Artikelen bij COM(2020)758 - Actieplan voor integratie en inclusie 2021-2027

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2020)758 - Actieplan voor integratie en inclusie 2021-2027.
document COM(2020)758 NLEN
datum 24 november 2020
EUROPESE COMMISSIE

Brussel, 24.11.2020

COM(2020) 758 final

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

Actieplan voor integratie en inclusie 2021-2027


{SWD(2020) 290 final}


Actieplan voor integratie en inclusie 2021-2027

“We zullen ervoor zorgen dat de mensen die het recht hebben om hier te blijven, geïntegreerd worden en zich welkom voelen. Zij moeten aan hun toekomst bouwen, en zij hebben daarvoor de vaardigheden, de energie en het talent.”

Commissievoorzitter Von der Leyen, Staat van de Unie 2020

1.Sociale cohesie stimuleren en een inclusieve samenleving opbouwen voor iedereen

De Europese levenswijze is een inclusieve levenswijze. Integratie en inclusie zijn van het grootste belang voor mensen die naar Europa komen, voor de plaatselijke gemeenschappen, voor het welzijn van onze samenlevingen op de lange termijn en voor de stabiliteit van onze economieën. Willen we eraan bijdragen dat onze samenlevingen en economieën bloeien, dan moet iedereen die deel uitmaakt van de samenleving worden ondersteund. Integratie is zowel een recht als een plicht voor iedereen.

Dit betekent dat mensen die met tegenslag te kampen hebben, erbovenop moeten kunnen komen, en dat we moeten zorgen voor saamhorigheid en cohesie in onze gemeenschappen. Alle mensen moeten dezelfde kansen krijgen om hun rechten te genieten en deel te nemen aan het gemeenschapsleven en het sociale leven, ongeacht hun achtergrond, en in overeenstemming met de Europese pijler van sociale rechten. Het betekent ook eerbiediging van de gemeenschappelijke Europese waarden die zijn vastgelegd in de EU-verdragen en in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, waaronder de democratie, de rechtsstaat, de vrijheid van meningsuiting en godsdienst, en het recht op gelijkheid en non-discriminatie. Deze fundamentele waarden zijn een wezenskenmerk van het leven in en de deelname aan de Europese samenleving. Om deze redenen is bij de Europese Commissie de portefeuille “Bevordering van onze Europese levenswijze” in het leven geroepen. Het doel ervan is de eenvoudige maar essentiële premisse te bevorderen dat iedereen meetelt, dat geen mens aan zijn lot mag worden overgelaten, dat alle mensen hun rechten daadwerkelijk moeten kunnen uitoefenen en dat kansen en veiligheid binnen ieders bereik moeten zijn.

De uitdaging van integratie en inclusie is van bijzonder belang voor migranten, niet alleen voor nieuwkomers, maar soms ook voor derdelanders die al genaturaliseerd zijn en het EU-burgerschap hebben verworven 1 . Daarom bestrijkt dit actieplan zowel migranten als EU-burgers met een migratieachtergrond 2 . Het is dus ruimer dan het actieplan van de Commissie inzake integratie uit 2016 3 , dat alleen betrekking had op onderdanen van derde landen.

Effectieve integratie en inclusie van migranten in de EU is een sociale en economische investering die de cohesie, veerkracht en welvaart van de Europese samenlevingen versterkt. Integratie en inclusie kan en moet een win-winproces zijn waar de hele samenleving baat bij heeft. Maar met integratie en inclusie kan slechts succes worden behaald als het om een tweerichtingsproces gaat waarbij migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond worden geholpen om te integreren en op hun beurt een actieve inspanning leveren om te integreren. Bij het integratieproces speelt de samenleving van het gastland een grote rol: die moet de kansen scheppen voor volwaardige economische, sociale, culturele en politieke participatie van immigranten. Het proces vereist ook om aanpassing van de kant van de migranten: zij hebben zowel rechten als verantwoordelijkheden met betrekking tot hun nieuwe woonland.

Momenteel zijn ongeveer 34 miljoen EU-inwoners geboren buiten de EU (ongeveer acht procent van de bevolking) 4 . Tien procent van de jonge mensen (15 tot 34 jaar) die in de EU geboren zijn, heeft minstens één ouder die elders is geboren 5 . Hoewel het percentage buiten de EU geboren inwoners de afgelopen jaren over het algemeen is toegenomen 6 , verschilt het nog steeds sterk van lidstaat tot lidstaat. Het bedraagt ongeveer tien procent of meer in Zweden, Estland, Luxemburg, Kroatië, Letland, Oostenrijk, Malta en Duitsland, maar minder dan drie procent in Tsjechië, Hongarije, Roemenië, Bulgarije, Polen en Slowakije.

Meer dan een kwart van de migranten is hoogopgeleid 7 . Zij hebben middelen, ambitie en motivatie te bieden, maar zijn vaak niet in staat hun vaardigheden te benutten. Voor bijna 40 % van hen geldt dat zij overgekwalificeerd zijn voor het werk dat zij doen 8 . Wij kunnen het ons niet veroorloven dit potentieel te verspillen. Bijna een vijfde van de migranten heeft daarentegen slechts basisonderwijs genoten en heeft verdere steun nodig.

Migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond spelen een sleutelrol in de Europese economie en samenleving. De COVID-19-crisis heeft des te duidelijker gemaakt hoe groot hun bijdrage is 9 . Velen van hen helpen de crisis het hoofd te bieden als werknemers in essentiële diensten, artsen en verpleegkundigen. Tegelijkertijd behoren zij tot degenen die zwaarder worden getroffen door de pandemie 10 . De EU heeft ieders bijdrage aan het herstel en de veerkracht van onze economieën hard nodig in de nasleep van COVID-19 11 . Daarom is het niet alleen een morele plicht die in overeenstemming is met de fundamentele waarden van de EU, maar ook een economische noodzaak om de maatregelen ter bevordering van integratie en inclusie op te voeren. Zoals uit recent onderzoek is gebleken, kan volledige integratie van migranten op de arbeidsmarkt grote economische voordelen opleveren, waaronder begrotingsvoordelen, en bijdragen aan de nationale pensioenregelingen en de nationale welvaart in het algemeen 12 .

Dit actieplan maakt deel uit van de brede respons op de migratie-uitdagingen die worden beschreven in het nieuwe migratie- en asielpact 13 . Een succesvol integratiebeleid is ook een voorwaarde voor de goede werking van het stelsel voor asiel- en migratiebeheer. Het ondersteunt het asiel- en migratiebeleid van de lidstaten door ervoor te zorgen dat alle personen die recht hebben op verblijf in de EU volwaardig aan onze samenleving kunnen deelnemen. Het integratiebeleid kan ook ondersteuning bieden voor de dialoog met derde landen en de programma’s in het kader van de externe dimensie van het migratie- en ontwikkelingsbeleid van de EU. Migranten zijn vaak betrokken bij diverse vormen van socialisatie in de diasporagemeenschappen in de EU-lidstaten. De diaspora kan een cruciale rol spelen door inclusie in de gastsamenlevingen te ondersteunen, bij te dragen tot investeringen, innovatie en ontwikkeling, en tegelijkertijd de betrekkingen met de landen van herkomst in stand te houden.

Dit actieplan bestrijkt alle verschillende stadia en fasen van het integratieproces: maatregelen vóór vertrek, opvang en vroegtijdige integratie, integratie op de lange termijn en opbouw van een inclusieve en hechte samenleving. Het houdt rekening met de verschillende situatie van migranten in de lidstaten en biedt de lidstaten en andere relevante belanghebbenden ondersteuning bij het bepalen van de juiste respons in hun integratie- en inclusiebeleid.

2.Lering die is getrokken uit het actieplan inzake integratie van 2016 — belangrijkste feiten en cijfers over integratie en inclusie

Dit actieplan bouwt onder meer voort op de resultaten van het actieplan van 2016 van de Commissie inzake de integratie van onderdanen van derde landen. Na de vaststelling van dat actieplan heeft de Commissie meer dan 50 concrete acties opgezet om de lidstaten en andere belanghebbenden op een groot aantal beleidsterreinen te ondersteunen: maatregelen vóór vertrek/aankomst, onderwijs, werkgelegenheid en beroepsopleiding, toegang tot basisdiensten, actieve participatie en sociale inclusie. De Commissie heeft ook haar instrumenten voor coördinatie, financiering en monitoring verstevigd. In een groot aantal lidstaten heeft het actieplan bijgedragen aan de ontwikkeling of herziening van nationale integratiestrategieën en heeft het informatie opgeleverd over het gebruik van de financiering voor integratie. In een aantal gevallen is technische ondersteuning op maat verleend aan nationale autoriteiten bij het ontwerpen en uitvoeren van hervormingen van het integratiebeleid 14 .

Gezien de aanhoudende problemen op het gebied van werkgelegenheid, onderwijs, toegang tot basisdiensten en de sociale inclusie van migranten zijn echter aanvullende maatregelen nodig, zoals hierna omschreven.

Belangrijkste feiten en cijfers over integratie en inclusie (EU-27, 2019) 15


Naast de achterstand waarmee migranten te kampen hebben op belangrijke gebieden als onderwijs, werkgelegenheid, armoede, sociale uitsluiting en huisvesting (zie de grafieken hierboven), worden migranten ook geconfronteerd met een ongunstige situatie op de volgende gebieden:

§buiten de EU geboren jonge migranten (18–24 jaar) liepen een veel groter risico (21 %) dan autochtonen (12,5 %) om geen werk te hebben en geen onderwijs of opleiding te volgen; dit gold met name voor meisjes en jonge vrouwen (25,9 %);

§migranten hebben vaker te kampen met onvervulde behoeften aan medische zorg 16 doordat zij geen of beperkte toegang hebben tot ziektekostenverzekering (in sommige landen), afhankelijk van hun verblijfsstatus, onvoldoende kennis hebben over de toegang tot diensten en over onvoldoende financiële middelen beschikken, doordat migranten geconcentreerd zijn in sommige achterstandsgebieden met minder toegang tot hoogwaardige zorg, door taalbarrières en doordat de nationale stelsels onvoldoende zijn aangepast aan de specifieke behoeften van migranten;

§het aandeel migranten in de plattelandsbevolking is relatief laag (2,9 %) 17 , maar zij doen het doorgaans slechter bij de meeste integratie-indicatoren, niet alleen in vergelijking met autochtonen, maar ook ten opzichte van migranten in stedelijke gebieden 18 . Er is in veel plattelandsgebieden over het algemeen een gebrek aan basisdienstverlening, waardoor migranten vaak geen beroep kunnen doen op specifieke ondersteunende diensten die zij nodig hebben.

Bij de uitvoering van het actieplan van 2016 is bovendien bevestigd dat de gebieden waarop het actieplan betrekking had, weliswaar nog steeds relevant waren, maar dat meer ingrijpende maatregelen nodig zijn om de integratie van vrouwelijke migranten te stimuleren, de inclusie van EU-burgers met een migratieachtergrond te bevorderen, de gastsamenleving sterker te betrekken bij het integratie- en inclusiebeleid en het toezicht op en de evaluatie van dit beleid te versterken. De gevolgen van de COVID-19-pandemie voor migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond hebben ook duidelijk gemaakt dat meer moet worden gedaan om hun toegang tot zorgdiensten te vergemakkelijken.

