Artikelen bij COM(2017)614 - Jaarlijks verslag over de uitvoering van de vrijhandelsovereenkomst met korea

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

Brussel, 20.10.2017

COM(2017) 614 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

JAARLIJKS VERSLAG OVER DE UITVOERING VAN DE VRIJHANDELSOVEREENKOMST TUSSEN DE EU EN KOREA

{SWD(2017) 345 final}


1. INLEIDING

Op 1 juli 2017 bestond de vrijhandelsovereenkomst tussen de EU en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Korea (in dit verslag 'Korea' genoemd), anderzijds, precies zes jaar. De vrijhandelsovereenkomst werd sinds juli 2011 voorlopig toegepast. Op 13 december 2015 is zij officieel in werking getreden na ratificatie door de EU-lidstaten. Het Aanvullend Protocol bij de vrijhandelsovereenkomst werd, om rekening te houden met de toetreding van Kroatië tot de EU, sinds 26 mei 2014 voorlopig toegepast en is met ingang van 1 januari 2016 in werking getreden.


De vrijhandelsovereenkomst EU-Korea is de eerste van een nieuwe generatie brede vrijhandelsovereenkomsten. Zij is ook de eerste handelsovereenkomst die de EU met een Aziatisch land heeft gesloten. Dit is de meest ambitieuze handelsovereenkomst die de EU tot dusver heeft uitgevoerd.


Dit is het vijfde jaarverslag over de uitvoering van de vrijhandelsovereenkomst EU-Korea. Het verslag is opgesteld in overeenstemming met de bepalingen van Verordening (EU) nr. 511/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2011 tot uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausule in de vrijhandelsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Korea, anderzijds 1 . Volgens artikel 13, lid 1, van deze verordening moet de Commissie elk jaar een verslag over de toepassing en de tenuitvoerlegging van de overeenkomst publiceren. Het verslag gaat vergezeld van een werkdocument van de diensten van de Commissie dat het jaarlijkse monitoringverslag met geactualiseerde statistieken over de invoer uit Korea van producten in de gevoelige sectoren overeenkomstig artikel 3, lid 3, bevat.


Op 18 mei 2017 heeft het Europees Parlement een resolutie 2 aangenomen om de balans op te maken van de eerste vijf jaar van de tenuitvoerlegging van de vrijhandelsovereenkomst tussen de Europese Unie en Korea. Het Parlement heeft de zeer positieve economische resultaten van de overeenkomst voor de EU erkend, maar zich tegelijk bezorgd getoond over enkele openstaande punten en met name over de arbeidsrechten in Korea.

2. VOOR DE ANALYSE GEBRUIKTE METHODE

De onderstaande analyse van de bilaterale handelsstromen voor goederen tussen de EU en Korea is gebaseerd op een vergelijking van de gegevens voor het volledige kalenderjaar 2016 met die voor 2010, het laatste volledige kalenderjaar voordat de vrijhandelsovereenkomst op 1 juli 2011 voorlopig van toepassing werd.


Wat de handel in diensten en investeringen betreft, is de analyse gebaseerd op de laatste beschikbare jaarlijkse gegevens van 2015 en deze gegevens zijn wederom met die van 2010 vergeleken.


Opgemerkt zij dat wijzigingen in de handelsstromen niet uitsluitend aan de vrijhandelsovereenkomst kunnen worden toegeschreven aangezien ook andere factoren van invloed zijn. De hieronder verstrekte cijfers geven echter een goede indicatie van de wijze waarop de vrijhandelsovereenkomst tot dusver heeft gewerkt.


Het verslag geeft, voor de periode van januari 2016 tot en met mei 2017, ook een overzicht van de werkzaamheden van de verschillende comités en werkgroepen die krachtens de vrijhandelsovereenkomst zijn ingesteld om toezicht te houden op de uitvoering van de overeenkomst.

3. ONTWIKKELING VAN DE HANDEL (VAN JAAR TOT JAAR EN SINDS DE AANVANG VAN DE VOORLOPIGE TOEPASSING)

3.1.Handel in goederen

3.1.1.Algemene ontwikkeling van de handel in goederen

Er wordt op gewezen dat de geleidelijke inwerkingtreding van de overeengekomen tariefconcessies tijdens de eerste jaren na de aanvang van de voorlopige toepassing op 1 juli 2011, op 30 juni 2016 is afgelopen. Sindsdien werden bijna alle tarieven volledig geliberaliseerd en in tegenstelling tot de vorige verslagen wordt er dus geen onderscheid meer gemaakt tussen volledige, gedeeltelijke en niet-geliberaliseerde producten.


De EU-uitvoer naar Korea is met 59,2 % toegenomen, van 28 miljard EUR in 2010 tot 44,5 miljard EUR in 2016. De gemiddelde stijging van de EU-uitvoer naar Korea bedroeg 8,1 % en de gemiddelde groei van de EU-invoer uit Korea bedroeg 0,8 % per jaar.


