Artikelen bij COM(2016)670 - Eerste voortgangsverslag over de totstandbrenging van een echte en doeltreffende Veiligheidsunie - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2016)670 - Eerste voortgangsverslag over de totstandbrenging van een echte en doeltreffende Veiligheidsunie. |
---|---|
document | COM(2016)670 ![]() ![]() |
datum | 12 oktober 2016 |
Brussel, 12.10.2016
COM(2016) 670 final
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE EUROPESE RAAD EN DE RAAD
Eerste voortgangsverslag over de totstandbrenging van een echte en doeltreffende Veiligheidsunie
I. INLEIDING
Veiligheid is een terugkerend thema geweest sinds het begin van het mandaat van deze Commissie, van de beleidslijnen van voorzitter Juncker van juli 2014 tot de laatste State of the Union-toespraak van september 2016. Dat was ook het geval in de verklaring en het stappenplan van Bratislava van september 2016 waarin de nadruk werd gelegd op de belangrijke taak van de Europese Unie om de veiligheid van haar bevolking te waarborgen en waarin de Unie werd opgeroepen om alles in het werk stellen om de lidstaten te steunen bij het waarborgen van de interne veiligheid en de bestrijding van terrorisme 1 . In de afgelopen maanden is gestaag vooruitgang geboekt met de uitvoering van de Europese veiligheidsagenda van april 2015 2 en het effenen van het pad voor een echte en doeltreffende Veiligheidsunie, zoals voorgesteld door de Commissie in haar mededeling van april 2016 3 . In dit verband heeft voorzitter Juncker de specifieke portefeuille ingesteld voor een commissaris voor de Veiligheidsunie, die zal worden bijgestaan door een transversale taskforce die voortbouwt op alle deskundigheid die in de Commissie aanwezig is, om de werkzaamheden te doen vorderen en de uitvoering te waarborgen.
Dit verslag is het eerste van een reeks van maandelijkse verslagen over de vorderingen in de totstandbrenging van een operationele en doeltreffende Veiligheidsunie. In de maandelijkse verslagen zal de uitvoering van de verschillende werkstromen van de Commissie 4 op het gebied van veiligheid worden gevolgd en zal worden vastgesteld waar meer inspanningen nodig zijn. Die verslagen zullen op twee grote pijlers gebaseerd zijn: bestrijding van terrorisme en georganiseerde criminaliteit en de middelen ter ondersteuning daarvan enerzijds, en de versterking van onze verdediging en veerkracht daartegen anderzijds. De verslagen zullen het gehele scala van beleidsmaatregelen op het vlak van veiligheid omvatten en zullen de nadruk leggen op maatregelen die de EU-instellingen en de EU-agentschappen op dit gebied nemen. Tegelijkertijd zal de Commissie een uitgebreide evaluatie verrichten van de doeltreffendheid van de bestaande EU-instrumenten voor terrorismebestrijding.
In de wereld van vandaag is, zoals de Commissie reeds eerder heeft opgemerkt, de binnenlandse veiligheid van één lidstaat de binnenlandse veiligheid van alle lidstaten. Alleen door samen te werken, kunnen wij erin slagen om het niveau van de collectieve veiligheid te bereiken dat onze burgers vragen en verwachten. Volledige eerbiediging van de grondrechten moet centraal staan bij deze werkzaamheden, aangezien de veiligheid van de Unie alleen kan worden gewaarborgd wanneer burgers erop kunnen vertrouwen dat hun grondrechten ten volle worden geëerbiedigd.
Dit verslag bevat een samenvatting van hetgeen sedert de mededeling van april 2016 werd bereikt. De te bereiken resultaten zullen centraal staan in de toekomstige verslagen en daarin zal de veiligheidsdimensie van het volledige scala van EU-beleidsmaatregelen aan bod komen, met nadruk op hun bijdrage aan de totstandbrenging van een echte en doeltreffende Veiligheidsunie.
II. VERSTERKING VAN ONZE STRIJD TEGEN TERRORISME EN GEORGANISEERDE CRIMINALITEIT, EN MIDDELEN TER ONDERSTEUNING DAARVAN
a) Rechtskader voor de bestrijding van terrorisme en afsnijden van de toegang tot financiering en vuurwapens
De versterking van de strijd tegen het terrorisme vraagt om doeltreffende maatregelen om een eind te maken aan de steun die terroristen genieten en om hun de middelen te ontnemen om aanslagen te plegen.