3.Belangrijkste beginselen en waarden van het EU-actieplan voor integratie en inclusie

De werkzaamheden van de EU op het gebied van integratie en inclusie worden geschraagd door een gedeelde reeks beginselen en waarden die ook als leidraad moeten dienen voor het werk van de lidstaten bij het ontwerpen, uitvoeren of herzien van hun strategieën. Dit geldt voor alle onderdelen van het inclusiebeleid van de EU, zoals is uiteengezet in de Europese pijler van sociale rechten.

Inclusie voor iedereen

Met inclusie voor iedereen wordt bedoeld dat we ervoor moeten zorgen dat alle beleidsmaatregelen toegankelijk zijn voor iedereen, ook voor migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond. Dat houdt in dat het algemene beleid moet worden hervormd en aangepast aan de behoeften van een diverse samenleving, rekening houdend met de specifieke uitdagingen en behoeften van verschillende groepen. De maatregelen om migranten te helpen integreren mogen niet ten koste gaan van de maatregelen die worden genomen ten behoeve van andere kwetsbare of achtergestelde groepen of minderheden. Zij dragen er integendeel toe bij dat het beleid in het algemeen inclusiever wordt.

Dit actieplan stimuleert een geïntegreerde benadering van de inclusie van migranten en is erop gericht een hechte synergie tot stand te brengen met huidige en toekomstige EU-strategieën voor gelijkheid en sociale cohesie, zodat iedereen volledig wordt opgenomen in en kan deelnemen aan de Europese samenleving. Het beleid zal met name worden uitgevoerd in nauwe wisselwerking met het komende actieplan voor de uitvoering van de Europese pijler van sociale rechten en het EU-actieplan tegen racisme 19 . Het zal ook synergieën tot stand brengen met het strategische EU-kader voor gelijkheid, integratie en participatie van de Roma 20 , de lhbtiq-gelijkheidsstrategie 2020–2025 21 , de komende strategie ter bestrijding van antisemitisme en het verslag over het EU-burgerschap. Het is erop gericht contact en vertrouwen tussen verschillende gemeenschappen binnen de samenleving op te bouwen en te versterken, en isolement en segregatie te bestrijden.

Een hechtere en inclusievere samenleving voor iedereen kan ook bijdragen tot het voorkomen van de verspreiding van extremistische ideologieën in allerlei vormen, die tot terrorisme en gewelddadig extremisme kunnen leiden. Versterkte preventieve actie kan maatschappelijke spanningen en extremistische ideologieën aanpakken en aldus de integratie en vreedzame co-existentie van gemeenschappen en individuen bevorderen. Via het netwerk voor voorlichting over radicalisering 22 ondersteunt de Commissie eerstelijnswerkers uit heel Europa bij het ontwikkelen van beste praktijken. Zo worden zij toegerust met de vaardigheden die zij nodig hebben om gewelddadig extremisme aan te pakken en de opbouw van weerbaarheid en deradicalisering alsmede rehabilitatie en re-integratie in de samenleving te ondersteunen. Door inclusie te bevorderen en jongeren die gevaar lopen, kansen te bieden via onderwijs, cultuur, jeugd en sport, kan verder worden bijgedragen tot het voorkomen van radicalisering en tot de cohesie binnen de EU. Nauwe samenwerking met mensen uit de praktijk en lokale actoren kan bijzonder doeltreffend zijn om radicalisering te voorkomen. Inclusie heeft ook betrekking op het aanpakken van onbewuste vooroordelen en het bewerkstelligen van een verandering van mentaliteit en van de manier waarop mensen elkaar bezien en omgaan met het onbekende.

Gerichte steun waar nodig

Hoewel het algemene sociale beleid inclusief moet zijn voor iedereen en rekening moet houden met de behoeften van een diverse samenleving, zullen bepaalde groepen en bepaalde gebieden in de gastlanden gerichte steun nodig hebben om specifieke uitdagingen het hoofd te bieden. Pas aangekomen migranten worden vaak geconfronteerd met allerlei uitdagingen bij hun integratie in de Europese samenlevingen, afhankelijk van hoe zij zijn aangekomen, hun vaardigheidsniveau, hun talenkennis en hun achtergrond. Binnen elk beleidsterrein moeten beleidsmakers gerichte en op maat gesneden ondersteuningsmechanismen opzetten om nieuwkomers te helpen snel te integreren. Er kunnen bijvoorbeeld aanvullende cursussen worden georganiseerd om hoogopgeleide migranten te helpen optimaal gebruik te maken van hun vaardigheden in hun nieuwe baan 23 . Lidstaten die migratiedruk ondervinden, worden geconfronteerd met extra uitdagingen bij het ontwikkelen of uitbreiden van dergelijke gerichte maatregelen; met name die lidstaten moeten worden ondersteund. Kinderen zullen aanvullende beschermende ondersteuning nodig hebben, waarbij altijd het belang van het kind voorop moet staan, niet in de laatste plaats wanneer zij alleen reizen 24 .

Mainstreaming van prioriteiten op het gebied van gender en antidiscriminatie

Dit actieplan zal rekening houden met de combinatie van persoonlijke kenmerken, zoals gender, ras of etnische afstamming, godsdienst of overtuiging, seksuele oriëntatie en handicap, die specifieke uitdagingen voor migranten kunnen vormen. Het bouwt voort op de strategie voor gendergelijkheid 2020–2025, het EU-actieplan tegen racisme 2020–2025, het strategisch EU-kader voor gelijkheid, integratie en participatie van de Roma, de strategie voor gelijkheid van lhbtiq’ers en de komende strategie inzake de rechten van personen met een handicap 25 , en vult die strategieën aan.

Met name worden vrouwen en meisjes in een migratiesituatie geconfronteerd met extra belemmeringen op het gebied van integratie in vergelijking met mannen en jongens in een migratiesituatie . Zij moeten vaak structurele belemmeringen overwinnen die verband houden met het feit dat zij migrant en vrouw zijn, en zij hebben vaak met stereotypering te kampen. Zij komen vaker naar de EU om zich bij een familielid te voegen, waardoor zij vaak huishoudelijke taken op zich nemen die hen kunnen beletten volledig deel te nemen aan de arbeidsmarkt en aan integratieprogramma’s, beoordelingen van vaardigheden, omscholing en andere maatregelen, wanneer in dergelijke zorgtaken niet is voorzien. Wanneer zij een baan hebben, zijn vrouwelijke migranten vaker overgekwalificeerd voor hun baan dan autochtone vrouwen 26 .

EU-burgers met een migratieachtergrond worden bovendien vaak geconfronteerd met directe of indirecte discriminatie en racisme bij het zoeken naar huisvesting of werk, of in hun dagelijks leven op school, in de buurt en op het werk. Die discriminatie is soms uitsluitend gebaseerd op hun migratieachtergrond, maar kan worden verergerd door discriminatie op grond van hun etnische of raciale afstamming of hun godsdienst of overtuiging. Lhbtiq 27 -migranten en migranten met een handicap kunnen eveneens te maken krijgen met meerdere vormen van discriminatie.

Ondersteuning in alle stadia van het integratieproces

Succesvolle integratie van migranten vergt zowel vroegtijdige actie als langdurige inzet. Het is essentieel dat migranten en gastgemeenschappen zo vroeg mogelijk in het migratieproces worden ondersteund. De integratie kan zelfs al voor de aankomst in de EU van start gaan. Daarom moeten de lidstaten, waar mogelijk, integratiemaatregelen (zoals opleiding en oriëntatiecursussen) voorafgaand aan het vertrek opzetten en uitbreiden, en deze op efficiënte wijze koppelen aan maatregelen die na de aankomst worden genomen. Dit kan het integratieproces vergemakkelijken en versnellen, onder meer in het kader van hervestiging en gemeenschapssponsoring 28 .

Integratie stopt evenwel niet na een bepaalde periode; daarom is het essentieel dat het algemene beleid steun biedt voor verdere inclusie en zinvolle participatie. In het voorgestelde meerjarig financieel kader voor 2021–2027 wordt rekening gehouden met de behoefte aan investeringen langs het gehele integratietraject, via een specifiek Fonds voor asiel en migratie. Er wordt voorzien in financiële steun op het gebied van werkgelegenheid, onderwijs, maatschappelijke en gezondheidszorg en huisvesting via de fondsen van het cohesiebeleid, zoals het Europees Sociaal Fonds Plus, het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling en andere fondsen, zoals het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en Erasmus+.

Maximale EU-meerwaarde door partnerschappen met meerdere belanghebbenden

Hoewel in de eerste plaats de nationale overheden verantwoordelijk zijn voor de algemene opzet van het integratiebeleid en het sociale beleid, bijvoorbeeld inzake onderwijs, werkgelegenheid, huisvesting en gezondheidszorg, speelt de EU een sleutelrol door die overheden en alle andere actoren op integratiegebied te ondersteunen door financiering te verstrekken, praktische instrumenten te ontwikkelen, acties te coördineren en relevante partnerschappen op te zetten.

Integratie vindt plaats in elk dorp, elke stad en elke regio waar migranten wonen, werken, naar school gaan of sporten. Het lokale niveau speelt een belangrijke rol bij het verwelkomen en begeleiden van nieuwkomers in hun nieuwe land. Daarnaast spelen maatschappelijke organisaties, onderwijsinstellingen, werkgevers en sociaal-economische partners, organisaties van de sociale economie, kerken, religieuze en andere levensbeschouwelijke gemeenschappen, jongeren- en studentenorganisaties, diasporaorganisaties en migranten zelf een belangrijke rol bij de verwezenlijking van een daadwerkelijk doeltreffend en omvattend integratiebeleid.

4.Maatregelen op de belangrijkste sectorale gebieden

Dit actieplan omvat maatregelen om meer actie te ondernemen en actoren op alle niveaus samen te brengen met als doel integratie en inclusie tot stand te brengen en uiteindelijk een hechtere en inclusievere samenleving voor iedereen op te bouwen. Dit actieplan bouwt voort op de resultaten van het actieplan van 2016 inzake de integratie van onderdanen van derde landen. Het omvat nieuwe, bredere maatregelen waarmee de EU en de lidstaten de grootste meerwaarde kunnen bieden en meer effect kunnen sorteren. Deze acties vormen een aanvulling op de acties die in recente gelijkheidsstrategieën zijn opgenomen 29 . De voorgestelde maatregelen zijn opgezet op basis van brede raadplegingen die de Commissie van juni tot oktober 2020 bij een breed scala van actoren heeft uitgevoerd. Zo is er een openbare raadpleging uitgevoerd en zijn lidstaten, lokale en regionale overheden, sociale en economische partners, werkgevers, maatschappelijke organisaties, stichtingen, internationale organisaties, migranten en vluchtelingen op gerichte wijze geconsulteerd 30 .

I.Onderwijs en opleiding

Onderwijs en opleiding, van voor- en vroegschoolse educatie en opvang tot aan tertiair en volwassenenonderwijs en niet-formeel onderwijs, is de basis voor succesvolle participatie in de samenleving. Het is een van de krachtigste instrumenten voor het opbouwen van een meer inclusieve samenleving. De COVID-19-pandemie heeft het belang van inclusie en gelijke kansen in het onderwijs nog duidelijker gemaakt. Inclusie en gendergelijkheid is een van de zes dimensies van de Europese onderwijsruimte 31 , die tegen 2025 moet worden verwezenlijkt door middel van een aantal concrete initiatieven. Een inclusiever onderwijsstelsel is ook een belangrijke doelstelling van het actieplan voor digitaal onderwijs 32 . De Europese vaardighedenagenda stimuleert de ontwikkeling van vaardigheden gedurende het hele leven 33 .