In 2010, het basisjaar voor de aanvang van de voorlopige toepassing van de vrijhandelsovereenkomst, was de EU-uitvoer naar Korea goed voor 28 miljard EUR en bedroeg de invoer uit Korea 39,5 miljard EUR. In 2016 bedroeg de EU-uitvoer naar Korea 44,5 miljard EUR en bedroeg de invoer uit Korea 41,4 miljard EUR. Dit betekent dat het handelstekort van de EU met Korea van 11,6 miljard EUR in 2010 is omgezet in een handelsoverschot van 3,1 miljard EUR in 2016.


Bij het huidige niveau van de uitvoer vanuit de EU naar Korea zou er voor ongeveer 2 miljard EUR aan rechten verschuldigd zijn geweest als de vrijhandelsovereenkomst niet in werking zou zijn getreden 3 .


Grafiek 1: EU-uitvoer naar en EU-invoer uit Korea, 2010-2016 (miljard EUR)

Handel in goederen tussen de EU-28 en Zuid-Korea (miljoen EUR)
2010201120122013201420152016
EU-invoer uit Zuid-Korea39 53436 31238 01435 83738 77242 36541 437
EU-uitvoer naar Zuid-Korea27 96132 51537 81539 91043 18847 78744 506
Handelsbalans- 11 573
- 3 797
- 199
4 0734 4165 4223 069

Bron: Eurostat, juni 2017


Tussen 2015 en 2016 is de totale EU-uitvoer naar Korea met 6,9 % gedaald. De EU-invoer uit Korea is met 2,2 % gedaald. Dit heeft ertoe geleid dat het handelsoverschot van de EU is gedaald van 5,4 miljard EUR tot 3,1 miljard EUR. Deze daling volgt het algemene handelspatroon voor de EU in 2016. Tussen 2015 en 2016 is de totale wereldwijde uitvoer uit de EU met 2,4 % gedaald. De wereldwijde invoer naar de EU is met 1,2 % gedaald.


De sterkere daling van de EU-uitvoer naar Korea is onder andere te wijten aan de daling van de verkoop van machines, vervoermaterieel, motorvoertuigen (ook in verband met het dieselschandaal) en Britse olie (door het einde van de sancties tegen Iran) en het lagere aantal leveringen van vliegtuigen (met meer geplande leveringen voor de volgende jaren). Omgekeerd is voor 2016 een daling te zien van de EU-invoer uit Korea van vaartuigen, lcd's en petrochemische producten.


De invoer uit Korea was goed voor 2,6 % van de totale invoer naar de EU in 2010 en goed voor 2,4 % in 2016; daarmee was Korea in 2016 het op zeven na grootste land van invoer voor de EU. De EU-uitvoer naar Korea was goed voor 2 % van de totale uitvoer van de EU in 2010 en goed voor 2,6 % in 2016; daarmee was Korea in 2016 de op acht na grootste uitvoermarkt van de EU. Korea was de op zeven na grootste partner als het gaat om totale handel.


Aan Koreaanse zijde is het aandeel van de EU in de totale Koreaanse invoer gestegen van 9,1 % voor de aanvang van de toepassing van de vrijhandelsovereenkomst tot 12,8 % in 2016; daarmee was de EU de op een na grootste regio van invoer voor Korea (na China). Gedurende dezelfde periode is het EU-aandeel in de totale Koreaanse uitvoer gedaald van 11,5 % tot 10,9 % 4 ; daarmee is de EU de op twee na grootste exportmarkt van Korea. De EU was de op twee na grootste partner van Korea als het gaat om totale handel (na China en de VS).


3.1.2.Sectorale effecten

De belangrijkste uit de EU naar Korea uitgevoerde productcategorieën in 2016 zijn:


·"Machines en toestellen" (GS 5  16) waren goed voor 29,2 % van de totale EU-uitvoer naar Korea. Deze productcategorie kende een daling van 8,2 % ten opzichte van 2015.

·"Vervoermaterieel" (GS 17) was goed voor 21,2 % van de totale EU-uitvoer naar Korea. Deze categorie kende een daling van 6,4 % ten opzichte van 2015.

·"Producten van de chemische industrie" (GS 06) waren goed voor 13,6 % van de totale EU-uitvoer naar Korea. Deze productcategorie kende een toename van 8,4 % ten opzichte van 2015.

·Andere productcategorieën waarvoor sinds juli 2011 een aanzienlijke toename van de uitvoer uit de EU is opgetekend, zijn 'minerale producten' (GS 05) 6 , "parels & edele metalen" (GS 14), 'schoeisel' (GS 12) en 'hout' (GS 09).


De voornaamste uit Korea in de EU ingevoerde productcategorieën in 2016 zijn:


·"Machines en toestellen" waren goed voor 33,9 % van de EU-invoer uit Korea. Deze productcategorie kende een daling van 4,9 % ten opzichte van 2015.

·"Vervoermaterieel" was goed voor 26,1 % van de totale EU-invoer uit Korea. Deze productcategorie kende een daling van 4,9 % ten opzichte van 2015.

·Er zijn aanzienlijke stijgingen opgetekend bij de invoer in de EU van 'producten van de chemische industrie' en 'kunststof' (GS 07).


