Toelichting bij COM(2000)538 - Voorlichtings- en afzetbevorderingsacties voor landbouwproducten op de binnenmarkt

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. Doel van de afzetbevordering op Gemeenschapsniveau

Momenteel past de Commissie twaalf afzetbevorderingsregelingen toe voor de verschillende producten die mettertijd door de Raad in aanmerking genomen zijn. Elk van deze meestal sectorgebonden regelingen is verschillend en wordt, hetzij rechtstreeks beheerd door de diensten van de Commissie (olijfolie, vlas, dopvruchten, logo's), hetzij indirect via de lidstaten of de beroepsorganisaties (rundvlees, zuivel, appelen en citrusvruchten, druivensap, bloemen, etikettering).

Dit van vroeger daterende heterogene pakket moet geharmoniseerd en vereenvoudigd worden om de doeltreffendheid ervan te vergroten en om de middelen gemakkelijker met de beschikbare instrumenten te kunnen beheren.

Daartoe moet de Gemeenschap voor haar acties binnen de EU, naar analogie van de afzetbevordering in derde landen, gebruik kunnen maken van een flexibel horizontaal afzetbevorderingsinstrument.

Dit instrument moet toegespitst zijn op voorlichting en generieke en collectieve verkoopbevordering, maar mag de reclameacties van bedrijven dan wel van nationale of regionale autoriteiten niet doorkruisen. Het moet hun klassieke marketingactiviteiten aanvullen door de verbruiker voor deze activiteiten ontvankelijk te maken.

Het optreden van de Gemeenschap kan zorgen voor een 'toegevoegde waarde', voor zover daarbij op Europees niveau aspecten worden belicht waaraan door de nationale autoriteiten en bij de reclame voor een bepaald merk voorbijgegaan wordt, b.v. door informatie te verschaffen over de intrinsieke eigenschappen van de producten (kwaliteit, voedingsaspecten, voedselveiligheid, etikettering, traceerbaarheid, BOB/BGA-regeling, biologische of geïntegreerde teelttechnieken enz.) en door het imago van de Europese producten te verbeteren bij de consument, die deze aspecten steeds belangrijker vindt. De recente beroering in verband met BSE, dioxine, listeria, enz. is hiervan het bewijs.

2. Keuze van thema's en producten

Er moet worden afgestapt van de tot nu toe gevolgde incidentele aanpak. Voorgesteld wordt dat de Commissie op gezette tijden volgens de procedure van het Comité van beheer de voor voorlichtings- en afzetbevorderingsacties in aanmerking komende thema's en sectoren uitkiest.

Daarbij worden de volgende selectiecriteria gehanteerd:

-het op de voorgrond plaatsen van kwaliteit, voedingsaspecten, voedselveiligheid, specifieke productiemethoden via op een bepaald thema of op bepaalde doelgroepen gerichte campagnes,

-de toepassing van een etiketteringssysteem en van een systeem om de producten te controleren en te traceren,

-de noodzakelijke aanpak van met de conjunctuur samenhangende problemen voor een bepaalde sector,

-de wenselijkheid om voorlichting te geven over de in de Gemeenschap toegepaste regelingen op het gebied van BOB/GBA, GTS, biologisch geteelde producten of de regeling inzake v.q.p.r.d. enz.

3. Soorten van afzetbevorderingsmaatregelen

Het gaat hoofdzakelijk om de ook nu gefinancierde maatregelen, namelijk pr-maatregelen, reclame, de verspreiding van wetenschappelijke informatie bij bepaalde doelgroepen (informatieverspreiders, artsen, voedingsdeskundigen en andere opinieleiders).

Financiering



De maatregelen worden gedeeltelijk door de Gemeenschap gefinancierd (gemiddeld voor 50%), de overige benodigde middelen moeten worden verschaft door de beroeps- of bedrijfskolomorganisaties die de programma's voorstellen, en door de betrokken lidstaten. Een dergelijke financiële bijdrage van de marktdeelnemers en de lidstaten is onontbeerlijk om ervoor te zorgen dat zij zich voor de acties voldoende verantwoordelijk voelen. Voor de regelingen van de Gemeenschap op het gebied van BOB/BGA/GTS, biologische teeltmethoden en etikettering lijkt financiering door de lidstaten en de Gemeenschap voldoende te zijn om hierover een doelmatige voorlichting te garanderen.

5. Beheer, controle en evaluatie

Nadat het communautaire kader nauwkeurig door volgens de procedure van het Comité van beheer vast te stellen richtsnoeren per sector (doelstellingen, strategie, doelgroepen, acties, middelen enz.) is afgegrensd, dient het initiatief voor de maatregelen uit te gaan van de beroeps- en bedrijfskolomorganisaties in de betrokken sectoren, die gevolg geven aan de oproepen voor voorstellen van de betrokken lidstaten.

De betrokken lidstaten, die de programma's selecteren aan de hand van de in de Gemeenschapsrichtsnoeren aangegeven criteria, aangevuld met een geheel van nationale voorwaarden en rekening houdend met de prijs-kwaliteitverhouding en het praktische nut, van de maatregelen, leggen deze, nadat zij ermee hebben ingestemd, ter goedkeuring aan de Commissie voor. Deze gaat na of de maatregelen in overeenstemming zijn met de betrokken Gemeenschapsvoorschriften en met de aanvullende voorwaarden, en moet binnen een vastgestelde termijn haar opmerkingen maken. Na afloop van deze termijn keuren de lidstaten de programma's definitief goed.

Wegens de uitgebreide ervaring die nodig is, waarbij vooral kennis van verschillende disciplines van belang is, en ook omdat de Commissie een tekort aan gespecialiseerd personeel heeft, kan deze zich bij de opstelling van de richtsnoeren laten bijstaan door een onafhankelijk Comité van communicatiedeskundigen of door contractanten voor het verlenen van technische bijstand.

Aangezien de programma's 'indirect' beheerd worden, zijn de lidstaten bevoegd voor de controle en betalingen met betrekking tot de in aanmerking genomen maatregelen.

Ten slotte zal de uitvoering van de acties geëvalueerd worden door onafhankelijke instanties die de Commissie via een inschrijvingsprocedure selecteert.