Artikelen bij COM(2012)332 - Wijzging in het gemeenschappelijk systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


Inhoudsopgave

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 1005/2008 wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

a) het volgende lid 1 bis wordt toegevoegd:

"1 bis) De Commissie mag het in bovenstaand lid 1 bedoelde formulier voor de voorafgaande kennisgeving vaststellen door middel van uitvoeringshandelingen volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure."

b) lid 3 wordt vervangen door:

"3. De Commissie wordt overeenkomstig artikel 54 bis gemachtigd om gedelegeerde handelingen vast te stellen waarbij bepaalde categorieën vissersvaartuigen van derde landen voor een beperkte, verlengbare periode ontheffing wordt verleend van de in lid 1 bepaalde verplichting, of waarbij een andere aanmeldingstermijn wordt vastgesteld met inaanmerkingneming van, onder meer, het soort visserijproduct, de afstand tussen de visgronden, de aanlandingsplaatsen en de havens waar de betrokken vaartuigen zijn geregistreerd of in een lijst zijn opgenomen.".

2. Artikel 8, lid 3, wordt vervangen door:

"3. De procedures en de formulieren voor de aangifte van aanlandingen en overladingen worden vastgesteld door middel van uitvoeringshandelingen. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.".

3. Artikel 9, lid 1, wordt vervangen door:

"1. De lidstaten inspecteren in hun aangewezen havens jaarlijks ten minste 5 % van de aanlandings- en overladingsactiviteiten die door vissersvaartuigen van derde landen worden verricht, zulks overeenkomstig de benchmarks die worden vastgesteld op basis van risicobeheer en onverminderd hogere percentages die door regionale visserijorganisaties zijn vastgesteld. De Commissie wordt overeenkomstig artikel 54 bis gemachtigd gedelegeerde handelingen ter bepaling van die benchmarks vast te stellen.".

4. Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

a) het volgende lid 4 bis wordt toegevoegd:

"4 bis De Commissie keurt door middel van uitvoeringshandelingen de vangstcertificaten goed die in het kader van de in artikel 20, lid 4, bedoelde samenwerking zijn vastgesteld Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.";

b) lid 5 wordt vervangen door:

"5. De in bijlage I opgenomen lijst van producten die worden uitgesloten van het toepassingsgebied van het vangstcertificaat kan elk jaar worden herzien. De Commissie wordt overeenkomstig artikel 54 bis gemachtigd om gedelegeerde handelingen vast te stellen waarbij de lijst wordt gewijzigd op basis van:

a) de inspecties van vissersvaartuigen van derde landen in havens van de lidstaten;

b) de uitvoering van een vangstcertificeringsregeling voor de invoer en uitvoer van visserijproducten;

c) de tenuitvoerlegging van het alarmeringssysteem van de EU;

d) de identificatie van vissersvaartuigen die IOO-visserij hebben bedreven;

e) de identificatie van onderdanen die IOO-visserij of ondersteunen bedrijven;

f) de tenuitvoerlegging van binnen sommige regionale visserijorganisaties vastgestelde bepalingen betreffende observaties van vissersvaartuigen;

g) de verslagen van de lidstaten."

c) het volgende punt 6 wordt toegevoegd:

"6. De Commissie wordt overeenkomstig artikel 54 bis gemachtigd om gedelegeerde handelingen vast te stellen waarbij de vangstcertificeringsregeling wordt aangepast aan door kleine vissersvaartuigen verkregen visserijproducten, zo nodig met inbegrip van een model voor een vereenvoudigd vangstcertificaat."

5. Artikel 13, lid 1, wordt vervangen door:

"1. De vangstdocumenten en welke daarmee samenhangende documenten dan ook die zijn gevalideerd overeenkomstig door een regionale visserijorganisatie vastgestelde vangstdocumentatieregelingen ten aanzien waarvan door de Commissie is erkend dat zij voldoen aan de in deze verordening gestelde eisen, worden aanvaard als vangstcertificaten voor de visserijproducten die afkomstig zijn van de soorten waarvoor die vangstdocumentatieregelingen gelden, en zijn onderworpen aan de controle- en verificatievoorschriften waaraan de lidstaat van invoer overeenkomstig de artikelen 16 en 17 moet voldoen, en aan de bij artikel 18 vastgestelde bepalingen inzake de weigering van invoer. De lijst van die vangstdocumentatieregelingen wordt vastgesteld door middel van uitvoeringshandelingen. Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.".

6. Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:

a) lid 1 wordt vervangen door:

"1. Het gevalideerde vangstcertificaat wordt door de importeur aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waarin het product moet worden ingevoerd, overgelegd binnen een termijn die aanvankelijk wordt vastgesteld op ten minste drie werkdagen vóór de geschatte tijd van aankomst op de plaats van binnenkomst op het grondgebied van de Unie. Een dergelijke termijn van drie werkdagen kan door middel van overeenkomstig artikel 54 bis vastgestelde gedelegeerde handelingen worden aangepast naargelang van het soort visserijproduct, de afstand tot de plaats van binnenkomst op het grondgebied van de Unie of het gebruikte vervoermiddel. De bevoegde autoriteiten controleren het vangstcertificaat op basis van risicobeheer in het licht van de informatie die is vervat in de kennisgeving welke overeenkomstig de artikelen 20 en 22 van de vlaggenstaat is ontvangen."

b) lid 3 wordt vervangen door:

"3. De criteria voor de toekenning van de status van 'erkend marktdeelnemer' aan een importeur door de bevoegde autoriteiten van een lidstaat omvatten onder meer de volgende elementen:

a) de importeur moet gevestigd zijn op het grondgebied van die lidstaat;

b) hij moet een toereikend aantal invoeroperaties met een toereikend volume verrichten om te rechtvaardigen dat de in lid 2 bedoelde procedure wordt toegepast;

c) hij moet een passende staat van dienst hebben op het gebied van de naleving van de vereisten van instandhoudings- en beheersmaatregelen;

d) hij moet een toereikend systeem hebben voor het beheer van commerciële, en, in voorkomend geval, vervoers- en be- en verwerkingsregisters, waardoor passende controles en verificaties voor de doelstellingen van deze verordening mogelijk zijn;

e) er moeten voorzieningen zijn wat betreft de verrichting van die controles en verificaties;

f) in voorkomend geval, praktische vakbekwaamheid of beroepskwalificaties die rechtstreeks samenhangen met de verrichte activiteiten; en

g) in voorkomend geval, aangetoonde financiële solvabiliteit.

De lidstaten delen de Commissie zo spoedig mogelijk na de toekenning van de status van 'erkend marktdeelnemer' de namen en adressen mee van de erkende marktdeelnemers. De Commissie stelt deze informatie langs elektronische weg ter beschikking van de lidstaten."

c) de volgende leden 4 en 5 worden toegevoegd:

"4. Op basis van de in lid 3 vastgestelde criteria wordt de Commissie overeenkomstig artikel 54 bis gemachtigd om gedelegeerde handelingen met de volgende bepalingen vast te stellen:

a) regels betreffende de schorsing en intrekking van de status van erkende marktdeelnemer;

b) regels betreffende de voorwaarden voor de geldigheid van het certificaat van 'erkend marktdeelnemer';

c) regels betreffende de verlening, de wijziging of de intrekking van het certificaat van 'erkend marktdeelnemer'.

5. De Commissie stelt volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure uitvoeringshandelingen vast betreffende:

a) procedures en formulieren inzake de aanvraag en de afgifte van het certificaat van 'erkend marktdeelnemer';

b) regels over de uitvoering van de verificaties van erkende marktdeelnemers;

c) regels over de uitwisseling van informatie tussen de erkende marktdeelnemers en de autoriteiten van de lidstaten, tussen de lidstaten en tussen de lidstaten en de Commissie.".

7. Artikel 17, lid 3, wordt vervangen door:

"3. De verificaties worden toegespitst op de risico’s die zijn geïdentificeerd op basis van de criteria die in het kader van het risicobeheer op nationaal of EU-niveau zijn ontwikkeld. De lidstaten stellen de Commissie binnen 30 werkdagen na 29 oktober 2008 van hun nationale criteria in kennis en werken deze informatie bij. De Commissie wordt overeenkomstig artikel 54 bis gemachtigd om gedelegeerde handelingen vast te stellen met betrekking tot de criteria van de Unie op grond waarvan tijdige risicoanalyses en een globale beoordeling van relevante controle-informatie mogelijk worden gemaakt.".

