en de uiterste termijn van toezending die worden genoemd in de richtlijn.
Technologische verbeteringen
Italië heeft gewerkt aan de aanpassing en verbetering van bestaande geautomatiseerde procedures voor gegevensvastlegging en -verwerking (b.v. de automatische controle op fouten). Voorts worden de geënquêteerden minder belast, doordat het proces van gegevensverzameling is vereenvoudigd. ISTAT ontvangt nu microgegevens van regionale organen via e-mail of andere telematische hulpmiddelen. Dit is een onderdeel van het SERT-project (Statistiques d'Entreprises et Reseaux Telematiques) van Eurostat, dat tot doel heeft gegevens voor deel A en B van de richtlijn via een telematisch netwerk te verzenden van toeristische bedrijven naar regionale organen en vervolgens naar ISTAT. ISTAT heeft de norm RDRMES gebruikt om de gegevens te verzenden/ontvangen aan/van regionale instellingen en hotelbedrijven.
Frankrijk heeft een computerprogramma ontwikkeld om gegevens te beheren over niet-geclassificeerde hotels, dat een steekproef kan trekken van de hotels die moeten worden ondervraagd, de ontvangen gegevens kan verwerken en samenvoegen, de bezettingsgraad kan berekenen en schattingen kan maken voor non-respons alsmede voor de bedrijven die niet zijn ondervraagd.
Ierland heeft volledig nieuwe programma's voor gegevensbanken ontwikkeld die in staat zijn om de uitgebreide reeksen gegevens die nu worden verzameld voor het nieuwe accommodatieregister, de nieuwe enquête op het gebied van accommodatiestatistieken en de nieuwe huishoudenquête over de toeristische vraag op te slaan, te beheren en te controleren.
Nederland heeft een programma voor de elektronische verzameling van gegevens ontwikkeld (een vragenlijst op diskette die door de ondervraagden moet worden ingevuld).
Ook Zweden heeft gewerkt aan het verbeteren van geautomatiseerde procedures. Er is onder andere een nieuw programma ontwikkeld voor de verbetering van de calculatie voor non-respons en er zijn elektronische vragenlijsten ingevoerd voor het verzamelen van gegevens van de Zweedse vereniging van kampeerplaatsen.
Noorwegen heeft een nieuw computersysteem ontwikkeld voor de verwerking van gegevens en kwaliteitscontrole, alsmede procedures voor het calculeren van ontbrekende gegevens voor non-respons.
Methodologische verbeteringen
Italië heeft een nieuw systeem in gebruik genomen om provisorische gegevens te schatten, te weten een methode voor het calculeren van ontbrekende gegevens (methode van het gemiddelde bedrijf).
Frankrijk heeft maatregelen genomen om de omvang van de steekproeven te optimaliseren, de nauwkeurigheid van de resultaten te verbeteren door middel van een betere definitie van de stratificatiecriteria en de verzamelingsfrequentie (maandelijks/driemaandelijks) af te stemmen op de variabele.
Teneinde het gehele proces van gegevensverwerking te versnellen, heeft Nederland zijn benadering voor de verzameling van gegevens gewijzigd van een beperkte integrale benadering in een gestratificeerde steekproefbenadering met een extrapolatiemethode waarbij men gebruikmaakt van geavanceerde calculatiemethoden.
3.3. Toeristische vraag: binnenlands en uitgaand toerisme (met uitzondering van dagtochten)
3.3.1. Aanpassing en uitbreiding van bestaande enquêtes over de toeristische vraag
Waar mogelijk hebben de verschillende landen voortgebouwd op hun bestaande systemen en hun bestaande enquêtes aangepast om aan de eisen van de richtlijn te voldoen. Dit betekende over het algemeen dat de frequentie van de enquêtes werd opgevoerd, de vragenlijsten werden uitgebreid om alle in de richtlijn genoemde variabelen te omvatten en in enkele gevallen de omvang van de steekproef werd vergroot.
Voor Oostenrijk betekende dit dat er een extra enquête 'Steekproeftelling - Reisgewoontes van Oostenrijkers' over de jaarlijkse toeristische vraag werd gehouden (daarvoor slechts één keer per drie jaar) en de vragenlijst werd uitgebreid.
Spanje heeft gewerkt aan de aanpassing en herziening van zijn bestaande enquête Vacaciones de los españoles, wat leidde tot een nieuwe enquête onder de naam FAMILITUR. Het werk bracht wijzigingen in de vragenlijst en methodologische wijzigingen met zich mee.