3.1.3    Bilaterale handel in motorvoertuigen en auto-onderdelen

De waarde van de EU-uitvoer van motorvoertuigen (GS 8703) is in de periode 2010-2016 met 244 % toegenomen van 1,68 miljard EUR (64 200 eenheden) tot 5,79 miljard EUR (176 900 eenheden), en was goed voor 13 % van de totale EU-uitvoer naar Korea.


De EU-invoer uit Korea is met 53 % toegenomen, van 2,48 miljard EUR tot 4,79 miljard EUR, of gemeten in ingevoerde eenheden met 13 % (van 300 000 tot 339 000). Motorvoertuigen zijn goed voor bijna 12 % van de totale invoer in de EU vanuit Korea.


Grafiek 2: EU-uitvoer naar en EU-invoer uit Korea van motorvoertuigen, 2010-2016 (miljard EUR)


De EU-uitvoer van auto-onderdelen naar Korea 7 bedroeg in 2016 ongeveer 1,4 miljard EUR. Dit vertegenwoordigt een toename van 25 % op jaarbasis voor 2015.


De EU-invoer van auto-onderdelen uit Korea bedroeg in 2016 ongeveer 3,5 miljard EUR. Dit vertegenwoordigt een toename van 9 % op jaarbasis voor 2015.


Het handelstekort voor auto-onderdelen is stabiel gebleven op ongeveer - 2,1 miljard EUR.

3.2. Handel in diensten en investeringen

De meest recente beschikbare gegevens over diensten en investeringen zijn van 2015. In 2015 bedroeg de EU-uitvoer van diensten 11,1 miljard EUR. Dit vertegenwoordigt een toename van 49 % ten opzichte van 2010 (maar een daling van 7 % ten opzichte van 2014). In hetzelfde jaar hadden de uit Korea in de EU ingevoerde diensten een waarde van 6,3 miljard EUR. Dit vertegenwoordigt een toename van 32 % ten opzichte van 2010 (en een toename van 7,3 % ten opzichte van 2014). De EU-handel in diensten met Korea is goed voor ongeveer 1 % van de handel in diensten buiten de EU. In 2015 had de EU op dit gebied een handelsoverschot van 4,8 miljard EUR.


Tabel 1: Totale handel in diensten tussen de EU en Korea (miljoen EUR)

EU-invoer (debet)EU-uitvoer (credit)EU-handelsbalans
20104 7697 4222 653
20114 6257 8873 262
20124 9199 0054 086
20135 64110 7585 117
20145 86811 9346 066
20156 29811 0894 792

Bron: Eurostat (BOP)


In 2015 bedroegen de uitgaande buitenlandse directe investeringen vanuit de EU naar Korea 49,8 miljard EUR, wat overeenkomt met 3,5 % van de buitenlandse directe investeringen buiten de EU. In 2015 bedroegen de binnenkomende buitenlandse directe investeringen in de EU vanuit Korea 20,9 miljard EUR, wat overeenkomt met 0,7 % van de buitenlandse directe investeringen buiten de EU. Het EU-kapitaal in Korea is dus ongeveer 2,5 keer zo groot als het Koreaanse kapitaal in de EU. De binnenkomende buitenlandse directe investeringen in de EU zijn met 59 % gestegen en de uitgaande buitenlandse directe investeringen vanuit de EU zijn met 33 % gestegen tussen 2010 en 2016.


Tabel 2: Buitenlandse directe investeringen EU-Korea (miljoen EUR)

KapitaalStromen
BinnenkomendUitgaandBinnenkomendUitgaand
201013 14037 4804 0122 448
201110 78236 3061 8102 217
201216 86635 2064 302- 179
2013 (b)14 94932 2741 340823
201417 56545 8294 4865 485
201520 91449 7551 800- 6 428

Opmerking: (b) onderbreking in de reeks. De gegevens voor 2010-2012 zijn samengesteld overeenkomstig de BPM5-methodologie en zijn niet vergelijkbaar met de gegevens voor 2013-2015 die zijn gebaseerd op de BPM6-methodologie. Voor een bijzonder doel opgerichte entiteiten zijn inbegrepen 8 .


3.3.Preferentiegebruik

Uit dit cijfer blijkt in welke mate EU-exporteurs gebruikmaken van de preferenties in de vrijhandelsovereenkomst, d.w.z. in welke mate zij gebruikmaken van de rechtenverlagingen uit hoofde van de vrijhandelsovereenkomst 9 . In 2016 bedroeg het totale EU-preferentiegebruik op de Koreaanse markt 71 %, het hoogste percentage tot dusver. Ter vergelijking: dit was 68 % in 2015 en 65 % in 2013 en 2014.


Op het niveau van de lidstaten bestaan er grote verschillen in de mate van preferentiegebruik, variërend van 20,8 % (Malta) tot 86,8 % (België). De landen met het hoogste preferentiegebruik (boven 80 %) zijn België, Slowakije, Cyprus, Oostenrijk en Hongarije. Aan de andere kant zijn de lidstaten met het laagste preferentiegebruik (onder 60 %) Kroatië, Ierland, Nederland, Estland, Finland en Malta.


