Toelichting bij COM(2005)27 - Wijziging van Verordening (EEG) nr. 1883/78 betreffende de algemene regels voor de financiering van de interventies door het Europees Oriëntatie en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

De regelgeving in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid verplicht de lidstaten ertoe om onder een interventieregeling vallende landbouwproducten te kopen van de producenten. Wanneer in een dergelijk geval producten door de producenten ervan worden aangeboden in een erkend interventiecentrum, betekent die aankoopverplichting een economische last voor de betrokken lidstaat, die de voor de interventieaankoop benodigde middelen moet lenen. In de communautaire regelgeving is voorts bepaald dat de door een lidstaat gedragen financiële lasten op basis van een voor de hele Gemeenschap geldende uniforme rentevoet aan die lidstaat worden vergoed binnen twee maanden na de maand waarin deze lasten door zijn bevoegde diensten zijn gedeclareerd.

In 1993 heeft de Raad ten behoeve van de lidstaten die de benodigde middelen leenden tegen hogere rentevoeten dan de uniforme rentevoet, een regeling getroffen door middel van Verordening (EEG) nr. 1571/93 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1883/78 betreffende de algemene regels voor de financiering van de interventies door het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie. Op grond van die regeling vergoedde het EOGFL-Garantie aan elke lidstaat die meer dan tweemaal zoveel rente betaalde als de uniforme rente, het verschil tussen het dubbele van de uniforme rente en de werkelijke rente. Het deel van de betaalde rente dat overeenkwam met het verschil tussen de uniforme rente en het dubbele daarvan, bleef ten laste van de betrokken lidstaat. Deze regeling werd gedurende drie jaar toegepast.

Sommige nieuwe lidstaten die zich voor aanzienlijke financiële lasten geplaatst zien doordat meer graan voor interventie wordt aangeboden als gevolg van de gestegen productie van dit product (Hongarije), hebben de Commissie verzocht na te gaan of deze regeling uit het verleden voor een beperkte periode kan worden herhaald. Daarom stelt de Commissie, na onderzoek van dat verzoek en gezien de gestegen hoeveelheden graan die voor interventie worden aangeboden, de Raad hierbij voor om de bovenbeschreven regeling te herhalen voor een vergelijkbare beperkte periode, namelijk de begrotingsjaren 2005 tot en met 2007. De Raad wordt verzocht de betrokken regeling ten behoeve van de lidstaten die een veel hogere rente betalen dan de uniforme rente, aan te nemen door het bijgaande voorstel tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1883/78 goed te keuren.

Het is dus de bedoeling dat de regeling geldig zal zijn gedurende drie jaar met terugwerkende kracht tot 1 oktober 2004. De extra uitgaven uit de Gemeenschapsbegroting als gevolg van de voorgestelde regeling worden momenteel geraamd op ongeveer 18,0 miljoen euro. Deze raming is gebaseerd op de prognoses die zijn opgesteld voor de nota van wijzigingen bij de begroting van 2005, en op de informatie waarover de Commissie medio november 2004 beschikte.