Scholen kunnen echte integratieknooppunten zijn voor kinderen en hun gezinnen. Als migrantenkinderen en kinderen met een migratieachtergrond vaker deelnemen aan voor- en vroegschoolse educatie en opvang en ervoor gezorgd wordt dat de betrokken programma’s in staat zijn om kinderen van verschillende culturen en talen te bedienen, kan dat een sterk positief effect hebben op hun toekomstige opleidingsniveau, onder meer wat betreft het leren van de taal van het gastland en de integratie van hun ouders en hun gezin in het algemeen. Een schoolomgeving waarbij gemeenschappen, ondersteunende diensten en ouders betrokken worden, kan voor kinderen met een migratieachtergrond bijzonder gunstig zijn. Hiertoe moeten leerkrachten de nodige vaardigheden en middelen krijgen om les te geven in multiculturele en meertalige klassen en om kinderen met een migratieachtergrond gedurende hun hele opleiding te ondersteunen. Ook het bestrijden van segregatie op scholen en het bevorderen van interactie tussen migrantenkinderen en autochtone kinderen is essentieel om ons onderwijsstelsel inclusiever te maken. Door het onderwijzen van democratie, burgerschap en kritisch denken, spelen scholen een belangrijke rol: zo kan worden voorkomen dat jongeren worden aangetrokken tot gewelddadige extremistische ideologieën, organisaties en bewegingen 34 .

Migrantenkinderen met een handicap hebben extra steun nodig om op voet van gelijkheid met anderen aan onderwijs te kunnen deelnemen. Inclusie wordt het leidende beginsel van de komende brede EU-strategie voor de rechten van het kind, die ervoor moet zorgen dat alle kinderen, ongeacht hun afkomst, hun vaardigheden, hun sociaal-economische achtergrond, hun wettelijke status en hun verblijfsstatus, gelijke toegang hebben tot dezelfde rechten en dezelfde bescherming. De jeugdsector, en met name het jongerenwerk, kan jonge migranten helpen vaardigheden en competenties te verwerven via niet-formeel leren.

De overgang naar de volwassenheid en van school naar werk kan bijzonder problematisch zijn voor recent aangekomen migrantenkinderen, met name niet-begeleide jongeren, niet in de laatste plaats omdat ondersteunende maatregelen vaak stoppen wanneer een kind de leeftijd van 18 jaar bereikt. Het kan bijzonder effectief zijn om te zorgen voor tijdige voorbereiding op een dergelijke overgang, door hun onderwijsprestaties te ondersteunen, onder meer in beroepsonderwijs en beroepsopleiding en in het kader van de jongerengarantie 35 , en door coaching en mentorschap aan te bieden.

Door de erkenning van in derde landen verworven kwalificaties te vergemakkelijken, de zichtbaarheid ervan te bevorderen en ze beter vergelijkbaar te maken met Europese/EU-kwalificaties, en overbruggingscursussen aan te bieden om migranten te helpen het in het buitenland verworven onderwijs aan te vullen, wordt een essentiële bijdrage geleverd aan snellere en eerlijkere integratie van migranten op de arbeidsmarkt. Daardoor worden migranten in staat gesteld hun competenties en vaardigheden ten volle te benutten. Dit kan migranten ook helpen om hun studie in het gastland voort te zetten, waardoor hun participatiegraad in het hoger onderwijs en een leven lang leren wordt versterkt.

De taal van het gastland leren is cruciaal om met succes te kunnen integreren. Dit mag echter niet al een paar maanden na aankomst stoppen. Er moet ook ondersteuning worden geboden voor taalcursussen op gemiddeld en gevorderd niveau, die zijn afgestemd op de behoeften van verschillende groepen. De combinatie van taalcursussen met de ontwikkeling van andere vaardigheden of werkervaring en met begeleidende maatregelen zoals kinderopvang, is een bijzonder doeltreffend middel gebleken om de toegang tot taalopleidingen en het resultaat daarvan te verbeteren. Om volwaardig deel te kunnen nemen aan de samenleving van het gastland is het tot slot voor migranten essentieel om zo snel mogelijk inzicht te krijgen in de wetten, de cultuur en de waarden van de gastsamenleving, bijvoorbeeld door middel van inburgeringscursussen.

Wat willen wij op dit gebied bereiken?

§dat meer migrantenkinderen en kinderen met een migratieachtergrond deelnemen aan hoogwaardige en inclusieve voor- en vroegschoolse educatie en opvang;

§dat leerkrachten beter zijn uitgerust met de nodige vaardigheden en de middelen en ondersteuning krijgen voor de omgang met multiculturele en meertalige klassen, zodat zowel migrantenkinderen als autochtone kinderen daar baat bij hebben;

§dat er leergemeenschappen ontstaan waarbij meerdere belanghebbenden worden betrokken: scholen, gezondheidsdiensten, sociale diensten en ouders;

§dat kwalificaties die in landen buiten de EU zijn verworven, sneller en gemakkelijker worden erkend;

§dat meer migranten deelnemen aan taalcursussen voor gevorderden en inburgeringsprogramma’s, die beginnen zodra zij zijn aangekomen en hen tijdens hun integratietraject begeleiden.

Hoe zal de Commissie deze doelstellingen ondersteunen?

§Zij zal de participatie en de prestaties in het onderwijs verbeteren door middel van:

⁃een nieuwe toolkit met praktische richtsnoeren voor inclusie in voor- en vroegschoolse educatie en opvang, die begin 2021 beschikbaar moet komen;

⁃gerichte ondersteuning van leerkrachten bij het ontwikkelen van competenties voor de omgang met culturele, religieuze en taalkundige diversiteit in de klas, in het kader van de Erasmus Teacher Academies;

⁃activiteiten inzake peer learning en peer counseling om de lidstaten te ondersteunen bij het ontwerpen en uitvoeren van doeltreffend inclusief onderwijsbeleid in de Europese onderwijsruimte;

⁃gerichte opleiding voor jeugdwerkers, zodat zij de vaardigheden kunnen verwerven die specifiek nodig zijn om de integratie van jonge migranten te ondersteunen.

§Zij zal de erkenning van kwalificaties verbeteren door:

⁃te zorgen voor meer samenwerking tussen de nationale autoriteiten die belast zijn met integratie en de nationale centra voor de erkenning van kwalificaties (de ENIC-NARIC-netwerken);

⁃ondersteuning te bieden voor transparante praktijken inzake de erkenning van kwalificaties van vluchtelingen via het Erasmus-programma;

⁃te zorgen voor betere contacten tussen de lidstaten met betrekking tot het aanbieden van aanvullende cursussen en overbruggingscursussen voor migranten;

⁃informatie te verstrekken over werkwijzen inzake erkenning en over vaardigheden en kwalificaties voor migranten, met gebruikmaking van het volledige potentieel van het Europass-portaal;

⁃de transparantie van kwalificatiesystemen te bevorderen, onder meer via het Europees kwalificatiekader;

§met de lidstaten samen te werken aan de verdere ontwikkeling van brede, toegankelijke programma’s voor taalverwerving, met inbegrip van cursussen op gemiddeld en gevorderd niveau, door middel van financiering en uitwisseling van ervaringen;

§uitwisselingen tussen de lidstaten over succesvolle benaderingen van inburgeringscursussen te bevorderen.

Op dit gebied worden de lidstaten ertoe aangemoedigd:

§ervoor te zorgen dat meer migrantenkinderen en kinderen met een migratieachtergrond deelnemen aan voor- en vroegschoolse educatie en opvang en dat algemene programma’s op dat gebied zijn toegerust om kinderen met een qua taal en cultuur diverse achtergrond te ondersteunen;

§ervoor te zorgen dat de procedures voor de erkenning van buitenlandse kwalificaties snel, eerlijk en transparant verlopen en betaalbaar zijn;

§het omgaan met multiculturele en meertalige klassen en het waarderen en benutten van de taalachtergrond van cursisten als belangrijke vaardigheden op te nemen in lesprogramma’s, en leerkrachten de nodige middelen te verschaffen om deze kwesties aan te pakken;

§specifieke ondersteuningsprogramma’s te ontwikkelen voor niet-begeleide minderjarigen die bij aankomst niet meer leerplichtig zijn, alsmede programma’s voor niet-begeleide minderjarigen die de volwassen leeftijd bereiken;

§te zorgen voor toegankelijke en betaalbare naschoolse vrijetijdsactiviteiten en sport;

§te zorgen voor ondersteuning bij de taalverwerving na de eerste integratieperiode, en te stimuleren dat cursisten daarmee doorgaan nadat zij het beginnersniveau en het gemiddelde niveau hebben bereikt;

§de EU-financiering, met name het Europees Sociaal Fonds Plus, het Fonds voor asiel, migratie en integratie en het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, optimaal te benutten om programma’s en maatregelen in verband met onderwijs, vaardigheden en taalopleidingen te ondersteunen, in overeenstemming met de vastgestelde behoeften op nationaal en regionaal niveau.

II.Werkgelegenheid en vaardigheden

Migranten maken een aanzienlijk deel van de beroepsbevolking van de EU uit. De COVID-19-crisis heeft des te duidelijker gemaakt hoe groot hun bijdrage aan de Europese economie en arbeidsmarkt is 36 . Veel migranten betreden onze arbeidsmarkten met vaardigheden die we dringend nodig hebben, maar zij ondervinden vaak moeilijkheden om deze te laten erkennen en werk te vinden dat met hun vaardigheidsniveau overeenstemt. In het bijzonder vrouwelijke migranten zijn zeer vaak overgekwalificeerd voor hun werk, wat het niveau van hun vaardigheden kan aantasten. Zij worden vaak geconfronteerd met ernstigere belemmeringen en een beperktere toegang tot steun 37 . Ook moeten de problemen worden aangepakt waarmee migranten met een beperking worden geconfronteerd, zodat zij kunnen deelnemen aan de arbeidsmarkt.

De Europese vaardighedenagenda 38 is bedoeld om iedereen, met inbegrip van migranten, te helpen om meer en betere vaardigheden te ontwikkelen en te gebruiken. Bovendien zijn in verschillende lidstaten de laatste tijd innovatieve instrumenten ontwikkeld om de vaardigheden van migranten snel te kunnen beoordelen. Als hun vaardigheden al in de fase vóór het vertrek worden beoordeeld, kunnen migranten sneller op de arbeidsmarkt integreren, met name in het kader van hervestigingsprogramma’s en programma’s voor aanvullende trajecten.

Migranten die ondernemers zijn, dragen bij tot economische groei, scheppen werkgelegenheid en kunnen steun bieden voor het herstel na de COVID-19-pandemie. Zij staan echter voor allerlei uitdagingen, zoals een gebrekkig netwerk, problemen om krediet te krijgen en onvoldoende kennis van het financieel en regelgevingskader. Toegang tot financiële informatie en meer financiële kennis kan van groot nut zijn om deze problemen het hoofd te bieden. De beschikbaarheid en toegankelijkheid van financiële diensten is voor alle migranten essentieel om ten volle te kunnen deelnemen aan de economie van een land of een stabiel leven op te bouwen voor zichzelf en hun gezin, ook als zij geld willen overmaken naar degenen die in hun land van herkomst zijn achtergebleven. Digitale financiering kan bijdragen tot de toegankelijkheid van financiële diensten.

