Artikelen bij COM(2010)486 - Wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de verstrekking van levensmiddelen aan de meest behoeftigen in de Unie betreft

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


Artikel 1

Aan artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1290/2005 wordt het volgende punt g) toegevoegd:

"g) de financiële bijdrage van de Unie aan de in artikel 27 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde regeling voor voedselverstrekking aan de meest behoeftigen in de Unie.".

Artikel 2

Verordening (EG) nr. 1234/2007 wordt als volgt gewijzigd:

(1) Een nieuw artikel 4 bis wordt ingevoegd:

Artikel 4 - bis [Vaststelling van gedelegeerde en uitvoeringshandelingen]

Wanneer haar bevoegdheden worden verleend om gedelegeerde handelingen vast te stellen, handelt de Commissie overeenkomstig de procedure in artikel 196 bis.

Wanneer haar bevoegdheden worden verleend om uitvoeringshandelingen vast te stellen, handelt de Commissie overeenkomstig de procedure in artikel 196 ter."

(2) In deel II, titel I, hoofdstuk I, sectie II wordt subsectie IV als volgt gewijzigd:

a) Artikel 27 wordt vervangen door:

“Artikel 27 Regeling voor voedselverstrekking aan de meest behoeftigen in de Unie

1. Er wordt een regeling ingesteld waarbij aan de meest behoeftigen in de Unie voedingsproducten kunnen worden verstrekt door daartoe door de lidstaten aangewezen organisaties. Daartoe worden producten uit interventievoorraden ter beschikking gesteld of, indien er geen geschikte interventievoorraden voor de voedselverstrekkingsregeling voorhanden zijn, worden er voedingsproducten op de markt aangekocht.

Voor de toepassing van de in de eerste alinea bedoelde regeling wordt onder 'meest behoeftigen' verstaan: fysieke personen, zij het individuen, gezinnen of uit zulke personen samengestelde groepen, van wie de sociale en financiële afhankelijkheid op basis van door de bevoegde nationale autoriteiten vastgestelde criteria is geregistreerd of erkend, of als dusdanig wordt beoordeeld op basis van door de aangewezen organisaties gehanteerde criteria die door die nationale autoriteiten zijn goedgekeurd.

2. Lidstaten die wensen deel te nemen aan de in de eerste alinea bedoelde regeling dienen bij de Commissie programma's voor voedselverstrekking in die de volgende elementen bevatten:

a) bijzonderheden over de belangrijkste kenmerken en doelstellingen ervan;

b) de aangewezen organisaties;

c) de aangevraagde hoeveelheden voedingsproducten die over een periode van drie jaar moeten worden vestrekt en andere ter zake relevante informatie.

De lidstaten kiezen de voedingsproducten op basis van objectieve criteria, met name voedingswaarde en geschiktheid om te worden verdeeld. Lidstaten kunnen daarom de voorkeur geven aan voedingsproducten van oorsprong uit de Unie.

3. De Commissie stelt driejarenplannen vast op basis van de door de lidstaten overeenkomstig lid 2, eerste alinea, ingediende aanvragen en andere relevant geachte informatie.In elk driejarenplan worden de jaarlijkse financiële toewijzingen van de Unie per lidstaat en jaarlijkse financiële minimumbijdragen van de lidstaten opgenomen. De toewijzingen voor het tweede en het derde jaar van het programma zijn indicatief.

De lidstaten die aan de regeling deelnemen, bevestigen elk jaar de in lid 2, eerste alinea, onder c), bedoelde aanvragen. Na deze bevestigingen beslist de Commissie elk volgend jaar binnen de grenzen van de in de begroting beschikbare kredieten over de definitieve toewijzingen.In het driejarenplan wordt erin voorzien dat in dat plan opgenomen producten die niet beschikbaar zijn in de lidstaat waar er behoefte aan is, worden overgebracht uit lidstaten waar ze wel beschikbaar zijn in de interventievoorraden.Een driejarenplan mag worden herzien in het licht van relevante ontwikkelingen die van invloed zijn op de uitvoering ervan.

4. De door de lidstaten aangewezen organisaties als bedoeld in lid 1 zijn geen commerciële ondernemingen.De voedingsproducten worden kosteloos verstrekt aan die organisaties.De uitreiking van de voedingsproducten aan de meest behoeftigen gebeurt:

a) gratis, of

b) tegen een prijs die in geen geval hoger ligt dan die welke wordt gerechtvaardigd door kosten die door de aangewezen organisaties zijn gemaakt bij de uitvoering van het programma, exclusief kosten die kunnen worden gedekt overeenkomstig lid 7, tweede alinea, onder a) en b).

