Toelichting bij COM(2003)509 - Statistieken over de informatiemaatschappij - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2003)509 - Statistieken over de informatiemaatschappij. |
---|---|
bron | COM(2003)509 ![]() ![]() |
datum | 25-08-2003 |
De invloed van de informatie- en communicatietechnologieën (ICT's) op de economie en de maatschappij neemt hand over hand toe. Het streven van de beleidsmakers was de nieuwe technologieën snel in het dagelijkse economische en sociale leven ingang te doen vinden. Dit heeft geleid tot een vraag naar statistieken over een breed scala van onderwerpen in verband met de informatiemaatschappij. De structurele indicatoren die gebruikt worden in het jaarlijkse voorjaarsverslag aan de Europese Raad, omvatten ook indicatoren op het gebied van de informatiemaatschappij, die op Europees niveau geharmoniseerde statistieken vereisen.
In juni 2002 hebben de Europese staatshoofden en regeringsleiders hun instemming betuigd met het actieplan eEurope 2005, dat een aantal doelstellingen behelst die voor eind 2005 gehaald moeten zijn, zulks in het kader van de algemene doelstelling van de Europese Raad van Lissabon voor 2010, namelijk 'van Europa binnen tien jaar de meest concurrerende en dynamische kenniseconomie van de wereld te maken'. Het plan voorziet onder andere in een benchmarkingproces aan de hand van indicatoren. Het actieplan stelt: "Om de kwaliteit [in vergelijking met eEurope 2002] te verbeteren, zou bij de meting van eEurope 2005-indicatoren meer gebruik moeten worden gemaakt van officiële statistieken van de nationale bureaus voor de statistiek en van Eurostat. Teneinde een regelmatige vergaring van vergelijkbare gegevens in de lidstaten mogelijk te maken, bestaat behoefte aan een juridische grondslag voor statistieken met betrekking tot de informatiemaatschappij" i. Ook in Resolutie 5197/2003 van de Raad betreffende de uitvoering van het actieplan eEurope 2005 wordt nog eens gewezen op de behoefte aan meer kwaliteit: 'Om de kwaliteit te verbeteren moet meer gebruik worden gemaakt van de door de NBS en Eurostat verrichte enquêtes..... Bij het uitvoeren van de enquêtes moeten alle praktische stappen worden genomen om te zorgen voor kwaliteit en vergelijkbaarheid van de gegevens tussen de landen'. Aangezien het door de Europese Raad van Lissabon vastgestelde streefjaar 2010 is, zal hieraan waarschijnlijk ook nog na 2005 behoefte bestaan. De DG's van de Commissie vertrouwen erop dat het Europees statistisch systeem (ESS) op dit gebied statistieken van een hoge kwaliteit verschaft.
[een met het oog op de Europese Raad van Sevilla van 21 en 22 juni 2002 in te dienen actieplan].
In september 2002, na de publicatie van het actieplan eEurope 2005, legde Eurostat aan het Comité statistisch programma een actieplan voor statistieken over de informatiemaatschappij voor 2002/2003 voor, dat maatregelen omvatte om het ESS meer bij de levering van kernstatistieken te betrekken. De meeste lidstaten waren het erover eens dat er 'een kaderverordening moest komen die voor een beperkte reeks indicatoren een maximum aan flexibiliteit moest bieden' i.
In november 2002 werd eerst een ontwerp-wetgevingsbesluit aan een strategische task force 'Informatiemaatschappij' voorgelegd. Dit ontwerp werd vervolgens in overleg met de lidstaten herzien en nu ligt er dan het definitieve voorstel.
Inhoud van de verordening
De voorgestelde verordening biedt de nationale bureaus voor de statistiek een juridisch kader voor de levering van de nodige statistieken voor de structurele indicatoren en de benchmarking van eEurope, en is tegelijk flexibel genoeg om in nieuwe behoeften te voorzien. Het besluit is een kaderverordening die alleen betrekking heeft op de te leveren statistieken, en laat de lidstaten volledig vrij in de wijze waarop zij deze verkrijgen. De verordening heeft een beperkte geldigheid om geen permanente statistische last te creëren.
De verordening omvat twee bijlagen, elk met een module dat later bij een verordening van de Commissie zal worden geïmplementeerd. De modules bevatten lijsten van onderwerpen die door uitvoeringsmaatregelen bestreken kunnen worden. De lijsten zijn opgesteld na uitvoerig overleg met de lidstaten, die akkoord gaan met de inhoud van de lijsten zelf en de werkwijze om de onderwerpen in deze verordening zeer algemeen te houden en later aan de hand deze lijsten de kenmerken (de te verstrekken statistische variabelen) nauwkeuriger in de uitvoeringsmaatregelen te definiëren.
De ontwerp-verordening werd op de vergadering van het Comité statistsch programma op 15 mei 2003 besproken. De overgrote meerderheid van de lidstaten was voorstander van deze verordening.