Effectieve integratie op de arbeidsmarkt van migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond vereist actieve medewerking van een grote verscheidenheid aan actoren, waaronder overheidsinstanties op lokaal, regionaal, nationaal en Europees niveau, maatschappelijke organisaties, economische en sociale partners en werkgevers.

Beroepsonderwijs en beroepsopleiding van goede kwaliteit met een sterke verankering in de werkomgeving kan een bijzonder krachtig instrument zijn om migranten te helpen de arbeidsmarkt te betreden. Er zijn echter nog steeds belemmeringen voor hun deelname aan beroepsonderwijs en -opleiding.

Wat willen wij op dit gebied bereiken?

§dat op EU-niveau en nationaal en lokaal niveau beter wordt samengewerkt door de belangrijkste actoren op de arbeidsmarkt en de migranten zelf;

§dat migrantenondernemers, met inbegrip van sociale ondernemers, meer steun krijgen, met name betere toegang tot financiering, opleiding en advies;

§dat meer vrouwelijke migranten deelnemen aan de arbeidsmarkt;

§dat de vaardigheden van migranten effectiever en sneller worden beoordeeld; dat bij- en omscholing voortdurend worden ondersteund, onder meer via validatieprocedures voor niet-formeel en informeel leren;

§dat meer migranten deelnemen aan beroepsonderwijs en -opleiding van hoge kwaliteit.

Hoe zal de Commissie deze doelstellingen ondersteunen?

§Zij zal samenwerken met sociale en economische partners om via het Europees partnerschap voor integratie 39 een multistakeholderbenadering van integratie op de arbeidsmarkt te bevorderen. 

§Voortbouwend op het initiatief “Employers together for integration” 40 zal zij werkgevers ondersteunen door middel van uitwisselingen en peer-to-peerleren.

§In het kader van InvestEU zal zij inclusief ondernemerschap ondersteunen voor zowel vrouwen als mannen, met inbegrip van ondernemers met een migratieachtergrond, en inclusieve mentorregelingen bevorderen. 

§Zij zal de beoordeling en validatie van vaardigheden vergemakkelijken door:

⁃praktijken op het gebied van de beoordeling van vaardigheden via het Europees Integratienetwerk, het Europees netwerk van openbare diensten voor arbeidsvoorziening en het geactualiseerde Europass-platform te delen en breder ingang te doen vinden;

⁃het EU-instrument voor het opstellen van een vaardigheidsprofiel voor onderdanen van derde landen verder te ontwikkelen en het gebruik ervan door overheidsinstanties en andere organisaties te bevorderen, ook vóór aankomst en met name in het geval van hervestiging en aanvullende trajecten.

§Zij zal mensen met een migratieachtergrond ondersteunen in het kader van het nieuwe programma Burgers, gelijkheid, rechten en waarden 41 .

Op dit gebied worden de lidstaten ertoe aangemoedigd: 

§in een vroeg stadium gebruik te maken van het EU-instrument voor het opstellen van een vaardigheidsprofiel voor onderdanen van derde landen, met name voor asielzoekers, vluchtelingen en migranten, en de procedures voor de validatie van niet-formeel leren te versterken;

§het bewustzijn met betrekking tot discriminatie in het wervingsproces en op de werkplek te vergroten en de maatregelen tegen discriminatie te versterken;

§ondernemerschap bij migranten aan te moedigen door middel van op maat gesneden opleidings- en begeleidingsprogramma’s, door de normale structuren voor het ondersteunen van ondernemers open te stellen voor migranten en ondernemerschap op te nemen in integratieprogramma’s;

§ten volle gebruik te maken van EU-financiering, met name in het kader van het Europees Sociaal Fonds Plus en het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, om programma’s en maatregelen in verband met integratie op de arbeidsmarkt te ondersteunen, in overeenstemming met de vastgestelde behoeften op nationaal en regionaal niveau.

III.Gezondheidszorg

Een gebrekkige toegang tot gezondheidszorg kan integratie en inclusie aanzienlijk in de weg staan en treft bijna alle aspecten van het leven, met inbegrip van werkgelegenheid en onderwijs. Migranten hebben te kampen met specifieke hardnekkige belemmeringen bij de toegang tot gezondheidszorg, zoals administratieve belemmeringen, angst door onzekerheid over de duur van hun verblijf, discriminatie, een gebrek aan informatie en kennis over het gezondheidszorgstelsel, en interculturele obstakels alsook op het gebied van taal. Vrouwelijke migranten zien zich voor extra moeilijkheden gesteld aangezien zij over het algemeen de taal van het gastland minder goed beheersen, zwakkere sociale netwerken hebben en meer verantwoordelijkheid dragen voor de zorg voor de kinderen en het gezin.

De COVID-19-pandemie heeft diepgewortelde ongelijkheden bij de toegang tot gezondheidszorg zichtbaar gemaakt. Zij heeft ook aangetoond dat deze ongelijkheden risico’s kunnen inhouden voor de samenleving als geheel. Migranten hebben vaker banen waarbij zij nauw in contact komen met anderen waardoor zij en hun gezinnen meer risico lopen besmet te geraken met COVID-19 42 of andere infectieziekten.

Een goede geestelijke gezondheid is cruciaal voor de integratie van migranten. Terwijl migranten, met name vluchtelingen, meer risico lopen geestelijke gezondheidsproblemen te ontwikkelen als gevolg van trauma’s in hun land van herkomst, moeilijkheden tijdens hun reis of ervaringen na aankomst, zoals sociale isolatie of discriminatie, ondervinden zij vaak belemmeringen bij de toegang tot geestelijke gezondheidszorg.

Wat willen wij op dit gebied bereiken?

§dat migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond hun rechten kennen en gelijke toegang krijgen tot reguliere gezondheidszorg, met inbegrip van geestelijke gezondheidszorg, onder de voorwaarden die zijn vastgelegd in de nationale wetgeving en praktijken;

§dat bij het verbeteren van de toegang tot gezondheidszorg ten volle rekening wordt gehouden met de specifieke uitdagingen waarmee vrouwelijke migranten te maken hebben, onder meer op het gebied van pre- en postnatale zorg voor moeders.

Hoe zal de Commissie deze doelstellingen ondersteunen?

§Zij zal de toegang tot gezondheidszorg voor migranten bevorderen door:

⁃specifieke projecten te financieren in het kader van het Fonds voor asiel, migratie en integratie 43 en maatregelen met het oog op de inclusie van mensen met een migratieachtergrond in het kader van het nieuwe programma Burgers, gelijkheid, rechten en waarden;

⁃samen te werken met de lidstaten om gelijke toegang tot hoogwaardige en betaalbare gezondheidszorg te bevorderen via EU-fondsen zoals het Europees Sociaal Fonds Plus en het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling.

§Zij zal uitwisselingen tussen de lidstaten ondersteunen en bevorderen op het gebied van:

⁃programma’s voor preventie en gezondheidsbevordering die specifiek gericht zijn op migranten, met passende instrumenten voor voorlichting;

⁃de toegang tot geestelijke gezondheidszorg en revalidatiediensten 44 .

Op dit gebied worden de lidstaten ertoe aangemoedigd: 

§te voorzien in opleiding voor gezondheidswerkers over diversiteitsmanagement en de behoeften van specifieke migrantengroepen (migranten met een trauma, slachtoffers van mensenhandel of gendergerelateerd geweld, niet-begeleide minderjarigen, ouderen, personen met een handicap enz.), en daarbij gebruik te maken van het opleidingsmateriaal en de projecten die in het kader van de gezondheidsprogramma’s van de EU zijn ontwikkeld;

§de toegang van migranten tot algemene gezondheidszorg, ook geestelijke gezondheidszorg, te vergemakkelijken door diensten te verlenen die zijn afgestemd op hun behoeften en door discriminatie aan te pakken;

§EU-fondsen, bijvoorbeeld het Europees Sociaal Fonds Plus, het Fonds voor asiel, migratie en integratie en het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, optimaal te benutten om programma’s en maatregelen in verband met integratie op de arbeidsmarkt te ondersteunen, in overeenstemming met de vastgestelde behoeften op nationaal en regionaal niveau.

IV.Huisvesting 

Toegang tot adequate en betaalbare huisvesting is essentieel voor succesvolle integratie. De huisvestingsomstandigheden hebben een grote impact op de kansen op werkgelegenheid en onderwijs en op de interactie tussen migranten en hun gastgemeenschap 45 . Slechte huisvestingsomstandigheden en segregatie kunnen verdeeldheid binnen de samenleving aanwakkeren, wat de sociale cohesie ondermijnt. Stijgende huizenprijzen, tekorten aan betaalbare en sociale huisvesting en discriminatie op de woningmarkt maken het voor migranten moeilijk om passende huisvestingsoplossingen op lange termijn te vinden.

Hoewel het beleid inzake huisvesting een nationale bevoegdheid is, kan de Commissie een belangrijke rol spelen door de lidstaten en lokale en regionale overheden te ondersteunen bij de aanpak van problemen en door inclusieve huisvestingsoplossingen te bevorderen.

De afgelopen jaren zijn in verschillende EU-landen talrijke innovatieve huisvestingsoplossingen ontwikkeld, onder meer met behulp van EU-financiering 46 . Benaderingen gebaseerd op partnerschap, cohuisvesting en huisvesting waarbij werkgelegenheids- en sociale diensten betrokken zijn, zijn bijzonder veelbelovende modellen gebleken die de inclusie bevorderen en hechtere gemeenschappen helpen bouwen. Zoals aangekondigd in het kader van de renovatiegolf 47 zal de Commissie een initiatief voor betaalbare huisvesting opzetten om de verdere uitvoering en herhaling van dergelijke succesvolle initiatieven te ondersteunen.

Autonome huisvesting voor asielzoekers die een goede kans maken bescherming te krijgen, kan het integratieproces versnellen, met name wanneer ook in een vroeg stadium steun wordt verleend voor integratie.

Wat willen wij op dit gebied bereiken?

§dat migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond toegang krijgen tot adequate en betaalbare huisvesting, met inbegrip van sociale huisvesting;

§dat de lidstaten en de lokale en regionale overheden toegang hebben tot een breed scala van instrumenten en goede praktijken om discriminatie op de woningmarkt tegen te gaan;

§dat in de EU op grote schaal gebruik wordt gemaakt van innovatieve huisvestingsoplossingen die de inclusie bevorderen en segregatie tegengaan.

Hoe zal de Commissie deze doelstellingen ondersteunen?

§Zij zal samenwerken met de lidstaten om niet-gesegregeerde adequate en betaalbare huisvesting, waaronder sociale huisvesting, te bevorderen en begeleidende integratiediensten aan te bieden via EU-fondsen, met name in het kader van het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Fonds voor asiel en migratie en InvestEU.

§Zij zal via het Europees Integratienetwerk, de Urban Academy on Integration en aan de hand van specifieke financiering in het kader van het Fonds voor asiel en migratie wederzijds leren voor lidstaten, steden, dorpen en regio’s bevorderen om discriminatie op de woningmarkt te bestrijden en ruimtelijke segregatie tegen te gaan.

§Zij zal voor asielzoekers, met name gezinnen, modellen voor autonome huisvesting bevorderen (in plaats van collectieve huisvesting) en succesvolle innovatieve modellen voor inclusieve en betaalbare huisvesting voor personen die internationale bescherming genieten, verspreiden en verder ontwikkelen.

