Artikelen bij COM(1998)78 - Volgrecht ten behoeve van de auteur van een oorspronkelijk kunstwerk - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(1998)78 - Volgrecht ten behoeve van de auteur van een oorspronkelijk kunstwerk. |
---|---|
document | COM(1998)78 ![]() ![]() |
datum | 12 maart 1998 |
OORSPRONKELIJK VOQRSTEL VAN DE COMMISSIE HOOFSTUKI Toepassingssfeer Artikel 1 Voorwerp van het volgrecht De lidstaten stellen ten behoeve van de auteur van een oorspronkelijk kunstwerk een volgrecht in dat wordt omschreven als een onvervreemdbaar recht dat telkens wanneer het kunstwerk, na de eerste overdracht door de auteur, wordt doorverkocht, op de daarvoor ontvangen prijs wordt geind, behoudens indien de transactie door een als particulier handelend persoon wordt verricht. Artikel 2 Kunstwerken waarbij het volgrecht speelt Voor de doeleinden van deze richtlijn wordt verstaan onder “oorspronkelijk kunstwerk”, handschriften en werken van beeldende kunst, zoals schilderijen, collages, schilderingen, tekeningen, gravures, prenten, lithografieen, beeldhouwwerken, tapijten, keramische werken en foto’s, in zoverre dit scheppingen zijn die geheel door de kunstenaar zijn vervaardigd of in zoverre het exemplaren betreft die in de Gemeenschap volgens de in de beroepsgroep heersende gebruiken als oorspronkelijke kunstwerken worden beschouwd. | INGEVQLGE HET ADVIES VAN HET EUROPEES PARLEMENT VAN 9 APRIL 1997_GEWIJZIGD VOQRSTEL HOOFDSTUKI Toepassingssfeer Artikel 1 Voorwerp van het volgrecht De lidstaten stellen ten behoeve van de auteur van een oorspronkelijk kunstwerk een volgrecht in dat wordt omschreven als een onvervreemdbaar recht, waarvan geen afstand kan worden gedaan, zelfs niet op voorhand, om telkens wanneer het kunstwerk, na de eerste overdracht door de auteur, wordt doorverkocht, een percentage van de daarvoor verkregen prijs te ontvangen, behoudens indien de transactie door een als particulier handelend persoon wordt verricht. Artikel 2 Kunstwerken waarbij het volgrecht speelt . Voor de doeleinden van deze richtlijn wordt verstaan onder “oorspronkelijk kunstwerk”, werken van grafische of beeldende kunst, zoals schilderijen, collages, schilderingen, tekeningen, gravures, prenten, lithografieen, beeldhouwwerken, tapijten, keramische werken en foto’s, in zoverre dit scheppingen zijn die geheel door de kunstenaar zijn vervaardigd of in zoverre het exemplaren betreft die als oorspronkelijke kunstwerken worden beschouwd. |
Bijzondere bepalingen | Bijzondere bepalingen |
Artikel 3 T oepassingsdrempel 1. Het in toepassing van artikel 1 gei'nde recht is verschuldigd bij een verkoopprijs die gelijk is aan of hoger is dan 1.000 ECU. 2. Het staat de lidstaten vrij voor hun land een drempel vast te stellen die lager is dan die van lid 1. | Artikel 3 Toepassingsdrempel 1. De lidstaten stellen een minimumdrempel vast vanaf welke verkopen als in artikel 1 bedoeld aan het volgrecht onderworpen zijn. 2. Deze drempel mag in geen geval hoger zijn dan 1.000 ECU. |
Artikel 4 Percentages en inning Het in toepassing van artikel 1 gei'nde recht wordt gesteld op: a) 4% van de verkoopprijs voor de tranche begrepen tussen 1.000 en 50.000 ECU; b) 3% van de verkoopprijs voor de tranche begrepen tussen 50.000 en 250.000 ECU; c) 2% van de verkoopprijs bij bedragen boven 250.000 ECU. Het volgrecht komt ten laste van de verkoper. | Artikel 4 Percentages en inning L Het in toepassing van artikel 1 gei'nde recht wordt gesteld op: a) 4% voor de tranche van de verkoopprijs begrepen tussen 1.000 en 50.000 ECU; b) 3% voor de tranche van de verkoopprijs begrepen tussen 50.000 en 250.000 ECU; c) 2% voor de tranche van de verkoopprijs boven 250.000 ECU. 2. Indien de minimumdrempel op minder dan 1.000 ECU is gesteld, stelt de lidstaat ook het toepasselijke percentage vast, dat niet lager mag zijn dan 4%. 3. Het volgrecht komt ten laste van de . verkoper. |
Berekeningsgrondslag De in de artikelen 3 en 4 bedoelde verkoopprijzen zijn prijzen exclusief belasting. | Berekeningsgrondslag Ongewijzigd |