Wat GS-categorieën 10 betreft, is het hoogste totale preferentiegebruik te vinden bij 'dieren en producten van het dierenrijk' (afdeling 1), namelijk 95,4 %, en bij 'vervoermaterieel' (afdeling 17), namelijk 95 %. Meer in het bijzonder is voor de categorie 'motorvoertuigen' (hoofdstuk 87 in afdeling 17), die meer dan 20 % uitmaakt van alle preferentiële EU-uitvoer naar Korea, een preferentiegebruik van 95,1 % te zien.


Daarentegen is het laagste totale preferentiegebruik (onder 60 %) te vinden bij 'onedele metalen en werken daarvan' (afdeling 15) (58,8 %), 'parels en edele metalen' (afdeling 14) (56,9 %), de zeer belangrijke categorie 'machines, toestellen en elektrotechnisch materieel' (afdeling 16) (54,7 %), 'huiden en vellen' (afdeling 8) (53,7 %), 'wapens en munitie' (afdeling 19) (53,1 %) en 'diverse' (afdeling 20) (51,2 %).


Wat de Koreaanse uitvoer naar de EU betreft, was het totale preferentiegebruik op de EU-markt groter dan het EU-preferentiegebruik, namelijk 87 % in 2016 ten opzichte van 85 % in 2015 en 84 % in 2014.

4. ACTIVITEITEN VAN DE INSTANTIES DIE TOEZICHT HOUDEN OP DE UITVOERING

Bij de institutionele bepalingen van de vrijhandelsovereenkomst EU-Korea (artikel 15) zijn zeven gespecialiseerde comités en zeven werkgroepen opgericht en is een dialoog over intellectuele-eigendomskwesties (IE-dialoog) ingesteld. Het Handelscomité op ministerieel niveau, dat eenmaal per jaar bijeenkomt, speelt een toezichthoudende rol en zorgt ervoor dat de vrijhandelsovereenkomst naar behoren functioneert. Van januari 2016 tot en met mei 2017 hebben de meeste bijeenkomsten van de comités en werkgroepen, met inbegrip van het Handelscomité, plaatsgevonden in de EU, zoals hieronder samengevat.


De Werkgroep motorvoertuigen en delen is op 21 juni 2016 in Brussel bijeengekomen en heeft milieukwesties, technische normen, harmonisatie, convergentie en ook markttoegangskwesties besproken. Er is vooruitgang geboekt wat betreft de technische bijwerking van bijlage 2-C. Tijdens de werkgroep zijn positieve ontwikkelingen opgetekend met betrekking tot punten van zorg voor de EU, zoals technische voorschriften voor stoelen, de testprocedure voor Flex-PLI en de invoering van 48V-technologie. De besproken markttoegangskwesties hadden onder meer betrekking op trekkers, zelfcertificering en markering van auto-onderdelen, beperkte markttoegang voor bepaalde voertuigtypen, voertuigbreedte, typegoedkeuringscertificaten en beleidsmaatregelen die van invloed zijn op de invoer van motorfietsen.


De Werkgroep farmaceutische producten en medische hulpmiddelen, die op 22 juni 2016 in Brussel is bijeengekomen, besprak onder meer het Koreaanse prijsbeleid voor geneesmiddelen en de passende erkenning van de waarde van innovatieve geneesmiddelen en technologieën, de toepassing van serienummers voor geneesmiddelen, de erkenning van compendia voor farmaceutische producten uit de EU, evenals de terugbetaling van medische hulpmiddelen voor eenmalig gebruik, de vereisten van klinische tests, en de stand van zaken van de aangemelde instanties in de EU.


Het Comité voor sanitaire en fytosanitaire maatregelen is op 21 oktober 2016 in Brussel bijeengekomen. Het comité heeft zich gebogen over de invoergoedkeuringsprocedure inzake EU-rundvlees, het verzoek van de EU om regionalisatiebesluiten te erkennen, de opheffing van het Koreaanse invoerverbod op varkensvlees, gevogelte en gevogelteproducten uit bepaalde EU-lidstaten, en de 'geboren en opgefokt'-clausule in de bilaterale sanitaire protocollen tussen de EU-lidstaten en Korea. De EU heeft tevens kwesties aan de orde gesteld over het aantal monsternemingen voor tests op hoogwaardige producten en een kwestie in verband met de certificering voor Koreaanse normen voor producten die in één EU-lidstaat zijn vervaardigd en via een andere lidstaat naar Korea worden verscheept. Korea heeft een punt aangekaart in verband met de uitvoer van kippensoep met ginseng naar de EU.