Op dit gebied worden de lidstaten ertoe aangemoedigd: 

§een geïntegreerde aanpak te hanteren en het beleid inzake huisvesting af te stemmen op het beleid inzake toegang tot werkgelegenheid, onderwijs, gezondheidszorg en sociale diensten;

§vluchtelingen en asielzoekers die waarschijnlijk internationale bescherming zullen krijgen, in een zo vroeg mogelijk stadium aangepaste en autonome huisvestingsoplossingen aan te bieden, en voor asielzoekers een soepele overgang naar zelfstandig wonen mogelijk te maken zodra zij internationale bescherming genieten;

§EU-fondsen zoals het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Fonds voor asiel en migratie en InvestEU, optimaal te benutten om adequate en betaalbare huisvesting – waaronder sociale huisvesting – te bevorderen, in overeenstemming met de vastgestelde behoeften op nationaal en regionaal niveau, en het Europees Sociaal Fonds Plus om de toegang tot huisvesting te ondersteunen. 


5.Maatregelen ter ondersteuning van doeltreffende integratie en inclusie in alle sectoren

I.Sterke partnerschappen smeden met het oog op een doeltreffender integratieproces

Integratie is een maatschappelijk proces en een gedeelde verantwoordelijkheid voor migranten, gastgemeenschappen, overheden en instellingen, sociale en economische partners, maatschappelijke organisaties, kerken, religieuze en andere levensbeschouwelijke gemeenschappen en de particuliere sector. Voor een duurzame en succesvolle integratie is het essentieel dat zowel migranten als gastgemeenschappen actief kunnen deelnemen aan het integratieproces. De Commissie zal ernaar streven alle actoren een stem te geven en in staat te stellen aan dit proces bij te dragen door op verschillende bestuursniveaus sterke langlopende partnerschappen met meerdere belanghebbenden op te bouwen. Daarbij zal de Commissie voortbouwen op succesvolle voorbeelden van samenwerking, zoals het partnerschap voor de inclusie van migranten en vluchtelingen in het kader van de EU-stedenagenda 48 , het Europees partnerschap voor integratie met sociale en economische partners 49 en een partnerschap met plattelandsgebieden in het kader van de toekomstige langetermijnvisie voor plattelandsgebieden.

Het is ook belangrijk ervoor te zorgen dat alle bestuursniveaus – Europees, nationaal, macroregionaal, grensoverschrijdend, regionaal en lokaal – volledig worden betrokken bij het ontwerp en de uitvoering van integratiestrategieën, teneinde de doeltreffendheid van de maatregelen te maximaliseren.

Wat willen wij op dit gebied bereiken?

§dat alle relevante belanghebbenden zeggenschap hebben over en in staat zijn hun bijdrage te leveren aan het integratieproces;

§dat op EU-, nationaal, regionaal en lokaal niveau partnerschappen met meerdere belanghebbenden worden opgezet;

§dat er een structurele en open dialoog tot stand komt tussen de Commissie en belangrijke belanghebbenden op het gebied van integratie.

Hoe zal de Commissie deze doelstellingen ondersteunen?

§Zij zal de lidstaten ondersteunen door:

⁃het Europees Integratienetwerk te versterken en het te benutten om de lidstaten te ondersteunen bij de ontwikkeling, actualisering en uitvoering van nationale strategieën en actieplannen voor integratie;

⁃de lidstaten gerichte financiering en capaciteitsopbouw te verstrekken met het oog op betere coördinatie tussen belangrijke stakeholders op het gebied van integratie op nationaal, regionaal of lokaal niveau;

⁃in heel Europa via transnationale samenwerking en partnerschap in het kader van het Europees Sociaal Fonds Plus innovatieve oplossingen op het gebied van werkgelegenheid, vaardigheden en sociale inclusie ingang te doen vinden en uit te breiden.

§Zij zal lokale en regionale overheden ondersteunen door:

⁃een partnerschap aan te gaan met het Comité van de Regio’s om een politieke dialoog op gang te brengen en lokale en regionale overheden te stimuleren meer te leren en informatie uit te wisselen over integratie;

⁃de Urban Academy on Integration 50 uit te breiden tot een breed programma voor capaciteitsopbouw voor lokale, regionale en nationale beleidsmakers en praktijkmensen op het gebied van integratie;

⁃de interreligieuze dialoog tussen gemeenschappen te versterken, steden te ondersteunen bij de preventie van radicalisering door professionals en lokale actoren financiering, begeleiding en opleiding te bieden, onder meer in het kader van het netwerk voor voorlichting over radicalisering en van het initiatief “EU-steden tegen radicalisering” 51 en de toekomstige ontwikkelingen daarvan;

⁃de mogelijkheden van partnerschappen op het platteland te onderzoeken om te zorgen voor integratie en inclusie van migranten in plattelandsgebieden.

§Zij zal gastgemeenschappen meer zeggenschap geven door:

-de capaciteit op te bouwen van lokale en regionale overheden om lokale gemeenschappen te betrekken bij het ontwerp en de uitvoering van integratiemaatregelen en -programma’s;

-projecten te financieren voor de bevordering van vrijwilligersactiviteiten die door migranten en gastgemeenschappen gezamenlijk worden opgezet;

-begeleidings- en buddyprogramma’s te bevorderen tussen lokale gemeenschappen en pas aangekomen migranten.

§Zij zal het maatschappelijk middenveld ondersteunen door:

-regelmatig raadplegingen te houden en in dialoog te treden met het maatschappelijk middenveld en diasporaorganisaties, onder meer via het jaarlijkse Europees Migratieforum.

§Zij zal de sociale en economische partners en werkgevers ondersteunen door:

-met sociale en economische partners het Europees partnerschap voor integratie uit te voeren en werkgevers ondersteuning te bieden (zie de acties in het kader van Werkgelegenheid).

§Zij zal stichtingen en andere organisaties van de sociale economie ondersteunen door:

- een structurele dialoog op te zetten over de integratie van migranten en mogelijke instrumenten voor samenwerking met stichtingen en netwerkorganisaties die met stichtingen samenwerken, te onderzoeken.

II.Zij zal meer mogelijkheden bieden voor EU-financiering in het kader van het meerjarig financieel kader 2021-2027

Voor de Commissie blijft het een prioriteit de maatregelen van de lidstaten op het gebied van integratie en inclusie te ondersteunen door middel van EU-financiering. De uitvoering daarvan zal rechtstreeks door de Commissie of via programma’s van de lidstaten onder gedeeld beheer gebeuren. Aangezien integratie een langetermijnproces is en gezien het transversale karakter ervan, wordt het ondersteund door verschillende EU-fondsen, elk op hun respectieve gebieden.


Belangrijkste EU-fondsen die bijdragen tot integratie en inclusie in de periode 2014-2020


Voor het meerjarig financieel kader 2021-2027 heeft de Commissie voorgesteld binnen het toekomstige Fonds voor asiel en migratie (AMIF) de nadruk te leggen op de ondersteuning van op maat gesneden maatregelen die in de vroege fasen van integratie worden uitgevoerd, alsook op horizontale maatregelen. Ondertussen zouden de integratie op de arbeidsmarkt en de sociale inclusie van migranten kunnen worden gefinancierd uit het Europees Sociaal Fonds Plus (ESF +). Het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) ondersteunt inclusie via infrastructuur, uitrusting en toegang tot diensten op het gebied van onderwijs, werkgelegenheid, huisvesting, sociale zorg, gezondheidszorg en kinderopvang. Bovendien moeten de investeringen van het ESF+, het AMIF en het EFRO op gebieden die relevant zijn voor integratie complementair zijn en synergieën opleveren met andere EU-fondsen en -programma’s, waaronder met name Erasmus+, de faciliteit voor herstel en veerkracht, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) en InvestEU, om sociale inclusie op geïntegreerde wijze te ondersteunen. Daarnaast zal het instrument voor technische ondersteuning 52 de lidstaten op verzoek technische ondersteuning kunnen bieden om beleidsmaatregelen inzake integratie en inclusie te ontwikkelen of te verbeteren. In het kader van het nieuwe programma Burgers, gelijkheid, rechten en waarden kunnen ook specifieke acties voor de inclusie van EU-burgers met een migratieachtergrond worden gefinancierd.

Lokale en regionale overheden spelen een cruciale rol in het integratieproces; zij beschikken echter vaak niet over de middelen om integratiemaatregelen te treffen of krijgen moeilijk toegang tot EU-financiering. In het kader van het nieuwe meerjarig financieel kader 2021-2027 heeft de Commissie voorgesteld de toegang tot EU-financiering te vergemakkelijken door betere informatie te verstrekken en deze overheden nauwer te betrekken bij de voorbereiding, uitvoering en herziening van de toepasselijke nationale programma’s onder gedeeld beheer.

Wat willen wij op dit gebied bereiken?

§dat de lidstaten van de financiering van integratie een prioriteit maken in het kader van de EU-fondsen die bijdragen tot integratie, in overeenstemming met de vastgestelde behoeften op nationaal en regionaal niveau;

§dat de lidstaten en belangrijke belanghebbenden op het gebied van integratie, waaronder lokale en regionale overheden, gemakkelijker toegang krijgen tot EU-financiering voor integratie en inclusie;

§dat potentiële begunstigden beter worden ingelicht over de financieringsmogelijkheden voor integratie op EU-niveau;

§dat autoriteiten die EU-fondsen beheren die relevant zijn voor integratie, hun acties coördineren op macroregionaal, nationaal, regionaal en lokaal niveau;

§dat bij de programmering en uitvoering van EU-fondsen partnerschappen met alle relevante belanghebbenden, en met name lokale en regionale overheden, worden versterkt.

§dat er vaker gebruik wordt gemaakt van innovatieve instrumenten voor de financiering van activiteiten op het gebied van integratie.

Hoe zal de Commissie deze doelstellingen ondersteunen?

§Zij zal regelmatig uitwisselingen organiseren met de beheersautoriteiten van het Fonds voor asiel en migratie 53 , het Europees Sociaal Fonds Plus, het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling en andere EU-fondsen, zoals Erasmus+ en het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling.

§Zij zal een Europese kindergarantie voorstellen om armoede en sociale uitsluiting onder de meest achtergestelde kinderen van de EU, waaronder kinderen met een migratieachtergrond, te bestrijden.

§Zij zal webinars ontwikkelen gericht op overheidsinstanties en maatschappelijke organisaties en een toolkit voor de besteding van EU-middelen voor integratie in de programmeringsperiode 2021-2027 54 .

§Zij zal investeringen stimuleren op het gebied van onderwijs en opleiding, sociale infrastructuur (scholen, universiteiten, ziekenhuizen, langdurige zorg, betaalbare en toegankelijke huisvesting), microfinanciering, sociale ondernemingen en sociale innovatie die migranten ten goede komen, in het kader van het onderdeel sociale investeringen en vaardigheden van InvestEU.

§Zij zal publiek-private partnerschappen ontwikkelen (bv. met stichtingen en particuliere donoren).

Bij het gebruik van EU-financiering voor integratie worden de lidstaten ertoe aangemoedigd:

§de EU-fondsen optimaal te benutten om integratie te bevorderen, in overeenstemming met de vastgestelde behoeften op nationaal en regionaal niveau. Daarbij kan het gaan om investeringen in onderwijs, werkgelegenheid, huisvesting, gezondheidszorg en sociale zorg, in combinatie met acties voor capaciteitsopbouw en maatregelen ter bestrijding van segregatie en discriminatie;

§te zorgen voor een gecoördineerde aanpak op nationaal, macroregionaal, regionaal en lokaal niveau bij de programmering en uitvoering van de EU-fondsen die bijdragen tot integratie en inclusie.

