Artikelen bij COM(2000)317 - 2000/474/EG: Besluit van de Raad van 17 juli 2000 betreffende de bijdrage van de Gemeenschap aan het "Internationaal fonds voor het vrijmaken van de vaargeul van de Donau"

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.



Artikel 1

1. De Gemeenschap draagt aan het door de Donau-commissie opgerichte Internationaal fonds voor het vrijmaken van de vaargeul van de Donau, overeenkomstig het reglement van dit fonds, een bedrag bij tot een maximum van 22 miljoen euro, ter dekking van maximaal 85% van de totale geschatte projectkosten, te betalen in het jaar 2000, voor de tenuitvoerlegging van het project 'Vrijmaken van de vaargeul van de Donau'.

2. Deze bijdrage aan het fonds, die gedaan zal worden door middel van een briefwisseling tussen de Europese Commissie en de Donau-commissie, wordt beheerd overeenkomstig het Financieel Reglement van 21 december 1977 van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen, met bijzondere aandacht voor de principes van gezond en efficiënt beheer.

Financieel Reglement van 21 december 1977 van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschap, zoals laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, EGKS, Euratom) van de Raad nr. 2548 van 23 november 1998.

3. Voor de bijdrage van de Gemeenschap geldt de voorwaarde dat de Donau-commissie bij het beheer van dit fonds en de tenuitvoerlegging van het in bovenstaand lid 1 bedoelde project volledig handelt in overeenstemming met de aanbestedingsregels van de Gemeenschap en met de sanctieregeling van de Gemeenschap zoals die van toepassing is op de Federale Republiek Joegoslavië.

4. Het aanbestedingsbeleid en de aanbestedingsregels voorzien in deelname aan uitnodigingen tot inschrijving en contracten, die op gelijke voorwaarden openstaan voor alle natuurlijke en rechtspersonen in de lidstaten van de EU, in de door de OBNOVA- en PHARE-verordeningen van de Gemeenschap begunstigde staten, en in Moldavië, Rusland en Oekraïne. Onverminderd lid 5 kan de wettige vertegenwoordiger van het fonds in uitzonderlijke omstandigheden, indien de vereiste goederen en diensten niet in deze landen op economisch gunstige voorwaarden kunnen worden verkregen, de deelname aan uitnodigingen tot inschrijving open stellen voor, en contracten sluiten met, onderdanen en bedrijven van derde landen.

5. De werkzaamheden van het fonds en de tenuitvoerlegging van het project dienen te voldoen aan de sanctieregeling van de Gemeenschap voor de Federale Republiek Joegoslavië, en met name aan het verbod op het beschikbaar stellen van middelen aan de Federale Republiek Joegoslavië en de Republiek Servië, zoals gedefinieerd in Verordening (EG) van de Raad Nr. 1294/1999, zoals laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) van de Raad Nr. 723/2000 , zoals van tijd tot tijd gewijzigd.

PB L 86, 7.4.2000, blz. 1

Artikel 2

1. De Commissie zal alle relevante informatie verstrekken aan de Rekenkamer en zal de Donau-commissie eventueel verzoeken om aanvullende informatie die de Rekenkamer wenst te ontvangen met betrekking tot de financiële werking van het internationale fonds.

2. Wat bijdragen van de Europese Gemeenschap betreft, voorzien alle financieringsovereenkomsten of contracten die gesloten worden krachtens het internationaal fonds in controles ter plaatse door de Europese Commissie, OLAF en de Europese Rekenkamer overeenkomstig de gebruikelijke procedures die door de Europese Commissie zijn vastgelegd krachtens de geldende regels, en met name die van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschap.

3. Daarnaast kan de Europese Commissie, voorzover het bijdragen aan het internationaal fonds door de Europese Gemeenschap betreft, controles en inspecties ter plaatse uitvoeren ter bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschap tegen fraude en onregelmatigheden overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 2185/96 van 11 november 1996 en Verordening (EG, Euratom) nr. 2988/95 van 18 december 1995.

Artikel 3

De Commissie dient jaarlijks een voortgangsverslag betreffende de tenuitvoerlegging van het internationale fonds in bij het Europees Parlement en de Raad.