Het voorstel van de Commissie voor een richtlijn inzake terrorismebestrijding 5 is bedoeld om snel uitvoering te geven aan internationale normen en verplichtingen en er tegelijkertijd voor te zorgen dat het herziene strafrechtelijke kader op EU-niveau adequaat inspeelt op nieuwe uitdagingen, waaronder die welke uitgaan van terugkerende buitenlandse terroristische strijders. Het verstrekken van huisvesting, vervoer of materiële steun aan terroristen of het publiekelijk uitlokken van het plegen van een terroristisch misdrijf zijn ook terrorismegerelateerde misdrijven, die streng moeten worden bestraft. Sinds september 2016 hebben er drie trialoogvergaderingen plaatsgevonden over dit voorstel en daarin werden gemeenschappelijke uitgangspunten voor een aantal belangrijke kwesties vastgesteld. De Commissie is verheugd over de gemeenschappelijke doelstelling van de medewetgevers om voor het einde van het jaar overeenstemming te bereiken over de voorgestelde richtlijn.
Wat betreft de financiering van terrorisme, heeft de Commissie, zoals aangekondigd in haar actieplan inzake terrorismefinanciering van februari 2016 6 op 5 juli 2016 een voorstel gedaan voor gerichte wijzigingen van de vierde antiwitwasrichtlijn. De voorgestelde wijzigingen hebben tot doel het hoofd te bieden aan nieuwe wijzen van terrorismefinanciering (bv. virtuele valuta’s, vooraf betaalde kaarten) en te zorgen voor meer transparantie ten behoeve van de bestrijding van het witwassen van geld. Het Europees Parlement en de Raad zijn met de werkzaamheden begonnen om hun standpunt over het voorstel te bepalen, en deze werkzaamheden zouden snel moeten vorderen zodat tegen begin 2017 trialoogvergaderingen kunnen worden gehouden. Op 14 juli 2016 heeft de Commissie haar goedkeuring gehecht aan een lijst van derde landen waarvan de systemen voor de bestrijding van het witwassen van geld en van financiering van terrorisme, strategische tekortkomingen vertonen 7 . Banken zullen nu extra controles ("enhanced due diligence measures") moeten verrichten op financiële stromen vanuit deze 11 landen.
De Commissie heeft vaart gezet achter de tenuitvoerlegging van haar actieplan van december 2015 over de versterking van de operationele samenwerking op EU-niveau ter bestrijding van de illegale handel in en het gebruik van vuurwapens en explosieven 8 . De meeste maatregelen van het actieplan zijn inmiddels uitgevoerd, terwijl andere nog zullen worden uitgevoerd. Thans wordt gewerkt aan het versnellen en intensiveren van de uitwisseling van informatie over vuurwapens op Europees en internationaal niveau. Bovendien zijn dialogen met landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika, en de Westelijke Balkan van start gegaan met het oog op de verbetering van de informatie-uitwisseling en de operationele samenwerking in de strijd tegen de illegale handel in vuurwapens langs deze twee belangrijke routes.
Op 18 november 2015, in de nasleep van de aanslagen van Parijs, heeft de Commissie een uitvoeringsverordening aangenomen tot vaststelling van gemeenschappelijke minimumnormen voor het onbruikbaar maken van vuurwapens 9 . De uitvoeringsverordening is op 8 april 2016 in werking getreden en bepaalt dat onbruikbaar gemaakte vuurwapens voorgoed onbruikbaar moeten zijn. Het comité dat verantwoordelijk is voor de uitvoering inzake het onbruikbaar maken van vuurwapens is in september 2016 bijeengekomen om na te gaan of er behoefte is aan verdere herzieningen van de normen op het gebied van onbruikbaarmaking. De Commissie heeft eveneens een voorstel ingediend tot herziening van de vuurwapenrichtlijn (Richtlijn 477/91) om de toegang tot de gevaarlijkste categorieën vuurwapens te beperken voor civiel bezit 10 . De Raad is op 10 juni 2016 tot een algemene oriëntatie gekomen over het voorstel van de Commissie en de Commissie interne markt en consumentenbescherming van het Europees Parlement heeft op 19 juli 2016 over het voorstel gestemd. De besprekingen tussen de medewetgevers op politiek niveau zijn op 27 september 2016 begonnen, en worden nu voortgezet in een reeks technische besprekingen. Het is belangrijk overeenstemming te bereiken voor het einde van het jaar. De Commissie zal er bij de medewetgevers blijven op aandringen het ambitieniveau te handhaven, met name de doelstelling om de gevaarlijkste semiautomatische vuurwapens te verbieden.
Terroristen hebben zelfgemaakte explosieven gebruikt om aanslagen te plegen in Europa. De Commissie is actief bezig met het beperken van de toegang tot precursoren die kunnen worden gebruikt voor het vervaardigen van zelfgemaakte explosieven en met het versterken van de detectiemogelijkheden van rechtshandhavingsinstanties en ander personeel dat een openbare ruimten, openbaar vervoer en kritische infrastructuur beveiligt. Het gaat onder meer over de financiering van een onderzoeksproject 11 om de explosieve eigenschappen van in hardware winkels vrij te verkrijgen producten te neutraliseren. Het project heeft geleid tot het indienen van octrooien ten behoeve van de industrie. De Commissie en de lidstaten moeten met spoed nagaan hoe dit onderzoek kan worden uitgerold om terroristen de toegang te ontzeggen tot deze potentiële bron van ingrediënten om bommen te maken.