Wat Frankrijk betreft, bleek uit de analyse van de bestaande enquête onder een panel van huishoudens over de 'Reisgewoontes van de Fransen' dat er een positieve respons is op het merendeel van de door de richtlijn vereiste gegevens, met uitzondering van de gegevens over toeristische bestedingen. De omvang van de steekproef bestaat uit 20.000 maandelijkse ondervragingen middels een per post verzonden vragenlijst (de omvang van de steekproef is onlangs verdubbeld). Na een proefperiode waarin vragen over toeristische bestedingen werden opgenomen in de bestaande enquête en de resultaten als onbevredigend werden beoordeeld, heeft Frankrijk gewerkt aan de opzet van een aparte enquête over de toeristische bestedingen.
Italië heeft gewerkt aan de aanpassing van de bestaande steekproefenquête 'Vakanties van de Italianen' (die elke drie jaar wordt gehouden) aan de eisen van de richtlijn. De 'Vakantie-enquête 1996' vond plaats in het kader van de jaarlijkse enquête voor verschillende doeleinden en verzamelde informatie over vakanties van vier of meer opeenvolgende nachten. Italië heeft ook getest of het haalbaar is om informatie over toeristische bestedingen te verzamelen met behulp van de maandelijkse enquête over de bestedingen van huishoudens.
Voor Nederland, dat sinds 1980 een 'Continu Vakantie Onderzoek' houdt, bestonden de werkzaamheden uit de herziening en uitbreiding van deze enquête om informatie te verzamelen over zakenreizen. De herziene enquête werd voor het eerst verzonden in maart 1996.
Portugal had in het verleden een jaarlijkse enquête gehouden over de 'Vakanties van de Portugezen', waarvan de reikwijdte en frequentie is gewijzigd en waarin overeenkomstig de richtlijn nieuwe variabelen zijn opgenomen. In 1996 werd een proefenquête gehouden en in 1997 werd een regelmatige driemaandelijkse enquête ingevoerd.
Finland heeft sinds 1991 regelmatig een vakantie-enquête gehouden. Om aan de eisen van de richtlijn te voldoen, werd de frequentie aangepast en de vragenlijst herzien en uitgebreid met vele variabelen over uitgaand toerisme, binnenlands toerisme in particuliere accommodatie (bezoeken aan familie en vrienden) en zakenreizen die daarvóór geen deel uitmaakten van de enquête. De herziening van de inhoud van de Finse reisenquête werd in 1995-1997 uitgevoerd en de driemaandelijkse enquête werd in 1996 ingevoerd. Vanwege een gewijzigde opzet van de Enquête Beroepsbevolking (gebaseerd op EU-regelgeving) dat de mogelijkheden om dezelfde steekproefbasis te gebruiken voor andere enquêtes beperkt, zal de verzameling van gegevens middels de Finse reisenquête met ingang van 2000 plaatsvinden in een nieuwe opzet.
Zweden heeft verschillende onderzoeken gedaan naar methodologische kwesties om zijn enquête over de toeristische vraag, die momenteel wordt gehouden door de Zweedse toeristische dienst, uit te breiden en aan te passen aan de eisen van de richtlijn.
In het Verenigd Koninkrijk hebben de werkzaamheden bestaan uit het aanbrengen van een aantal aanpassingen in de bestaande 'Britse reisenquête' (die gegevens levert over binnenlands toerisme). Met name informatie over vakanties van vier of meer nachten heeft geleid tot uitbreiding en wijziging van de vragenlijsten en in januari 1997 werd proefgedraaid met het verzamelen van informatie over 1996. De bestaande 'Internationale passagiersenquête (IPS)' levert gegevens over uitgaand toerisme. Na een eerste beoordeling van de mate waarin deze enquête voldoet aan de gegevenseisen van de richtlijn, werd in 1997/1998 een aanvullend onderzoek over bestedingen uitgevoerd, waarbij in een substeekproef de geënquêteerden zeer gedetailleerd werden bevraagd over hun bestedingen. Voorts heeft men gewerkt aan de verbetering van de 'Internationale passagiersenquête' door speciale aandacht te besteden aan buitengewone subgroepen, wat inhield dat de aandacht werd gericht op deze groepen om hun gedrag beter in kaart te brengen.