Op 15 november 2016 is het Comité voor de handel in goederen bijeengekomen in Brussel. Het comité heeft de algemene uitvoering van de vrijhandelsovereenkomst na vijf jaar besproken en de positieve effecten ervan voor zowel de EU als Korea erkend. Beide partijen hebben de resultaten van de op de vorige dag gehouden dialoog over elektronica besproken, waarbij een groot aantal kwesties werd behandeld (herziening van artikel 4 en artikel 5.2 van bijlage 2-B bij de vrijhandelsovereenkomst, uitbreiding van het toepassingsgebied van bijlage 2-B tot het testen van radioapparatuur, stand van zaken van de tenuitvoerlegging van de EU-richtlijn inzake ecologisch ontwerp voor televisies en displays, testvoorschriften voor de overeenstemmingsbeoordelingsprocedures van de EU-richtlijn inzake radioapparatuur, respijtperiode voor de tenuitvoerlegging van de nieuwe laagspanningsrichtlijn en EMC-richtlijn). De markttoegangskwesties van de cosmetische sector van de EU werden opnieuw aan de orde gesteld, met name het systeem van Korea voor uitwisseling van elektronische gegevens en de bepalingen met betrekking tot taxfree-winkels in de stad om ruimte te behouden voor de verkoop van producten van kleine en middelgrote ondernemingen. Wat mededinging betreft, heeft de EU informatie gevraagd over de Koreaanse wetgeving inzake verboden subsidies en heeft zij haar bezorgdheid geuit over de Koreaanse plannen om de lokale scheepsbouwindustrie te ondersteunen. Tot slot hebben de partijen de voorbereidingen van het Handelscomité besproken.


Op 16 november 2016 hebben de EU en Korea in Brussel een bijeenkomst van de Werkgroep samenwerking bij handelsmaatregelen georganiseerd. Door de bijeenkomst konden de kennis over en het inzicht in elkaars wet- en regelgeving inzake handelsmaatregelen, het handelsbeleid en de handelspraktijken worden vergroot. Voorts zijn ook statistieken en informatie over bilaterale antidumpingmaatregelen en lopende onderzoeken uitgewisseld, alsmede over globale tendensen in onderzoeken naar handelsmaatregelen.


De dialoog over intellectueel eigendom heeft op 24 november 2016 in Seoul plaatsgevonden. Door beide zijden werden actuele overzichten gegeven van de ontwikkelingen op wetgevings- en beleidsgebied inzake auteursrechten, patenten, merken en handhaving. Van EU-zijde werd het belang aangekaart van het behoud van een evenwicht tussen de houders van rechten van essentiële octrooien ("standard essential patents" - "SEP's") en uitvoerders van het mededingingsbeleid van Korea. Van EU-zijde werden tevens de daar bestaande zorgen geuit over het gebrek aan uitvoering van de vrijhandelsovereenkomst wat de rechten inzake openbare opvoering betreft, in afwachting van de herziening door Korea van de wet inzake auteursrechten en werd het economische belang van deze kwestie voor zowel de EU als Korea benadrukt.


De bijeenkomst van de Werkgroep overheidsopdrachten heeft op 26 november 2016 in Seoul plaatsgevonden. De partijen hebben informatie verstrekt over recente ontwikkelingen op wetgevingsgebied, zijn ingegaan op de ruime interpretatie die Korea geeft aan uitzonderingen op grond van veiligheidsoverwegingen krachtens artikel 3 van de GPA en hebben standpunten uitgewisseld over de toegang tot aanbestedingen voor kleine en middelgrote ondernemingen. De EU heeft, naast andere kwesties, gevraagd of aan Koreaanse zijde eventueel belangstelling bestaat om een gemeenschappelijk portaal voor aanbestedingen te creëren of om elkaars portalen te verbinden. De partijen zijn overeengekomen om hun samenwerking verder te versterken.


De Werkgroep geografische aanduidingen heeft in 2016 twee werkvergaderingen (op 7 juli en op 30 november) georganiseerd via teleconferentie. Er zijn verdere besprekingen gevoerd over de toevoeging van geografische aanduidingen aan de krachtens de vrijhandelsovereenkomst beschermde lijst. De partijen hebben tevens de handhaving van Europese geografische aanduidingen op de Koreaanse markt en Koreaanse geografische aanduidingen op de EU-markt besproken.


De vierde EU-Korea-bijeenkomst van het Comité voor culturele samenwerking werd op 6 maart 2017 in Seoul georganiseerd. Beide zijden zijn overeengekomen om het recht van aanspraak voor EU-Koreaanse audiovisuele coproducties op steun in het kader van hun respectieve regelingen voor de bevordering van plaatselijke en regionale culturele inhoud te verlengen en om hun voorlichtingsactiviteiten voor audiovisuele ondernemingen op te voeren. Andere besproken thema's betroffen residenties voor kunstenaars, uitwisseling van gegevens en ondersteuning van culturele samenwerking.


De bijeenkomst van het Comité voor handel en duurzame ontwikkeling heeft op 24 maart 2017 in Brussel plaatsgevonden. De partijen hebben standpunten uitgewisseld over hun respectieve milieu- en arbeidsbeleid. Hoofdstuk 5 hieronder behelst een gedetailleerdere beschrijving van deze besprekingen.


Op 7 april 2017 is het Douanecomité bijeengekomen in Seoul. Het comité heeft kwesties besproken met betrekking tot de oorsprongsregels, zoals de interpretatie van 'primair ingrediënt' op basis van surimi, oorsprongsverificatieprocedures, het goedgekeurde exporteursysteem, alsook de technische bijwerking van productspecifieke regels van GS 2007 tot en met GS 2017. De partijen hebben daarnaast discussies gevoerd over de samenwerking in het kader van onderzoeken van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) naar de omzeiling van handelsbeschermende maatregelen voor roestvrijstalen leidingen en zonnepanelen die afkomstig zijn uit China, en de EU heeft een algemene toelichting gegeven bij de wettelijke en praktische vereisten waaraan moet worden voldaan voor de wederzijdse erkenning van geautoriseerde marktdeelnemers.