Tegelijkertijd moeten de beleidsmaatregelen ook gericht zijn op de voortdurend evoluerende aard van de dreiging. In samenwerking met de lidstaten heeft de Commissie onlangs aangegeven welke aanvullende zorgwekkende precursoren aan verscherpte controles moeten worden onderworpen. In november zal de Commissie drie afzonderlijke gedelegeerde handelingen vaststellen om deze precursoren toe te voegen aan bijlage II bij de verordening over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven 12 . Na deze toevoegingen zal het verplicht zijn verdachte transacties, verdwijningen en diefstallen in verband met deze stoffen te melden aan rechtshandhavingsinstanties.
De Commissie neemt tegelijkertijd maatregelen om ervoor te zorgen dat alle lidstaten deze verordening volledig ten uitvoer leggen. Op 29 september 2016 heeft de Commissie een inbreukprocedure ingeleid tegen Cyprus, Frankrijk, Luxemburg en Spanje omdat deze lidstaten nog niet alle bepalingen volledig ten uitvoer hadden gelegd. De Commissie zal begin 2017 verslag uitbrengen over de tenuitvoerlegging van de Europese regels en over de vraag of deze verder moeten worden versterkt.
b) Radicalisering voorkomen en bestrijden
Radicalisering voorkomen, zowel op lokaal niveau als via het internet, vormt een centrale pijler van de inspanningen van de EU op het gebied van terrorismebestrijding. In juni 2016 heeft de Commissie een omvattende mededeling gepresenteerd over de wijze waarop de werkzaamheden op EU-niveau de lidstaten kunnen ondersteunen bij de voorkoming van radicalisering die tot gewelddadig extremisme leidt 13 . De EU-instellingen zouden de voorgestelde maatregelen snel ten uitvoer moeten leggen. Sinds de goedkeuring van de gedragscode in mei 2016 heeft de Commissie toezicht gehouden op de nakoming van de toezeggingen van IT-ondernemingen, met name de toezegging om illegale haatzaaiende uitingen in minder dan 24 uur te verwijderen. De Commissie zal op de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken van 8 december 2016 verslag uitbrengen over de voortgang. Naar aanleiding van de in oktober 2015 gehouden conferentie op hoog niveau over de strafrechtelijke aanpak van radicalisering en de conclusies van de Raad van 20 november 2015 dienen de lidstaten momenteel voorstellen in als reactie op een oproep tot het indienen van projecten ter bestrijding van radicalisering in gevangenissen. Tegelijkertijd zouden de lidstaten en hun lokale overheden ten volle gebruik moeten maken van de verschillende steunmaatregelen en samenwerkingsinstrumenten ter voorkoming en bestrijding van radicalisering, met name via de steun die het netwerk voor voorlichting over radicalisering (Radicalisation Awareness Network, 'RAN') biedt. In september 2016 heeft dat netwerk de 'Exit Hate'-campagne opgestart om op basis van persoonlijke getuigenissen tegengeluid te laten horen tegen extremistische propaganda. Dankzij de recente versterking kan het netwerk nu ook derde landen bereiken. Het netwerk heeft bezoeken aan Turkije en Jordanië georganiseerd voor lokale jeugdwerkers en academici om een lijst op te stellen met concrete maatregelen die met lokale gemeenschappen ten uitvoer zullen worden gelegd. Op 9 november 2016 organiseert de Commissie de RAN-conferentie op hoog niveau over radicalisering, waarop nationale en lokale beleidsmakers, en eerstelijnswerkers zullen worden samengebracht om te bespreken hoe radicalisering op een doeltreffende wijze kan worden aangepakt. De Commissie werkt ook aan de tweede bijeenkomst op hoog niveau van het EU-internetforum, die is gepland op 8 december 2016, om de lidstaten, het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld in staat te stellen de balans op te maken van de gemaakte vorderingen en richting te geven aan verdere werkzaamheden inzake het voorkomen van radicalisering via het internet en het bestrijden van terroristische propaganda op het internet. Het stappenplan van Bratislava onderlijnt het belang van EU-steun voor de maatregelen van de lidstaten om radicalisering te voorkomen.
c) Verbetering van de operationele grensoverschrijdende samenwerking met de steun van EU-agentschappen
Met een beroep op de versterkte ondersteuning door EU-agentschappen zouden de lidstaten ten volle gebruik moeten maken van de bestaande mechanismen op EU-niveau om te zorgen voor operationele samenwerking over de grenzen heen. Eurojust speelt een cruciale rol; na de recente terroristische aanslagen in Frankrijk en België heeft Eurojust Franse en Belgische openbare aanklagers gesteund door advies te verstrekken en complexe onderzoeken te coördineren.