8. Artikel 27, lid 1, wordt vervangen door:

"1. De Commissie stelt een EU-lijst van IOO-vaartuigen op door middel van uitvoeringshandelingen die volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure zijn vastgesteld. Deze lijst bevat de vissersvaartuigen waarvoor, na de overeenkomstig de artikelen 25 en 26 genomen maatregelen en op basis van de in diezelfde bepalingen vervatte criteria, aan de hand van de overeenkomstig deze verordening verkregen informatie vast is komen te staan dat zij IOO-visserij als bedoeld in artikel 3 bedrijven, en waarvan de vlaggenstaten geen gevolg hebben gegeven aan de officiële verzoeken als bedoeld in artikel 26, lid 2, onder b) en c), en artikel 26, lid 3, onder b) en c), in antwoord op die IOO-visserij.".

9. Artikel 28, lid 1, wordt vervangen door:

"1. De Commissie schrapt een vissersvaartuig van de EU-lijst van IOO-vaartuigen door middel van uitvoeringshandelingen die worden vastgesteld volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure, indien de vlaggenstaat van het vissersvaartuig aantoont dat:

a) het vaartuig geen enkele van de IOO-visserijactiviteiten waarvoor het op de lijst is geplaatst, heeft verricht, of

b) doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties zijn opgelegd als reactie op de betrokken IOO-visserijactiviteiten, met name wat betreft vissersvaartuigen die de vlag van een lidstaat voeren overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1224/2009.".

10. Artikel 30, lid 1, wordt vervangen door:

"1. Behalve de in artikel 27 bedoelde vissersvaartuigen worden ook de vissersvaartuigen die in de door regionale visserijorganisaties vastgestelde lijsten van IOO-vaartuigen zijn opgenomen, door middel van uitvoeringshandelingen in de EU-lijst van IOO-vaartuigen opgenomen. Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure. Die vaartuigen worden van de EU-lijst van IOO-vaartuigen geschrapt overeenkomstig de besluiten die de betrokken regionale visserijorganisatie over hen neemt.".

11. Artikel 31, lid 1, wordt vervangen door:

"1. De Commissie identificeert door middel van uitvoeringshandelingen op basis van de in dit artikel genoemde criteria de derde landen die naar haar mening niet meewerken aan de bestrijding van IOO-visserij. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.".

12. Artikel 33, lid 1, wordt vervangen door:

"1. De Commissie neemt overeenkomstig artikel 31, lid 1, geïdentificeerde landen door middel van uitvoeringshandelingen op in een lijst van niet-meewerkende derde landen. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.".

13. Artikel 34, lid 1, wordt vervangen door:

"1. De Commissie schrapt door middel van uitvoeringshandelingen derde landen van de lijst van niet-meewerkende derde landen indien de betrokken derde landen aantonen dat de situatie die de opneming ervan in de lijst rechtvaardigde, is verholpen. Bij het nemen van een besluit tot schrapping wordt ook in aanmerking genomen of de betrokken geïdentificeerde derde landen concrete maatregelen hebben genomen die een blijvende verbetering van de situatie kunnen bewerkstelligen. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.".

14. Artikel 36 wordt vervangen door:

"Artikel 36 - Tijdelijke maatregelen

1. Indien er bewijs is dat de door een derde land vastgestelde maatregelen afbreuk doen aan de door een regionale visserijorganisatie aangenomen instandhoudings- en beheersmaatregelen, kan de Commissie door middel van uitvoeringshandelingen en in overeenstemming met haar internationale verplichtingen tijdelijke maatregelen vaststellen met een geldigheidsduur van ten hoogste zes maanden om de effecten van dergelijke door derde landen genomen maatregelen te verzachten. De Commissie kan een nieuw besluit nemen om die tijdelijke maatregelen met ten hoogste zes maanden te verlengen.