Het Handelscomité is op 16 december 2016 bijeengekomen in Brussel. De bijeenkomst werd gezamenlijk voorgezeten door de EU-commissaris voor Handel, Cecilia Malmström en de minister van Handel, Industrie en Energie van Korea, Hyunghwan Joo, die beiden vergezeld werden door grote delegaties. Ter gelegenheid van het vijfde jaar van uitvoering van de vrijhandelsovereenkomst EU-Korea, hebben beide zijden de nauwere bilaterale handelsbetrekkingen toegejuicht en hun verwachtingen voor de toekomstige relaties toegelicht (bv. verhoging van het preferentiegebruik en de deelname van kleine en middelgrote ondernemingen, aanpassing aan technologische veranderingen). Korea heeft de aandacht gevestigd op zijn aanhoudende (maar verminderde) handelstekort met de EU.


Wat de verkennende gesprekken over wijzigingen van de vrijhandelsovereenkomst betreft, heeft de EU nogmaals aangegeven belangstelling te hebben voor een wijziging van de bepalingen in verband met, onder andere, rechtstreeks vervoer, herstelde goederen en trekkers. Korea heeft eraan herinnerd dat het in beginsel graag met de EU onderhandelingen wil voeren over investeringsbescherming, maar dat het momenteel nog niet klaar is om stappen te ondernemen in het kader van de aanpak van de EU betreffende het stelsel van investeringsgerechten.


De EU heeft zich zeer bezorgd getoond over de ontoereikende vooruitgang bij de ratificatie en tenuitvoerlegging van verdragen van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) en bij de bescherming van de arbeidsrechten in Korea. Zij heeft met klem benadrukt dat de uitvoer van rundvlees uit de EU naar Korea moet worden toegestaan. Andere aangekaarte kwesties hadden betrekking op regionalisatie (varkensvlees en gevogelte), douaneprocedures (oorsprongsverificatie), tijdelijke vrijstelling van rechten voor herstelde goederen, intellectuele-eigendomsrechten (rechten inzake openbare opvoering), geografische aanduidingen, auto's (typegoedkeuring), scheepsbouw (subsidies) en post- en koeriersdiensten.


Korea heeft, na herhaalde verzoeken van de EU en de sector bevestigd dat het de tijdelijke vrijstelling van rechten voor herstelde goederen voor een verdere periode van twee jaar gaat verlengen na de uiterste termijn op 31 december 2016. Korea heeft uitvoerings- en markttoegangskwesties aangekaart in verband met kippensoep, surimi (vis), Europese milieunormen voor UHD-televisies, goede fabricagepraktijken voor medische hulpmiddelen, wederzijdse erkenning voor professionele dienstverlening, en antidumpingonderzoeken van de EU. Beide zijden zijn overeengekomen de besproken uitvoerings- en markttoegangskwesties te blijven volgen in de respectieve gespecialiseerde comités en werkgroepen.

5. TENUITVOERLEGGING VAN DE BEPALINGEN BETREFFENDE HANDEL EN DUURZAME ONTWIKKELING

De Commissie heeft samen met Korea verder werk gemaakt van de tenuitvoerlegging van de in het hoofdstuk Handel en duurzame ontwikkeling vervatte verbintenissen met betrekking tot arbeid en milieu. Bijzondere aandacht is uitgegaan naar arbeidsrechten teneinde vorderingen te maken met de tenuitvoerlegging van de aangegane verbintenissen, bijvoorbeeld wat betreft de naleving van de fundamentele IAO-beginselen van vrijheid van vereniging en het recht collectief te onderhandelen en de ratificatie van de fundamentele IAO-verdragen.


De vijfde bijeenkomst van het Comité voor handel en duurzame ontwikkeling vond op 24 maart 2017 plaats in Brussel. Dat gaf de EU en Korea de gelegenheid om hun dialoog en samenwerking met het oog op de tenuitvoerlegging van het hoofdstuk Handel en duurzame ontwikkeling voort te zetten. Ten aanzien van de kwesties aangaande het arbeidsbeleid heeft de EU aangedrongen op de garantie dat vorderingen worden gemaakt met de tenuitvoerlegging van de fundamentele IAO-verdragen en de situatie met betrekking tot de vrijheid van vereniging. Korea heeft informatie verstrekt over de binnenlandse context en de geleverde inspanningen om de fundamentele IAO-verdragen te ratificeren, alsook over de situatie met betrekking tot de vrijheid van vereniging. De EU was wat dit betreft van oordeel dat deze thema's verder moeten worden besproken. Korea heeft tevens een uiteenzetting gegeven van de uitdagingen waarmee het kampt op het gebied van jeugdwerkloosheid en de 'vierde industriële revolutie' en verwees daarbij naar het belang van een sociale dialoog. De EU heeft ook informatie verstrekt over het beleidsdocument betreffende de EU-pijler van sociale rechten en een presentatie gegeven over de acties die moeten worden ondernomen ter bevordering van de sociale dialoog.