5. De aan de regeling deelnemende lidstaten:

a) dienen bij de Commissie een jaarverslag over de uitvoering van de regeling in;

b) brengen de Commissie tijdig op de hoogte van de ontwikkelingen die van invloed zijn op de uitvoering van de programma's voor voedselverstrekking.

6. De in het kader van de regeling subsidiabele kosten worden door de Unie medegefinancierd. Deze medefinanciering bedraagt:

a) niet meer dan 500 miljoen euro in totaal per begrotingsjaar, en

b) niet meer dan 75 % van de subsidiabele kosten, of 90 % van de subsidiabele kosten in de in bijlage I bij Beschikking 2006/596/EG van de Commissie* vermelde lidstaten die in aanmerking komen voor financiering uit het Cohesiefonds in de periode 2007-2013.

7. Subsidiabele kosten in het kader van de regeling zijn:

a) de kosten van de uit de interventievoorraden uitgeslagen producten;

b) de kosten van de op de markt aangekochte voedingsproducten; en

c) indien nodig, de kosten van het vervoer van producten uit interventievoorraden tussen lidstaten.

Binnen de grenzen van de financiële middelen die beschikbaar zijn om het driejarenplan in elke lidstaat uit te voeren, mogen de nationale autoriteiten de volgende kosten als subsidiabel aanmerken:

a) de kosten van het vervoer van voedingsproducten naar de opslagplaatsen van de aangewezen organisaties;

b) de volgende door de aangewezen organisaties gemaakte kosten, voor zover zij rechtstreeks verband houden met de uitvoering van het plan:

(i) beheerskosten;

(ii) de kosten voor het vervoer tussen de opslagplaatsen van de aangewezen organisaties en de plaatsen van verdeling aan de eindgebruiker; en

(iii) opslagkosten.

8. De lidstaten verrichten administratieve en fysieke controles om te verzekeren dat het plan overeenkomstig de geldende voorschriften wordt uitgevoerd en stellen straffen voor onregelmatigheden vast.

9. De aanduiding 'Steun van de Europese Unie', vergezeld van het embleem van de Europese Unie, wordt duidelijk aangebracht op de verpakking van het via de plannen verstrekte voedsel en in de distributiepunten.

10. De EU-regeling geldt onverminderd eventuele met de EU-wetgeving in overeenstemming zijnde nationale regelingen op grond waarvan voedingsproducten worden uitgereikt aan de meest behoeftigen.

* PB L 243 van 6.9.2006, blz. 47.".

b) De volgende artikelen 27 bis en 27 ter worden toegevoegd:

"Artikel 27 - bis Niet-essentiële onderdelen van de regeling voor voedselverstrekking

1. Om ervoor te zorgen dat het aan de bij artikel 27 ingestelde regeling toegewezen budget efficiënt wordt gebruikt, stelt de Commissie door middel van gedelegeerde handelingen de methode voor de berekening van de algehele toewijzing van de middelen vast, met inbegrip van de verdeling van de interventieproducten en van de voor de aankoop van producten op de markt vereiste financiële middelen over de lidstaten. Tevens stelt zij de boekwaarde vast van de uit de interventievoorraden uitgeslagen producten alsook de methode voor de eventuele herverdeling van middelen over de lidstaten naar aanleiding van een herziening van het driejarenplan.

2. Om ervoor te zorgen dat het aan de bij artikel 27 ingestelde regeling toegewezen budget doeltreffend en efficiënt wordt gebruikt, en dat de rechten en plichten van de marktdeelnemers worden gevrijwaard, stelt de Commissie, door middel van gedelegeerde handelingen, bepalingen vast die het gebruik van inschrijvingsprocedures voorschrijven voor alle handelingen die verband houden met de uitvoering van de voedselverstrekkingsprogramma's, alsook bepalingen inzake zekerheden die inschrijvers moeten stellen, en bepalingen inzake sancties, kortingen en uitsluitingen die met name door de lidstaten moeten worden toegepast bij niet-naleving van tijdslimieten voor de uitslag van producten uit interventievoorraden en bij ernstige gebreken of onregelmatigheden bij de uitvoering van het driejarenplan.

