Artikelen bij COM(2017)571 - Wijziging van Verordening (EU) 2016/399 wat betreft de regels die van toepassing zijn op de tijdelijke herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


Inhoudsopgave

Artikel 1

Verordening (EU) 2016/399 wordt als volgt gewijzigd:

(1)Artikel 25 wordt vervangen door:

"1. Indien zich in de ruimte zonder binnengrenstoezicht een ernstige bedreiging voor de openbare orde of de binnenlandse veiligheid van een lidstaat voordoet, kan die lidstaat bij wijze van uitzondering aan alle of bepaalde delen van zijn binnengrenzen grenstoezicht herinvoeren, gedurende een beperkte periode van ten hoogste dertig dagen, dan wel voor de voorzienbare duur van de ernstige bedreiging, indien deze langer is dan dertig dagen, maar niet langer dan zes maanden. De omvang en de duur van het tijdelijk heringevoerde grenstoezicht aan de binnengrenzen blijven beperkt tot hetgeen strikt noodzakelijk is om op de ernstige bedreiging te kunnen reageren.    

2. Het grenstoezicht aan de binnengrenzen wordt slechts als uiterste middel en in overeenstemming met de artikelen 27, 27 bis, 28 en 29 heringevoerd. Wanneer wordt overwogen het grenstoezicht aan de binnengrenzen krachtens respectievelijk artikel 27, 27 bis, 28 of 29 opnieuw in te voeren, wordt in elk geval rekening gehouden met de in artikel 26, respectievelijk artikel 30 bedoelde criteria.    

3. Indien de ernstige bedreiging voor de openbare orde of de binnenlandse veiligheid in de betrokken lidstaat langer duurt dan de in lid 1 bedoelde periode, kan die lidstaat, rekening houdend met de in artikel 26 vermelde criteria en overeenkomstig artikel 27, het grenstoezicht aan zijn binnengrenzen op de in lid 1 genoemde gronden, en rekening houdend met nieuwe elementen, verlengen met hernieuwbare perioden die overeenstemmen met de voorzienbare duur van de ernstige bedreiging en niet langer zijn dan zes maanden.    

4. De totale periode gedurende welke het grenstoezicht aan de binnengrenzen opnieuw wordt ingevoerd, duurt met inbegrip van de verlengingen overeenkomstig lid 3 niet langer dan een jaar.

In de in artikel 27 bis bedoelde uitzonderlijke gevallen kan die totale periode overeenkomstig dat artikel verder worden verlengd met maximaal twee jaar.

In de in artikel 29 bedoelde uitzonderlijke omstandigheden kan de totale periode overeenkomstig lid 1 van dat artikel worden verlengd met maximaal twee jaar."

(2)Artikel 27 wordt als volgt gewijzigd:

i) aan lid 1 wordt een nieuwe letter a bis) toegevoegd, die als volgt luidt:

"a bis) een risicobeoordeling waarin wordt nagegaan hoelang de vastgestelde bedreiging naar verwachting zal blijven bestaan en welke delen van de binnengrenzen worden getroffen, wordt aangetoond dat de verlenging van het toezicht een uiterste middel is en wordt uitgelegd hoe grenstoezicht de vastgestelde bedreiging zou helpen aanpakken. Wanneer het grenstoezicht aan de binnengrenzen reeds voor meer dan zes maanden is heringevoerd, wordt in de risicobeoordeling ook uitgelegd hoe de vorige herinvoering van grenstoezicht heeft bijgedragen tot het verhelpen van de vastgestelde bedreiging.

De risicobeoordeling bevat ook een gedetailleerd verslag van de coördinatie tussen de betrokken lidstaat en de lidstaat of lidstaten waarmee hij binnengrenzen deelt waaraan grenstoezicht is uitgeoefend.

