Artikelen bij COM(2025)79 - Actieplan voor betaalbare energie De werkelijke waarde van onze energie-unie ontsluiten om betaalbare, efficiënte en schone energie voor alle Europeanen te waarborgen - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2025)79 - Actieplan voor betaalbare energie De werkelijke waarde van onze energie-unie ontsluiten om betaalbare, efficiënte en schone ... |
---|---|
document | COM(2025)79 ![]() ![]() |
datum | 26 februari 2025 |
Brussel, 26.2.2025
COM(2025) 79 final
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S
Actieplan voor betaalbare energie
De werkelijke waarde van onze energie-unie ontsluiten om betaalbare, efficiënte en schone energie voor alle Europeanen te waarborgen
1.Inleiding
Onze energiemarkt voedt onze economie, steunt onze samenleving en verbindt onze gemeenschappen. Samen hebben wij veerkrachtige netwerken opgebouwd, onze economische groei losgekoppeld van onze broeikasgasemissies, zijn wij minder afhankelijk geworden, en hebben wij leiderschap getoond bij de mondiale energietransitie. De EU heeft de recente energiecrisis beheerd dankzij de snelle uitrol van schone energie, de diversificatie van de voorziening, de beschikbaarheid van energie-interconnecties die kritiek zijn voor de energiezekerheid, en de solidariteit die werd getoond tussen de lidstaten.
Het is echter duidelijk en dringend nodig dat wij onze energie-unie versterken. Onze burgers hebben te lijden onder hoge energieprijzen: meer dan 46 miljoen Europeanen worden getroffen door energiearmoede, met een onevenredige impact op kwetsbare groepen 1 . Voor industrieën zijn de detailhandelsprijzen voor elektriciteit nagenoeg verdubbeld: voor een middelgrote industriële verbruiker lagen de prijzen in 2023 nog steeds 97 % boven het gemiddelde van de periode 2014-2020 2 . De kloof tussen de energieprijzen van de EU en onze belangrijkste concurrenten wordt groter 3 en het risico bestaat dat bij nieuwe investeringen de voorkeur wordt gegeven aan landen buiten Europa en dat bestaande industrieën zich verplaatsen, wat mogelijk leidt tot het wegtrekken van kritieke industrieën die de economie en veerkracht van de EU aandrijven en kwaliteitsbanen scheppen 4 . De huidige situatie ondermijnt de mondiale positie en het internationale concurrentievermogen van de EU 5 .
Figuur 1. Ratios of industrial retail electricity prices in global markets (European Commission estimations)
(Een verhouding van meer dan 1 betekent dat de prijzen in de EU hoger liggen dan die in de overeenkomstige niet-EU-landen).
Daarom lanceert de Commissie een ambitieus plan om onze burgers, bedrijven en industrie te steunen door groei en investeringen te stimuleren en inspanningen op het gebied van decarbonisatie te bevorderen.
Het EU-kompas voor concurrentievermogen 6 zal richtinggevend zijn voor de werkzaamheden in de komende vijf jaar om de economische dynamiek in Europa een nieuwe impuls te geven. De Clean Industrial Deal, onze groei- en welvaartsstrategie, waarin het klimaat en het concurrentievermogen worden samengebracht, is een centraal aspect van deze werkzaamheden. Het actieplan voor betaalbare energie ondersteunt de Clean Industrial Deal en richt zich op het verminderen van de energiekosten voor burgers, bedrijven, de industrie en gemeenschappen in de hele EU, rekening houdend met de behoeften van alle mensen, waaronder kwetsbare groepen.
In dit plan worden maatregelen voorgesteld om de energiefacturen op korte termijn te doen dalen, en tegelijkertijd de uitvoering van broodnodige kostenbesparende structurele hervormingen te versnellen en onze energiesystemen te versterken om toekomstige prijsschokken te verzachten. Met de volledige inzet van de lidstaten en alle betrokken belanghebbenden zullen deze acht acties voor betaalbare energie de energiekosten beperken en bijdragen tot de totstandbrenging van een ware energie-unie die concurrentievermogen, zekerheid, decarbonisatie en een rechtvaardige transitie biedt en de voordelen van goedkopere energie kan doorgeven aan eindverbruikers.
2.Wat drijft de kosten in de EU de hoogte in?
De energiefacturen worden bepaald door een combinatie van factoren: De kosten voor de energievoorziening houden verband met het algemene verbruiksniveau, netwerkkosten, accijnzen en belastingen. De kosten voor de energievoorziening zijn op hun beurt afhankelijk van de groothandelsprijzen, die worden beïnvloed door verschillende factoren zoals de situatie op het gebied van vraag en aanbod, de energiemix, interconnecties, mededinging, het weer en de geopolitieke realiteit, evenals concurrentie tussen leveranciers op detailhandelsniveau. Deze factoren bieden een verklaring voor de structurele uitdagingen van het energiesysteem in de EU.
Ten eerste zorgt de Europese afhankelijkheid van ingevoerde fossiele brandstoffen voor volatiliteit van de energieprijzen en hogere leveringskosten, en maakt deze de EU ook kwetsbaarder voor externe druk en onzekerheid op de wereldmarkt. Terwijl de vraag naar aardgas met 18 % daalde tussen augustus 2022 en mei 2024 7 , staat de EU nog steeds bloot aan mondiale schommelingen van de fossiele-brandstofprijzen, terwijl 90 % van de vraag naar aardgas in de EU wordt gedekt door invoer 8 . De gevolgen van de buitensporige afhankelijkheid inzake energievoorziening werden tijdens de recente energiecrisis duidelijk. Het feit dat de uitvoer van gas door Rusland als wapen werd ingezet, leidde tot onzekerheden omtrent de voorziening en sterke prijsstijgingen. In 2022 bereikte de EU-factuur voor de invoer van energie uit fossiele brandstoffen 604 miljard EUR, na een historisch laag bedrag van 163 miljard EUR in 2020 9 . Aangezien een belangrijk aandeel (28,9 %) van de gemiddelde elektriciteitsopwekkingsmix in de EU nog steeds gebaseerd is op fossiele brandstoffen 10 en het vervoer grotendeels is gebaseerd op olieproducten, hebben de kosten van de invoer van fossiele brandstoffen een groot effect op de energiefacturen van consumenten (zie figuur 2).
Figuur 2. Elektriciteitsfacturen in de EU voor huishoudens (categorie DD, links) en de industrie (categorie ID, rechts) in reële prijzen voor 2023 11
Ten tweede zijn inefficiënties en onvolledige integratie in het elektriciteitssysteem ook van invloed op de energiefacturen. Europa beschikt over het meest geïntegreerde netwerk ter wereld, maar er zijn meer inspanningen nodig op het gebied van interconnecties, netwerkinfrastructuur, integratie van energiesystemen en systeemflexibiliteit om de integratie van goedkopere en schonere energiebronnen een impuls te geven. Langdurige vergunningsprocedures voor projecten op het gebeid van schone energie en netwerken staan verdere vooruitgang in de weg. Volgens de huidige ramingen zal tegen 2030 aan ongeveer de helft van de nieuwe capaciteitsbehoeften inzake grensoverschrijdende energie van de EU niet worden voldaan 12 , wat de volledige integratie van onze energiemarkt in de weg staat.
Tot slot drijven de stijgende systeemkosten die worden gedekt door nettarieven en belastingen en heffingen, de elektriciteitsprijzen verder omhoog en vormen zij een belangrijk deel van de factuur, dat nog groter kan worden, aangezien de komende jaren aanzienlijke investeringen in onze netwerken nodig zijn.
3.Een ware energie-unie uitbouwen om meer betaalbare energie te bieden
Het EU-energiebeleid staat op een kruispunt
Energie is een bouwsteen en een drijvende kracht voor onze Unie. Hoewel wij een sterke onderling verbonden energiemarkt hebben opgebouwd, is er nog geen sprake van een ware energie-unie. Wij bevinden ons op een kritiek scharniermoment voor de Europese Unie. Wij staan voor duidelijke en dringende uitdagingen. Onze energiekosten blijven relatief hoog, waardoor Europa een reëel risico loopt op de-industrialisatie, en wat een kritieke dreiging vormt voor onze economie.
De kosten van het niet-ondernemen van actie zijn veel hoger dan de kosten van actie. Halverwege het traject naar decarbonisatie tot stilstand komen, is belastend voor onze economieën en onze industriële capaciteit. Zo kostte in 2023 de inkrimping van hernieuwbare energie in Duitsland alleen meer dan 3 miljard EUR, waarbij de voordelen van de productie van deze goedkope energie voor consumenten en bedrijven teniet werden gedaan. Met de complexiteit van het elektriciteitssysteem nemen bovendien ook de kosten toe: de kosten voor het beheer van netcongesties, voornamelijk als gevolg van redispatching, bereikten in 2022 een piek van 5,2 miljard EUR 13 en kunnen tegen 2030 stijgen tot 26 miljard EUR 14 . De meest doeltreffende manier om deze kosten te beheren, is via gedeelde en strategische investeringen, waarbij technologische neutraliteit wordt gegarandeerd.
De kosten van het niet-voltooien van de transitie bestaan uit de kosten die gepaard gaan met de onvolledige benutting van onze eengemaakte markt en van het potentieel ervan om de prijzen te drukken. Zo kreeg Zuidoost-Europa de afgelopen zomer bijvoorbeeld te maken met prijspieken tijdens de avonduren, met een gemiddelde van meer dan 250 EUR/MWh, onder meer door een tekort aan grensoverschrijdende capaciteit en onvoldoende flexibiliteit die hadden kunnen worden verzacht door een sterker onderling verbonden energiesysteem.
De Clean Industrial Deal aandrijven via een robuuste energie-unie
Niet alleen de uitdagingen zijn duidelijk, maar ook de rol van onze energie-unie om deze aan te pakken. De energiecrisis bracht aan het licht waar wij onze infrastructuur moeten blijven versterken en de integratie van de EU-energiemarkt moeten blijven verdiepen.
Wij hebben reeds belangrijke stappen gezet. Met het REPowerEU-plan hebben wij ons energiesysteem veerkrachtiger gemaakt door de energie-efficiëntie te stimuleren, opwekking van schone energie uit te rollen en onze energievoorziening te diversifiëren. Er is duidelijk vooruitgang geboekt. Nieuw geïnstalleerde wind- en zonnecapaciteit bereikte recordhoogten van 78 GW in 2024 en de verkoop van warmtepompen bereikte 3 miljoen eenheden, zowel in 2022 als in 2023. In 2024 leverde hernieuwbare energie een nieuw historisch hoogtepunt van 48 % voor elektriciteit in de EU, een stijging van 45 % in 2023 en 41 % in 2022. Onze inspanningen hebben vruchten afgeworpen: sinds het voorjaar van 2023 zijn de gasprijzen aanzienlijk gedaald. De komende weken zal de Commissie ook een bijkomende impuls geven aan de volledige uitvoering van REPowerEU om volledig een halt toe te roepen aan de invoer van energie uit Rusland. Met het oog op het komen tot duurzame oplossingen mogen wij echter niet op onze lauweren rusten, maar moeten wij voortgang blijven maken. Wij moeten uiteindelijk een ware energie-unie tot stand brengen via drie belangrijke drijvende factoren.
Ten eerste hebben wij behoefte aan een volledig geïntegreerde energiemarkt, die wordt ondersteund door een onderling verbonden en gedigitaliseerd netwerk, en een coherente regelgevings- en governanceregeling. De interne energiemarkt en de integratie van de Europese elektriciteitsmarkten leveren elk jaar reeds voordelen voor consumenten op ter waarde van ongeveer 34 miljard EUR 15 . Door verdere integratie kunnen deze voordelen toenemen tot 40-43 miljard EUR per jaar tegen 2030 16 . Wij hebben grootschalige netverbeteringen nodig, en dit moet zo kostenefficiënt mogelijk gebeuren: ruimere toepassing van netverbeterende technologieën en flexibel gebruik van het systeem kunnen een besparing van 35 % opleveren voor de kosten van conventionele netuitbreiding. Regionale samenwerking in heel Europa, geschraagd door een betere interconnectiviteit en nauwere coördinatie 17 , kan de behoefte aan investeringen in flexibiliteit met 20 % doen dalen 18 .
Ten tweede hebben wij behoefte aan een koolstofvrij energiesysteem, aangedreven door een aanzienlijke opschaling van schone energie en elektrificatie, waarbij energie-efficiëntie centraal staat. De wereld evolueert sneller dan ooit in de richting van schone energie. Mondiale uitgaven aan schone energie bereikten vorig jaar een recordhoogte van 1,9 biljoen EUR. Voor elke euro die in fossiele brandstoffen werd geïnvesteerd, werd twee euro geïnvesteerd in hernieuwbare energie. Wij zullen tot een koolstofvrije economie komen, omdat het koolstofvrij maken van de economie niet alleen schone energie oplevert, maar ook kwaliteitsbanen, groei en energiezekerheid. Daarnaast zal het verminderen van het aandeel aan fossiele brandstoffen in het Europese energiesysteem consumenten verder beschermen tegen marktvolatiliteit.
Ten derde neemt aardgas nog steeds een deel van het Europese energieverbruik in, waardoor wij behoefte hebben aan een meer transparante en concurrerende, goed functionerende gasmarkt, waarbij wij inspanningen moeten blijven leveren voor diversificatie en terugdringing van de vraag. De EU is nog steeds blootgesteld aan schommelingen van de internationale gasprijzen. Wij moeten erop toezien dat gas eerlijk wordt verhandeld en wij moeten onze collectieve kracht benutten. Bij wijze van voorbeeld: het mechanisme voor bundeling van de vraag heeft sinds 2023 42 miljard kubieke meter gedekt, wat neerkomt op 13 % van het gasverbruik in de EU in die periode.
