Artikelen bij COM(2022)329 - Wijziging van Verordening (EU) nr. 691/2011 wat betreft de invoering van nieuwe modules voor milieu-economische rekeningen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.



Artikel 1


Verordening (EU) nr. 691/2011 wordt als volgt gewijzigd:

1) Aan artikel 2 worden de volgende punten toegevoegd:

“7) “bosrekeningen”: vermogensrekeningen voor bosbestanden, bestaande uit bebost land en hout op bebost land, en rekeningen voor economische activiteiten voor bosbouw en houtkap;

8) “milieusubsidies en soortgelijke overdrachten”: inkomens- en kapitaaloverdrachten, zoals gedefinieerd in ESR 2010, ter ondersteuning van activiteiten ter bescherming van het milieu en de bescherming van nationale hulpbronnen en aanverwante producten;

9) “ecosysteemrekeningen”: een reeks rekeningen die bedoeld zijn om consistente informatie te verstrekken over de omvang en toestand van ecosystemen en over de dienstenstromen van deze ecosystemen naar de samenleving.”.


2) Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

b) Aan lid 1 worden de volgende punten toegevoegd:

“g) een module voor bosrekeningen, zoals beschreven in bijlage VII;

h) een module voor rekeningen voor milieusubsidies en soortgelijke overdrachten, zoals beschreven in bijlage VIII;

i) een module voor ecosysteemrekeningen, zoals beschreven in bijlage IX.”.


b) Het volgende lid 4 bis wordt ingevoegd:

“4 bis. de Commissie (Eurostat) verricht een methodologische en haalbaarheidsstudie naar de monetaire waardering van ecosysteemdiensten. Op basis van de resultaten van deze studie kan de Commissie deze verordening aanvullen om, door middel van een gedelegeerde handeling, te bepalen voor welke van de reeds in de rapportagetabellen in deel 5 van bijlage IX opgenomen ecosysteemdiensten monetaire waarden, het eerste referentiejaar en een lijst van aanvaardbare methoden voor de vaststelling van deze monetaire waarden moeten worden gerapporteerd.”.


3) Aan artikel 5, lid 2, wordt het volgende punt toegevoegd:

“d) andere relevante informatiebronnen, methoden of innovatieve benaderingen, voor zover hiermee statistieken kunnen worden gegenereerd die onderling vergelijkbaar zijn en die voldoen aan de toepasselijke specifieke kwaliteitseisen.


Lidstaten die besluiten om de in punt d), vermelde bronnen, methoden of innovatieve benaderingen te gebruiken, informeren de Commissie (Eurostat) hierover in het jaar voorafgaand aan het referentiejaar waarin de bronnen, methoden of innovatieve benaderingen worden opgenomen, en geven nadere informatie over de kwaliteit van de verkregen gegevens.”.


4) In artikel 8 wordt lid 2 vervangen door:

“2.   Om een afwijking uit hoofde van lid 1 voor de bijlagen VII, VIII en IX te verkrijgen, dient de betrokken lidstaat uiterlijk op [OPOCE, please insert exact date by 24 months after the entry into force of this Regulation] een naar behoren gemotiveerd verzoek in bij de Commissie.”.


5) Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

a) De leden 2 en 3 worden vervangen door:

“2. De in artikel 3, leden 3, 4 en 4 bis, bedoelde bevoegdheidsdelegatie wordt aan de Commissie voor een termijn van vijf jaar toegekend met ingang van 11 augustus 2011. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van vijf jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend met termijnen van dezelfde duur verlengd, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het einde van elke termijn tegen deze verlenging verzet. 

 3.  Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 3, leden 3, 4 en 4 bis, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.”.


b) Lid 5 wordt vervangen door:

 “5. Een overeenkomstig artikel 3, leden 3, 4 en 4 bis, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement of de Raad binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad daartegen geen bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie voor het verstrijken van die termijn hebben meegedeeld daartegen geen bezwaar te zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd.


6) In artikel 10 wordt het eerste streepje en de bijbehorende tekst vervangen door:

“ - voor de invoering van nieuwe milieu-economische rekeningmodules, zoals (kwantitatieve en kwalitatieve) waterrekeningen, uitgavenrekeningen voor hulpbronnenbeheer, subsidies of ondersteunende maatregelen die potentieel schadelijk zijn voor het milieu en afvalrekeningen”.


7) In bijlage IV, punt 3, worden de woorden “(ontvangen/betaalde) milieubeschermingsoverdrachten” geschrapt.


8) Alle verwijzingen naar “EU-28” en de term “ESR 95” worden in de gehele tekst en de bijlagen vervangen door respectievelijk “EU-27” en “ESR 2010”.


9) De bijlagen VII, VIII en IX, zoals vastgelegd in de bijlage bij deze verordening, worden aan Verordening (EU) nr. 691/2011 toegevoegd.

Artikel 2

De gegevens over (ontvangen/betaalde) milieubeschermingsoverdrachten die eerder overeenkomstig bijlage IV zijn ingediend, worden ingediend overeenkomstig bijlage VIII. De lidstaten verstrekken geen gegevens meer over (ontvangen/betaalde) milieubeschermingsoverdrachten overeenkomstig bijlage IV.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 1, punt 7, is van toepassing met ingang van 1 januari 2025.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.