Toelichting bij COM(2003)162 - Wijziging van Verordening 393/98 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op de invoer van roestvrij stalen bevestigingsmiddelen en delen daarvan, uit China, India, Korea, Maleisië, Taiwan en Thailand

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Bij het arrest van 21 november 2002 in de zaak T-88/98  i heeft het Gerecht van Eerste Aanleg van de Europese Gemeenschappen artikel 1 van Verordening (EG) nr. 393/98 van de Raad van 16 februari 1998  i tot instelling van een definitief antidumpingrecht op roestvrijstalen bevestigingsmiddelen en delen daarvan uit, onder meer, in India nietig verklaard, voor zover het gaat om dat deel van het antidumpingrecht op het door Kundan Industries Limited vervaardigde en door Tata International Limited uitgevoerde product dat hoger is dan 45,4%. Het ingestelde recht bedroeg 47,4%. Het verschil van 2% stemt overeen met een correctie op de exportprijs van de betrokken ondernemingen voor commissies die door het Hof niet gerechtvaardigd werd geacht en daarom werd geannuleerd.

Overeenkomstig artikel 233 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap zijn de instellingen van de Gemeenschap gehouden maatregelen te nemen om de arresten van de gerechtshoven uit te voeren. De Commissie stelt daarom voor dat de Raad Verordening (EG) nr. 393/98 wijzigt door het antidumpingrecht op roestvrijstalen bevestigingsmiddelen en delen daarvan die door de bovengenoemde ondernemingen worden vervaardigd en naar de Gemeenschap uitgevoerd te verlagen van 47,4% tot 45,4%.