De huidige beleidscyclus 2013-2017, die als doel heeft de belangrijkste criminele dreigingen op een coherente manier aan te pakken via samenwerking tussen de betrokken diensten van de lidstaten, EU-instellingen en -agentschappen, en relevante derde landen en organisaties, loopt ten einde. Hij zou moeten worden hernieuwd en versterkt, gelet op de positieve gevolgen ervan voor de toegenomen grensoverschrijdende samenwerking tussen rechtshandhavingsinstanties. Rechtshandhavingsinstanties van lidstaten en partnerlanden hebben bijvoorbeeld verdachten aangehouden die in het bezit waren van vliegtickets die met gestolen of valse creditcardgegevens waren gekocht. Van veel van deze verdachten werd ook vastgesteld dat zij betrokken waren bij andere vormen van criminaliteit, zoals mensenhandel, drugshandel, cybercriminaliteit en terrorisme. Ernstige en georganiseerde grensoverschrijdende criminaliteit is steeds op zoek naar nieuwe mogelijkheden, gaande van uitbuiting van potentiële migranten via mensenhandel tot illegale handel in wilde dieren en andere milieucriminaliteit. Ook onze reactie moet mee evolueren.
Om doeltreffend te blijven in de bestrijding van terrorisme en georganiseerde criminaliteit, moet de EU bereid zijn om zich aan te passen aan de nieuwe trends in de criminaliteit en het toegenomen gebruik van cybermiddelen om misdrijven te plegen. Het Europees Centrum voor de bestrijding van cybercriminaliteit bij Europol ondersteunt reeds sector- en grensoverschrijdende samenwerking tegen cybercriminaliteit. In juli 2016 heeft het Europees Centrum voor de bestrijding van cybercriminaliteit samen met de Nederlandse politie, Intel Security en Kaspersky Lab de 'NoMoreRansom'-campagne opgestart. Dit publiek-privaat partnerschap beoogt ransomware te bestrijden, een vorm van malware die computers infecteert door het versleutelen van bestanden, die pas worden ontsleuteld nadat losgeld is betaald. Tot dusver hebben zij 2 400 gebruikers geholpen om hun bestanden te ontsleutelen zonder betaling van losgeld. Gezien het toegenomen belang van elektronisch bewijsmateriaal voor strafrechtelijke onderzoeken verbetert de Commissie momenteel de doeltreffendheid van de huidige mechanismen om grensoverschrijdende toegang te verkrijgen tot elektronisch bewijsmateriaal, zoals wederzijdse rechtshulp. In overeenstemming met de conclusies van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken van juni 2016 is de Commissie een deskundigenraadpleging gestart over een gemeenschappelijke EU-aanpak voor het gebruik van onderzoeksmaatregelen op het internet. Tussen juli en oktober 2016 hebben drie vergaderingen van de deskundigengroep plaatsgevonden met mensen uit de praktijk van de rechtshandhaving, de academische wereld en de aanbieders van internetdiensten. Een vierde workshop zal plaatsvinden in november 2016 om de haalbaarheid te onderzoeken van een platform voor de toezending van verzoeken inzake e-bewijs. De werkzaamheden van deze deskundigenvergaderingen zullen worden meegenomen in een tussentijds verslag dat in december 2016 zal worden uitgebracht aan de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken.
III. VERSTERKING VAN ONZE VERDEDIGING EN VEERKRACHT
a) Betere informatie-uitwisseling
Het delen van informatie is essentieel om onze verdediging tegen terrorisme te versterken. De eerste uitdaging is om optimaal gebruik te maken van bestaande instrumenten en systemen. Deze moeten volledig ten uitvoer worden gelegd en worden toegepast.
Het kader van Prüm voor de uitwisseling van DNA, vingerafdrukken en gegevens uit de nationale kentekenregisters is hiervan een voorbeeld. Het is succesvol geweest bij het opsporen van criminelen die over de grenzen heen actief zijn. Niet alle lidstaten hebben het kader echter reeds ten uitvoer gelegd, ten koste van de voordelen die het kan bieden voor de bevordering van de veiligheid. Om deze lacune op te vullen, heeft de Commissie inbreukprocedures ingeleid tegen Kroatië, Griekenland, Ierland, Italië en Portugal wegens niet-naleving van de Prüm-besluiten 14 . Dit zijn de eerste inbreukprocedures inzake een 'voormalig derdepijlerinstrument' op het gebied van politiële samenwerking en justitiële samenwerking in strafzaken. Tegelijk blijft de Commissie de lidstaten steunen om het kader van Prüm volledig ten uitvoer te leggen, en zal zij in januari 2017 een conferentie organiseren om beste praktijken te delen.