Kortom, wij kunnen energie alleen maar betaalbaar maken door de investeringen in schone energie en infrastructuur te versnellen, te zorgen voor een sterke versnelling van elektrificatie, de energie-efficiëntie te verbeteren en de gasmarkten transparant en eerlijk te maken. Daarom heeft Europa dit actieplan nodig: om een snel en daadkrachtig antwoord te bieden waarbij de energiekosten op zeer korte termijn dalen, om het energiesysteem toekomstbestendig te maken, om investeringen aan te trekken en om energielevering te garanderen. In dit verband kan het stroomlijnen van ons regelgevingskader en het verminderen van de administratieve lasten bedrijven helpen door de uitrol van schone technologieën zichtbaarheid te geven en eenvoudig te houden. Gecoördineerde actie en betrokkenheid van Europese leiders op het hoogste politieke niveau is essentieel om resultaten te behalen voor dit transformatieve actieplan.
Zonder de energietransitie zou de EU-factuur voor de invoer van fossiele brandstoffen in 2025 45 miljard EUR hoger liggen dan in 2019, wat naar schatting 0,25 % van het bbp van de EU vertegenwoordigt.
Door de uitvoering van dit actieplan zal de EU in staat zijn de voordelen van de schone transitie versneld door te voeren. Dit zal zich jaar na jaar vertalen in een daling van de EU-factuur voor de invoer van fossiele brandstoffen tot een besparing van 130 miljard EUR per jaar tegen 2030, wat naar schatting neerkomt op 0,65 % van het bbp tegen 2030 19 . Dergelijke besparingen als gevolg van de vermindering van het gebruik van fossiele brandstoffen kunnen worden onderverdeeld in drie categorieën: i) elektrificatie en energie-efficiëntie doen toenemen, wat op zijn beurt de totale vraag naar fossiele brandstoffen (25 %) zal doen dalen, en ii) de aanhoudende vraag naar fossiele brandstoffen bij elektriciteitsopwekking vervangen door schone energie (50 %), ondersteund door iii) voldoende netcapaciteit, slimme netwerkinfrastructuur en flexibiliteit van het energiesysteem (25 %). De besparingen op de EU-factuur voor de invoer van fossiele brandstoffen zullen jaarlijks toenemen tot 260 miljard EUR tegen 2040 20 .
4.Een actieplan voor betaalbare energie voor alle Europeanen
In dit actieplan wordt onmiddellijk gecoördineerde actie door de Europese Commissie, het Europees Parlement, de lidstaten en de industrie voorgesteld om: i) de energiekosten voor iedereen te doen dalen; ii) de energie-unie te voltooien; iii) investeringen aan te trekken; en iv) voorbereid te zijn op eventuele energiecrises. De meeste acties worden in de loop van 2025 uitgevoerd, met bijzondere aandacht voor de acties die onmiddellijk verlichting brengen voor energieconsumenten.
Figuur 3. De vier pijlers van het actieplan voor betaalbare energie
Pijler I: Lagere energiekosten
Voor het verlagen van de energiefactuur moeten drie kostencomponenten worden aangepakt: netwerk- en systeemkosten, belasting en leveringskosten. Aangezien aardgas een aanzienlijk deel van de elektriciteitsmix vormt, zal het garanderen van goed functionerende gasmarkten die marktgebaseerde prijzen bieden, daarnaast ook helpen om zowel de gas- als de elektriciteitsfactuur te doen dalen. Voorts zullen energie-efficiëntie en besparingen de hoeveelheid elektriciteit die consumenten moeten aankopen, verminderen.
Actie 1: Elektriciteitsfacturen betaalbaarder maken
De lidstaten kunnen de elektriciteitsfacturen vandaag al doen dalen. Dit vereist onmiddellijke actie en meer ambitie, vooral op het gebied van nettarieven en belastingen.
a)Nettarieven
Via nettarieven worden de fysieke modernisering van netwerken en de exploitatie van het systeem gefinancierd. Er is aanzienlijk kapitaal nodig voor investeringen in de modernisering en uitbreiding van het elektriciteitsnetwerk. Dit is essentieel om de uitrol van hernieuwbare energie, elektrificatie en de nieuwe vraag van de industrie en het bedrijfsleven te bevorderen. Tegelijkertijd nemen de kosten voor de exploitatie van het elektriciteitssysteem toe 21 . Nettarieven die systeemefficiëntie en het gebruik van schone elektriciteit tegen lagere kosten stimuleren, kunnen de kosten voor de exploitatie van het gehele systeem snel doen dalen, bijvoorbeeld door de behoefte aan en de kosten van redispatching te verminderen, de piekvraag en bijgevolg ook de behoefte aan netinvesteringen te verlagen en, tot slot, de nettariefcomponent van de energiefactuur verlagen ten opzichte van het niet-ondernemen van actie.
Gezien de omvang van de noodzakelijke investeringen, kan het spreiden van die investeringen in de loop van de tijd er bovendien voor zorgen dat de kosten beperkt blijven voor consumenten. Dit is met name relevant wanneer de investeringen inspelen op de onzekere toekomstige groei van de vraag naar elektriciteit als gevolg van elektrificatie, waarbij het doorberekenen van al die investeringen aan de huidige gebruikers oneerlijke lasten met zich mee kan brengen voor vroegtijdige aanhakers, en de elektrificatie afremmen 22 .
Wat | Efficiëntere nettarieven om de kosten van het energiesysteem te doen dalen |
Hoe | De Commissie zal: -een ontwerp van tariefmethodologieën voor nettarieven voorleggen om het gebruik van flexibiliteit en investeringen in elektrificatie te stimuleren en tegelijkertijd de prikkel voor het investeren in het netwerk te behouden en een gelijk speelveld te garanderen. Daardoor kunnen de gebruikers van het netwerk hun energieverbruik aanpassen of verschuiven naar momenten waarop en plaatsen waar de goedkoopste energiebronnen beschikbaar zijn en dit het meest kostenefficiënt is voor het gehele systeem; -indien nodig een wetsvoorstel indienen om het juridisch bindend te maken; -richtsnoeren voorleggen om waar dit nuttig is in gerichte gevallen de wijze te verduidelijken waarop de lidstaten hun overheidsbegroting kunnen gebruiken om de nettarieven te verlagen, zodat zij de bijkomende kosten dekken die het gevolg zijn van maatregelen om de decarbonisatie en marktintegratie te versnellen, zoals interconnectoren, grote moderniseringen van het netwerk, of offshorenetaansluitinfrastructuur, overeenkomstig de staatssteunregels en het mededingingsrecht. Zo kan de overheidsbegroting bijvoorbeeld snellere afschrijving voor investeerders mogelijk maken en tegelijkertijd prijspieken voor consumenten voorkomen; -richtsnoeren voor anticiperende investeringen in elektriciteitsnetten voorleggen en tegelijkertijd de betaalbaarheid voor consumenten garanderen om systeembeheerders, regelgevende instanties en de lidstaten verder te ondersteunen. |
Wanneer | Tweede kwartaal van 2025 |
Impact | Flexibiliteit zal de piekvraag verminderen en de kosten van het energiesysteem en de totale behoeften aan nieuwe netinvesteringen doen dalen. Door te voorkomen dat de kosten voor netbeheer ongecontroleerd stijgen en tegen 2030 26 miljard EUR zouden bedragen, zal dit zorgen voor een verlaging van de nettarieven die de consumenten betalen als deel van hun elektriciteitsfactuur. |
b)Belastingen en heffingen
Hoge belastingen op elektriciteit doen de facturen stijgen en de huidige belastingstructuur ontmoedigen het gebruik van fossiele brandstoffen niet ten behoeve van het gebruik van elektriciteit, waardoor zij de elektrificatie en de vraag naar goedkope elektriciteit van eigen bodem afremmen. Er worden twee belangrijke belastingen geheven op elektriciteit, btw en energiebelasting, en die worden aangevuld door andere nationale belastingen. De energiebelastingrichtlijn 23 voorziet in een minimumbelasting (accijnzen) op elektriciteit en staat toe dat de lidstaten, voor zover juridisch mogelijk, een nultarief toepassen voor energie-intensieve industrieën en huishoudens, en voor alle industrieën in het geval van elektriciteit uit hernieuwbare bronnen.
Belastingverlagingen zijn zeer doeltreffend gebleken om de energiefactuur tijdens de energiecrisis binnen de perken te houden, toen de lidstaten de btw en de energiebelastingen verlaagden en inkomensoverdrachten naar kwetsbare groepen doorvoerden 24 . In Frankrijk werd de belasting op elektriciteitsverbruik bijvoorbeeld verlaagd van 22,5 EUR/MWh naar 0,6 EUR/MWh 25 . Die steun moet zeer gericht zijn om de doelstelling op doeltreffende wijze te verwezenlijken en de begrotingskosten tot een minimum te beperken 26 .
Wat | Belastingverlaging voor elektriciteit en verwijdering van niet-energetische kostencomponenten van facturen |
Hoe | De Raad moet de in 2021 voorgestelde herziening van de energiebelastingrichtlijn (“EBR”) voltooien, die gericht is op: i) afstemming van de belastingheffing op energieproducten op het energie- en klimaatbeleid van de EU; ii) bevordering van schone technologieën; en iii) verwijdering van verouderde vrijstellingen en tariefverlagingen die op dit moment het gebruik van fossiele brandstoffen aanmoedigen. De Commissie staat klaar om de vaststelling daarvan te blijven ondersteunen. De Commissie brengt in herinnering dat de lidstaten i) nationale belastingen en heffingen op de elektriciteitsfactuur kunnen verlagen tot de in de energiebelastingrichtlijn vastgestelde minimumaccijnzen van 0,5 EUR/MWh voor bedrijven 27 ; ii) het in de btw-richtlijn zoals gewijzigd van de Raad verlaagde btw-tarief van minimaal 5 % kunnen toepassen 28 ; iii) niet aan energie gerelateerde heffingen kunnen afschaffen 29 ; en iv) heffingen waarmee energiebeleid wordt gefinancierd, kunnen verschuiven naar de algemene begroting 30 . Overeenkomstig de energiebelastingrichtlijn, die het mogelijk maakt om het belastingtarief tot nul te verlagen voor energie die wordt verbruikt door huishoudens en energie-intensieve industrieën, zal de Commissie een aanbeveling doen aan de lidstaten over de wijze waarop dergelijke flexibiliteiten kunnen worden toegepast en ervoor kan worden gezorgd dat elektriciteit in alle sectoren minder wordt belast dan andere energiebronnen bij het nastreven van onze decarbonisatiedoelstellingen op lange termijn. |
Wanneer | Vanaf de vaststelling van de herziene energiebelastingrichtlijn. Bijkomende aanbevelingen van de Commissie in het vierde kwartaal van 2025. |
Impact | Onmiddellijke verlaging van de energiefacturen, met de mogelijkheid om de belastingcomponent ten minste te halveren (in EUR/MWh), voortbouwend op de ervaringen met de belastingverlagingen in de periode 2022-2023 (zie figuur 2). Versnelling van de elektrificatie via fiscale prikkels, en vermindering van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen. |
c) De leveringskosten verlagen door concurrentie op detailhandelsniveau te bevorderen
Op dit moment heeft 73 % van de huishoudens en een aanzienlijk deel van kleine en middelgrote ondernemingen een elektriciteitscontract met een vaste looptijd 31 . Veel van hen kunnen hun elektriciteitsfactuur verlagen door over te stappen naar een meer concurrerende leverancier of hun verbruik te verschuiven naar momenten waarop de prijzen lager zijn, maar zij worden nog steeds geconfronteerd met belemmeringen op de markt. Er is bijzondere aandacht nodig voor kwetsbare consumenten. Bij maatregelen inzake betaalbaarheid moet rekening worden gehouden met de specifieke behoeften van huishoudens met een lager inkomen, waaronder mogelijkheden voor flexibele facturering waarbij afsluiting van economisch achtergestelde groepen wordt voorkomen. Energiegemeenschappen moeten ook worden versterkt, zodat lokale gemeenschappen, burgers en ondernemingen de krachten kunnen bundelen en kunnen investeren in projecten voor schone energie op lokaal niveau; op die manier kunnen zij hun hernieuwbare energie produceren, verkopen en verbruiken. Het is essentieel dat de EU voldoende gerichte financiering blijft verlenen om de voltooiing van de energie-unie te ondersteunen.