Artikel 27 - ter Eenvormige uitvoering van de regeling voor voedselverstrekking

1. De Commissie stelt, door middel van uitvoeringshandelingen, bepalingen vast voor de uniforme uitvoering van het driejarenplan en de nationale voedselverstrekkingsprogramma's als bedoeld in artikel 27. Deze handelingen omvatten:

a) nadere voorschriften en procedures voor de vaststelling en herziening van de driejarenplannen, met inbegrip van toepasselijke tijdslimieten;

b) de vaststelling van de driejarenplannen en de herziening ervan alsook de in artikel 27, lid 3, derde alinea, bedoelde definitieve toewijzingen;

c) bepalingen over aanvullende onderdelen die moeten worden opgenomen in de driejarenplannen, regels voor de levering van voedingsproducten alsook procedures en tijdslimiten voor de uitslag van interventieproducten en overdrachten tussen lidstaten;

d) bepalingen over het format van de jaarlijkse uitvoeringsverslagen en dat van de nationale voedselverstrekkingsprogramma's;

e) nadere voorschriften voor de vergoeding van de in alinea 27, lid 7, tweede alinea, bedoelde kosten, met inbegrip van financiële plafonds en tijdslimieten;

f) eenvormige voorwaarden voor uitnodigingen tot inschrijving, met inbegrip van voorwaarden voor voedingsproducten en de levering ervan;

g) bepalingen inzake door de lidstaten te verrichten administratieve en fysieke controles;

h) eenvormige bepalingen inzake betalingsprocedures, tijdslimieten en kortingen bij niet-naleving, boekhoudkundige bepalingen en procedures voor overdrachten tussen lidstaten, met inbegrip van de taakomschrijving van de betrokken nationale interventiebureaus;

i) eenvormige richtsnoeren ter uitvoering van artikel 27, lid 9."

(3) In artikel 43 worden de punten g) en h) geschrapt.

(4) Aan artikel 184 wordt het volgende punt 9 toegevoegd:

"(9) uiterlijk op 31 december 2014 aan het Europees Parlement en de Raad een verslag voor over de toepassing van de bij artikel 27 ingestelde regeling voor voedselverstrekking aan de meest behoeftigen in de Unie, eventueel vergezeld van passende voorstellen.".

(5) In deel VII, hoofdstuk I, worden de volgende artikelen 196 bis en 196 ter toegevoegd:

"Artikel 196 - bis Gedelegeerde handelingen

1. De bevoegdheid tot vaststelling van de in deze verordening bedoelde gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend voor onbepaalde tijd.

Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling vaststelt, stelt zij het Europees Parlement en de Raad daarvan in kennis.

2. De in lid 1 bedoelde bevoegdheidsdelegatie kan te allen tijde door het Europees Parlement of de Raad worden ingetrokken.

De instelling die een interne procedure is begonnen om te besluiten of zij de bevoegdheidsdelegatie wenst in te trekken, brengt de andere instelling en de Commissie hiervan binnen een redelijke termijn voordat een definitief besluit wordt genomen, op de hoogte en geeft daarbij aan welke gedelegeerde bevoegdheden mogelijk worden ingetrokken en waarom.

Het besluit tot intrekking maakt een einde aan de delegatie van de bevoegdheden die in het besluit worden vermeld. Het besluit treedt onmiddellijk in werking of op een in dat besluit bepaalde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds in werking zijnde gedelegeerde handelingen onverlet. Het wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie .

3. Het Europees Parlement en de Raad kunnen bezwaar aantekenen tegen de gedelegeerde handeling binnen twee maanden na de datum van kennisgeving. Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad kan deze periode met een maand worden verlengd.

Indien bij het verstrijken van deze termijn het Europees Parlement noch de Raad bezwaar heeft gemaakt tegen de gedelegeerde handeling, wordt deze bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en treedt zij in werking op de daarin vermelde datum.

Indien zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie heeft meegedeeld voornemens te zijn geen bezwaar aan te tekenen, kan de gedelegeerde handeling vóór het verstrijken van de termijn worden gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie en in werking treden.

Indien het Europees Parlement of de Raad bezwaar maakt tegen een gedelegeerde handeling, treedt deze niet in werking. De instelling die bezwaar aantekent tegen de gedelegeerde handeling geeft aan waarom zij dit doet.

Artikel 196 - ter Uitvoeringshandelingen

[Wordt aangevuld na de vaststelling, overeenkomstig artikel 291, lid 2, VWEU, van de thans in het Europees Parlement en de Raad voorliggende verordening tot vaststelling van de voorschriften en algemene beginselen die van toepassing zijn op de controlemechanismen.]

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing op het driejarenplan dat ingaat op of na 1 januari 2012.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.