Het uitvoeren van wat is overeengekomen is ook een belangrijke uitdaging voor de EU-richtlijn over persoonsgegevens van passagiers ("PNR") 15 . Na de samenwerking tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie om de richtlijn vast te stellen, dreigt de vooruitgang nu te worden ondermijnd doordat in de meeste lidstaten verwerkingscapaciteit voor de verzamelde gegevens ontbreekt. De lidstaten moeten nu met spoed hun passagiersinformatie-eenheden (Passenger Information Units, 'PIUs') opzetten. Tot dusver heeft slechts één lidstaat (het Verenigd Koninkrijk) een volledig functionerende PIU opgezet, zouden twee lidstaten (Frankrijk en Hongarije) dit uiterlijk eind 2016 doen, en hebben nog andere lidstaten lopende projecten. Uit informatie die door de lidstaten aan de Commissie is versterkt, blijkt echter dat elf lidstaten daarmee nog niet zijn begonnen. De Commissie is bereid om verdere juridische bijstand, deskundigheid en financiële steun te verstrekken om dit te verwezenlijken. De Commissie zal uiterlijk in november 2016 een uitvoeringsplan presenteren met mijlpalen die de lidstaten zullen moeten bereiken om over operationele PIUs te kunnen beschikken op de uiterste datum voor de volledige tenuitvoerlegging van de richtlijn, te weten mei 2018. Ter ondersteuning van het opzetten van passagiersinformatie-eenheden heeft de Commissie de begrotingsautoriteiten voorgesteld te voorzien in extra financiering van 70 miljoen EUR voor de periode 2017-2020. Daarnaast zal de Commissie 3,8 miljoen EUR ter beschikking stellen voor de uitwisseling van PNR-gegevens tussen de lidstaten en Europol. Na overleg met de lidstaten en de verenigingen van luchtvaartmaatschappijen zal de Commissie uitvoeringsvoorschriften voorstellen voor gegevensformaten en transmissieprotocollen voor de doorgifte van PNR-gegevens. De Commissie is bereid de uitvoeringsvoorschriften vast te stellen vóór het einde van dit jaar. Luchtvaartmaatschappijen zouden dan gebruik maken van de gestandaardiseerde gegevensformaten en transmissieprotocollen die bij dat uitvoeringsbesluit zijn vastgesteld binnen een jaar na de aanneming ervan.
De EU-agentschappen spelen een belangrijke rol bij het ondersteunen van de uitwisseling van informatie tussen nationale instanties, en deze steun moet worden geïntensiveerd. In het kader van de nieuwe rechtsgrondslag van Europol die in mei 2016 is vastgesteld 16 en in mei 2017 in werking zal treden, zal het agentschap worden versterkt met 90 extra posten. Voorts, en naar aanleiding van de aankondiging in de State of the Union-toespraak van 2016 dat Europol zou worden versterkt, is de Commissie momenteel bezig met een grondige analyse van de behoeften aan informatie van Europol. Op basis van het resultaat van deze analyse zal de Commissie de nodige maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat het Europees Centrum voor terrorismebestrijding van Europol de lidstaten de nodige 24/7 ondersteuning kan bieden.
In het stappenplan van Bratislava wordt opgeroepen tot geïntensiveerde samenwerking en informatie-uitwisseling tussen de veiligheidsdiensten van de lidstaten. Dit is in overeenstemming met de mededeling van de Commissie van 14 september 2016 waarin wordt gewezen op het belang van het vinden van een praktische oplossing waardoor rechtshandhavingsdiensten en inlichtingendiensten beter kunnen samenwerken. De Commissie heeft de lidstaten verzocht om hun beste praktijken op nationaal niveau uit te wisselen door structuren op te zetten voor informatie-uitwisseling tussen rechtshandhavingsinstanties en nationale veiligheidsdiensten, en een eerste gedachtewisseling heeft op 28 september 2016 plaatsgevonden in het Permanent Comité operationele samenwerking op het gebied van de binnenlandse veiligheid (COSI). De Commissie zal de afzonderlijke lidstaten benaderen om deze uitwisseling te bevorderen.
b) Informatiesystemen versterken en dichten van informatielacunes
Naast het uitvoeren van de bestaande systemen, is er behoefte aan verbetering van de algehele architectuur voor informatie op het gebied van veiligheid. De huidige regeling voor gegevensbeheer in de EU op het gebied van veiligheid is versnipperd. Hierdoor konden criminelen en terroristen gebruik maken van verschillende identiteiten en konden zij aan opsporing ontkomen. Met volledige inachtneming van de beginselen inzake gegevensbescherming, met name doelbinding, worden verschillende opties overwogen over de wijze waarop optimaal gebruik kan worden gemaakt van bestaande informatie op EU-niveau en identiteitsbeheer kan worden verbeterd.