3.3.2 Het opzetten van nieuwe enquêtes
Enkele landen hebben in het verleden nooit enquêtes gehouden over binnenlands en uitgaand toerisme. Dit geldt met name voor Griekenland, Luxemburg, Ierland en IJsland.
Griekenland hield in december 1995 zijn eerste jaarlijkse enquête over vakanties van Griekse ingezetenen van vier of meer opeenvolgende nachten en in 1997 introduceerde dit land zijn eerste driemaandelijkse enquête om informatie te verzamelen over vakantie- en zakenreizen van één of meer opeenvolgende nachten.
Luxemburg hield zijn eerste proefenquête in de eerste helft van 1996. Deze proefenquête ging over vakantiereizen in 1995. Met de ervaring die werd opgedaan in de proefenquête werd de methode voor het verzamelen van gegevens en de frequentie van de reguliere enquête verbeterd en na een proefenquête in november 1996 werd de reguliere driemaandelijkse enquête in maart 1997 geïntroduceerd.
Ierland ontwikkelde zijn driemaandelijkse enquête onder de naam Nationale huishoudenquête in 1997. Met deze enquête worden gegevens verzameld op het gebied van binnenlands en uitgaand toerisme.
IJsland hield zijn eerste 'Reisenquête' in 1996.
Voor andere landen gold dat hun bestaande systemen niet voldoende adequaat waren om de door de richtlijn vereiste gegevens te verzamelen. Daarom moesten er in die landen nieuwe enquêtes worden ontwikkeld.
In België bijvoorbeeld werd een inventaris en analyse van de bestaande informatie over de toeristische vraag opgesteld en gezien het feit dat de meeste informatie niet geharmoniseerd was, achtte het Belgische bureau voor de statistiek het in 1996 noodzakelijk een nieuwe enquête over de jaarlijkse toeristische vraag (vier of meer opeenvolgende nachten) te organiseren.
Denemarken, dat in het verleden zeer weinig jaarlijkse enquêtes over binnenlands en uitgaand toerisme had georganiseerd, besloot een volledig nieuwe driemaandelijkse enquête te ontwikkelen. Deze enquête is in januari 1996 ingevoerd en omvat zowel lange als korte reizen (zowel driemaandelijkse als jaarlijkse gegevens).
Duitsland hield in het verleden jaarlijks enquêtes over vakantiereizen van zijn ingezetenen, maar hiermee werd in 1990 gestopt. Daarom werd in 1997 een volledig nieuwe driemaandelijkse enquête geïntroduceerd over alle gegevenskenmerken op het gebied van de toeristische vraag (zowel driemaandelijkse als jaarlijkse gegevens) om te voldoen aan de richtlijn.
Noorwegen hield zijn eerste driemaandelijkse 'Reisenquête' in het kader van de algemene 'Omnibus'- enquête in 1997.
Voor enkele landen was het noodzakelijk om nieuwe enquêtes op te zetten voor de verzameling van driemaandelijkse gegevens over vakantie- en zakenreizen van één of meer opeenvolgende nachten.
Dit is het geval voor Oostenrijk, dat in december 1995 voor het eerst een proefenquête over zakelijk en beroepsmatig toerisme hield en vervolgens in 1997 zijn eerste reguliere driemaandelijkse enquête over vakantie- en zakenreizen van één of meer nachten.
Ook België en Italië hielden in 1997 een proefenquête over vakantie- en zakenreizen van één of meer opeenvolgende nachten.
IV. Algemene beoordeling
De maatregelen en werkzaamheden die momenteel plaatsvinden ter uitvoering van de richtlijn kunnen worden beschouwd als volledig operationeel en tamelijk gevorderd. Zij vinden plaats onder omstandigheden die als redelijk bevredigend kunnen worden beoordeeld. De beschikbaarheid van gegevens en tijdige verstrekking is sinds de vaststelling van de richtlijn aanzienlijk verbeterd. Er worden gemeenschappelijke definities toegepast en de gegevens zijn daarom beter vergelijkbaar.
Niettemin is het te vroeg om definitieve conclusies te trekken uit de ervaring die tot nu toe is opgedaan met de uitvoering van de richtlijn van de Raad, omdat de overgangsperiode voor het verzamelen van driemaandelijkse gegevens nog niet is afgelopen. In 1996 werd er proefgedraaid en in 1997 werd echt begonnen met de regelmatige gegevensverzameling, maar er waren veel landen die tijdens de overgangsperiode om afwijkingen verzochten.