Wat | Consumenten in staat stellen over te stappen naar goedkopere energieleveranciers en te profiteren van betaalbare hernieuwbare energie, en tegelijkertijd energiearmoede bestrijden |
Hoe | De Commissie zal een energiepakket voor burgers voorstellen om deelname van burgers aan de energietransitie te vergroten en de sociale dimensie van de energie-unie te versterken, waarbij met name: -de lidstaten richtsnoeren worden geboden om bestaande belemmeringen weg te werken, zodat consumenten op hun energiefactuur kunnen besparen door over te stappen naar een andere leverancier en hun contract te wijzigen. Dit zou onder meer betekenen dat ervoor wordt gezorgd dat consumenten inzicht hebben in de factuur door middel van duidelijke informatie en gegevens over het energieverbruik, prijzen die de consument in staat stellen om over te schakelen naar uren met lagere prijzen 32 . -maatregelen worden vastgesteld om energiearmoede te verminderen, onder meer via energie-efficiëntie, en consumenten en gemeenschappen in staat worden gesteld om op eigen voorwaarden hernieuwbare energie te produceren, gebruiken en verkopen, onder meer via energiegemeenschappen. |
Wanneer | Derde kwartaal van 2025 (energiepakket voor burgers). |
Impact | Door over te stappen naar de elektriciteitsleverancier die de laagste prijzen biedt, kunnen huishoudens 150-200 EUR per jaar besparen 33 . Huishoudens kunnen 500-1 100 EUR per jaar besparen door deel te nemen aan energiegemeenschappen 34 . |
Actie 2: Terugdringing van de kosten voor levering van elektriciteit
Snelle en volledige uitvoering van bestaande EU-wetgeving inzake elektriciteit is essentieel om de kosten voor de levering van elektriciteit te verminderen: recent vastgestelde regels inzake vergunningen, contracten, flexibiliteit, empowerment van de consument en markttoezicht kunnen de kosten terugdringen. Dit moet worden aangevuld met de volgende onmiddellijke acties.
a)Langetermijncontracten voor elektriciteitslevering
Hoge en volatiele gasprijzen jagen de elektriciteitsprijzen de hoogte in. Stroomafnameovereenkomsten (PPA’s) en langetermijncontracten tussen ontwikkelaars van schone energie en industriële consumenten en ondernemingen zorgen ervoor dat deze laatste gedurende een lange periode kunnen profiteren van stabiele en goedkope prijzen. Stroomafnameovereenkomsten kunnen helpen om de risico’s van projecten te verminderen door ontwikkelaars van hernieuwbare energie in staat te stellen een langetermijnprijs voor hun output te bedingen, wat investeringsbeslissingen ondersteunt. Zij kunnen ook zorgen voor prijsstabiliteit op lange termijn voor industriële consumenten. Terwijl de vraag naar PPA’s toeneemt 35 , moeten deze contracten verder worden bevorderd en geïntegreerd, onder meer voor energie-intensieve bedrijven die hier geen brede toegang toe hebben en nog steeds met obstakels worden geconfronteerd. De Commissie zal de inspanningen uit hoofde van de elektriciteitsmarktregels opvoeren om de elektriciteitsfactuur los te koppelen van de prijsvolatiliteit door de aanvaarding van langetermijncontracten voor elektriciteitslevering te stimuleren.
Wat | De elektriciteitsfactuur in de detailhandel loskoppelen van hoge en volatiele gasprijzen |
Hoe | Belemmeringen voor nieuwe actoren wegnemen 36 , met name energie-intensieve industrieën, om langetermijncontracten voor energie af te sluiten door nationale regelingen te ondersteunen en risicobeperkende instrumenten in te voeren. De Commissie zal: -samen met de Europese Investeringsbank (EIB) een proefprogramma opzetten om tegenpartijen te werven voor een deel van de stroomafnameovereenkomsten die door ondernemingen zijn gesloten voor de aankoop van opgewekte elektriciteit op lange termijn voor een indicatief bedrag van 500 miljoen EUR. In overeenstemming met de benadering bij de opzet van de elektriciteitsmarkt zal de Commissie met de EIB overleggen om PPA’s, waaronder grensoverschrijdende PPA’s, te bevorderen op een technologieneutrale manier, -de lidstaten richtsnoeren verstrekken over het opstellen van doeltreffende contracten ter verrekening van verschillen, inclusief de combinatie ervan met PPA’s, -nieuwe regels vaststellen om de verdere ontwikkeling van Europese termijnmarkten te ondersteunen en afdekkingsmogelijkheden te vergroten. |
Wanneer | Regelgevende belemmeringen wegnemen om onmiddellijk van start te gaan. Tweede kwartaal van 2025: Coördinatie met de EIB. Tegen het vierde kwartaal van 2025: Richtsnoeren voor de lidstaten voor het opstellen van contracten ter verrekening van verschillen. |
Impact | Meer prijsstabiliteit voor kopers door Europese ondernemingen te helpen om de volatiliteit van de energiekosten te beheren en toegang te krijgen tot betere grensoverschrijdende afdekkingsmogelijkheden. Langetermijncontracten bieden producenten van hernieuwbare energie ook het gegarandeerde inkomen dat zij nodig hebben om de kosten van kapitaal te verminderen en de druk op consumenten en belastingbetalers te helpen verlichten 37 . |
b)Vergunningstermijnen voor de levering van nieuwe schone energie en energie-infrastructuur inkorten
Opwekking van hernieuwbare energie is de standaardbron geworden voor nieuwe elektriciteitsopwekking tegen de laagste kosten 38 39 . De doorlooptijden voor nieuwe projecten kunnen echter oplopen tot 7-10 jaar voor windenergieprojecten, tot 8-10 jaar voor projecten inzake distributienetwerken 40 en soms zelfs tot 17 jaar voor transmissienetprojecten 41 . Dit staat de grootschalige uitrol van hernieuwbare energie ernstig in de weg en kan gevolgen hebben voor de economische modellen van projecten.
Op alle niveaus — Europees, regionaal en lokaal — moeten de autoriteiten grote inspanningen leveren om de vergunningverleningsprocedures te versnellen voor projecten met betrekking tot netwerken, opslag en schone energie, zoals uiteengezet in het Draghi-verslag. Dit omvat vergunningen voor infrastructuur die flexibiliteit kunnen bieden voor het elektriciteitssysteem, bijvoorbeeld laadpunten voor elektrische voertuigen. De Commissie roept de lidstaten op om het recentelijk vastgestelde rechtskader voor vergunningverlening voor projecten inzake schone energie snel uit te voeren 42 . Het effect van de recente hervormingen met betrekking tot vergunningverlening is al zichtbaar in de lidstaten die uitgebreid gebruik hebben gemaakt van de noodverordening. Zo zijn als gevolg van de toepassing van snellere vergunningverlening tijdens de energiecrisis in Duitsland de vergunningen voor nieuwe onshorewindenergieprojecten bijvoorbeeld meer dan verdrievoudigd sinds 2022, waardoor het aantal installaties in één jaar (2023) 43 met 48 % de hoogte in is gegaan, en ongeveer 3 300 km aan transmissienetten werd goedgekeurd sinds het tweede kwartaal van 2023, waardoor een vergunningverleningstermijn van 12 maanden tot 3 jaar werd bespaard.
Daarnaast wordt een groot deel van de tijd die naar vergunningverleningsprocedures voor investeringen in schone energie, opslag en netwerken gaat besteed aan milieubeoordelingen. Er zijn gerichte bijwerkingen van het wetgevingskader inzake milieubeoordelingen nodig om de vergunningverleningsprocedures voor dergelijke projecten te vereenvoudigen en in te korten, en tegelijkertijd milieuwaarborgen te handhaven en de gezondheid van de mens te beschermen. Kortere termijnen voor het verlenen van vergunningen voor energie-infrastructuur op nationaal niveau zijn ook essentieel om de energiekosten te verlagen. Dit kan worden vergemakkelijkt door maatregelen zoals stilzwijgende toestemming voor bepaalde administratieve beslissingen in het vergunningverleningsproces, wanneer dit beginsel in het nationale rechtsstelsel aanwezig is, evenals centrale aanspreekpunten voor ontwikkelaars).
In het Draghi-verslag wordt ook geconcludeerd dat meer aandacht moet worden besteed aan de digitalisering van nationale vergunningverleningsprocessen in de hele EU, en aan het verhelpen van het gebrek aan middelen bij de vergunningverlenende autoriteiten. Het proces van de vergunningverlening en de milieu- en geologische gegevens die nodig zijn voor de investeringen in schone energie, moeten worden gedigitaliseerd. Bovendien zullen fijnmazigere gegevens over het potentieel aan middelen voor wind- en zonne-energie in de hele EU de lidstaten helpen om in kaart te brengen welke gebieden nodig zijn voor de verwezenlijking van hun nationale doelstellingen, alsook bij het aanwijzen van gebieden voor de versnelde uitrol van hernieuwbare energie, zoals bedoeld in de richtlijn inzake hernieuwbare energie. De stroomlijning van de vergunningverlening omvat ook hybride energieprojecten met verschillende technologieën, zoals opwekking en opslag van hernieuwbare energie, via dezelfde netaansluiting. Tot slot zal de Commissie beoordelen of het mogelijk is de huidige vergunnings- en licentieprocedures voor de uitrol van nieuwe nucleaire energietechnologieën zoals kleine modulaire reactoren (Small Modular Reactors —SMR) te stroomlijnen.
Wat | Vergunningverleningstermijnen inkorten met het oog op een versnelde energietransitie |
Hoe | De lidstaten moeten: -vergunningverlenings- en regelgevingsprocedures versnellen door wetgeving snel om te zetten en uit te voeren; -nationale vergunningverlenende autoriteiten versterken, onder meer via overheidsmiddelen en met voldoende menselijk kapitaal, en uniforme digitaliseringsbenaderingen verkennen voor vergunningverlening en milieubeoordelingsverslagen. De Commissie zal de lidstaten ondersteunen door: -gerichte richtsnoeren ontwikkelen over innovatieve vormen voor het uitrollen van hernieuwbare energie 44 en over specifieke netwerk- en opslaggebieden; -gerichte uitvoeringssteun uitrollen door het uitvoeringsplan “Accele-RES” uit te breiden en onder meer het potentieel van de deskundigengroep inzake vergunningverlening en gecoördineerde actie (CA-RES) ten volle te benutten 45 ; dit wordt aangevuld met een uitvoeringsdialoog om de resterende obstakels voor vergunningverlening te identificeren en een mogelijke koers te bepalen; -de uitwisseling van beste praktijken en de identificatie van belemmeringen en oplossingen versterken via netwerken en deskundigengroepen van nationale autoriteiten die bevoegd zijn voor vergunningverlening en via dialoog met regionale, nationale en lokale belanghebbenden; -een online richtinggevend instrument over vergunningverlening voor de lidstaten actualiseren; 46 -een instrument voor technische ondersteuning (TSI) 47 aanbieden, de lidstaten op de hoogte brengen van de oproep voor 2025 en een nieuw TSI-vlaggenschipinitiatief lanceren in 2026. De Commissie zal: -wetsvoorstellen indienen om vergunningen voor netwerken, opslag en hernieuwbare energie sneller te verlenen, onder meer het stroomlijnen van milieubeoordelingen en het inkorten van termijnen voor vergunningen in het kader van het pakket Europese netwerken; -beoordelen of de praktijken inzake het verlenen van licenties voor nieuwe technologieën voor nucleaire energie gestroomlijnd verlopen en een mededeling over kleine modulaire reactoren publiceren. |
Wanneer | Zo spoedig mogelijk: aanpassing van nationale regelingen inzake vergunningverlening. Medio 2025: -publicatie van nieuwe, fijnmazigere gegevens over het potentieel voor offshorewindenergie en voor zonnepanelen tijdens het Energy and Industry Geography Lab (april 2025); -richtsnoeren over innovatieve manieren om hernieuwbare energie uit te rollen, en over gebieden voor de versnelde uitrol van netwerken en opslag; -uitvoeringssteun. Samen met het pakket netwerken: wetsvoorstellen voor het versnellen van vergunningverleningsprocessen voor projecten inzake netwerken, opslag en hernieuwbare energie. 2026: nieuwe oproep TSI-vlaggenschipinitiatieven; mededeling over kleine modulaire reactoren. |
Impact | De uitvoering van bestaande EU-wetgeving door de lidstaten en de nieuwe maatregelen kunnen de duur van vergunningverleningsprocedures beperken tot minder dan zes maanden voor eenvoudigere projecten, zoals capaciteitsverhoging in gebieden voor de versnelde uitrol van hernieuwbare energie, en tot twaalf maanden buiten deze gebieden; minder dan twaalf maanden of twee jaar voor projecten voor hernieuwbare energie (in of buiten versnellingsgebieden); en voor complexe projecten zoals offshorewindenergie, minder dan twee jaar in gebieden voor de versnelde uitrol van hernieuwbare energie en drie jaar buiten deze gebieden. Voorts zullen bestaande lacunes in het versterkte rechtskader worden aangepakt. |
c)Netwerken en interconnectoren als katalysatoren voor de energietransitie en industriële decarbonisatie
Een efficiënt netwerk zorgt ervoor dat energie stroomt van waar zij wordt geproduceerd naar waar zij nodig is. Het matigt perioden van prijspieken en zorgt ervoor dat iedereen van de energie kan gebruikmaken tegen de best mogelijke prijs. Het is dus belangrijk gebieden met een groot beschikbaar potentieel voor schone energie te verbinden met Europese gebieden waar een grote vraag naar energie bestaat, zodat betaalbare energie kan worden aangeboden waar dit het meest nodig is.
Er is dit decennium 584 miljard EUR nodig voor investeringen in de elektriciteitsnetten 48 49 . Aan de behoeften aan grensoverschrijdende infrastructuur wordt vaak niet voldaan door concrete projecten, wat leidt tot buitensporige prijsverschillen tussen sommige gebieden, zoals recent werd vastgesteld in Zuidoost-Europa. Het Agentschap van de Europese Unie voor de samenwerking tussen energieregulators (ACER) heeft vastgesteld dat 32 GW aan grensoverschrijdende capaciteit die tegen 2030 nodig is, onvervuld blijft 50 . Grootschalige infrastructuurprojecten die voor een gehele regio of voor de gehele EU van belang zijn, ervaren problemen met betrekking tot stijgende projectkosten 51 en een billijke verdeling van kosten en baten 52 . Vier voorbeelden waar een dergelijk verband met vlaggenschipacties ontbreekt, zijn:
·ontwikkeling van een geïntegreerd offshorenetwerk in de noordelijke zeeën;
·verdere versterking van de fysieke integratie van de Baltische Staten met Centraal- en Noord-Europa na de Baltische synchronisatie, en waarborging van de veiligheid van de grensoverschrijdende infrastructuur in het Oostzeegebied;
·verhoging van het interconnectieniveau van het Iberisch schiereiland met de rest van Europa;
·grotere interconnectiviteit en marktintegratie tussen Zuidoost- en Midden-Europa.