§door middel van innovatieve instrumenten, partnerschappen en incentives de deelname van particuliere belanghebbenden aan integratiemaatregelen te vergroten;

§de toegang tot EU-financiering voor lokale en regionale overheden te vergemakkelijken door middel van specifieke oproepen tot het indienen van voorstellen voor lokale en regionale overheden;

§passende maatregelen te nemen om potentiële begunstigden in te lichten over de financieringsmogelijkheden van de EU voor integratie en inclusie;

§lokale en regionale overheden, maatschappelijke organisaties – waaronder organisaties die migranten en de diaspora vertegenwoordigen – en sociale en economische partners te betrekken bij de voorbereiding, herziening, uitvoering en monitoring van de programma’s voor de EU-fondsen in de periode 2021-2027 (AMIF, ESF+ en EFRO);

§in hun nationale plannen voor herstel en veerkracht rekening te houden met de situatie van migranten en hun kinderen (bv. op het gebied van gezondheid, werkgelegenheid en onderwijs);

§gebruik te maken van het instrument voor technische ondersteuning om op de verschillende gebieden het ontwerp, de ontwikkeling en de uitrol van op maat gesneden hervormingen in verband met het beleid op het gebied van integratie en inclusie te ondersteunen.

III.Participatie in en ontmoetingen met de gastgemeenschap stimuleren

Om te komen tot een open, diverse en inclusieve maatschappij is engagement nodig van zowel migranten als de gastgemeenschap. Migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond opnemen en hun actieve deelname aan advies- en besluitvormingsprocessen bevorderen, kan hen helpen hun situatie te verbeteren en ervoor te zorgen dat het beleid inzake integratie en inclusie doeltreffender wordt en aan de werkelijke behoeften beantwoordt. Daarom heeft de Commissie een deskundigengroep opgericht over de standpunten van migranten, bestaande uit migranten en organisaties die hun belangen vertegenwoordigen. Zij zal deze werkgroep raadplegen bij het uitstippelen en uitvoeren van toekomstig EU-beleid op het gebied van migratie, asiel en integratie 55 .

Of het nu is op school, op kantoor, in de sportclub of in de buurt waar zij wonen: inclusie en een hechtere samenleving kunnen krachtig worden bevorderd door migranten en lokale gemeenschappen een plaats en een gelegenheid te bieden om elkaar te ontmoeten en te interageren. Ook bevordering van de interculturele dialoog, met inbegrip van de interreligieuze dialoog tussen geloofsgemeenschappen, is essentieel. Om de participatie van migranten en hun interactie met de gastgemeenschap te ondersteunen, moeten de lokale gemeenschappen ook de kans krijgen om meer te weten te komen over mensen die in hun gemeenschap aankomen en over hun achtergrond. Regelingen inzake gemeenschapssponsoring helpen lidstaten niet alleen om het aantal beschikbare plaatsen uit te breiden voor mensen die bescherming behoeven (via hervestiging, toelating op humanitaire gronden en andere aanvullende trajecten), maar ook om hen met succes te laten integreren in gastvrije gastgemeenschappen die op de hoogte zijn van en voorbereid zijn op hun aankomst 56 .

Burgerparticipatie in onderwijs, cultuur en sport brengt mensen dichter bij elkaar. Het helpt vreemdelingenhaat, uitsluiting, radicalisering en het “wij/zij”-narratief te bestrijden en tegelijkertijd wederzijds respect op te bouwen en migranten meer het gevoel te geven ergens bij te horen. Dankzij jongerenprogramma’s zoals het Europees Solidariteitskorps kunnen jonge vrijwilligers werken aan projecten die gericht zijn op identiteit, cultuur en culturele diversiteit, de aanpak van vooroordelen en conflicten die het wederzijds respect en begrip bevorderen.

Door uitwisselingen tussen lidstaten te bevorderen en migranten te betrekken bij het ontwerp en de uitvoering van relevante EU-programma’s, krijgen migranten de mogelijkheid actiever deel te nemen aan onze samenlevingen, kan er een beter begrip komen op gebieden als gendergelijkheid en gelijkheid van lhbtiq+-personen en kunnen racisme, vreemdelingenhaat en antisemitisme bestreden worden.

Goede informatie over migratie en integratie kan ook helpen om vooroordelen te bestrijden en polarisatie tegen te gaan. Een meerderheid van de Europeanen (61 %) heeft echter het gevoel niet goed of helemaal niet geïnformeerd te zijn over migratie en integratie 57 . Samenwerking met vertegenwoordigers van de media, onderwijsinstellingen en maatschappelijke organisaties is essentieel om burgers in de EU beter te informeren over de realiteit van migratie en integratie.

Wat willen wij op dit gebied bereiken?

§dat meer migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond deelnemen aan advies- en besluitvormingsprocessen op lokaal, regionaal, nationaal en Europees niveau;

§dat er meer mogelijkheden worden geboden voor ontmoetingen en uitwisselingen tussen migranten, EU-burgers met een migratieachtergrond en lokale gemeenschappen, onder meer via kunst, cultuur, sport en het sociale leven in het algemeen;

§dat vrouwelijke migranten gelijke kansen hebben om deel te nemen aan de samenleving.

§dat meer Europeanen goed geïnformeerd zijn over integratie en migratie.

Hoe zal de Commissie deze doelstellingen ondersteunen?

§Zij zal projecten financieren om de capaciteit van nationale, regionale en lokale overheden om migranten en migrantenorganisaties bij besluitvormingsprocessen te betrekken, te vergroten.

§Zij zal de onlangs opgerichte deskundigengroep over de standpunten van migranten nauw betrekken bij de uitstippeling en uitvoering van EU-beleid op het gebied van migratie, asiel en integratie.

§Zij zal in de hele EU de ontwikkeling ondersteunen van programma’s voor gemeenschapssponsoring voor personen die internationale bescherming genieten door middel van financiering, bevordering van de uitwisseling van beste praktijken en nauwere samenwerking tussen alle relevante publieke en private belanghebbenden.

§Zij zal een integratieprijs in het leven roepen voor scholen, lokale gemeenschappen, artistieke en culturele organisaties en sport- en jeugdclubs zodat hun bijdrage tot integratie en inclusie zichtbaarder wordt.

§Zij zal in samenwerking met de UEFA Foundation voetbalfestivals organiseren, gericht op jonge migranten, in gaststeden van het volgende Europese kampioenschap voetbal.

§Via het toekomstige actieplan voor de sociale economie zal zij het klimaat voor de sociale economie en sociale innovatie verder verbeteren om inclusie en participatie te bevorderen.

§Zij zal projecten financieren om de bekendheid met feiten en cijfers en de belangrijkste trends op het gebied van integratie en migratie voor journalisten en journalistieke scholen te vergroten.

Op dit gebied worden de lidstaten ertoe aangemoedigd: 

§de nationale integratiestrategieën af te stemmen op de nationale actieplannen tegen racisme en rassendiscriminatie 58 ;

§migranten en migrantenorganisaties te betrekken bij het ontwerp, de uitvoering en de evaluatie van beleidsmaatregelen en programma’s op het gebied van integratie en inclusie, ook wanneer zij door de EU worden gefinancierd;

§uitwisselingen met de gastsamenlevingen te bevorderen via vrijwilligerswerk, sport, niet-formeel onderwijs, jongerenwerk en culturele activiteiten.

IV. Stimulering van het gebruik van nieuwe technologieën en digitale instrumenten voor integratie en inclusie

Technologische innovatie biedt nieuwe mogelijkheden om de toegang tot integratiediensten en soortgelijke diensten te moderniseren en te vergemakkelijken. Digitalisering van overheden op alle niveaus kan de toegang tot digitale overheidsdiensten vergemakkelijken. Als bij de digitalisering van diensten echter onvoldoende rekening wordt gehouden met inclusie en toegankelijkheid, kan zij de ongelijkheid nog vergroten in plaats van verkleinen. De COVID-19-crisis heeft het potentieel aangetoond van de digitalisering van diensten zoals onderwijs en taal- en integratiecursussen. Veel lidstaten hebben hun integratiediensten moeten aanpassen als gevolg van de maatregelen op het gebied van social distancing en zijn overgeschakeld op online taal- en integratiecursussen. Deze verschuiving heeft echter ook duidelijk gemaakt dat migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond vaak belemmeringen ondervinden bij de toegang tot digitale cursussen en diensten door gebrekkige infrastructuur 59 , taalbarrières, een gebrek aan elektronische identificatiemiddelen en digitale vertrouwensdiensten (zoals e-handtekeningen) of een gebrek aan digitale vaardigheden om deze diensten te gebruiken 60 . Onlinediensten kunnen in de fase vóór vertrek bijzonder doeltreffend zijn om migranten te helpen de taal te leren en vaardigheden te verwerven die hun integratie na aankomst kunnen versnellen, en hen in contact te brengen met de gemeenschappen die hen zullen verwelkomen.

Wat willen wij op dit gebied bereiken?

§dat nieuwe digitale integratiediensten worden beoordeeld op toegankelijkheid, inclusiviteit en kwaliteit en de meest succesvolle voorbeelden worden geïntegreerd in integratieprogramma’s;

§dat migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond beschikken over de nodige digitale vaardigheden om optimaal gebruik te maken van onlinediensten;

§dat digitale overheidsdiensten samen met burgers, met inbegrip van migranten, worden ontworpen om ze mensgericht en gemakkelijk toegankelijk te maken en ervoor te zorgen dat ze zijn afgestemd op een diverse bevolking.

Hoe zal de Commissie deze doelstellingen ondersteunen?

§Zij zal de lidstaten ondersteunen bij het beoordelen van digitale integratiediensten, ook in de fase vóór vertrek, en bij het in kaart brengen en uitwisselen van goede praktijken door middel van activiteiten op het gebied van wederzijds leren in het kader van het Europees Integratienetwerk.

§Zij zal projecten ter verbetering van de digitale vaardigheden van migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond bevorderen en financieren.

§In het kader van het actieplan voor digitaal onderwijs zal de Commissie EU-steun op het gebied van internettoegang, de aankoop van digitale apparatuur en e-learningtoepassingen en -platforms voor scholen – met name voor leerlingen uit kansarme groepen en voor studenten en opvoeders met een handicap – optimaal inzetten.

§Zij zal werken aan een inclusief EU-actieplan inzake e-overheid, dat mensgerichte digitale overheidsdiensten voor burgers, met inbegrip van migranten, en de betrokkenheid van migranten bij de totstandbrenging en verlening van digitale overheidsdiensten bevordert 61 .

Op dit gebied worden de lidstaten ertoe aangemoedigd: 

§digitale alfabetiseringscursussen voor migranten te ontwikkelen en op te nemen in integratieprogramma’s, onder meer door de beschikbare EU-middelen te benutten;

§ervoor te zorgen dat inclusiviteit in het ontwerp van digitale overheidsdiensten geïntegreerd is, dat deze diensten gemakkelijk toegankelijk zijn en afgestemd op een diverse bevolking, en dat migranten worden geraadpleegd bij de totstandbrenging en verdere ontwikkeling ervan.

