Artikelen bij COM(1997)325 - Wijziging van Richtlijn 77/388/EEG betreffende het gemeenschappelijk stelsel van btw (Comité voor de belasting over de toegevoegde waarde)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.



Artikel 1

Richtlijn 77/388/EEG van de Raad (2) wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel 29 wordt vervangen door:

"Artikel 29

1. De maatregelen die nodig zijn voor de toepassing van het bepaalde in deze richtlijn, met uitzondering van bepalingen inzake de BTW-tarieven, worden door de Commissie genomen overeenkomstig de in de leden 2 tot en met 4 vastgelegde procedures. Daarnaast stelt de Commissie volgens dezelfde procedure de nodige bepalingen vast voor de aanpassing van artikel 15, lid 10.

2. De Commissie wordt bijgestaan door een comité voor de belasting over de toegevoegde waarde, hierna 'comité' te noemen. Het comité bestaat uit vertegenwoordigers van de lidstaten en wordt voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Commissie.

3. De vertegenwoordiger van de Commissie legt het comité een ontwerp voor van de te nemen maatregelen. Het comité brengt hierover advies uit binnen een termijn die de voorzitter kan vaststellen naar gelang van de urgentie van de materie. Het comité spreekt zich uit met de meerderheid van stemmen die in artikel 148, lid 2, van het Verdrag is voorgeschreven voor de aanneming van besluiten die de Raad op voorstel van de Commissie dient te nemen. Bij de stemming in het comité worden de stemmen van de vertegenwoordigers van de lidstaten gewogen overeenkomstig genoemd artikel. De voorzitter neemt niet aan de stemming deel.

4. a) De Commissie stelt de beoogde maatregelen vast wanneer zij in overeenstemming zijn met het advies van het comité.

b) Wanneer de beoogde maatregelen niet in overeenstemming zijn met het advies van het comité of indien geen advies is uitgebracht, legt de Commissie onverwijld een voorstel inzake de te nemen maatregelen aan de Raad voor. De Raad besluit met gekwalificeerde meerderheid van stemmen.

c) Indien de Raad, na het verstrijken van een termijn van drie maanden vanaf de datum van indiening van het voorstel bij de Raad, geen besluit heeft genomen, worden de voorgestelde maatregelen door de Commissie vastgesteld.

5. Naast de in lid 1 bedoelde maatregelen onderzoekt het comité de punten die volgens deze richtlijn aan raadpleging onderworpen zijn alsmede de aangelegenheden die aan het comité worden voorgelegd door zijn voorzitter, hetzij op diens initiatief hetzij op verzoek van een vertegenwoordiger van een lidstaat, en die betrekking hebben op de toepassing van de communautaire bepalingen inzake de belasting over de toegevoegde waarde.".

2. Artikel 15, lid 10, tweede alinea, wordt vervangen door:

"Het toepassingsgebied van deze vrijstelling kan worden aangepast op de voorwaarden die zijn vastgesteld overeenkomstig de procedure van artikel 29.

Deze vrijstelling is van toepassing met inachtneming van de door de ontvangende lidstaat vastgestelde beperkingen, totdat er een gemeenschappelijke communautaire belastingregeling is aangenomen. Voor de uitwisseling van de nodige informatie voor de toepassing van deze vrijstelling wordt gebruik gemaakt van een uniform document, waarvan vorm en inhoud worden vastgesteld overeenkomstig de procedure van artikel 29.".

Artikel 2

1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 1 januari 1998 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

Wanneer de lidstaten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar deze richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van die bepalingen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

2. De lidstaten delen de Commissie de tekst van de bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 3

Deze richtlijn treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Artikel 4

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.


(1) Besluit 87/373/EEG van de Raad van 13 juli 1987 tot vaststelling van de voorwaarden die gelden voor de uitoefening van aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden (PB L 197 van 18. 7. 1987, blz. 33).

(2) PB L 145 van 13. 6. 1977, blz. 1.