De beschikbaarstelling van financiële middelen door de Gemeenschap heeft de lidstaten in de beginfase van het proces ter uitvoering van de richtlijn in staat gesteld om een aantal wijzigingen aan te brengen in hun systemen op het gebied van toerismestatistieken en de richtlijn sneller uit te voeren dan anders het geval zou zijn geweest.
De uitvoering van de toerismerichtlijn maakt het mogelijk, of zou het mogelijk moeten maken, dat de systemen op het gebied van toerismestatistieken worden gericht op de behoeften van gebruikers op communautair en nationaal niveau.
Er moet echter nota worden genomen van een aantal overwegingen die toekomstige beslissingen kunnen beïnvloeden. Deze betreffen met name de volgende aspecten:
- Er zijn enkele vertragingen geconstateerd in de gegevensverstrekking door lidstaten aan Eurostat. Dit bemoeilijkt snelle verspreiding onder gebruikers.
- Vertragingen in het onderzoeken en waarborgen van de kwaliteit, betrouwbaarheid en vergelijkbaarheid van de gegevens. Er bestaat behoefte aan nader onderzoek naar de toepassing van definities en classificaties. Het gebrek aan menselijk en financieel potentieel dat is vereist om de door de lidstaten verstrekte resultaten diepgaand te beoordelen, heeft er tot dusver toe geleid dat deze beoordeling nog niet is afgerond
V. Vooruitzichten
Het communautair systeem van toerismestatistieken wordt de komende jaren met belangrijke uitdagingen geconfronteerd, zoals uitbreiding, meer geavanceerde gebruikersbehoeften op het gebied van toerismestatistieken (werkgelegenheid in het toerisme, het belang van toerisme voor de economie, toeristische satellietrekeningen, meting van de concurrentiekracht van de toeristenindustrie, enz.), integratie van milieuaspecten op beleidsterreinen die te maken hebben met toerisme (duurzame ontwikkeling van toerisme), aandacht voor de rol van de toeristische sector in de ontwikkeling van plattelandsgebieden en regio's, technologische ontwikkeling van nieuwe hulpmiddelen voor het verzamelen van gegevens, enz. Daarom zou een communautair informatiesysteem op het gebied van toerismestatistieken, dat de ontwikkeling van toerismestatistieken bevordert om te voldoen aan de behoeften van de gebruikers, moeten worden gewaarborgd, onderhouden en zo mogelijk verder ontwikkeld.
Toekomstige maatregelen moeten gericht zijn op voortzetting van de uitvoering en consolidatie van de richtlijn en op beoordeling van de kwaliteit, betrouwbaarheid en vergelijkbaarheid van de gegevens, toepassing van definities en classificaties, vergelijking van verschillende gegevensbronnen, werkzaamheden op het gebied van schaduwstatistieken en verbetering van de tijdige verstrekking en verspreiding van de resultaten. Voorts moet er onderzoek worden gedaan naar koppelingen met andere statistieken, b.v. werkgelegenheid, personenvervoer, betalingsbalansen, bedrijfsstatistieken, prijzen en nationale rekeningen, om bestaande gegevensbronnen efficiënter te benutten. Verder zou men kunnen overwegen om activiteiten te ontwikkelen voor de invoering van toeristische satellietrekeningen, omdat men hiermee de beschikking krijgt over een instrument om het belang van het toerisme voor de economie en de werkgelegenheid te meten. Hiervoor zou de richtlijn een belangrijke informatiebron vormen.
De reflectie over toekomstige maatregelen in het kader van de richtlijn en mogelijke aanvullingen op de richtlijn moet in overeenstemming zijn en gecoördineerd worden met het beleid van de Commissie op het gebied van het werkgelegenheidspotentieel van het toerisme, waartoe een eerste aanzet werd gegeven in het verslag van de Groep op hoog niveau inzake toerisme en werkgelegenheid . Het verslag onderstreepte het belang van valide informatie, waarbij werd opgemerkt dat 'om tijdige, betrouwbare en vergelijkbare informatie te waarborgen, gebruik moet worden gemaakt van de bestaande communautaire instrumenten, zoals de Eurobarometer, dat deze aan de behoeften van het bedrijfsleven moeten worden aangepast en dat er via samenwerking tussen de particuliere en de overheidssector voor meer synergie moet worden gezorgd bij aanvullende acties'.