V.Voortgang monitoren: naar een empirisch onderbouwd beleid inzake integratie en inclusie

Een efficiënt integratiebeleid moet gebaseerd zijn op betrouwbare gegevens over de resultaten van integratie en de effecten van integratiebeleidsmaatregelen. Sinds de vaststelling van de EU-indicatoren inzake de integratie van migranten in 2010 zijn op het Eurostat-portaal statistieken beschikbaar over integratie-indicatoren 62 . De Commissie heeft met de OESO samengewerkt aan de publicatie van een unieke internationale vergelijking van de integratieresultaten van migranten en hun kinderen 63 en heeft gewerkt aan het verbeteren van de beschikbaarheid van gegevens over integratie op lokaal en regionaal niveau 64 . Daarnaast is onderzoek verricht naar aspecten van integratie die verband houden met de tweerichtingsbenadering, zoals discriminatie 65 , participatie 66 en attitudes van het gastland.

Om de doeltreffendheid van het beleid op de lange termijn te monitoren, is het van belang dat nauwkeurige en vergelijkbare gegevens beschikbaar zijn over de omvang en de aard van de discriminatie van migranten. Het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten zal hierbij een sleutelrol spelen met een EU-enquête over immigranten en hun nakomelingen die gepland is in 2022. Daarvoor moeten de gegevens ook worden uitgesplitst naar etnische of raciale afkomst, zoals voorgesteld in het recente EU-actieplan tegen racisme. Niet alleen gegevens zijn van belang; via Horizon 2020-programma’s inzake innovatieve, inclusieve en reflexieve samenlevingen en via de oprichting van het Kenniscentrum Migratie en Demografie binnen het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, is ook innovatief onderzoek ondersteund. Dit helpt beleidsmakers om integratie op vele gebieden beter te begrijpen. De Commissie heeft tevens geïnvesteerd in een aantal proefprojecten 67 om nieuwe praktijken te testen, en in het in kaart brengen van de integratiebeleidsmaatregelen van de EU-lidstaten op gebieden zoals integratie op de arbeidsmarkt en het onderwijs en de integratie van vluchtelingen.

Ondanks deze aanzienlijke inspanningen blijft op een aantal gebieden een kenniskloof bestaan die de ontwikkeling van een doeltreffend, empirisch onderbouwd integratiebeleid in de weg staat. De meeste lidstaten monitoren integratie wel regelmatig maar zij baseren zich daarbij zelden op door de EU overeengekomen indicatoren 68 ; daarnaast blijft het potentieel voor internationale vergelijkingen onderbenut. Bovendien beschikken de meeste regio’s en steden nog steeds slechts over beperkte gegevens. Ook moet integratiebeleidsmaatregelen in de EU-lidstaten verder met elkaar worden vergeleken om wederzijds leren te vergemakkelijken en het gebrek aan bewijs over de effecten van de maatregelen weg te nemen 69 .

Wat willen wij op dit gebied bereiken?

§dat meer inzicht wordt verkregen in de beleidsmaatregelen inzake integratie en de effecten ervan op de resultaten van integratie in de tijd en in de verschillende gebieden;

§dat nationale overheden en andere belanghebbenden worden ondersteund bij de monitoring van de resultaten van integratie;

§dat een breder verspreid empirisch onderbouwd debat op het gebied van integratie tot stand komt;

§dat gegevens en kennis over integratie op EU-, nationaal en subnationaal niveau beter beschikbaar komen.

Hoe zal de Commissie deze doelstellingen ondersteunen?

§Zij zal een nieuwe Eurobarometer over integratie lanceren.

§Zij zal regelmatig verslagen publiceren waarin de voortgang wordt geanalyseerd en gebieden worden belicht waarop gemeenschappelijke uitdagingen bestaan – vastgesteld op basis van gemeenschappelijke statistische indicatoren – en waarin ook recente inspirerende beleidsontwikkelingen in de lidstaten aan bod komen.

§Samen met de lidstaten zal zij de mogelijkheden onderzoeken voor de ontwikkeling van een gezamenlijk “scorebord” voor het integratiebeleid om vergelijkingen tussen landen te ondersteunen, vast te stellen op welke gebieden vooruitgang nodig is en goede praktijken uit te wisselen.

§Zij zal regelmatig onderzoeksresultaten over de integratiedynamiek beoordelen en beleidsopties voor beleidsvorming voorstellen.

Op dit gebied worden de lidstaten ertoe aangemoedigd: 

§systemen voor de monitoring van integratie te ontwikkelen of te actualiseren om de belangrijkste uitdagingen in kaart te brengen en de vooruitgang in de loop van de tijd te volgen;

§de beschikbaarheid van gegevens over de resultaten op het gebied van integratie te verbeteren, ook op regionaal en lokaal niveau.

6.Conclusie

Voor het welzijn, de welvaart en de cohesie van de Europese samenlevingen in de toekomst is het essentieel dat we ervoor zorgen dat migranten en EU-burgers met een migratieachtergrond ten volle aan de samenleving kunnen deelnemen en bijdragen. Succesvolle integratie kan een oplossing helpen vinden voor vele van de huidige maatschappelijke vraagstukken: de menselijke en sociale kosten van economische uitsluiting, de verspreiding van alle vormen van extremistische ideologieën en het gebrek aan vertrouwen in de rechtvaardigheid op het gebied van huisvesting en van de gezondheidszorgstelsels. Met dit actieplan stelt de Commissie een solide kader vast om het beleid inzake integratie en inclusie in de hele EU te versterken en verder uit te werken en aldus bij te dragen tot de bredere agenda inzake sociale inclusie, daarbij ook voortbouwend op andere relevante strategieën en acties op het gebied van onderwijs, cultuur, werkgelegenheid, non-discriminatie en gelijkheid. Bij de uitvoering van dit actieplan zal de Commissie nauw samenwerken met de lidstaten, lokale en regionale overheden, maatschappelijke organisaties, sociale en economische partners, de particuliere sector, gastgemeenschappen, diasporaorganisaties en migranten.

De uitvoering van de in het actieplan gepresenteerde acties zal worden gemonitord, er zal verslag worden uitgebracht over de geboekte vooruitgang en waar nodig zullen de acties worden bijgestuurd. Eind 2024 zal een tussentijdse evaluatie van het actieplan plaatsvinden. De Commissie zal regelmatig verslag uitbrengen aan het Europees Parlement en de Raad over de uitvoering van het actieplan. Met het oog op volledige transparantie bij de uitvoering van het actieplan zal de Commissie op de Europese website over integratie een online interactief platform opzetten om de voortgang te controleren en het voor een bredere waaier partners mogelijk te maken een bijdrage te leveren.


(1)

Met “EU-burgers met een migratieachtergrond” worden burgers van EU-lidstaten bedoeld die eerder de nationaliteit van een derde land hadden en EU-burgers zijn geworden door naturalisatie in een van de EU-lidstaten, en ook EU-burgers van wie de in het buitenland geboren ouders een migratieachtergrond hebben. EU-burgers met een migratieachtergrond hebben de status en de rechten van EU-burgers, zoals vastgelegd in de artikelen 20 en 21 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

(2)

EU-burgers met een migratieachtergrond kunnen niet worden onderworpen aan een inburgeringsplicht om toegang te krijgen tot de rechten die uit het EU-burgerschap voortvloeien. Richtlijn 2004/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden, tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1612/68 en tot intrekking van de Richtlijnen 64/221/EEG, 68/360/EEG, 72/194/EEG, 73/148/EEG, 75/34/EEG, 75/35/EEG, 90/364/EEG, 90/365/EEG en 93/96/EEG (PB L 158 van 30.4.2004, blz. 77). Bovendien vallen onderdanen van derde landen die familielid zijn van mobiele EU-burgers onder Richtlijn 2004/38/EG inzake vrij verkeer. Deze familieleden hebben specifieke rechten op toegang en verblijf, waaraan geen andere voorwaarden kunnen worden verbonden dan die welke in de richtlijn zijn vastgesteld.

(3)

Beschikbaar op https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:52016DC0377

(4)

Eurostat, bevolkingsgegevens 2019 (NB: alle hierna genoemde indicatoren hebben betrekking op de EU-27).

(5)

Ramingen voor 2017 (meest recente cijfers) op basis van OESO/EU (2018), Settling In. Indicators of Immigrant Integration, deel 7.

(6)

Eind 2019 werden de meeste verblijfsvergunningen in de EU afgegeven om de volgende redenen: gezin (38 %), werk (17 %), asiel (9 %), onderwijs (1 %) en overige (32 %). Bron: Eurostat, gegevens over verblijfsvergunningen. Zie ook: https://ec.europa.eu/info/strategy/priorities-2019-2024/promoting-our-european-way-life/statistics-migration-europe_nl  

(7)

26,8 % van de niet in de EU geboren volwassenen (25–64 jaar) had in 2019 een hoog opleidingsniveau (Eurostat, EU-arbeidskrachtenenquête).

(8)

38,6 % in 2019, op basis van Eurostat, EU-arbeidskrachtenenquête (leeftijdsgroep 20–64 jaar). Van overkwalificatie is sprake wanneer iemand met een hoog opleidingsniveau (ISCED 5-8) een beroep uitoefent waarvoor een laag- of gemiddeld opleidingsniveau (ISCO 4-9) volstaat.

(9)

Zie JRC (2020), Immigrant Key Workers: Their Contribution to Europe’s COVID-19 Response, https://ec.europa.eu/knowledge4policy/sites/know4pol/files/key_workers_covid_0423.pdf .

(10)

Zie OESO (2020), What is the impact of the COVID-19 pandemic on immigrants and their children?, https://www.oecd.org/coronavirus/policy-responses/what-is-the-impact-of-the-covid-19-pandemic-on-immigrants-and-their-children-e7cbb7de . Jaarlijkse strategie voor duurzame groei voor 2021 (COM(2020) 575 final).

(11)

Zie Jaarlijkse strategie voor duurzame groei voor 2021 (COM(2020) 575 final).

(12)

Zo zou volledige integratie van migranten op de arbeidsmarkt tegen 2035 de gemiddelde fiscale nettobijdrage van elke migrant met wel 3 500 EUR kunnen doen toenemen. Zie JRC (2020), Projecting the net fiscal impact of immigration in the EU, https://publications.jrc.ec.europa.eu/repository/handle/JRC121937 .

(13)

Beschikbaar op https://ec.europa.eu/info/strategy/priorities-2019-2024/promoting-our-european-way-life/new-pact-migration-and-asylum_nl  

(14)

Meer informatie over de uitvoering van het actieplan van 2016 inzake de integratie van onderdanen van derde landen is te vinden in werkdocument SWD(2020) 290 van de diensten van de Commissie.

(15)

Eurostat-gegevens over 2019. Indicatoren inzake onderwijs en werkgelegenheid op basis van de EU-arbeidskrachtenenquête (EU-LFS). Indicatoren inzake armoede en huisvesting op basis van de EU-statistieken van inkomens en levensomstandigheden (EU-SILC). Migranten worden gedefinieerd als personen die buiten de EU-28 zijn geboren (het referentiejaar is 2019, dus Britse onderdanen golden niet als migranten van buiten de EU; gezien hun geringe aandeel in de totale migrantenbevolking in de EU maakt dit geen verschil voor de integratieresultaten).

(16)

Op basis van de EU-SILC-gegevens; zie OESO/EU (2018), Settling In, Indicators of Immigrant Integration, figuur 4.11: “Unmet medical needs”.

(17)

Eurostat, EU-LFS (2019)

(18)

Zie JRC (2020), Migration in EU Rural Areas, https://publications.jrc.ec.europa.eu/repository/bitstream/JRC116919/migration_in_eu_rural_areas.pdf .

