Artikelen bij SEC(2007)1137 - Bij het Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van richtlijn 80/181/EEG inzake de harmonisatie van nationale wetgeving op het gebied van de meeteenheden - Samenvatting van de effectbeoordeling [COM(2007) 510 definitief SEC(2007) 1136]

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier SEC(2007)1137 - Bij het Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van richtlijn 80/181/EEG inzake de ...
document SEC(2007)1137 NLEN
datum 10 september 2007
Belangrijke juridische mededeling

|
52007SC1137

Werkdocument van de diensten van de Commissie bij het Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van richtlijn 80/181/EEG van de Raad inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten op het gebied van de meeteenheden - Samenvatting van de effectbeoordeling [COM(2007) 510 definitief SEC(2007) 1136] /* SEC/2007/1137 def. */


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 10.9.2007

SEC(2007) 1137

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE

bij het Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 80/181/EEG van de Raad inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten op het gebied van de meeteenheden Samenvatting van de effectbeoordeling [COM(2007) 510 definitief SEC(2007) 1136]

De effectbeoordeling betreft Richtlijn 80/181/EEG inzake meeteenheden. De richtlijn vereist dat metingen in de EU in metrieke eenheden worden uitgedrukt, maar staat het gebruik van aanvullende aanduidingen (zonder nadere specificatie) toe tot eind 2009. Daarna zouden volgens de richtlijn alle aanduidingen in metrieke eenheden moeten zijn; dit zou voor de trans-Atlantische handel betekenen dat er telkens nieuwe etiketten moeten worden aangebracht, aangezien dan volgens de EU-wetgeving uitsluitend metrieke eenheden toegestaan zijn terwijl de wetgeving van de Verenigde Staten een dubbele aanduiding (in metrieke eenheden en in US-inch/pound) vereist.

Op basis van de reacties op een werkdocument van de diensten van de Commissie in een openbare raadpleging, die aan de minimumnormen van de Commissie voldeed, zijn drie opties aangegeven:

- optie 1 – geen actie ondernemen: als gevolg van een vervalbepaling zijn na 2009 geen aanvullende aanduidingen meer toegestaan. Het huidige acquis zou mogelijk moeten worden herzien in verband met het gebruik van aanduidingen in niet-SI-eenheden in specifieke gevallen (bv. de kcal). Er is geen aanpassing aan de vooruitgang van de techniek. Het Verenigd Koninkrijk en Ierland zouden verplicht blijven een datum vast te stellen voor het schrappen van de resterende uitzonderingen (pint, mile, troy ounce);

- optie 2 – de richtlijn intrekken: het zou de lidstaten vrijstaan hun nationale wetgeving op internationale normen te baseren (evenals dat bij de richtlijn het geval is). Lidstaten zouden daarom ook kunnen besluiten geen regelgeving vast te stellen. Er zou wederzijdse erkenning gelden overeenkomstig artikel 28 van het Verdrag;

- optie 3 – de richtlijn bijwerken: aanpassen van de richtlijn om de onder optie 1 genoemde bezwaren te ondervangen, door aanvullende aanduidingen (inch, pound) voor onbepaalde tijd toe te staan. Aanvullende aanduidingen worden ook gebruikt voor sectoren waar er voor bepaalde metingen geen metrieke eenheden bestaan. Deze optie handhaaft de huidige situatie en verlengt alle bestaande uitzonderingen betreffende het gebruik van niet-metrieke eenheden voor onbepaalde tijd. De richtlijn kan waar nodig tevens aan de technische vooruitgang worden aangepast (invoering van de katal). De verplichting voor het Verenigd Koninkrijk en Ierland om een datum voor het schrappen van de laatste uitzonderingen vast te stellen komt te vervallen.

Optie 3, de richtlijn bijwerken, verdient de voorkeur, omdat dan de huidige situatie gehandhaafd blijft en nieuwe administratieve kosten, in dit geval hoofdzakelijk kosten van etikettering, worden vermeden. Met deze optie wordt het gebruik van aanvullende aanduidingen verruimd en blijft de flexibiliteit ten aanzien van niet-metrieke toepassingen die nu ook al in de praktijk getolereerd worden, gehandhaafd; dit geldt met name voor sectoren waar er voor bepaalde metingen geen metrieke meeteenheden bestaan, bv. binaire eenheden in de informatica (bits, bytes). Met deze optie kan de huidige praktijk, die geen grote problemen heeft opgeleverd, worden voortgezet. Door het Verenigd Koninkrijk en Ierland toe te staan de uitzonderingen (pint, mile, troy ounce) te behouden wordt tegemoetgekomen aan de wens van de meeste consumenten.

De voornaamste kosten van optie 1, geen actie ondernemen, zouden administratieve kosten zijn; het gaat hier om aanzienlijke kosten, die als gevolg van schaaleffecten op het midden- en kleinbedrijf het zwaarst zullen drukken. Om de effectbeoordeling binnen proporties te houden is geen volledige schatting met behulp van het standaardkostenmodel gemaakt, maar is gebruikgemaakt van overeenkomstige schattingen uit verschillende bronnen in het bedrijfsleven.

De kosten als gevolg van optie 2, de richtlijn intrekken, zijn erg moeilijk te schatten maar zouden sterk kunnen oplopen omdat de kans bestaat dat de lidstaten de internationale normen op uiteenlopende wijze gaan toepassen, wat kan leiden tot onzekerheid en eventueel tot handelsbelemmeringen. Ook kunnen er incidenteel kostbare verliezen optreden als gevolg van misverstanden. Zo sloeg de Amerikaanse Marslander op Mars te pletter door een storing die veroorzaakt werd doordat bij de bouw aanduidingen in inch/pound en metrieke aanduidingen met elkaar verward waren.

De optie om aanvullende aanduidingen nogmaals voor tien jaar toe te staan (na 1989, 1999 en 2009 de vierde deadline) is verworpen omdat dan in de toekomst ingrijpende wijzigingen zouden moeten worden aangebracht op ten minste drie beleidsgebieden (in-vitrodiagnostica, voedingswaarde-etikettering en intellectuele-eigendomsrechten). Dit zou bovendien voor de Verenigde Staten niet bepaald een positief signaal zijn om hun beleid te wijzigen: als zij etiketten met alleen metrieke aanduidingen zouden toestaan, zou dat door de EU worden beantwoord met een verbod op etiketten met aanvullende aanduidingen.