De voordelen van deze vlaggenschipprojecten zullen verder reiken dan de lidstaten waar de projecten plaatsvinden. Bijgevolg kan de energie-unie alleen worden verwezenlijkt door nieuwe projecten te ontwikkelen en bestaande projecten te versnellen en te voltooien. Gezien de omvang en de impact van deze projecten, is het essentieel dat de EU voldoende financiering blijft verstrekken om de voltooiing van de interconnectoren van de energie-unie, zowel over de grenzen als op nationaal niveau, te ondersteunen. Investeringen om de EU-decarbonisatiedoelstellingen te halen en belemmeringen voor onze energie-unie weg te nemen, bieden Europa de kans om de energieprijzen te verlagen, de energiezekerheid te vergroten en het voortouw te nemen op het gebied van schone technologieën 53 . Voorts wordt in de mededeling getiteld “De weg naar het volgende meerjarig financieel kader” 54 erkend dat wij ervoor moeten zorgen dat de EU-begroting collectieve goederen ondersteunt, met name grensoverschrijdende projecten.
Tegelijkertijd moet de bestaande infrastructuur doeltreffend worden gebruikt. Zo moet ten minste 70 % van de capaciteit van interconnectoren beschikbaar worden gesteld voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit, maar de meeste lidstaten zijn nog ver verwijderd van deze doelstelling 55 .
Op nationaal niveau nemen verzoeken om netaansluiting op distributienetwerken exponentieel toe in heel Europa, wat lange wachtrijen creëert, de uitrol van hernieuwbare energie, elektrificatie en de oprichting van industriële clusters afremt en investeringen in de weg staat. Naast elektriciteit zijn er ook nieuwe waterstof-, koolstof- en lokale verwarmingsnetwerken nodig.
Wat | De uitbreiding, modernisering en digitalisering van netwerken versnellen |
Hoe | Voortbouwend op de acties in het actieplan voor netwerken dat in 2023 werd vastgesteld, zal de Commissie een pakket Europese netwerken voorstellen, dat bestaat uit wetgevings- en niet-wetgevingsmaatregelen om onder meer de trans-Europese energienetwerken (TEN-E-verordening) te vereenvoudigen, te zorgen voor de grensoverschrijdende geïntegreerde planning en oplevering van projecten, in het bijzonder wat interconnectoren betreft, de vergunningverlening te stroomlijnen, de planning van distributienetten te verbeteren, digitalisering en innovatie te stimuleren, alsook de zichtbaarheid van de toeleveringsbehoeften te vergroten. Bij de planning zal een top-downbenadering worden gevolgd, waarbij regionale en EU-belangen worden geïntegreerd en doeltreffende kostendelingsmechanismen worden ontwikkeld (bv. voor grensoverschrijdende projecten) met het oog op een geoptimaliseerd energiesysteem. De EIB zal ook een “pakket netwerkproductie” voor de Europese toeleveringsketen voorstellen, naar het model van het pakket windenergie, om tegengaranties te bieden aan producenten van netwerkonderdelen, voor een indicatief bedrag van ten minste 1,5 miljard EUR. |
Wanneer | Het pakket Europese netwerken zal worden voorgesteld tegen het eerste kwartaal van 2026. |
Impact | De investering van 2 miljard EUR per jaar in grensoverschrijdende netwerken zal jaarlijks 5 miljard EUR aan voordelen opleveren voor de burger 56 . Anticiperende investeringen, uitmuntende prestaties van activa en netvriendelijke flexibiliteit kunnen de investeringsbehoeften met betrekking tot distributienetwerken jaarlijks met 12 miljard EUR verminderen 57 , wat neerkomt op 18 % van de totale investeringsbehoeften 58 . Het prioriteren van regionale of EU-voordelen in nationale plannen beperkt inefficiënties en onnodige kosten die door consumenten moeten worden gedragen. De uitrol van netwerkbevorderende technologieën is niet wijdverspreid, terwijl zij de netwerkcapaciteit tegen 2040 met 20-40 % kunnen uitbreiden en een besparing van 35 % aan conventionele netuitbreidingskosten kunnen opleveren 59 . |
d)Flexibiliteit stimuleren
Meer flexibiliteit in het systeem, bijvoorbeeld via opslag en vraagsturing, helpt onevenwichtigheden in vraag en aanbod beheren door afnemers aan te moedigen hun elektriciteitsverbruik te verschuiven naar momenten waarop elektriciteit overvloediger beschikbaar is of de vraag lager is, en de elektriciteit bijgevolg goedkoper is. Dit vermindert prijspieken en perioden van negatieve prijzen, beperkt de volatiliteit en draagt in het algemeen bij tot lagere en stabielere elektriciteitsprijzen. Elektrificatie van de vraag zoals nieuwe elektromobiele wagenparken kunnen een rol spelen bij het verlenen van flexibiliteitsdiensten.
In veel lidstaten worden voor vraagsturing en opslag moeilijkheden ervaren 60 om groothandelsmarkten te betreden of om deel te nemen aan nevendiensten of congestiebeheer. In tien lidstaten beschikken aggregatoren niet over een naar behoren vastgesteld rechtskader, waardoor zij niet kunnen deelnemen aan die diensten die voordelen kunnen opleveren voor consumenten. In tien lidstaten heeft minder dan 30 % van de huishoudens toegang tot slimme-metersystemen (die in realtime informatie bieden over het energieverbruik). De uitrol moet worden versneld 61 . Sommige industriële verbruikers kunnen een aanzienlijke bijdrage leveren aan de netflexibiliteit door hun energieverbruik te verschuiven naar perioden van lage vraag, wat de kosten vermindert en de systeemstabiliteit ten goede komt.
Wat | Systeemflexibiliteit verhogen door opslag en vraagsturing uit te rollen |
Hoe | De lidstaten moeten: -de EU-regels inzake markttoegang voor opslag en vraagsturing snel uitvoeren en nationale belemmeringen wegwerken. De Commissie zal: -de staatssteunvereisten voor niet-fossiele flexibiliteitsregelingen in het nieuwe staatssteunkader verduidelijken, waardoor het voor de lidstaten eenvoudiger wordt om hun steunregelingen uit te werken, zodat zij consumenten de stimulans kunnen geven om het systeem flexibiliteit te bieden; -nieuwe regels inzake vraagsturing vaststellen om ervoor te zorgen dat consumenten ten volle financieel voordeel kunnen halen uit de flexibiliteit. Met deze regels zullen de resterende belemmeringen worden aangepakt die vraagsturing- en opslagdiensten op de interne elektriciteitsmarkt in de weg staan; -de standpunten van de lidstaten verzamelen over een instrument voor schone energie dat is gebaseerd op stroomafnameovereenkomsten en de verbintenis van de industrie om schone energie te verbruiken, en dat zodanig wordt ontworpen dat de risico’s op concurrentieverstoringen en subsidiewedlopen op de eengemaakte markt worden beperkt, zoals vereist door de staatssteunregels. |
Wanneer | De lidstaten moeten nationale belemmeringen onmiddellijk wegnemen; herzien kader van de Commissie op grond van de staatssteunregels tegen het tweede kwartaal van 2025; nieuwe regels inzake vraagsturing tegen het eerste kwartaal van 2026. |
Impact | De volledige oplevering van een elektriciteitssysteem dat wordt onderbouwd door marktintegratie, hernieuwbare energieopwekking en flexibele capaciteit, kan leiden tot een gemiddelde daling van de groothandelsprijzen voor elektriciteit met 40 % in de EU 62 . Meer flexibiliteit kan tastbare kostenbesparingen opleveren, waarbij ramingen van de industrie wijzen op 2,7 miljard EUR aan piekproductiecapaciteit die per jaar kan worden vermeden tegen 2030 63 . |
Vraagflexibiliteit moet ook op de detailhandelsmarkt worden bevorderd als een aanbod waarbij lagere prijzen worden geboden voor industrieën en consumenten die vrijwillig willen deelnemen aan de integratie van het energiesysteem.
Wat | Richtsnoeren om de vergoedingen voor flexibiliteit in detailhandelscontracten te bevorderen |
Hoe | De Commissie zal: -richtsnoeren ontwikkelen om de bevordering van vergoedingen voor flexibiliteit in detailhandelscontracten te bevorderen; -een verscheidenheid aan gestandaardiseerde marktconforme systemen voorstellen die zijn afgestemd op uiteenlopende behoeften van de industrie of andere consumenten, en voortbouwen op systemen die reeds aanwezig zijn in sommige lidstaten. |
Wanneer | Vierde kwartaal van 2025 |
Impact | Een billijke vergoeding in detailhandelscontracten voor de door consumenten geleverde flexibiliteit kan hun elektriciteitskosten met 12-42 % doen dalen 64 , 65 en voordelen op het gebied van flexibiliteit en systeemintegratie opleveren van 10-29 miljard EUR 66 67 . |
Actie 3: Goed functionerende gasmarkten waarborgen
De prijs van ingevoerde aardgas is rechtstreeks van invloed op de elektriciteitsprijzen en vergroot de marktvolatiliteit. Groothandelsprijzen voor aardgas zijn nog niet volledig teruggekeerd naar het niveau van vóór de crisis en liggen gemiddeld ongeveer vijfmaal hoger dan in de VS, ten opzichte van driemaal hoger vóór de crisis 68 . Dit prijsverschil heeft een effect op het concurrentievermogen van de Europese industrie.
Doordat gasmarkten een belangrijke rol spelen voor onze economie, is het essentieel om voor een optimale werking van die markten te zorgen. Er is volledig regulerend toezicht nodig en nauwe samenwerking tussen energie- en financiële regulatoren om marktmanipulatie te voorkomen en eventuele achterpoortjes met betrekking tot gebrek aan transparantie, informatieasymmetrie en risico op marktconcentratie te sluiten. Eerder deze maand heeft de Commissie daarom een taskforce Gasmarkten opgericht om de aardgasmarkten van de EU grondig te onderzoeken en waar nodig maatregelen te nemen om de optimale werking ervan te garanderen en handelspraktijken die marktgebaseerde prijsstelling verstoren, te voorkomen, op basis van de lessen die uit de energiecrisis zijn getrokken.
Voor het snel kunnen aanpakken van onwettig gedrag op de gasmarkten moeten energie- en financiële regulatoren doeltreffend worden uitgerust om marktontwikkelingen te monitoren en op te sporen, en mogelijke gevallen van marktmisbruik (d.w.z. marktmanipulatie en handel met voorkennis) te vervolgen. De samenwerking op het gebied van handhaving en gegevensuitwisseling tussen energie- en financiële regulatoren en tussen ACER en ESMA moet worden geïntensiveerd en naar een hoger niveau worden getild. De lidstaten moeten erop toezien dat de regelgevende instanties over alle nodige bevoegdheden beschikken om marktmisbruik te vervolgen en te sanctioneren, en dat zij de nodige middelen krijgen toegewezen om onderzoek op dit gebied te prioriteren. Bovendien moet ACER zijn nieuwe grensoverschrijdende onderzoeksbevoegdheden ten volle benutten om nationale energieregulatoren te ondersteunen.
Wat | Goed functionerende gasmarkten waarborgen |
Hoe | Eerder deze maand heeft de Commissie een taskforce Gasmarkten opgericht om de aardgasmarkten van de EU grondig te onderzoeken en waar nodig maatregelen te nemen om de optimale marktwerking ervan te garanderen en handelspraktijken die marktgebaseerde prijsstelling verstoren, te voorkomen, op basis van de lessen die uit de energiecrisis zijn getrokken. De Commissie zal een brede raadpleging van belanghebbenden lanceren om de behoefte aan verdere wetswijzigingen in kaart te brengen en volledig en naadloos regulerend toezicht te garanderen, regels inzake energie- en financiële markten (MiFID/Remit) op elkaar af te stemmen en te verscherpen, en de administratieve lasten voor ondernemingen die handel drijven op financiële markten voor energie, te verminderen (centraal meldpunt). Deze raadpleging zal verschillende aspecten omvatten van het regelgevend stelsel 69 , de gezamenlijke benadering inzake toezicht door energie- en financiële regulatoren, en de ontwikkeling van een geharmoniseerde gegevensbank met alle desbetreffende marktgegevens en volledige toegang voor alle regulatoren. Er zullen ook bepaalde aspecten aan bod komen met betrekking tot de werking van spotmarkten, zoals de toepassing van voorschriften die vergelijkbaar zijn met de financiële regels voor energie-uitwisselingen op de spotmarkt. |
Wanneer | De werkzaamheden van de taskforce Gasmarkten zullen afgerond zijn tegen het vierde kwartaal van 2025. |
Impact | De evolutie van contracten voor gasinvoer van koppeling aan de olieprijs naar prijsstelling op basis van concurrentie tussen gasleveranciers op de markt heeft de EU het afgelopen decennium al een besparing van ongeveer 67 miljard EUR opgeleverd 70 . De integratie van de gasmarkt in de EU levert nettovoordelen op op het gebied van prijsconvergentie en transparantie 71 . De taskforce Gasmarkt zal zich richten op het garanderen van goed functionerende gasmarkten en marktgebaseerde prijsvorming op die markten. |
Waar mogelijk moeten alternatieven voor aardgas worden onderzocht, namelijk via elektrificatie of het stimuleren van de productie van biogas en biomethaan in overeenstemming met REPowerEU. Bundeling van de vraag en gezamenlijke aankopen kunnen een grote rol spelen om sneller nieuwe markten te doen ontstaan voor energiebronnen en materialen die nodig zijn voor de productie van schone energie. Door hun vraag te bundelen en gezamenlijke aankoopstrategieën te ontwikkelen overeenkomstig de mededingingsregels van de EU, kunnen kopers in de EU hun collectieve economische gewicht inzetten om hun onderhandelingspositie te versterken en beter voorwaarden te onderhandelen met leveranciers. Deze benadering werd ook gevolgd door Japan, dat reeds lang een beleid voert waarbij investeringen in exportinfrastructuur worden ondersteund in landen die vloeibaar aardgas (lng) produceren. De gezamenlijke koopkracht van de EU kan worden benut door de mogelijkheid van contractuele verplichtingen op langere termijn te onderzoeken, zodat de prijzen stabieler worden, bijvoorbeeld door gasliquefactierechten of koopopties te waarborgen. Met het concurrentievermogen van de EU, geopolitieke overwegingen en klimaatdoelstellingen in het achterhoofd kunnen de EU en/of de lidstaten EU-importeurs ook ondersteunen door rechtstreeks te investeren in exportinfrastructuur in het buitenland, en daarbij preferentiële leningen te verstrekken aan particuliere investeerders.