De Commissie heeft een deskundigengroep op hoog niveau opgericht om de juridische, technische en operationele aspecten te bekijken van de verschillende opties om te komen tot interoperabiliteit van informatiesystemen op het gebied van grensbeheer en veiligheid 17 . Na een eerste vergadering op 20 juni is de deskundigengroep op 20 september bijeengekomen, met deelname van het Bureau voor de grondrechten en de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming. De groep heeft zich gebogen over de mogelijkheden ter verbetering van de wijze waarop de lidstaten bestaande systemen uitvoeren en gebruiken, en in het bijzonder over de toegevoegde waarde die een enkele zoekinterface kan opleveren. De groep heeft ook de werkzaamheden van de Commissie inzake het EU-Systeem voor reisinformatie en -autorisatie (ETIAS) besproken, met inbegrip van de motivering en de doelstelling, en de juridische, technische en operationele problemen ervan. De Commissie zal een update geven over deze besprekingen aan de Raad (bijeenkomst van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken van 13 oktober) en aan het Europees Parlement (vergadering van de LIBE-Commissie van 8 november).
Gezien de veiligheidsuitdagingen en het cruciale belang van een betere uitwisseling van informatie om die aan te pakken, moeten de werkzaamheden van de groep worden versneld. De Commissie zal uiterlijk in december 2016 voorlopige bevindingen uitbrengen, met aandacht voor een betere implementatie en gebruik van bestaande systemen en de rol die het Europees Agentschap voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (eu-LISA) kan spelen bij de ondersteuning daarvan. Zoals aangekondigd in de State of the Union-toespraak en voorzien door het stappenplan van Bratislava, zal de Commissie uiterlijk in november een wetgevingsvoorstel indienen voor de oprichting van ETIAS om te voorzien in voorafgaande controles voor niet-visumplichtige onderdanen van derde landen die naar het Schengengebied reizen.
c) Meer veiligheid aan de buitengrens
In de mededeling van de Commissie van 14 september 2016 werd duidelijk gemaakt dat wij, om de interne veiligheid in de Unie te verbeteren, moeten zorgen voor een beter beheer van de buitengrenzen. De oprichting van de Europese grens- en kustwacht op 6 oktober met een aanzienlijke inzet van grenswachten en technische uitrusting aan de Bulgaarse buitengrenzen is een mijlpaal in de versterking van het beheer van de buitengrenzen. Europol zou meer aanwezig moeten zijn in de migratiehotspots door het inzetten van uitgezonden functionarissen zodat veiligheidscontroles mogelijk worden in het kader van onze inspanningen om te zorgen voor meer veiligheid aan de buitengrenzen.
Controles aan de buitengrenzen zijn een belangrijke manier voor het opsporen van terugkerende buitenlandse terroristische strijders. Om dat te bereiken, moeten alle personen die de buitengrenzen van de EU overschrijden, worden gecontroleerd aan de hand van de relevante databanken. In december 2015 heeft de Commissie een voorstel ingediend tot wijziging van de Schengengrenscode om systematische controles in te voeren van EU-burgers die de buitengrenzen overschrijden 18 . Op de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken van 25 februari 2016 werd tot een algemene oriëntatie gekomen, terwijl de LIBE-commissie haar verslag op 21 juni 2016 heeft aangenomen. Tot dusver werd een trialoogvergadering gehouden op 13 juli 2016 en een aantal technische vergaderingen, maar er is nog geen akkoord in het Europees Parlement over het beginsel van systematische controles. Beide medewetgevers moeten nu hun inspanningen verdubbelen en vaart zetten achter de besprekingen over dit voorstel met het oog op een akkoord tegen het einde van 2016.
Het door de Commissie in april 2016 voorgestelde EU-inreis-uitreissysteem 19 zal de doeltreffendheid van grenscontroles verder verbeteren aangezien daarin zal worden geregistreerd waar en wanneer een onderdaan van een derde land de EU binnenkomt of verlaat. Aangezien de technische besprekingen zowel in het Europees Parlement als in de Raad aan de gang zijn, heeft geen van beide instellingen haar standpunt voor de trialogen al aangenomen. Het is belangrijk dat de werkzaamheden over dit voorstel worden versneld en voltooid.
d) Burgers en essentiële infrastructuur beschermen
Terroristen hebben als doel angst te zaaien en zijn bereid veel slachtoffers te maken door 'zachte' doelwitten te treffen. Er is een duidelijke noodzaak om dringend onze veerkracht te versterken, burgers en infrastructuur te beschermen en te zorgen dat er minder kwetsbare punten zijn. Door risicoanalyse, veiligheidsonderzoek en systematische samenwerking tussen rechtshandhavingsdiensten en de particuliere sector, kan de Unie bijdragen tot het verhelpen van de kwetsbaarheden in de bescherming van zowel zachte doelwitten als essentiële infrastructuur.