De Commissie deelt de risicobeoordeling met het Europees Grens- en kustwachtagentschap en Europol, naargelang het geval."

ii) Lid 1, onder e), wordt vervangen door:

"e) in voorkomend geval, de maatregelen die de andere lidstaten zouden moeten treffen, zoals overeengekomen vóór de tijdelijke herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen."

iii) De laatste zin van lid 1 wordt vervangen door:

"Indien nodig kan de Commissie de betrokken lidstaat of lidstaten om aanvullende informatie verzoeken, onder meer over de samenwerking met de lidstaten die door de voorgenomen verlenging van het grenstoezicht aan de binnengrenzen worden getroffen, alsook om aanvullende informatie die nodig is om na te gaan of de maatregel een uiterste middel is."

iv) Lid 4 wordt vervangen door:

"4. Na de kennisgeving door de betrokken lidstaat op grond van lid 1 en met het oog op het in lid 5 bedoelde overleg, kan de Commissie of een andere lidstaat, onverminderd artikel 72 VWEU, advies uitbrengen.

Indien de Commissie betwijfelt of de geplande herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen noodzakelijk dan wel evenredig is, of indien zij overleg over bepaalde aspecten van de kennisgeving wenselijk acht, brengt zij een advies in die zin uit.

Wanneer het grenstoezicht aan de binnengrenzen reeds voor zes maanden is heringevoerd, brengt de Commissie advies uit."

   v) Lid 5 wordt vervangen door:

"Over de in lid 1 bedoelde informatie en over een advies van de Commissie of een lidstaat op grond van lid 4 wordt overleg gepleegd onder leiding van de Commissie. Waar nodig vindt het overleg onder meer plaats tijdens gezamenlijke vergaderingen tussen de lidstaat die het grenstoezicht aan de binnengrenzen opnieuw wil invoeren, de andere lidstaten, in het bijzonder de lidstaten die rechtstreeks door dergelijke maatregelen worden geraakt, en de betrokken agentschappen. De evenredigheid van de voorgenomen maatregelen, de vastgestelde bedreiging voor de openbare orde of de binnenlandse veiligheid, alsook de manieren waarop de uitvoering van de onderlinge samenwerking tussen de lidstaten wordt gewaarborgd, worden onderzocht. De lidstaat die grenstoezicht aan de binnengrenzen wil herinvoeren of verlengen, houdt bij het uitvoeren van het grenstoezicht zoveel mogelijk rekening met de resultaten van dat overleg."    

(3)Er wordt een nieuw artikel 27 bis toegevoegd:

Specifieke procedure ingeval de ernstige bedreiging voor de openbare orde of de binnenlandse veiligheid langer dan een jaar aanhoudt

"1. In uitzonderlijke gevallen, wanneer de lidstaat ook na de in artikel 25, lid 4, eerste zin, bedoelde periode met dezelfde ernstige bedreiging voor de openbare orde of de binnenlandse veiligheid wordt geconfronteerd, en wanneer ook op het grondgebied vergelijkbare uitzonderlijke maatregelen zijn genomen om die bedreiging aan te pakken, kan het grenstoezicht, dat tijdelijk opnieuw is ingevoerd om op die bedreiging te reageren, overeenkomstig dit artikel verder worden verlengd.

2. Uiterlijk zes weken vóór het verstrijken van de in artikel 25, lid 4, eerste zin, bedoelde periode stelt de lidstaat de overige lidstaten en de Commissie in kennis van zijn voornemen het toezicht verder te verlengen volgens de in dit artikel vastgestelde specifieke procedure. De kennisgeving bevat de krachtens artikel 27, lid 1, onder a) tot en met e), vereiste informatie. Artikel 27, leden 2 en 3, is van toepassing.

3. De Commissie brengt advies uit.

4. De Raad kan, rekening houdend met het advies van de Commissie, aanbevelen dat de lidstaat besluit tot een verdere verlenging van het grenstoezicht aan de binnengrenzen voor een periode van maximaal zes maanden. Die periode mag ten hoogste driemaal met een bijkomende periode van ten hoogste zes maanden worden verlengd. De Raad vermeldt in de aanbeveling ten minste de in artikel 27, lid 1, onder a) tot en met e), bedoelde informatie. In voorkomend geval bepaalt hij de voorwaarden voor samenwerking tussen de betrokken lidstaten."

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.


Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in de lidstaten overeenkomstig de Verdragen.