Daarnaast kunnen betere coördinatie tussen de lidstaten en flexibelere vultrajecten, met steun van de Commissie, ook helpen om systeemstress te verminderen en verstoringen op de markt die verband houden met het vullen van opslag, te voorkomen, en het vullen tegen betere aankoopvoorwaarden en de leveringszekerheid te ondersteunen.
Wat | De koopkracht van de EU benutten om een beter aanbod voor de invoer van aardgas te krijgen |
Hoe | De Commissie zal: -onmiddellijk in overleg treden met betrouwbare lng-leveranciers om extra kostenconcurrerende invoer in kaart te brengen op basis van bestaande en toekomstige lng-exportprojecten; -onder meer bundeling van de vraag voorstellen voor EU-ondernemingen die verwerkingsovereenkomsten sluiten bij lng-installaties over de hele wereld en optiecontracten voor lng-levering met betrouwbare lng-producenten; -opties onderzoeken die verder gaan dan bundeling van de vraag en waarbij andere benaderingen worden overwogen (bv. het Japanse model). |
Wanneer | Eerste en tweede kwartaal van 2025 |
Impact | Betere mogelijkheden voor EU-kopers om lng-volumes veilig te stellen in het kader van langetermijncontracten kunnen een bescherming vormen tegen prijsvolatiliteit en toegang bieden tot lagere prijzen, waardoor de EU-prijzen dichter bij de prijzen op de wereldmarkt komen te liggen. Bescherming van EU-kopers tegen de prijsvolatiliteit van fossiele brandstoffen kan op korte termijn tot een aanzienlijke daling van de detailhandelsprijzen leiden. |
Actie 4: Energie-efficiëntie: energie besparen
Energie-efficiëntie levert een belangrijke bijdrage aan betaalbare energie voor de industrie en huishoudens, en aan het concurrentievermogen van de industrie. Hierdoor wordt het effect van hoge, volatiele energieprijzen op de factuur van de consument beperkt. De EU-industrie heeft haar energieverbruik sinds 2000 met ongeveer 20 % verminderd, terwijl de industriële productie is gestegen. Voor het aangaan van de uitdagingen waar de EU voor staat, moeten oplossingen inzake energie-efficiëntie worden benut. Het bevorderen van een eengemaakte markt voor energie-efficiëntiediensten zal er mede voor zorgen dat Europeanen kunnen profiteren van diensten die hen in staat stellen hun energiefactuur te doen dalen tegen de best mogelijk prijs, in het bijzonder voor wie hoge voorafgaande kosten heeft 72 . Met een sterkere markt voor leveranciers van energie-efficiëntie kunnen meer ondernemingen advies verkrijgen over efficiënte oplossingen, bijvoorbeeld voor het hergebruiken van hun proceswarmte.
Wat | Een energie-efficiëntiemarkt op Europese schaal |
Hoe | Via de Europese coalitie voor de financiering van energie-efficiëntie zal de Commissie de toegang tot kapitaal verbeteren en financiële stimulansen bieden om marktspelers te steunen die energie-efficiëntieoplossingen voor bedrijven bieden. De Commissie zal de wijze nagaan waarop zij het programma van de EIB-groep voor energie-efficiëntie bij kmo’s verder kan ondersteunen, dat als doelstelling heeft om het concurrentievermogen van Europese kmo’s te vergroten, de vaststelling van energie-efficiënte en hernieuwbare oplossingen te bevorderen en klimaatbestendigheid op te bouwen. De Commissie zal samen met de EIB-groep onderzoeken of zij een EU-garantieregeling kan opzetten met als doel de energie-efficiëntiediensten te verdubbelen. Er is een proefproject gepland voor 2026, mogelijk in het kader van de blendingverrichting van InvestEU met het LIFE-programma voor de transitie naar schone energie voor technische bijstand. Hiervoor zijn bijkomende middelen van InvestEU nodig, die moeten worden verkregen door het gebruik van de EU-garantie die momenteel beschikbaar is in verschillende EU-mandaten, waaronder mandaten uit de vorige programmeringsperiode. |
Wanneer | Eerste blauwdruk voor een garantieregeling in het vierde kwartaal van 2025. Opstart van het partnerschap in het derde kwartaal van 2025. Beoordeling van een EU-brede markt voor een certificeringsregeling inzake energiebesparingen in het vierde kwartaal van 2025. |
Impact | Het aanbod aan financieringsoplossingen voor energie-efficiëntieproducten vergroten. Dit zal tot stand worden gebracht via diensten van leveranciers van energiediensten (ESCO’s) 73 , met als doel de ESCO-markt te verdubbelen tot 4-6 miljard EUR per jaar, en consumenten mogelijk in staat te stellen 25-30 % te besparen voor de renovatie van gebouwen en 70-80 % 74 voor het verlagen van de energiefactuur voor openbare verlichting. |
Ten tweede doen energie-efficiënte producten de energiefactuur onmiddellijk dalen. De talrijke niet-conforme producten die uit niet-EU-landen worden ingevoerd, schaden het concurrentievermogen van EU-leveranciers en verminderen de voordelen voor burgers en bedrijven.
Wat | Consumenten toegang bieden tot efficiëntere toepassingen en producten met een langere levensduur |
Hoe | De lidstaten, nationale autoriteiten voor markttoezicht en douaneautoriteiten moeten het nationale markttoezicht en de nationale handhaving versterken, onder meer voor douane en onlinemarktplaatsen. Overeenkomstig de mededeling inzake elektronische handel ondersteunt de EU hun maatregelen en verdere betrokkenheid bij onlinemarktplaatsen. De Commissie zal de EU-voorschriften inzake energie-etikettering en ecologisch ontwerp actualiseren, beste praktijken delen, IT-instrumenten verbeteren 75 en de naleving door exploitanten bevorderen door middel van duidelijke informatie en richtsnoeren. De lidstaten moeten overwegen om consumenten stimulansen te bieden wanneer zij hun oude huishoudelijke apparaten vervangen door energie-efficiënte alternatieven. |
Wanneer | Onmiddellijk |
Impact | EU-regels voor de eengemaakte markt met betrekking tot energie-efficiënte huishoudelijke apparaten en producten hebben in 2023 naar schatting 120 miljard EUR aan besparingen opgeleverd op de energiefactuur, wat in 2030 naar verwachting tot ongeveer 162 miljard EUR zal stijgen 76 . Naar schatting gaat nog ongeveer 10 % (d.w.z. meer dan 10 miljard EUR) jaarlijks verloren door de verkoop van niet-conforme producten 77 . |
Pijler II: Voltooiing van de energie-unie
Ondanks ons succes bij het uitbouwen van een onderling verbonden energiemarkt, blijft een ware energie-unie een werk in uitvoering. Aangezien de EU geconfronteerd wordt met stijgende energiekosten die een belasting vormen voor huishoudens en het industriële concurrentievermogen verhinderen (en in het bijzonder gevolgen hebben voor energie-intensieve sectoren), is het duidelijk dat er behoefte is aan een transformatieve benadering. Om die reden moeten wij blijven werken aan structurele maatregelen op langere termijn, die de schonere en goedkopere energie opleveren die wij nodig hebben, en die ons tot een ware energie-unie brengt, onder meer door de investeringen in onderzoek naar en innovatie ten behoeve van schone energieoplossingen op te voeren. De EU moet vooruitgang boeken op het gebied van elektrificatie en een volledig geïntegreerde eengemaakte markt voor energie, doelstellingen op het gebied van interconnectie verwezenlijken en complementariteiten tussen de lidstaten benutten om een ware energie-unie tot stand te brengen die voordelen oplevert voor iedereen.
Dit actieplan is de eerste stap op weg naar een betere interconnectie en een betere integratie. Daarom zal de Commissie de komende maanden een aantal initiatieven starten die erop gericht zijn de governance van de energie-unie te versterken, schone energie uit te rollen, onze leveringszekerheid te verbeteren en de factuur van burgers en bedrijven te doen dalen.
Actie 5: Voltooiing van de energie-unie
Door voort te bouwen op het succes van het REPowerEU-plan, dat een impuls gaf aan schone energieopwekking en de energievoorziening diversifieerde, zullen een nieuw actieplan voor elektrificatie (eerste kwartaal 2026) en een strategie betreffende verwarming en koeling (eerste kwartaal 2026) deze doelstellingen verder ondersteunen. Ambitieuze elektrificatie van het energiesysteem en uitbreiding van de bronnen voor schone energieopwekking zullen de energie-efficiëntie van de energiesector als geheel vergroten, de industriële, mobiliteits- en verwarmings- en koelingssectoren koolstofvrij helpen maken en de toepassing van schone en binnenlandse energieproductie ondersteunen. Uiterlijk in 2030 zullen deze initiatieven onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen verminderen, wat jaarlijks mogelijk miljarden euro’s aan besparingen oplevert. Belastingkredieten voor industriële elektrificatie kunnen elektrificatie bevorderen en de EU-industrie helpen om concurrerender te worden door de betaalbaarheid van dergelijke uitrusting te bevorderen, de verkoop te doen toenemen en aanvaarding door consumenten aan te moedigen.
Digitalisering is eveneens een bron van besparingen voor consumenten, maar mogelijk ook een kwetsbaarheid. De Commissie zal in 2026 een strategische routekaart voor digitalisering en artificiële intelligentie (AI) voor de energiesector vaststellen om de uitrol van Europese AI-oplossingen op gebieden zoals optimalisering van het elektriciteitsnet, energie-efficiëntie in gebouwen en de industrie, en flexibiliteit aan de vraagzijde te versnellen. Daarnaast zal zij op AI gebaseerd onderzoek en innovatie bevorderen door start-ups aan energiebedrijven te koppelen en te zorgen voor krachtige waarborgen voor cyberbeveiliging, bescherming van persoonsgegevens en veiligheid. De Commissie zal ook onderzoek voeren naar het stijgende energieverbruik van gegevenscentra 78 79 en de duurzame integratie van die centra in het energiesysteem bevorderen. Gegevenscentra kunnen de druk op het energiesysteem verhogen en de energieprijzen de hoogte in jagen, vooral gezien gegevenscentra de capaciteit hebben om andere energieconsumenten te overtreffen wat de toegang tot energie betreft.
Tegelijkertijd helpt het Europees strategisch plan voor energietechnologie (SET-plan) om de huidige versnippering in de EU-portefeuilles inzake onderzoek en innovatie met betrekking tot schone energie en elektrificatie aan te pakken. Er moeten nog meer inspanningen worden geleverd om de EU-doelstelling inzake 3 % van het bbp voor overheids- en particuliere uitgaven te halen 80 81 . De Commissie zal innovatie bevorderen, met name door met de lidstaten te overleggen via de stuurgroep van het SET-plan die bij de verordening voor een nettonulindustrie is opgericht 82 . Daarnaast zal een fusiestrategie worden voorgesteld om fusie als een innovatieve, koolstofvrije energiebron voor de toekomst te ondersteunen, inclusief de totstandbrenging van een publiek-privaat partnerschap (PPP) om de commercialisering ervan te versnellen.
Met het oog op het halen van haar klimaatdoelstellingen heeft de EU tussen 2021 en 2030 meer dan 570 miljard EUR per jaar nodig en tussen 2031 en 2040 meer dan 690 miljard EUR per jaar voor investeringen in hernieuwbare energie, waaronder zonne-energie, windenergie en biomassa, energie-efficiëntie en netcapaciteit. De Commissie zal ook de investeringsbehoeften inzake kernenergie onderzoeken 83 en investeringen in schone energietechnologieën van de volgende generatie bevorderen, zoals kernfusie en verbeterde geothermische en vastestofbatterijen, alsook in bestaande capaciteit zoals renovatie. Hoewel het grootste deel van de investeringen van privékapitaal moet komen, moeten overheidsmiddelen gerichter worden ingezet om particuliere investeringen aan te trekken door de risico’s van strategische projecten te beperken, met name via garantie- en eigenvermogensinstrumenten. De Commissie zal de investeringskloof aanpakken en privékapitaal mobiliseren voor de energietransitie door middel van een strategie voor investeringen in schone energie, en zij zal een geactualiseerd indicatief programma op het gebied van de kernenergie (PINC) voorstellen.
Bovenal vereist de voltooiing van een ware energie-unie een volledig geïntegreerde energiemarkt, met een samenhangend governancekader waarbij nationale en Europese doelstellingen op elkaar worden afgestemd en gewaarborgd wordt dat beslissingen met grensoverschrijdende en EU-relevantie op het juiste niveau worden genomen. Daartoe zal de Commissie uiterlijk begin 2026 een witboek voor een verdergaande integratie van de elektriciteitsmarkt publiceren.