(19)

Een Unie van gelijkheid: EU-actieplan tegen racisme 2020–2025 (COM(2020) 565 final).

(20)

Een Unie van gelijkheid: strategisch EU-kader voor gelijkheid, integratie en participatie van de Roma (COM(2020) 620 final).

(21)

Een Unie van gelijkheid: strategie voor gelijkheid van lhbtiq’ers 2020–2025 (COM(2020) 698 final).

(22)

Het netwerk voor voorlichting over radicalisering (RAN) brengt meer dan 6 000 eerstelijnswerkers uit heel Europa samen om beste praktijken te ontwikkelen en hen uit te rusten met de vaardigheden die zij nodig hebben om gewelddadig extremisme aan te pakken. In de komende EU-agenda voor terrorismebestrijding zijn verdere maatregelen ter voorkoming van radicalisering opgenomen.

(23)

Deze cursussen zijn specifiek bedoeld om migranten te helpen hun in het buitenland gevolgde onderwijs aan te vullen.

(24)

De specifieke uitdagingen waarmee migrerende kinderen worden geconfronteerd bij de toegang tot integratiemaatregelen zullen ook aan bod komen in de komende EU-strategie voor de rechten van het kind.

(25)

De eerbiediging van de mensenrechtennormen en de opneming van een genderperspectief in partnerschappen en overeenkomsten op het gebied van migratie tussen de EU en derde landen wordt ook ondersteund door het EU-actieplan inzake vrouwen, vrede en veiligheid (2019–2024), EEAS(2019) 747.

(26)

40,7 % van de vrouwelijke migranten in 2019, tegenover 21,1 % van de autochtone vrouwen (leeftijdsgroep: 20–64), op basis van de EU-arbeidskrachtenenquête van Eurostat. Zie ook JRC (2020), Gaps in the EU Labour Market Participation Rates: an intersectional assessment of the role of gender and migrant status.

(27)

Lhbtiq’ers zijn mensen die zich aangetrokken voelen tot personen van hun eigen geslacht (lesbisch, homoseksueel) of welk geslacht dan ook (biseksueel), van wie de genderidentiteit en/of genderexpressie niet overeenkomt met het geslacht dat hun bij de geboorte is toegewezen (transgender, non-binair), die geboren zijn met geslachtskenmerken die niet onder de typische definitie van mannelijk of vrouwelijk vallen (intersekse), of van wie de identiteit niet past in een binaire classificatie van seksualiteit en/of gender (queer).

(28)

Zoals benadrukt in de aanbeveling van de Commissie betreffende legale trajecten voor bescherming in de EU (C(2020) 6467 final), kunnen modellen voor gemeenschapssponsoring een snellere en efficiëntere integratie van vluchtelingen mogelijk maken.

(29)

Voorbeelden zijn de strategie voor gendergelijkheid 2020–2025 (COM(2020) 152 final) en het EU-actieplan tegen racisme 2020–2025 (COM(2020) 565 final).

(30)

De resultaten van de raadplegingen zijn te vinden op https://ec.europa.eu/home-affairs/sites/homeaffairs/files/summary/summary_of_consultations_in_view_of_the_action_plan_on_integration_and_inclusion.pdf .

(31)

Mededeling over de totstandbrenging van de Europese onderwijsruimte tegen 2025 (COM(2020) 625 final).

(32)

Actieplan voor digitaal onderwijs 2021–2027: Onderwijs en opleiding herbronnen voor het digitale tijdperk (COM(2020) 624 final).

(33)

Mededeling over de Europese vaardighedenagenda voor duurzaam concurrentievermogen, sociale rechtvaardigheid en veerkracht (COM(2020) 274 final).

(34)

Het netwerk voor voorlichting over radicalisering heeft een aantal ondersteunende documenten gepubliceerd waarmee leerkrachten beter in staat worden gesteld om tekenen van radicalisering in een vroeg stadium te herkennen en de onderliggende factoren aan te pakken:

https://ec.europa.eu/home-affairs/what-we-do/networks/radicalisation_awareness_network/topics-and-working-groups/ran-y-and-e_en .

(35)

De jongerengarantie is een verbintenis van alle lidstaten om ervoor te zorgen dat alle jongeren onder de 25 jaar een deugdelijk aanbod krijgen voor een baan, voortzetting van het onderwijs, een plaats in het leerlingstelsel of een stage. De versterkte jongerengarantie zorgt voor een grotere nadruk op de specifieke behoeften van kwetsbare groepen, zoals jonge migranten of jongeren met een migratieachtergrond. Zie https://ec.europa.eu/social/main.jsp?catId=1079&langId=nl

(36)

Zie JRC (2020), Immigrant Key Workers: Their Contribution to Europe’s COVID-19 Response  https://ec.europa.eu/knowledge4policy/sites/know4pol/files/key_workers_covid_0423.pdf .

(37)

Zie JRC (2020), Gaps in the EU Labour Market Participation Rates: an intersectional assessment of the role of gender and migrant status, https://publications.jrc.ec.europa.eu/repository/handle/JRC121425 .

(38)

Zie https://ec.europa.eu/social/main.jsp?catId=1223&langId=nl .

(39)

https://ec.europa.eu/home-affairs/what-we-do/policies/legal-migration/european-dialogue-skills-and-migration/european-partnership-integration_en  

(40)

De Commissie heeft dit initiatief in 2017 opgestart om de aandacht te vestigen op wat werkgevers doen om de integratie van vluchtelingen en andere migranten op de arbeidsmarkt te ondersteunen: https://ec.europa.eu/home-affairs/what-we-do/policies/legal-migration/european-dialogue-skills-and-migration/integration-pact_en

(41)

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het programma Rechten en waarden, COM(2018) 383 final/2 – 2018/0207 (COD).

(42)

Zie: OESO, What is the impact of the COVID-19 pandemic on immigrants and their children?,  http://www.oecd.org/coronavirus/policy-responses/what-is-the-impact-of-the-covid-19-pandemic-on-immigrants-and-their-children-e7cbb7de/  

(43)

Nog onder direct beheer te financieren in het kader van de financieringsperiode 2014-2020.

(44)

Overeenkomstig artikel 26 van het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap.

(45)

Zie bijvoorbeeld het EU-actieplan tegen racisme, waarin wordt benadrukt dat discriminatie op de woningmarkt segregatie versterkt, met een domino-effect op de kansen op onderwijs en werkgelegenheid en, in het geval van gezinnen met kinderen, een aanzienlijk negatief effect op de ontwikkeling van kinderen.

(46)

Zie bijvoorbeeld de in het kader van het initiatief stedelijke innovatieve acties gefinancierde projecten, https://www.uia-initiative.eu/en

(47)

Een renovatiegolf voor Europa – groenere gebouwen, meer banen, hogere levenskwaliteit, COM(2020) 662 final.

(48)

Zie https://www.inclusionpartnership.com en https://ec.europa.eu/futurium/en/inclusion-of-migrants-and-refugees

(49)

Zie https://ec.europa.eu/home-affairs/what-we-do/policies/legal-migration/european-dialogue-skills-and-migration/european-partnership-integration_en  

(50)

Zie https://www.inclusionpartnership.com/urban-academy  

(51)

De Europese Commissie heeft dit initiatief in 2019 opgestart. Het richt zich in de eerste plaats tot burgemeesters en hun adviseurs en vormt een aanvulling op de inspanningen van het netwerk voor voorlichting over radicalisering, met name aan de hand van beleidsuitwisselingen tussen steden inzake de preventie van radicalisering.


(52)

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad van 28 mei 2020 tot vaststelling van een instrument voor technische ondersteuning, COM(2020) 409 final, onder voorbehoud van goedkeuring door het Europees Parlement en de Raad.

(53)

Het Fonds voor asiel en migratie bevordert het doelmatige beheer van migratiestromen en de uitvoering, versterking en ontwikkeling van een gemeenschappelijke aanpak van asiel en migratie door de Unie. Maatregelen voor de inclusie van EU-burgers met een migratieachtergrond komen niet in aanmerking voor financiering uit het fonds.

(54)

Dit is een update van de toolkit voor de besteding van middelen voor de integratie van mensen met een migratieachtergrond uit 2018:

https://ec.europa.eu/regional_policy/en/information/publications/guides/2018/toolkit-on-the-use-of-eu-funds-for-the-integration-of-people-with-a-migrant-background

(55)

De eerste vergadering van de groep, gericht op integratie en inclusie, vond plaats op 12 november 2020.

(56)

Aanbeveling van de Commissie betreffende legale trajecten voor bescherming in de EU (C(2020) 6467 final). https://ec.europa.eu/info/sites/info/files/commission_recommendation_on_legal_pathways_to_protection_in_the_eu_promoting_resettlement_humanitarian_admission_and_other_complementary_pathways.pdf  

(57)

Zie de resultaten van de Eurobarometer over integratie uit 2018, https://ec.europa.eu/home-affairs/news/results-special-eurobarometer-integration-immigrants-european-union_en

(58)

Met het EU-actieplan tegen racisme worden alle lidstaten ertoe aangemoedigd nationale actieplannen tegen racisme en rassendiscriminatie op te stellen en goed te keuren.

(59)

Zo heeft 40 % van de plattelandsgebieden nog steeds geen toegang tot snelle breedband.

(60)

8,1 % van de personen die buiten de EU zijn geboren, geeft aan zich geen computer te kunnen veroorloven, tegenover 3,1 % van degenen die in het rapporterende land zijn geboren, Eurostat, EU-SILC (gegevens van 2018). Voor ouders in gezinnen met een migratieachtergrond kan het moeilijker zijn hun kinderen te ondersteunen bij afstandsleren wanneer zij de onderwijstaal niet beheersen.

(61)

In antwoord op de Raadsconclusies over het vormgeven van de digitale toekomst van Europa, https://www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases/2020/06/09/shaping-europe-s-digital-future-council-adopts-conclusions/#  

(62)

Zie: https://ec.europa.eu/eurostat/web/migrant-integration/data/database  

(63)

OESO/EU (2018), Settling In 2018: Indicators of Immigrant Integration.

(64)

Zie de werkzaamheden in het kader van het partnerschap voor de inclusie van migranten en vluchtelingen in het kader van de EU-stedenagenda: https://ec.europa.eu/futurium/en/system/files/ged/evidence-based20integration20policies20in20cities_options20report.pdf , de regionale reeks in het kader van het Eurostat-portaal over integratie, en het project “Data for integration” van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek: https://ec.europa.eu/knowledge4policy/migration-demography/data-integration-d4i_en  

(65)

  FRA (2017), EU-MIDIS II Main results ; FRA (2017), EU-MIDIS II Muslims – Selected findings ; FRA (2018), EU-MIDIS II Being Black in the EU ; FRA (2019) EU-MIDIS II Migrant women – Selected findings

(66)

FRA (2017), FRA (2017), Together in the EU – Promoting the participation of migrants and their descendants

(67)

In het kader van de stedelijke innovatieve acties, EaSI, AMIF, Cosme, Horizon 2020 en het steunprogramma voor structurele hervormingen.

(68)

 EMN ad-hoc-query inzake de monitoring van integratie (Dec. 2018), https://ec.europa.eu/home-affairs/sites/homeaffairs/files/com_ad-hoc_query_integration_wider_dissemination.pdf  

(69)

  https://reliefweb.int/sites/reliefweb.int/files/resources/RefugeeIntegrationCostBenefitAnalysis_Final.pdf