Conclusies en aanbevelingen van de Groep op hoog niveau inzake toerisme en werkgelegenheid, Europese Commissie - DG XXIII, oktober 1998.
De mededeling van de Commissie van 28 april 1999 'Het werkgelegenheidsscheppend potentieel van het toerisme versterken' was een reactie op het verslag van de Groep op hoog niveau inzake toerisme en werkgelegenheid en op het verzoek van de Raad van ministers van Toerisme om bijzondere aandacht te besteden aan de relatie tussen toerisme en werkgelegenheid . In de mededeling werd de behoefte aan een 'kennisgedreven' Europese toerismestrategie benadrukt, 'die het bedrijfsleven, de overheid en andere belanghebbenden ertoe moet aanmoedigen de bestaande informatie beter te exploiteren, knowhow te verwerven en te ontwikkelen, nieuwe processen te ontwikkelen en lering te trekken uit de beste praktijken'.
PB C 178 van 23.6.1999, blz. 3.
Raad van ministers (van Toerisme) van 26 november 1997.
Het bevorderen van de uitwisseling en verspreiding van informatie, met name door middel van nieuwe technologieën, is één van de vier gebieden waaraan bijzondere aandacht wordt besteed in de conclusies van de Raad over toerisme en werkgelegenheid van 21 juni 1999. Als vervolg op de conclusies van de Raad werden vier werkgroepen opgericht, waarvan één zich richt op informatie. Het doel van deze werkgroep is het bepalen van de informatiebehoeften en de hulpmiddelen om toegang te verschaffen tot de informatie. Statistieken werden binnen de werkgroep beschouwd als één van de belangrijkste informatiebronnen. Men verwacht dat het werk binnen dit kader nog meer elementen zal opleveren voor de discussie over meer geavanceerde gebruikersbehoeften op het gebied van toerismestatistieken.
Bijlage 1: Juridisch kader
Vastgesteld:
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
Gepland:
Jaar // Inhoud (artikel tussen haakjes verwijst naar de richtlijn)
2001 // Bijlage 1: Nauwkeurigheidseisen en de geharmoniseerde verwerking van systematische fouten (artikel 4)
Bijlage 2: Verwerking van de gegevens (artikel 6)
Bijlage 3: Verspreiding van de resultaten (artikel 9)
Bijlage 2: Overzichtstabel per land en per onderdeel van de richtlijn
Hieronder volgen tabellen per onderdeel van de richtlijn en per land over de belangrijkste statistische hulpmiddelen (enquête, register) die zijn ontwikkeld of ingevoerd om te voldoen aan de eisen van de richtlijn (tweede kolom). De andere kolommen geven de beschikbaarheid van gegevens en de actualiteit van gegevens weer (de situatie op 20 maart 2000) op grond van door de lidstaten aan Eurostat verstrekte gegevenstabellen. Hieronder vindt u een verklaring van de vermelde cijfers voor de beschikbaarheid en actualiteit van gegevens:
Beschikbaarheid van gegevens
0: geen gegevens (er is geen enkele tabel verstrekt)
1: slechte beschikbaarheid (minder dan 30% van de tabellen)
2: gemiddelde beschikbaarheid (30-60% van de tabellen)
3: goede beschikbaarheid (60-80% van de tabellen)
4: uitstekende beschikbaarheid (meer dan 80% van de tabellen)
Actualiteit van gegevens
Vertragingin waarnemingsperiodes
maandelijks/driemaandelijks/jaarlijks
1: slecht 8+/3+/2+
2: gemiddeld 4-7/2/1
3: goed 0-3/0-1/0
Capaciteit van de collectieve toeristische accommodatie: lokale eenheden op nationaal grondgebied
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
Noot:
(*): enquête bestond al vóór de richtlijn
---: geen wijzigingen
Bezetting in collectieve logiesverstrekkende bedrijven: binnenlands en inkomend toerisme
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
Noot:
(*): enquête bestond al vóór de richtlijn
---: geen wijzigingen
Toeristische vraag: binnenlands en uitgaand toerisme (met uitzondering van dagtochten)
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
Noot:
(*): enquête bestond al voór de richtlijn
---: geen wijzigingen
Bijlage 3: Financiële bijdrage aan de lidstaten
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
(*) Eén contract.