Bovendien moeten de nationale energie- en klimaatplannen evolueren naar strategische investeringsplannen die de voorspelbaarheid van investeringen, het vertrouwen van de consument, innovatie en marktgroei voor schone technologieën bevorderen. De Commissie zal een herziening van de governanceverordening voorstellen om de governance van de energie-unie en van de klimaatactie te vereenvoudigen, versterken en moderniseren 84 om Europa voor te bereiden op het beleidskader voor klimaat en energie voor de periode na 2030. Daarnaast kunnen regionale initiatieven zoals het transmediterrane initiatief voor samenwerking op het gebied van energie en schone technologie een rol spelen bij het ondersteunen van de productie van schone technologie.
De energieprijzen kunnen aanzienlijk verschillen tussen de lidstaten. Ter verbetering van de coördinatie in de gehele energie-unie en ter versterking van de governance van het elektriciteitssysteem zal de Commissie een taskforce Energie-unie opzetten. De taskforce, die zal bestaan uit vertegenwoordigers op hoog niveau van de Commissie, desbetreffende EU-organen, de lidstaten en belanghebbenden waar nodig, zal technische of reglementaire aanpassingen onderzoeken en identificeren, en zal regelmatig verslag uitbrengen bij de voorzitter van de Commissie, de Europese Raad, de Raad Energie en het Europees Parlement.
Ter ondersteuning van deze werkzaamheden zal de Commissie zich sterker toespitsen op het beoordelen van de gevolgen die desbetreffende initiatieven hebben op de betaalbaarheid van energie voor huishoudens en bedrijven. Het resultaat van de desbetreffende analyses (waar mogelijk met betrokkenheid van externe deskundigen) zal op passende wijze worden weerspiegeld in effectbeoordelingen van nieuwe wetgevingsinitiatieven en herzieningen van bestaande wetgeving. Het zal een aanvulling vormen op de informatie die de Commissie geregeld publiceert over de impact van deze initiatieven via verschillende verslagen zoals het verslag over de staat van de energie-unie 85 en de verslagen over energieprijzen en -kosten 86 .
Wat | Een voltooide energie-unie |
Hoe | De Commissie zal: -een taskforce Energie-unie oprichten; -een witboek voor een verdergaande integratie van de elektriciteitsmarkt publiceren; -de verordening inzake de governance van de energie-unie herzien; -een strategie voor investeringen in schone energie, een geactualiseerd indicatief programma op het gebied van de kernenergie (PINC) en een fusiestrategie voorstellen; -een actieplan voor elektrificatie, een strategische routekaart voor digitalisering en artificiële intelligentie (AI) voor de energiesector en een strategie betreffende verwarming en koeling voorleggen. |
Wanneer | 2025: taskforce Energie-unie, strategie voor investeringen in schone energie en PINC. Uiterlijk medio 2027 voor de andere initiatieven. |
Impact | Verdergaande integratie van de elektriciteitsmarkt door een dialoog op te starten over de toekomstige ontwikkeling van de markt en de oprichting van een taskforce Energie-Unie. Voorkomen dat de systeemkosten tegen 2040 scherp stijgen tot 103 miljard EUR indien geen maatregelen worden genomen 87 . Investeringen stimuleren en kosten verminderen door de risico’s op kapitaal te beperken, d.w.z. de met investeringen gepaard gaande potentiële risico’s verminderen, de administratieve lasten met betrekking tot planning en verslaglegging versoepelen, en de coördinatie tussen de lidstaten bij beleidsvorming verbeteren, zodat investeringszekerheid wordt gegarandeerd voor 2040 door de nationale energie- en klimaatplannen tot ware investeringsplannen te maken. Het versnellen van de elektrificatie met 40 % tegen 2030 88 door de flexibiliteit van de elektrificatie van de verwarmings-, vervoers- en waterstofsectoren te benutten, kan een jaarlijkse besparing van 32 miljard EUR aan energiesysteemkosten opleveren in 2030 89 . Het bidirectioneel laden van elektrische voertuigen alleen kan zorgen voor een besparing van 9,7 miljard EUR 90 . De efficiëntie van verwarming en koeling verbeteren door warmteterugwinning, hergebruik van warmte en de uitrol van warmtepompen op te schalen. Door de terugwinning van afvalwarmte in industriële processen en energiediensten uit te breiden, kan de systeemefficiëntie worden verbeterd en kunnen de kosten worden verminderd. Een bredere toepassing van warmtepompen en betere efficiëntie in woningen kunnen de uitgaven voor de invoer van fossiele brandstoffen tegen 2030 met 60 miljard EUR doen dalen, en tegelijkertijd de vraag naar andere energiedragers verminderen en zorgen voor stabilisatie van de prijzen. Gebruikmaken van digitalisering om de kosten van de elektriciteitssector te drukken 91 , efficiëntie stimuleren met geraamde besparingen van 5 % voor exploitatie en onderhoud, 5 % voor elektriciteitsproductie en 5 % voor netwerkverliezen 92 . |
Pijler III: Investeringen aantrekken en levering garanderen
Een ware energie-unie die is gebaseerd op schone en betaalbare energie van eigen bodem voor alle Europese consumenten, vereist de komende tien jaar aanzienlijke investeringen en een robuuste governance. Sterk politiek leiderschap en engagement en inclusieve betrokkenheid van alle actoren in de energiewaardeketen zijn noodzakelijk om snel samen resultaten te boeken voor dat actieplan.
Actie 6: Een tripartiet contract voor betaalbare energie sluiten voor de Europese industrie
Groeiende marktonzekerheid kan grote uitdagingen met zich meebrengen voor projectontwikkelaars en kan investeringen afremmen of ontmoedigen. Hiertegen kunnen regeringen, energieproducenten en energieverbruikende sectoren samen een gunstig investeringsklimaat scheppen voor een betaalbaar en duurzaam energiesysteem en een concurrerende industriële sector, en tegelijkertijd het behoud en de creatie van kwaliteitsbanen garanderen, zoals benadrukt in de Verklaring van Antwerpen.
vProducenten van schone energie hebben zekerheid over de vraag nodig die voldoende groot is om te kunnen zorgen voor een langetermijnplanning, wat de risico’s voor investeerders en de projectkosten vermindert. Deze zekerheid zou ook fabrikanten in de toeleveringsketen ten goede komen, zoals producenten van onderstations of kabels voor netwerkprojecten, want daardoor zouden zij kunnen investeren in nieuwe productiecapaciteit in Europa en lagere prijzen kunnen aanbieden. Dit zou ontwikkelaars van grootschalige zonne-energie- of offshorewindenergieprojecten bijvoorbeeld in staat stellen om toeleveringsketens veilig te stellen en tegen lagere kosten aan te kopen.
vDe energieverbruikende industrieën, en in het bijzonder de energie-intensieve industrieën, hebben behoefte aan zekerheid over de energielevering en -prijzen om hun productie te kunnen plannen en investeringsbeslissingen te nemen die de transformatie ervan bepalen. Zo heeft de staalindustrie bijvoorbeeld zekerheid over de elektriciteitslevering en -prijzen nodig op lange termijn om te investeren in elektrificatie van de productieprocessen. In ruil kan de energie-intensieve sector energieproducenten zekerheid over afname bieden door langetermijncontracten af te sluiten.
vDe EU en de regeringen van de lidstaten kunnen de risico’s verminderen door middel van stabiele regelgevingskaders en maatregelen om investeringen te bevorderen. Het bieden van deze voorspelbaarheid aan projectontwikkelaars en toeleveringsketens zorgt er mede voor dat de risico’s voor investeringen worden verminderd en de kosten voor bedrijven en huishoudens dalen. Dit kan bijvoorbeeld tot stand worden gebracht door zich te houden aan een betrouwbaar en gedetailleerd tijdschema voor veilingen op langere termijn voor schone-energieprojecten en gebruik te maken van een ondersteunende opzet voor aanbestedingen waarin de beginselen inzake veerkracht, zekerheid en duurzaamheid van de verordening voor een nettonulindustrie worden weerspiegeld.
In dat verband hebben de ervaringen met het handvest inzake windenergie 93 en het handvest inzake zonne-energie 94 de meerwaarde aangetoond van het samenbrengen van institutionele en economische actoren om concrete stappen te zetten bij het uitbouwen van een concurrerende waardeketen in sleutelsectoren voor de schone transitie.
Voortbouwend op deze ervaringen kunnen deze verbintenissen worden samengebracht in een breder tripartiet contract voor betaalbare energie en een investeringsklimaat scheppen dat kosteneffectieve energieproductie, betrouwbare energielevering en economische groei op lange termijn voor alle belanghebbenden ondersteunt.
Figuur 4. Een tripartiet contract voor betaalbare energie voor de Europese industrie
Wat | Een tripartiet contract voor betaalbare energie tussen de overheidssector, waaronder financiële instellingen, ontwikkelaars van schone energie en de energieverbruikende industrie. |
Hoe | Een breed tripartiet contract zal: -voorspelbaarheid en opschaling bieden aan energieproducenten, die een zekere afnemer hebben voor hun productie, alsook aan afnemers van energie, die kunnen profiteren van een betaalbare en stabiele energielevering; -de bedrijfsmodellen van de sector ondersteunen, dankzij de steun van de Commissie, de EIB en de lidstaten, die hen in staat stelt om de risico’s voor investeringen te verminderen en te groeien. Dit zou sectorale contracten voor bepaalde sectoren omvatten (bv. waterstof, synthetische brandstof, batterijen, offshorewindenergie, zonne-energie, netwerken). |
Wanneer | 2025 |
Impact | De transparantie, zichtbaarheid en zekerheid vergroten voor producenten en de energieverbruikende industrie, investeringsbeslissingen ondersteunen en de kosten en energieprijzen doen dalen. |
Pijler IV: Voorbereid zijn op eventuele energiecrises
De recente energiecrisis, de meest ernstige die Europa tot dusver heeft doorgemaakt, heeft aangetoond hoe belangrijk coördinatie op EU-niveau is om prijspieken op de interne markt te beheren. Ter vergroting van de veerkracht in het licht van een eventuele toekomstige energiecrisis hebben de lidstaten instrumenten voor doeltreffende actie nodig en moet het kader inzake voorzieningszekerheid worden versterkt, met inachtneming van de lessen die uit de recente ontwikkelingen werden getrokken.
Actie 7: Voorzieningszekerheid garanderen voor prijsstabiliteit
Een stabiele energievoorziening is essentieel voor economische veerkracht, voor blijvende toegang tot betaalbare energie en om extreme prijsvolatiliteit te voorkomen. Verstoringen van de energievoorziening veroorzaakt door politieke spanningen, cyberaanvallen, doelbewuste aanvallen of extreme weersomstandigheden vormen een bedreiging voor de betaalbaarheid. Er is een nieuw regelgevingskader nodig om de veerkracht van het energiesysteem van de EU te vergroten en de volatiliteit van de energieprijzen binnen de perken te houden.
Wat | Bijdragen aan de prijsstabiliteit via een kader inzake energiezekerheid waarbij rekening wordt gehouden met de lessen die uit de energiecrisis werden getrokken |
Hoe | De Commissie zal een wetsvoorstel indienen voor een herziening van het huidige EU-regelgevingskader inzake energiezekerheid |
Wanneer | Begin 2026 |
Impact | Een betere beschikbaarheid van energieleveringen op ieder moment en het beter voorbereid zijn op perioden van leveringsdruk, kunnen helpen om de prijsvolatiliteit te beperken en de prijzen te drukken. |
Actie 8: Voorbereid zijn op prijscrises
De elektriciteitsrichtlijn en de gasrichtlijn bevatten bepalingen die de Raad in staat stellen om na een voorstel van de Commissie een prijscrisis af te kondigen wanneer aan bepaalde uitzonderlijke crisisvoorwaarden is voldaan. In deze situaties speelt vermindering van de vraag gedurende bepaalde uren een belangrijke rol bij het beperken van de gevolgen van energiecrises. Ook buiten deze crisisperioden kunnen vandaag al regelingen worden uitgewerkt en geactiveerd om pieken in de vraag te verlagen, waarbij consumenten door hun leverancier worden betaald om het verbruik tussen bepaalde uren te verminderen. Ervaringen in verschillende lidstaten tonen aan dat consumenten tijdens uitzonderlijke perioden van systeemstress en hoge prijzen bereid zijn om de vraag vrijwillig te verminderen.
Wat | Prijspieken tijdens energiecrises voorkomen |
Hoe | Richtsnoeren van de Commissie aan de lidstaten over de ontwikkeling en uitvoering van regelingen voor het verminderen van de piekvraag door stimulerende vergoedingen in te voeren voor consumenten. Transmissiesysteembeheerder (TSB’s) moeten maatregelen invoeren en activeren om de vraag naar energie tijdens piekuren te verminderen en te verschuiven naar een later tijdstip. |
Wanneer | Lopende en uit te rollen tijdens prijspieken/perioden van systeemstress. |
Impact | Lagere prijzen tijdens perioden waarin de vraag naar energie piekt, waardoor de prijsvolatiliteit daalt en de eindfactuur voor energie onder controle blijft. |
Ten tweede, voor situaties waarbij knelpunten of congestie in het netwerk energiestromen ernstig belemmeren, is nauwe samenwerking met TSB’s en nationale regelgevende instanties noodzakelijk om de beschikbare grensoverschrijdende interconnectiecapaciteit in bepaalde gevallen tijdelijk te verhogen (bv. regionale prijscrisis zoals in 2024 in Zuidoost-Europa), waarbij ervoor wordt gezorgd dat de energie de zwaarst getroffen gebieden bereikt. Onderbrekingen wegens onderhoud moeten naar behoren worden gecoördineerd met de interne energiemarkt, zodat onnodige gevolgen van dergelijke onderbrekingen voor naburige lidstaten worden vermeden.