De EU en Korea hebben voorts hun samenwerkingsproject voor de tenuitvoerlegging van IAO-Verdrag 111 inzake non-discriminatie in arbeid en beroep geëvalueerd, hetgeen betekenisvol werd geacht met het oog op een beter begrip tussen Korea en de EU, aangezien de bestrijding van genderdiscriminatie als een gemeenschappelijke uitdaging wordt beschouwd.


Het Comité voor handel en duurzame ontwikkeling heeft tevens kwesties aangaande het milieubeleid besproken, waarbij de EU en Korea informatie hebben uitgewisseld over de acties die zij ondernemen ter bevordering van de circulaire economie, met inbegrip van afvalbeheer. Korea en de EU waren van oordeel dat beide partijen baat zouden hebben bij een verdere samenwerking en uitwisseling van informatie, en Korea zou het aanbod van de EU voor een missie in verband met de circulaire economie naar Korea in overweging nemen. De EU en Korea hebben ook informatie uitgewisseld over hun respectieve inspanningen om het Verdrag van Minimata inzake kwik te ratificeren. Korea en de EU hebben besprekingen gevoerd over hun inspanningen met betrekking tot de strijd tegen de illegale handel in aal in het kader van CITES en tot de verwezenlijking van de biodiversiteitsdoelstellingen van het Verdrag inzake biologische diversiteit.


Wat samenwerking op het gebied van klimaatverandering betreft, heeft de EU gewezen op het belang van samenwerking tussen strategische partners en de leiderschapsrol van de G20 om de Overeenkomst van Parijs ten uitvoer te leggen en het belang van een samenhangend klimaatbeleid. Korea en de EU hebben de balans opgemaakt van het lopende samenwerkingsproject inzake het emissiehandelssysteem, dat goed loopt, en zijn overeengekomen dat het goed zou zijn als andere Koreaanse ministeries bij het project zouden worden betrokken.


De Commissie heeft verscheidene andere kanalen gebruikt om haar zorgen over de arbeidsrechtensituatie in Korea kenbaar te maken en aan te dringen op verdere vooruitgang in deze aangelegenheid. Deze zorgen zijn geuit in het Handelscomité, in de correspondentie van de EU-commissaris voor Handel met haar Koreaanse evenknie en tijdens talrijke bilaterale contacten, waaronder door de EU-delegatie in Korea.


De tenuitvoerlegging van het hoofdstuk Handel en duurzame ontwikkeling werd tevens ondersteund door een actieve deelname van het maatschappelijk middenveld in de interne adviesgroepen van de EU en Korea, die sinds september 2015 respectievelijk vier en acht keer hebben vergaderd. De interne adviesgroep van de EU was met name actief bij het doorgeven van de standpunten van de leden over de arbeidsrechtensituatie in Korea. De vijfde bijeenkomst van het forum van het maatschappelijk middenveld, dat de interne adviesgroepen van de EU en Korea samenbrengt, heeft op 20-21 maart 2017 plaatsgevonden in Brussel en werd voorafgegaan door een workshop over maatschappelijk verantwoord ondernemen. Op het forum zijn aanbevelingen aan de EU en Korea gedaan over de tenuitvoerlegging van het hoofdstuk Handel en duurzame ontwikkeling.


6. SPECIFIEKE GEBIEDEN DIE ZIJN ONDERWORPEN AAN VERSLAGLEGGING OF MONITORING

In artikel 3, lid 3, van Verordening (EU) nr. 511/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2011 tot uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausule 11 is bepaald dat de Commissie jaarlijks een monitoringverslag indient bij het Europees Parlement en de Raad met geactualiseerde statistieken over de invoer uit Korea van producten in de gevoelige sectoren en de sectoren waarnaar de monitoring is uitgebreid. De ontwikkeling van de EU-invoer uit Korea in de sectoren die onder de monitoring vallen (auto's, textielproducten, elektronica) en de resultaten van de specifieke monitoring van de teruggave van douanerechten worden voorgesteld in het werkdocument van de diensten van de Commissie dat bij dit verslag is gevoegd.

7. VOORNAAMSTE OPENSTAANDE KWESTIES EN VERVOLGACTIES

De volledige en correcte uitvoering van de vrijhandelsovereenkomst EU-Korea blijft van cruciaal belang om de verwachte voordelen voor beide zijden te verwezenlijken.


De EU heeft zich in het bijzonder bezorgd getoond op het gebied van handel en duurzame ontwikkeling, met name in verband met de ontoereikende vorderingen met de ratificatie en tenuitvoerlegging van de IAO-verdragen en de bescherming van de arbeidsrechten in Korea. De Commissie zal met de nieuwe Koreaanse regering nauw samenwerken om deze punten van zorg aan te pakken en verder samenwerken met de interne adviesgroep van de EU en met het forum voor het maatschappelijk middenveld, dat uit belanghebbenden van alle zijden bestaat.


De EU heeft er bijzonder belang bij om opnieuw rundvlees uit te voeren naar de Koreaanse markt, die sinds januari 2001 voor alle invoer uit de EU gesloten is. De aanvaarding van het beginsel van regionalisatie voor dierziekten door Korea is eveneens een belangrijk onderwerp op sanitair en fytosanitair gebied.


