Toelichting bij COM(2003)762 - Vaststelling, voor het visseizoen 2004, van de oriëntatieprijzen en de gemeenschappelijke productieprijzen voor bepaalde visserijproducten overeenkomstig Verordening (EG) nr. 104/2000 - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
| dossier | COM(2003)762 - Vaststelling, voor het visseizoen 2004, van de oriëntatieprijzen en de gemeenschappelijke productieprijzen voor bepaalde ... |
|---|---|
| bron | COM(2003)762   |
| datum | 08-12-2003 |
Bij de vaststelling van deze prijzen wordt ook rekening gehouden met de trends op het gebied van productie en vraag, en met andere factoren zoals de eventuele noodzaak om stabiele marktprijzen te garanderen, het inkomen van de producenten te ondersteunen en de belangen van de consumenten te beschermen.
Ten opzichte van de periode 2000-2002 zijn de gemiddelde prijzen voor magere vis in de periode 2001-2003 sterk gedaald, voor de meeste soorten met 2 à 6 %, in enkele gevallen zelfs met 18 %. In de eerste zes maanden van 2003 lag het prijspeil voor magere vis over het algemeen lager dan in dezelfde periode van het voorgaande jaar. Gezien deze ongunstige marktsituatie stelt de Commissie voor om voor de meeste soorten magere vis de oriëntatieprijs te verlagen met 0,5 à 6 %. Voor schol, schartong, zeeduivel (in gehele staat) en tong evenwel beveelt de Commissie aan de prijs lichtjes op te trekken, namelijk met 1 à 1,5 %. Voorts wordt voorgesteld om de huidige prijs voor hondshaai te handhaven.
Voor de pelagische vissoorten schommelden de prijsverschillen in de periode 2001-2003 ten opzichte van de periode 2000-2002 tussen -7 en +16 %. Terwijl de prijzen voor sardines, makreel en ansjovis zijn gestegen, is de stituatie voor haring, Spaanse makreel en witte tonijn aanzienlijk slechter geworden. Voor deze soorten stelt de Commissie daarom een verhoging van de oriëntatieprijs met 1,5 % (sardines en makreel) à 2,5 % (ansjovis) voor, behalve voor haring, witte tonijn en Spaanse makreel (verlaging met 0,5 à 2 %).
Voor andere soorten, en met name schaal- en schelpdieren dieren, was de marktsituatie de laatste tijd minder gunstig. De Commissie stelt derhalve voor de betrokken prijzen te verlagen.
Op de internationale markten vertoonden de prijzen voor bevroren producten een dalende tendens, behalve voor inktvis, achtarmige inktvis en garnalen (andere Penaeidae), waarvoor de Commissie een prijsverhoging met 1 à 2 % voorstelt. Voorts stelt de Commissie voor de huidige richtprijzen voor inktvissen (Loligo), gewone pijlinktvissen en Illex te handhaven.
Bovendien is in artikel 26 van Verordening (EG) nr. 104/2000 van de Raad bepaald dat voor tonijn die bestemd is voor de conservenindustrie, een communautaire productieprijs wordt vastgesteld. Die prijs wordt vastgesteld op basis van het gemiddelde van de prijzen die in de laatste drie visseizoenen voorafgaand aan het visseizoen waarvoor deze prijs wordt vastgesteld, voor een belangrijk gedeelte van de communautaire productie zijn geconstateerd op de groothandelsmarkten of in de havens.
In de periode 2001-2003 is de gemiddelde prijs in de Gemeenschap licht gestegen in vergelijking met de periode 2000-2002, hoewel deze tendens in de eerste zes maanden van 2003 is omgeslagen. Met het oog op deze marktsituatie stelt de Commissie voor de communautaire productieprijs voor 2004 op het huidige peil te handhaven.