Wat | Betere grensoverschrijdende toegang tot goedkope elektriciteit |
Hoe | Samenwerken met TSB’s en nationale regelgevende instanties om te zorgen voor tijdelijke verhogingen van de beschikbare grensoverschrijdende capaciteit in bepaalde situaties, en passende coördinatie en planning van onderbrekingen wegens onderhoud over de grenzen om beperkingen van de elektriciteitsstroom te voorkomen. |
Wanneer | Indien nodig, d.w.z. bij bepaalde regionale prijscrises. |
Impact | Ervoor zorgen dat de grensoverschrijdende handel in elektriciteit wordt gemaximaliseerd in crisissituaties om lokale prijspieken op specifieke markten te beperken. |
Tot slot, aangezien in het algemeen wordt verwacht dat aardgas de komende jaren de belangrijkste prijszetter voor elektriciteit zal blijven in de EU, staat de Commissie klaar om de lidstaten te ondersteunen bij de ontwikkeling van staatssteunmaatregelen en hen te versterken bij de aanpak van extreme prijspieken en uitzonderlijke prijsomgevingen teneinde de hoge gasprijzen los te koppelen van de elektriciteitsprijzen, op basis van in noodsituaties beproefde modellen.
5.Conclusies en vooruitzichten
In het actieplan voor betaalbare energie worden acht concrete maatregelen op korte termijn uiteengezet om een ware energie-unie voor concurrentievermogen, betaalbaarheid, zekerheid en duurzaamheid te verwezenlijken. Voor het boeken van resultaten voor dit transformatieve actieplan is betrokkenheid van alle actoren nodig: i) de coördinatie van de EU met instrumentele ondersteuning van het Europees Parlement en de Raad, om te zorgen voor een doeltreffend en pragmatisch wetgevingskader; ii) resolute medewerking van de lidstaten om de acties op het terrein uit te voeren en ervoor te zorgen dat het volledige potentieel van het plan wordt verwezenlijkt voor de burgers; iii) actieve inclusie van belanghebbenden: onze industrie en bedrijven, onze werknemers, onze innovatoren en onze burgers; en iv) betrokkenheid op het hoogste politieke niveau via een taskforce Energie-unie.
De Commissie zal het actieplan uitvoeren, monitoren en verslag uitbrengen over de vooruitgang bij de verwezenlijking van het actieplan in toekomstige verslagen over de staat van de energie-unie. De Commissie zal het Europees Parlement en de Raad van ministers van Energie regelmatig op de hoogte brengen van de voortgang en de gevolgen ervan bespreken.
De uitdagingen waarmee wij worden geconfronteerd, zijn aanzienlijk. Maar wij beschikken ook over sterke punten. Samen hebben wij veerkrachtige netwerken en het meest geïntegreerde energienetwerk ter wereld uitgebouwd. Wij hebben een sterke productiebasis tot stand gebracht, evenals een hooggekwalificeerde beroepsbevolking, geavanceerde technologieën en een sterk regelgevingskader. Wij hebben stand gehouden en hebben vooruitgang geboekt op weg naar decarbonisatie, door onze economische groei los te koppelen van onze CO2-emissies en leiderschap te tonen in de mondiale energietransitie. Deze sterke punten stellen ons in staat om de uitdagingen waar Europa momenteel voor staat, aan te pakken.
De redenen waarom wij deze uitdagingen aangaan, zijn duidelijk. Energie ligt aan de basis van onze economie en onze samenleving. Energie vertegenwoordigt slechts een fractie van onze bbp-uitgaven 95 96 , maar is de motor voor onze gehele economie. Zij drijft de treinen aan die ons vervoeren, verwarmt de huizen waarin wij wonen en houdt de machines in gang die de producten vervaardigen die wij dagelijks gebruiken. Het is ook een van de grondslagen van onze EU, sinds de tijd waarin kolen en staal de pijlers waren voor de heropbouw van Europa — energie heeft de groei van onze economie ondersteund en is het dagelijkse leven van Europeanen sindsdien blijven verbeteren.
De productie van energie en de integratie van onze energiemarkten zijn steeds van fundamenteel belang geweest voor Europese eenheid. Van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal tot de ontwikkeling van de energie-unie is energie steeds een sleutel geweest voor onze economische stabiliteit en een drijfveer voor EU-integratie. Dit actieplan voor betaalbare energie is gebaseerd op het kompas voor concurrentievermogen en biedt ondersteuning aan de Clean Industrial Deal. Het stelt ons in staat voort te bouwen op onze sterke punten, de werkelijke waarde van de energie-unie te ontsluiten en de verbintenis van de EU voor een inclusieve energietransitie waar geen enkele persoon of gemeenschap aan zijn of haar lot wordt overgelaten, te bekrachtigen.
Bijlage I: Samenvatting van actiepunten en tijdschema
Wat | Wanneer | Door wie |
Pijler I: Lagere energiekosten | ||
Actie 1: Elektriciteitsfacturen betaalbaarder maken | ||
More efficient network charges to reduce energy system costs Efficiëntere nettarieven om de kosten van het energiesysteem te doen dalen | Tweede kwartaal van 2025 | EC, lidstaten, nationale regelgevende instanties |
Belastingverlaging voor elektriciteit en verwijdering van niet-energetische kostencomponenten van facturen | Na vaststelling Vierde kwartaal van 2025 (Aanbev.) | Lidstaten, met steun van de EC |
Consumenten in staat stellen over te stappen naar goedkopere energieleveranciers en tegelijkertijd energiearmoede aanpakken | Derde kwartaal van 2025 | EC, lidstaten, nationale regelgevende instanties |
Actie 2: Terugdringing van de kosten voor levering van elektriciteit | ||
De elektriciteitsfactuur in de detailhandel loskoppelen van hoge en volatiele gasprijzen | Tweede kwartaal van 2025 (EIB) en vierde kwartaal van 2025 (richtsnoeren contract ter verrekening van verschillen) | EC, EIB, lidstaten |
Vergunningverleningstermijnen inkorten met het oog op een versnelde energietransitie | Na vaststelling en gedurende 2025-2026 | EC, lidstaten, nationale bevoegde autoriteiten |
De uitbreiding, modernisering en digitalisering van netwerken versnellen | Eerste kwartaal van 2026 | EC, lidstaten, TSB’s |
Systeemflexibiliteit verhogen door opslag en vraagsturing uit te rollen | Na vaststelling Tweede kwartaal van 2025 (staatssteunkader) Eerste kwartaal van 2026 (netcode vraagsturing) | EC, lidstaten |
Richtsnoeren om de vergoedingen voor flexibiliteit in detailhandelscontracten te bevorderen | Vierde kwartaal van 2025 | EC, lidstaten |
Actie 3: Gasmarkten verbeteren voor billijke energieprijzen | ||
Eerlijke mededinging waarborgen op gasmarkten | Vierde kwartaal van 2025 | EC, lidstaten, ACER, ESMA, nationale regelgevende instanties |
De koopkracht van de EU benutten om een beter aanbod voor de invoer van aardgas te krijgen | Eerste en tweede kwartaal van 2025 | EC met internationale partners |
Actie 4: Energie-efficiëntie: energie besparen | ||
Een energie-efficiëntiemarkt op Europese schaal | Derde en vierde kwartaal van 2025 | EC, EIB, financiële instellingen, industrieën voor energie-efficiëntie |
Consumenten toegang bieden tot efficiëntere toepassingen en producten met een langere levensduur | Na vaststelling | EC, lidstaten, nationale markttoezicht- en douaneautoriteiten |
Pijler II: Een ware energie-unie uitbouwen | ||
Actie 5: Voltooiing van de energie-unie | ||
Een taskforce Energie-unie oprichten | 2025 | EC, lidstaten, desbetreffende EU-organen, deskundigen |
De investeringskloof aanpakken en particulier kapitaal aantrekken | Tweede kwartaal van 2025 | EC, EIB, InvestEU |
Een meer geïntegreerde energiemarkt uitbouwen | 2026 tot medio 2027 | EC, lidstaten, EP en belanghebbenden |
Investeringszekerheid bieden, evenals een vereenvoudigde governanceregeling voor een robuuste energie-unie | EC | |
Elektrificatie opvoeren | EC, lidstaten | |
De digitalisering en het gebruik van AI in de energiesector verhogen | EC | |
Decarbonisatie en integratie van de sectoren verwarming en koeling om vervanging van gas mogelijk te maken | EC, lidstaten | |
Pijler III: Investeringen aantrekken en levering garanderen | ||
Actie 6: Een tripartiet contract voor betaalbare energie voor de Europese industrie | ||
Een tripartiet contract voor betaalbare energie | 2025 | EC, lidstaten, EIB, energieproducenten en -industrie |
Pijler IV: Voorbereid zijn op eventuele energiecrises | ||
Actie 7: Voorzieningszekerheid voor prijsstabiliteit | ||
Bijdragen aan de prijsstabiliteit via een doeltreffend kader voor energiezekerheid | Begin 2026 | EC |
Actie 8: Paraatheid bij prijscrises | ||
Prijspieken tijdens energiecrises voorkomen | Tijdens energiecrises | EC, lidstaten, TSB’s |
Betere grensoverschrijdende toegang tot betaalbare elektriciteit | Tijdens energiecrises | EC, nationale regelgevende instanties, TSB’s |
(1)
Eurostat-gegevensbank (Online gegevenscode: ilc_mdes01).
(2)
Study on energy prices and costs — Evaluating impacts on households and industry — 2024 edition ; Trinomics, 2025.
(3)
Zie figuur 1. De detailhandelsprijzen voor elektriciteit in de EU lagen voor de industrie in het tweede kwartaal van 2024 2,2 keer hoger dan in de VS, dubbel zo hoog als in China en 1,2 keer hoger dan in Japan (historisch lager).
(4)
De werkgelegenheid in de sector van de hernieuwbare energie bereikte in de EU ongeveer 1,8 miljoen in 2023. Renewable energy and jobs: Annual review 2024 ; Irena in samenwerking met de IAO, 2024.
(5)
The future of European competitiveness, part B , Figuur 2; Mario Draghi, september 2024. Toenemende verschillen in de detailhandelsprijzen in de EU van minder dan 100 EUR/MWh (PT, FI, SE) tot meer dan 250 EUR/MWh (CY, HU, NL).
(6)
Het EU-kompas voor concurrentievermogen (COM(2025) 30 final).
(7)
Effectbeoordelingsverslag bij de mededeling van de Commissie over de klimaatdoelstelling van Europa voor 2040 (SWD(2024) 63 final, bijlage 8 (deel 3/5), afdeling 1.2.3).
(8)
Eurostat-statistieken over aardgas . Europa heeft in 2024 273 miljard kubieke meter ingevoerd ten opzichte van 334 miljard kubieke meter in 2022.
(9)
Verslag over de energieprijzen en -kosten in Europa (COM(2024) 136 final); Europese Commissie, maart 2024.
(10)
European electricity review 2025 ; Ember, januari 2025.
(11)
Eurostat, nrg_pc_204_c en nrg_pc_205_c , 17 februari 2025.
(12)
Monitoringverslag inzake elektriciteitsinfrastructuur 2024 ; ACER, december 2024.
(13)
Nettarieven kunnen in de loop van de tijd aanzienlijk stijgen, namelijk met 60 % tegen 2050 ten opzichte van 2022; Transmission capacities for cross-zonal trade of electricity and congestion management ; ACER, juli 2024.
(14)
Redispatch and Congestion Management ; Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, mei 2024.
(15)
ACER’s Final Assessment of the EU Wholesale electricity market design (Eindbeoordeling van het ACER van de opzet van de groothandelsmarkt voor elektriciteit in de EU) ; ACER, april 2022.
(16)
Integratie van de EU-energiemarkt om groei en veerkracht te stimuleren ; IMF, januari 2025. Realising the benefits of European market integration ; Baker et al., 2018; Benefits of an integrated European energy market; Booz et al., 2013.
(17)
; Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, mei 2024 .
(18)
Power system flexibility in the Penta region ; Trinomics en Artelys, maart 2023.
(19)
Besparingen in 2025 ten opzichte van invoervolumes in 2019, met ramingen op basis van aannames over de spotmarktprijzen van fossiele brandstoffen in 2024. Uitgaande van (hogere) prijzen in 2022 zouden de jaarlijkse besparingen toenemen van 140 miljard EUR in 2025 (ongeveer 0,75 % van het bbp) tot 340 miljard EUR in 2030 (1,75 % van verwachte bbp) en tot 600 miljard EUR in 2040 (2,7 % van het verwachte bbp).
(20)
1,2 % van het geraamde bbp van de EU. De besparingen voor 2040 zijn berekend uitgaande van een ambitie van een vermindering van de broeikasgassen met 90 % in 2040.
(21)
Tussen 2020 en 2022 zijn de kosten van redispatching nagenoeg verdubbeld tot 4,2 miljard EUR, zijn die van compensatiehandel verdubbeld tot 0,8 miljard EUR en zijn andere kosten gedaald tot 0,2 miljard EUR. De kosten voor congestiebeheer worden beïnvloed door de efficiëntie van de systeemactiviteiten en de kosten van de elektriciteitslevering, die in 2022 bijzonder hoog waren als gevolg van de energiecrisis. Ontwikkeling van de elektriciteitsinfrastructuur ter ondersteuning van een concurrerend en duurzaam energiesysteem ; ACER, december 2024.
(22)
Dergelijke maatregelen, die worden toegepast op natuurlijke of wettelijke monopolies, vormen waarschijnlijk geen staatssteun en kunnen in overeenstemming zijn met beginselen inzake nettarieven die de kosten weerspiegelen. Zie de punten 188 en 211 van de mededeling van de Commissie over het begrip staatssteun, alsook de punten 373 tot en met 375 van de richtsnoeren staatssteun ten behoeve van klimaat, milieubescherming en energie. Voor de zaak van de Duitse waterstofhoofdketen was de Commissie van mening dat een dergelijke maatregel verenigbare staatssteun was (Besluit C(2024) 4366 final van de Commissie in zaak SA.113565).