2. De in lid 1 bedoelde tijdelijke maatregelen kunnen het volgende behelzen:

a) vissersvaartuigen die zijn gemachtigd om te vissen en die de vlag van het betrokken derde land voeren, wordt geen toegang tot de havens van de lidstaten verleend, behalve in geval van overmacht of in noodsituaties als bedoeld in artikel 4, lid 2, voor het verlenen van diensten die strikt noodzakelijk zijn om die situaties te verhelpen;

b) vissersvaartuigen die de vlag van een lidstaat voeren, wordt niet toegestaan deel te nemen aan gezamenlijke visserijactiviteiten met vaartuigen die de vlag van het betrokken land voeren;

c) vissersvaartuigen die de vlag van een lidstaat voeren, wordt niet toegestaan te vissen in maritieme wateren onder de jurisdictie van het betrokken derde land, onverminderd de bepalingen van bilaterale visserijovereenkomsten;

d) de levering van levende vis ten behoeve van de visteelt in maritieme wateren onder de jurisdictie van de betrokken staat wordt niet toegestaan;

e) levende vis die is gevangen door vissersvaartuigen die de vlag van het betrokken derde land voeren, wordt niet aanvaard voor de visteelt in maritieme wateren onder de jurisdictie van een lidstaat.

3. De tijdelijke maatregelen zijn onmiddellijk van kracht. Zij worden ter kennis van de lidstaten en van het betrokken derde land gebracht en bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.".

15. Artikel 49, lid 1, wordt vervangen door:

"1. De lidstaten die genoegzaam gedocumenteerde informatie over waargenomen vissersvaartuigen verkrijgen, zenden die informatie onverwijld door aan de Commissie of aan de door haar aangewezen instantie in het formaat dat door middel van uitvoeringshandelingen is vastgesteld. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.".

16. Artikel 51, lid 3, wordt vervangen door:

"3. De Commissie wordt gemachtigd door middel van uitvoeringshandelingen regels inzake wederzijdse bijstand vast te stellen betreffende:

a) de administratieve samenwerking tussen de lidstaten, derde landen, de Commissie en de door haar aangewezen instantie, met inbegrip van de bescherming van persoonsgegevens en het gebruik van informatie en de bescherming van het beroepsgeheim en het handelsgeheim;

b) de kosten voor de uitvoering van bijstandsverzoeken;

c) aanwijzing van één enkele autoriteit per lidstaat;

d) mededeling van de door de nationale autoriteiten naar aanleiding van de uitwisseling van informatie genomen follow-upmaatregelen;

e) verzoeken om bijstand, met inbegrip van verzoeken om informatie, verzoeken om maatregelen en verzoeken om administratieve kennisgevingen en het vaststellen van antwoordtermijnen;

f) informatieverstrekking zonder voorafgaand verzoek, en

g) de relaties van de lidstaten met de Commissie en met derde landen.

Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 54, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.".

17. Artikel 52 wordt geschrapt.

18. Artikel 54 wordt vervangen door:

"Artikel 54 - Comitéprocedure

1. De Commissie wordt bijgestaan door het bij artikel 30 van Verordening (EG) nr. 2371/2002 ingestelde Comité voor de visserij en de aquacultuur. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.

2. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.".

19. Het volgende artikel 54 bis wordt ingevoegd:

"Artikel 54 - bis Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie

1. De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden.

2. De in artikel 6, lid 3, artikel 9, lid 1, artikel 12, leden 5 en 6, artikel 16, leden 1 en 4, en artikel 17, lid 3, bedoelde bevoegdheidsdelegatie wordt voor onbepaalde tijd aan de Commissie toegekend.

3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 6, lid 3, artikel 9, lid 1, artikel 12, leden 5 en 6, artikel 16, leden 1 en 4, en artikel 17, lid 3, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.

4. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, doet zij daarvan gelijktijdig kennisgeving aan het Europees Parlement en de Raad.

5. Een overeenkomstig artikel 6, lid 3, artikel 9, lid 1, artikel 12, leden 5 en 6, artikel 16, leden 1 en 4, en artikel 17, lid 3, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van 2 maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met 2 maanden verlengd."

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.