De Commissie werkt nauw samen met de lidstaten en het bedrijfsleven om het probleem van de bescherming van essentiële infrastructuur aan te pakken. Op 15 juni 2016 werd een EU-workshop gehouden over dreiging van binnenuit om ideeën te ontwikkelen over de vraag hoe het bedrijfsleven en overheden een meer praktische aanpak en doeltreffende mitigatiemaatregelen kunnen ontwikkelen tegen dreigingen van binnenuit. Voorstellen voor verdere werkzaamheden hebben onder meer betrekking op de oprichting van een werkgroep met de lidstaten voor het onderzoeken en ontwikkelen van een instrumentarium voor dreiging van binnenuit voor zowel de lidstaten als het bedrijfsleven. Op 20 en 21 september heeft de Commissie in Brussel een workshop georganiseerd over de uitdagingen en lessen die uit de recente terroristische aanslagen kunnen worden getrokken voor civiele bescherming en nooddiensten. De voorstellen hadden onder meer betrekking op snellere interventie van nooddiensten in de "rode zone” bij een aanslag ter beperking van het aantal slachtoffers, betere uitrusting voor nooddiensten, betere identificatie van slachtoffers van rampen en publieksvoorlichting over de wijze waarop moet worden gereageerd/EHBO-opleiding voor burgers. In de komende maanden zal de Commissie verdere maatregelen nemen om de veiligheid van het vervoer te versterken, met bijzondere aandacht voor spoorweg- en maritieme veiligheid, alsmede voor de bescherming van zachte doelwitten aan land en veiligheid aan land.
Op 7 september 2016 heeft de Commissie een voorstel ingediend voor het instellen van een EU-certificeringssysteem voor apparatuur voor beveiligingsonderzoeken in de luchtvaart. 20 Dit voorstel heeft als doel de EU-procedures voor de certificering van dergelijke apparatuur te vereenvoudigen en te harmoniseren. Dit initiatief zal de particuliere sector helpen door de kosten van certificering te verlagen, het concurrentievermogen van de beveiligingssector in de EU te vergroten en de beveiliging van de luchtvaart in Europa te verbeteren. Het voorstel getuigt van het belang dat de Commissie hecht aan de ontwikkeling van een concurrentiële EU-beveiligingssector die kan bijdragen aan de autonomie van de EU om in haar veiligheidsbehoeften te voorzien. De Commissie verzoekt de medewetgevers om te beginnen met de bespreking van dit voorstel.
IV. CONCLUSIE
Zoals uit dit verslag blijkt, wordt concrete vooruitgang geboekt, bijvoorbeeld met betrekking tot operationele maatregelen, wat de tenuitvoerlegging van de Europese veiligheidsagenda en de totstandbrenging van een echte en doeltreffende Veiligheidsunie betreft. De complexe, grensoverschrijdende dreiging vereist een gelaagde en gecoördineerde respons. Dat kan alleen worden bereikt door vertrouwen en samenwerking tussen alle instellingen en lidstaten. Terroristen hebben niet een of andere lidstaat als doelwit. Zij hebben het gemunt op onze manier van leven, onze openheid en onze toekomst. Ernstige vormen van criminaliteit, en met name cybercriminaliteit, spelen zich in dezelfde ruimte af en nemen de zwakste schakels in onze samenlevingen als doelwit. Wij moeten krachtdadiger reageren: deze dreigingen aanpakken; alsook de middelen die deze dreigingen ondersteunen; en de oorzaken ervan, door samen te werken om onze veiligheid en veerkracht te versterken. De Commissie zal werk blijven maken van deze cruciale agenda en zal in november verslag uitbrengen over de geboekte vooruitgang.
BELANGRIJKE KWESTIES EN GEBEURTENISSEN IN DE KOMENDE MAANDEN:
VERSTERKING VAN ONZE STRIJD TEGEN TERRORISME EN GEORGANISEERDE CRIMINALITEIT, EN MIDDELEN TER ONDERSTEUNING DAARVAN
a) Rechtskader voor de bestrijding van terrorisme en afsnijden van de toegang tot financiering en vuurwapens
- Het Europees Parlement en de Raad zouden moeten doorgaan met hun intensieve werkzaamheden over het voorstel voor een richtlijn inzake terrorismebestrijding zodat de wetgeving vóór het einde van het jaar kan worden aangenomen.
- Het Europees Parlement en de Raad zouden moeten doorgaan met de besprekingen over het voorstel voor de herziening van de vuurwapenrichtlijn zodat vóór het einde van het jaar een akkoord kan worden bereikt.