Op het gebied van intellectueel eigendom moet Korea een beloningssysteem opzetten voor rechten inzake openbare opvoering. Het moet er verder mee instemmen om bijkomende geografische aanduidingen te beschermen en de beginselen van het regelgevingskader voor postdiensten aanvaarden. Verdere uitvoerings- en markttoegangskwesties hebben onder andere betrekking op elektronica, auto's en machines.


Verbeteringen op het gebied van douaneprocedures zouden kunnen bijdragen aan een hogere mate van preferentiegebruik en de deelname van kleine en middelgrote ondernemingen verder bevorderen. Technologische veranderingen, bijvoorbeeld op het gebied van elektronica, zullen aanpassingen vergen.


De uit hoofde van de vrijhandelsovereenkomst EU-Korea opgerichte gespecialiseerde comités en werkgroepen zullen oplossingen blijven bespreken en zoeken voor de uitvoerings- en markttoegangskwesties, zodat concrete resultaten kunnen worden bereikt. Zij zijn ook nuttige fora gebleken om huidige en aankomende ontwikkelingen inzake regelgeving en gebieden voor toekomstige samenwerking te bespreken.


Bovendien zal de Commissie verkennende gesprekken met Korea voeren over een pakket van wijzigingen van de vrijhandelsovereenkomst of de protocollen daarbij, teneinde tot een evenwichtig en wederzijds aanvaardbaar resultaat te komen.

8. CONCLUSIES

Uit de eerste zes jaar van uitvoering blijkt dat de vrijhandelsovereenkomst EU-Korea vruchten heeft afgeworpen.


De uitvoer van goederen uit de EU naar Korea is tussen 2010 en 2016 met 59 % toegenomen. Ook de Koreaanse uitvoer is gestegen, maar minder snel vanwege de gedaalde vraag in de EU als gevolg van de financiële crisis. Daardoor is het EU-tekort voor de handel in goederen van 11,6 miljard EUR in 2010 omgezet in een overschot van 3,1 miljard EUR in 2016.


In de periode 2010-2015 is de uitvoer van diensten uit de EU naar Korea met 49 % gestegen ten opzichte van 32 % voor de EU-invoer uit Korea. De EU had in 2015 een handelsoverschot van 4,8 miljard EUR.


In dezelfde periode zijn de binnenkomende buitenlandse directe investeringen in de EU met 59 % gestegen en ook de uitgaande buitenlandse directe investeringen (EU-investeringen in Korea) zijn met 33 % toegenomen.


Hoewel er, zoals aangegeven in punt 7, op nagenoeg de meeste gebieden nog steeds moeilijkheden bestaan verloopt de uitvoering goed en wordt de economische ontwikkeling aan beide zijden sterk ondersteund. Dit werd tevens erkend in de resolutie van het Europees Parlement die op 18 mei 2017 12 is aangenomen.


(1) PB L 145 van 31.5.2011, blz. 19.
(2) http://www.europarl.europa.eu/sides/getDoc.do?type=TA&reference=P8-TA-2017-0225&language=NL&ring=A8-2017-0123   
(3) Deze berekening is gebaseerd op de invoer in Korea uit de EU op GS6-niveau in het vijfde jaar van de uitvoering van de vrijhandelsovereenkomst (ITC-gegevens).
(4) Het EU-aandeel in de totale Koreaanse invoer heeft betrekking op de invoer van Korea uit de EU als een aandeel van de wereldwijde invoer in Korea. Het EU-aandeel in de totale Koreaanse uitvoer beschrijft de uitvoer uit Korea naar de EU als een aandeel van de wereldwijde uitvoer uit Korea.
(5) Geharmoniseerd systeem
(6) De EU-uitvoer van 'minerale producten' naar Korea is voornamelijk in het eerste jaar van de uitvoering van de vrijhandelsovereenkomst toegenomen. Zij zijn goed voor 7 % van de totale EU-uitvoer naar Korea.
(7) Auto-onderdelen omvatten banden (401110, 401211), motoren (840733, 840734, 840790, 840820) en onderdelen (8708).
(8) In 2014 waren voor een bijzonder doel opgerichte entiteiten goed voor 44 % van het uitgaande kapitaal van de EU naar Korea en 3 % van het binnenkomende kapitaal in de EU vanuit Korea. Wat de stromen betreft, had 84 % van de uitgaande stromen van de EU naar Korea en 19 % van de binnenkomende stromen in de EU vanuit Korea betrekking op voor een bijzonder doel opgerichte entiteiten.
(9) Het is gelijk aan de volgende ratio:preferentiële invoer van Korea (de waarde van de EU-uitvoer naar Korea die Korea binnengaat tegen preferentiële tarieven)voor preferentie in aanmerking komende invoer van Korea (de waarde van de EU-uitvoer naar Korea die in aanmerking komt voor preferentiële tarieven)
(10) Geharmoniseerd systeem inzake de omschrijving en de codering van goederen.
(11) PB L 145 van 31.5.2011, blz. 19.
(12) http://www.europarl.europa.eu/sides/getDoc.do?type=TA&reference=P8-TA-2017-0225&language=NL&ring=A8-2017-0123