Artikel 6 Tot het volgrecht gerechtigden 1. Het in toepassing van artikel 1 geinde recht is verschuldigd aan de auteur van het werk en na zijn dood aan diens rechthebbenden. 2. Het staat de lidstaten vrij in een collectief beheer van de uit hoofde van het volgrecht geinde bedragen te voorzien. Zij stellen de voorwaarden vast voor de verdeling van die bedragen indien de auteur onderdaan van een andere lidstaat is. | Artikel 6 Tot het volgrecht gerechtigden Ongewijzigd 2. Het staat de lidstaten vrij in een collectief beheer van de uit hoofde van het volgrecht geinde bedragen te voorzien. Geschrapt [Opgenomen in overweging 23] |
Artikel 7 Gerechtigden uit derde landen De lidstaten bepalen dat auteurs die onderdaan van een derde land zijn, overeenkomstig deze richtlijn tot het volgrecht gerechtigd zijn, in zoverre auteurs die onderdaan van een lidstaat zijn, op basis van wederkerigheid in het betrokken derde land tot dat recht gerechtigd zijn. | Artikel 7 Gerechtigden uit derde landen De lidstaten bepalen dat auteurs die onderdaan van een derde land zijn, overeenkomstig deze richtlijn en het recht van de lidstaten tot het volgrecht gerechtigd zijn, in zoverre auteurs die onderdaan van een lidstaat zijn, op basis van materiele wederkerigheid in het betrokken derde land tot dat recht gerechtigd zijn. |
Duur van het volgrecht | Duur van het volgrecht |
De duur van het volgrecht valt samen met de bij artikel 1 van Richtlijn 93/98/EEG vastgestelde termijn. | De duur van het volgrecht komt overeen met die vastgesteld bij artikel 1 van Richtlijn 93/98/EEG. |
Artikel 9 Het recht om inlichtingen in te winnen | Artikel 9 Het recht om inlichtingen in te winnen |
De auteur of diens gemachtigde kan van iedere handelaar, veilingmeester of organisator van openbare verkopingen met betrekking tot de in het afgelopen jaar geschiede verkopen van oorspronkelijke kunstwerken alle inlichtingen verlangen die voor vereffening van de uit hoofde van het volgrecht verschuldigde bedragen nodig zijn. | De lidstaten bepalen dat de auteur of diens gemachtigde gedurende drie jaar, te rekenen vanaf de datum van de verrichting, van iedere handelaar en handelsagent, veilingmeester of organisator van openbare verkopingen met betrekking tot verkopen van oorspronkelijke kunstwerken als in artikel 2 bedoeld alle inlichtingen kan verlangen die voor vereffening van de uit hoofde van het volgrecht verschuldigde bedragen nodig zijn. |
Slotbepalingen
Slotbepalingen
Artikel 10 Herzieningsbepaling | Artikel 10 Herzieningsbepaling |
De Commissie legt het Europees Parlement, de Raad en het Economisch en Sociaal Comite uiterlijk op 1 januari 2004 en vervolgens om de vijf jaar over de toepassing van de onderhavige richtlijn een verslag voor en zij doet in voorkomend geval voorstellen om de minimumdrempel en de percentages voor het volgrecht aan de ontwikkelingen in de sector aan te passen. | De Commissie legt het Europees Parlement, de Raad en het Economisch en Sociaal Comite uiterlijk op 1 januari 2004 en vervolgens om de vijf jaar over de toepassing en werking van de onderhavige richtlijn een verslag voor waarin zij bijzondere aandacht besteedt aan de gevolgen van de richtlijn voor de Europese markt van moderne en hedendaagse kunst, met name wat betreft de ondersteuning van de artistieke schepping en de wijze van beheer in de lidstaten. De Commissie doet in voorkomend geval voorstellen om de minimumdrempel en de percentages voor het volgrecht aan de ontwikkelingen in de sector aan te passen, alsook de voorstellen die zij noodzakelijk acht om de doeltreffendheid van de richtlijn te verbeteren. |
Nationale maatregelen tot omzetting van de richtlijn 1. De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om voor 1 januari 1999 aan deze richtlijn te voldoen. Wanneer de lidstaten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar de onderhavige richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiele bekendmaking van die bepalingen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten. 2. De lidstaten delen de Commissie de tekst van de bepalingen van nationaal recht mede die zij op het gebied waarop deze richtlijn betrekking heeft, vaststellen. Artikel 12 Inwerkingtreding Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. Artikel 13 Geadresseerden Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten. |