(23)
Richtlijn 2003/96/EG van de Raad tot herstructurering van de communautaire regeling voor de belasting van energieproducten en elektriciteit .
(24)
Verslag over de stand van de energie-unie , EU-richtsnoeren over energiearmoede en Werkdocument van de diensten van de Commissie bij de aanbeveling over energiearmoede 2023; Europese Commissie, 2023. National fiscal policy responses to the energy crisis ; Bruegel, juni 2023.
(25)
Recommendations for future-proof electricity market design in light of the 2021-23 energy crisis ; Pollitt et al., 2024.
(26)
In de mededeling van de Commissie over de richtsnoeren voor het begrotingsbeleid voor 2024 (COM(2023) 141 final) wordt aanbevolen dat de lidstaten veel gerichtere maatregelen nemen dan in het verleden, dat zij zich onthouden van algemene steun en dat zij alleen beschermen wie er behoefte aan heeft, namelijk kwetsbare huishoudens en bedrijven.
(27)
In de energiebelastingrichtlijn (EBR) (Richtlijn 2003/96/EG) worden minimumaccijnzen vastgesteld die de lidstaten moeten toepassen op energieproducten, waaronder elektriciteit.
(28)
In de btw-richtlijn van de EU (Richtlijn 2006/112/EG) wordt een normaal btw-tarief van minimaal 15 % vastgesteld voor elektriciteit, aardgas en stadsverwarming, en wordt een btw-verlaging van minimaal 5 % toegestaan. In Richtlijn (EU) 2022/542 van de Raad wordt bevestigd dat een verlaagd btw-tarief van 5 % van toepassing is voor elektriciteit. Over de toepassing van de verlaagde tarieven wordt beslist door de lidstaten. De meeste bedrijven kunnen de op elektriciteit betaalde btw in mindering brengen, op voorwaarde dat die elektriciteit wordt gebruikt voor belastbare activiteiten.
(29)
Rechtstreeks vermeld op de factuur of opgenomen in de nettarieven.
(30)
Dit verwijst in het bijzonder naar heffingen in het kader van steunregelingen voor hernieuwbare energie. Soms worden ook andere heffingen op energie (bv. ontmanteling van nucleaire installaties) ingevoerd. Sommige lidstaten kunnen ervoor kiezen bepaalde kosten met betrekking tot het energiebeleid op de factuur te behouden, wanneer de overheidsbegroting zeer krap is en om het risico op aanzienlijke verschuiving van het nationale beleid tot een minimum te beperken. Kosten in verband met energiezekerheidsmaatregelen kunnen niet naar de begroting worden verplaatst, aangezien dit kan leiden tot het wegnemen van stimulansen inzake vraagsturing en tot het verhogen van de kosten van het gehele systeem.
(31)
Markttoezichtverslag 2024 inzake detailhandel voor energie en consumentenbescherming ; ACER-CEER, september 2024.
(32)
Ibid. Het overstappercentage van huishoudelijke consumenten van elektriciteit bedraagt 7,15 %.
(33)
Annual report on the results of monitoring the internal electricity and gas markets in 2021 ; ACER, oktober 2022.
(34)
Collective energy sharing: CBA and survey evidence of the willingness to invest ; Ovaere, 2023; voordelen van 50-50 % collectief zelfverbruik van zonne- en windenergie, en overtollige energie verkocht tussen 500-1 100 EUR/jaar (2020-2022).
(35)
Tegen 2024 waren contracten afgesloten voor een cumulatieve capaciteit van 48,4 GW in de EU (bron: RE-Source ).
(36)
Zoals kredietwaardigheid, complexiteit van het contract en beschikbaarheid van afdekkingsmogelijkheden. Commercial PPAs ; Baringa voor de EIB, 2022.
(37)
Phased European Union electricity market reform ; Bruegel, maart 2023.
(38)
Renewable power generation costs in 2023 ; Irena, september 2024.
(39)
Naast het stroomlijnen van vergunningverlening, dragen ook andere factoren bij aan het verlagen van de kosten van energieprojecten, zoals het waarborgen van de toegang tot concurrerende financieringsvoorwaarden, een veerkrachtige toeleveringsketen met voldoende binnenlandse productiecapaciteit en geschoolde arbeidskrachten, en technologische ontwikkelingen.
(40)
Guidance on EU permitting-related provisions on grid and renewable energy projects ; EU-DSB-entiteit, januari 2025.
(41)
Uckermark , project voor 115 km bovenleidingen van 380 kV (zie S&P ).
(42)
Richtlijn hernieuwbare energie ; TEN-E-verordening ; Richtlijn betreffende de markten voor hernieuwbaar gas, aardgas en waterstof .
(43)
15,2 GW in 2024 ( EE-Statistik Auswertung Januar 2025 ). Zie ook Reuters .
(44)
Zoals agrovoltaïsche systemen, in gebouwen geïntegreerde zonnepanelen, en zonne-energiesystemen op balkons.
(45)
Gecoördineerde actie inzake de richtlijn hernieuwbare energiebronnen ( https://www.ca-res.eu/ ).
(46)
Instrument met Q&A over de richtlijn hernieuwbare energie .
(47)
Verordening (EU) 2021/240 tot vaststelling van een instrument voor technische ondersteuning .
(48)
EU-actieplan voor netwerken (COM(2023) 757 final).
(49)
Redispatch and Congestion Management ; Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, mei 2024.
(50)
Electricity infrastructure development to support a competitive and sustainable energy system ; ACER, december 2024.
(51)
Celtic Interconnector van 930 miljoen EUR tot 1 482 miljoen EUR ( CRE ), Biscay Bay van 1 750 miljoen EUR tot 2 600 miljoen EUR ( CRE ). De kosten van Prinses Elisabeth zijn naar verluidt gestegen van 2,2 miljard EUR naar 7-8 miljard EUR (Brussels Times: 1 en 2 ).
(52)
In 2024 werd een SE-DE-interconnector geannuleerd (zie FT ) wegens een discrepantie met betrekking tot de verdeling van de consumentenmeerwaarde.
(53)
De weg naar het volgende meerjarig financieel kader (COM(2025) 46 final, blz. 5 en 8).
(54)
Register van documenten van de Commissie (COM(2025) 46 final).
(55)
Veel TSB’s in sterk vermaasde gebieden van het elektriciteitsnet van de EU hebben in 2023 gemiddeld tussen 20 % en 50 % van de fysieke capaciteit van bepaalde netwerkelementen beschikbaar gesteld. Zij zijn dus nog ver verwijderd van het behalen van 70 %. Cross-zonal capacities and the 70% margin available for cross-zonal electricity trade ; ACER, juli 2023.
(56)
System needs study ; ENTSB-E, mei 2023. 64 GW omvat perifere niet-EU-landen.
(57)
The role of electricity distribution systems in assessing flexibility needs ; Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, 2024.
(58)
Grids for Speed ; Eurelectric, mei 2024.
(59)
Bovendien kunnen technologieën zoals weersensoren helpen om de werking van het elektriciteitssysteem te verbeteren.
(60)
Demand response and other DER: what barriers are holding them back? ; ACER, februari 2024.
(61)
Markttoezichtverslag 2024 inzake detailhandel voor energie en consumentenbescherming ; ACER en CEER, september 2024.
(62)
Energie- en klimaattransitie: De wijze waarop het concurrentievermogen van de EU kan worden versterkt ; Business Europe, juli 2024.
(63)
Demand-side flexibility: Quantification of benefits in the EU ; DNV voor smartEn, september 2022.
(64)
Markttoezichtverslag 2024 inzake detailhandel voor energie en consumentenbescherming ; ACER-CEER, september 2024 (casestudy SE).
(65)
De meeste huishoudens die jaarlijks 50-145 EUR investeren in energiebeheersystemen voor woningen die gebruikmaken van flexibele energiesystemen (zoals warmtepompen met zonnepanelen, zonnepanelen met batterijopslag of elektrische voertuigen), zouden kosten besparen. Dodging the electricity price hike: Can demand-side flexibility compensate for spot price increases for households in Germany? ; Stute et al. (onderzoeksinstelling Fraunhofer), februari 2024.
(66)
Energy efficiency 2.0 — Engineering the future energy system ; Danfoss Impact, publicatie nr. 4, 2023.
(67)
Demand-side flexibility: Quantification of benefits in the EU ; DNV voor smartEn, september 2022.
(68)
Decarbonising for competitiveness: four ways to reduce European energy prices ; Bruegel, december 2024.
Er moet worden opgemerkt dat in de cijfers van de VS aanzienlijke binnenlandse aardgaswinning is opgenomen, waardoor de groothandelsprijzen voor gas gedeeltelijk lager liggen dan in de EU.
(69)
Met inbegrip van de parameters voor de toepassing van de zogenaamde vrijstelling voor nevenactiviteiten, de regels inzake handelsonderbrekers en positielimieten, de voorschriften die van toepassing zijn op handelsplatformen en marktdeelnemers, evenals bepaalde aspecten van de werking van de spotmarkt (bv. de toepassing van voorschriften die vergelijkbaar zijn met de financiële regels voor energie-uitwisselingen op de spotmarkt).
(70)
Ondanks de pijn op korte termijn heeft de liberalisering van de gasmarkten in de EU financiële winsten op lange termijn opgeleverd ; IEA, 2021.
(71)
European natural gas markets: taking stock and looking forward ; Chyong, maart 2019.
(72)
De EU-financiering voor maatregelen inzake energie-efficiëntie in huisvesting, bedrijven en openbare infrastructuur via het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) en het cohesiebeleid (de toewijzing in het kader van het huidige MFK) bedroeg 4,9 miljard EUR voor slimme energiesystemen, 8,9 miljard EUR voor hernieuwbare energie en 21,8 miljard EUR voor energie.
(73)
Een leverancier van energiediensten (ESCO) is een organisatie die energiediensten aanbiedt, waaronder de uitvoering van projecten inzake energie-efficiëntie of hernieuwbare energie, vaak als gebruiksklare oplossing.
(74)
Energy Performance Contracting in the EU — 2020-2021 ; JRC, 2021.
(75)
https://eprel.ec.europa.eu/screen/home ; https://webgate.ec.europa.eu/single-market-compliance-space/market-surveillance .
(76)
Ecodesign Impact Accounting Status Report 2024, https://circabc.europa.eu/ui/group/418195ae-4919-45fa-a959-3b695c9aab28/library/b29b3be3-8085-4e2f-8095-74ad98d9166c/details , tabel 2 en figuur 2.
(77)
Mededeling van de Commissie — Werkplan inzake ecologisch ontwerp en energie-etikettering 2022-2024 (2022/C 182/01).
(78)
Digitale infrastructuur is goed voor ongeveer 3,5 % van het elektriciteitsverbruik in de EU, waarbij gegevenscentra verantwoordelijk zijn voor ongeveer 70 % daarvan. Energy consumption in data centres and broadband communication networks in the EU ; JRC, 2024.
(79)
Why European data centres are set for major growth ; Morgan Stanley & Co., juli 2024.
(80)
Conclusies van de Europese Raad van 23 maart 2023 (EUCO 4/23).
(81)
Mededeling van de Commissie over de herziening van het SET-plan (COM(2023) 634 final).
(82)
Verordening voor een nettonulindustrie (Verordening (EU) 2024/1735).
(83)
https://ec.europa.eu/economy_finance/recovery-and-resilience-scoreboard/green.html .
(84)
Verordening inzake de governance van de energie-unie en van de klimaatactie (Verordening (EU) 2018/1999).
(85)
Bijvoorbeeld het verslag over de staat van de energie-unie 2024 (COM(2024) 404 final).
(86)
Energieprijzen en -kosten in Europa — Europese Commissie .
(87)
Redispatch and Congestion Management ; Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, mei 2024.
(88)
Vanaf 2024 is elektriciteit goed voor ongeveer 23 % van het finale energieverbruik van de Europese Unie. Het cijfer van 32-33 % tegen 2030 is gebaseerd op modellering van het energiesysteem aan de hand van Primes en POTEnCIA. Het finale energieverbruik waaruit dit cijfer werd afgeleid, is in overeenstemming met de Eurostat-definities (nrg_ind_fecf), d.w.z. met inbegrip van industrie, vervoer, huishoudens, diensten, landbouw en omgevingswarmte van warmtepompen, en met uitzondering van internationale luchtvaart en scheepsbunkers.
(89)
Mission Solar 2040: Europe’s Flexibility Revolution ; SolarPower Europe, juni 2024.
(90)
Potential of a full EV-power-system-integration in Europe ; T&E uitgevoerd door Fraunhofer ISE & ISI, oktober 2024.
(91)
Implications of digitalisation on future electricity market design ; Oxford Institute for Energy Studies, april 2023.
(92)
Strategic analysis and development plan design on digital transformation in the energy industry ; Liu & Lu, 2021.
(93)
Europees handvest inzake windenergie .
(94)
Europees handvest inzake zonne-energie .
(95)
De uitgaven van Europese overheden voor energie vertegenwoordigen slechts 1,1 % van onze bbp-uitgaven
( https://ec.europa.eu/eurostat/statistics-explained/index.php?title=Government_expenditure_on_economic_affairs ).
(96)
In de periode 2000-2021 vertegenwoordigde de bruto invoer van fossiele brandstoffen ongeveer 20 % van de totale invoer van goederen, wat neerkomt op 2,8 % van het bbp van de EU (op basis van de handelsgegevens van Eurostat voor GN-code 27). Effectbeoordelingsverslag bij de mededeling van de Commissie over de klimaatdoelstelling van Europa voor 2040 (SWD(2024) 63 final, deel 3/5).