- De Commissie zal in november drie gedelegeerde handelingen vaststellen betreffende aanvullende precursoren van explosieven die aan verscherpte controles worden onderworpen.
b) Radicalisering voorkomen en bestrijden
- De lidstaten zouden ten volle gebruik moeten maken van de steun die wordt geboden via het netwerk voor voorlichting over radicalisering (Radicalisation Awareness Network, RAN).
- De Commissie zal op 9 november 2016 de RAN-conferentie op hoog niveau over radicalisering organiseren.
VERSTERKING VAN ONZE VERDEDIGING EN VEERKRACHT
a) Betere informatie-uitwisseling
- De lidstaten zouden dringend de nodige maatregelen moeten nemen om hun passagiersinformatie-eenheden ("PIUs") op te zetten, om ervoor te zorgen dat zij de PNR-richtlijn van de EU uiterlijk in mei 2018 volledig kunnen uitvoeren.
- Het Europees Parlement en de Raad zouden het nodige moeten doen om aanvullende financiering te verstrekken voor de uitvoering van de PNR-richtlijn van de EU.
- De Commissie zal de uitvoering van de PNR-richtlijn van de EU ondersteunen en uiterlijk in november 2016 een uitvoeringsplan presenteren met concrete mijlpalen voor het meten van de voortgang.
b) Informatiesystemen versterken en dichten van informatielacunes
- De Commissie zal het Europees Parlement en de Raad recente informatie verstrekken over de lopende werkzaamheden van de deskundigengroep op hoog niveau inzake informatiesystemen en interoperabiliteit met het oog op het versnellen van die werkzaamheden.
- De Commissie zal uiterlijk in november 2016 een voorstel indienen tot oprichting van een EU-Systeem voor reisinformatie en -autorisatie (ETIAS).
c) Meer veiligheid aan de buitengrens
- Het Europees Parlement en de Raad zouden de besprekingen over het voorstel tot wijziging van de Schengengrenscode moeten versnellen, zodat vóór eind 2016 een akkoord kan worden bereikt.
- Europol zou meer aanwezig moeten zijn in de migratiehotspots door het inzetten van uitgezonden functionarissen.
d) Burgers en essentiële infrastructuur beschermen
- De lidstaten zouden beste praktijken moeten toepassen op het gebied van dreiging van binnenuit en uit de recente terroristische aanslagen lessen moeten trekken voor civiele bescherming en nooddiensten.
(1) De verklaring van Bratislava en het stappenplan van Bratislava van 16 september 2016, SN 73/16.
(2) Mededeling van de Commissie COM(2015) 185 final, van 28 april 2015, De Europese veiligheidsagenda.
(3) Mededeling van de Commissie COM(2016) 230 final, van 20 april 2016, Uitvoering van de Europese veiligheidsagenda ter bestrijding van terrorisme en ter voorbereiding van een echte en doeltreffende veiligheidsunie.
(4) Zie ook Mededeling COM(2016) 602 final, van 14 september 2016, Versterking van de veiligheid in een door mobiliteit gekenmerkte wereld door betere informatie-uitwisseling in de strijd tegen terrorisme en door sterkere buitengrenzen.
(5) COM(2015) 625 final.
(6) COM(2016) 50/2.
(7) C(2016) 4180 final.
(8) COM(2015) 624 final.
(9) Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2403 van de Commissie van 15 december 2015 tot vaststelling van gemeenschappelijke richtsnoeren betreffende normen en technieken om te waarborgen dat onbruikbaar gemaakte vuurwapens voorgoed onbruikbaar zijn.
(10) Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 91/477/EEG van de Raad inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens.
(11) Een onderzoeksproject dat werd gefinancierd binnen de prioriteit 'veiligheidsonderzoek' van het 7e EU-kaderprogramma voor onderzoek.
(12) Verordening (EU) nr. 98/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2013 over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven.
(13) COM(2016) 379 final.
(14) Besluiten 2008/615/JBZ en 2008/616/JBZ van de Raad.
(15) Richtlijn (EU) 2016/681 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 over het gebruik van persoonsgegevens van passagiers (PNR-gegevens) voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en ernstige criminaliteit.
(16) Verordening (EU) 2016/794 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol) en tot vervanging en intrekking van de Besluiten 2009/371/JBZ, 2009/934/JBZ, 2009/935/JBZ, 2009/936/JBZ en 2009/968/JBZ van de Raad.
(17) Zie Mededeling van de Commissie COM(2016) 205 final, van 6 april 2016, Krachtigere en slimmere informatiesystemen voor grenzen en veiligheid.
(18) COM(2015) 670 final.
(19) COM(2016) 194 final, van 6 april 2016.
(20) COM(2016) 491 final.