Toelichting bij COM(2007)129 - Vlees- en veestatistieken

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2007)129 - Vlees- en veestatistieken.
bron COM(2007)129 NLEN
datum 22-03-2007
ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel


Vlees- en veestatistieken zijn van essentieel belang voor het beheer van de EU-markten. De huidige wetgeving is zo complex geworden dat zowel verticale als horizontale codificatie is overwogen, maar dit bleek niet de meest efficiënte weg naar betere wetgeving te zijn. Ook werd zeer belangrijk geacht dat naast varkens-, rund-, schapen- en geitenvleesstatistieken ook pluimveevleesstatistieken in de wetgeving worden opgenomen. Algemene context Het onderhavige voorstel voldoet aan de doelstellingen van betere wetgeving, vereenvoudiging en vermindering van de lasten voor de respondenten.

Bestaande bepalingen


Met het onderhavige voorstel wordt beoogd de huidige bepalingen te vereenvoudigen en deze aan te passen aan de nieuwe behoeften van de Europese Unie. De bestaande wetgeving, Richtlijn 93/23/EEG van de Raad van 1 juni 1993 betreffende de statistische enquêtes op het gebied van de varkensproductie, Richtlijn 93/24/EEG van de Raad van 1 juni 1993 betreffende de statistische enquêtes op het gebied van de rundveeproductie en Richtlijn 93/25/EEG van de Raad van 1 juni 1993 betreffende de statistische enquêtes op het gebied van de schapen- en geitenproductie, moet daarom worden ingetrokken.

Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de EU


De onder dit voorstel vallende statistieken zijn van wezenlijk belang voor het beheer en de evaluatie van het gemeenschappelijk landbouwbeleid. De voorgestelde verordening voldoet aan het nieuwe beleid van de Commissie inzake vereenvoudiging van de wetgeving en betere regelgeving, zoals weergegeven in de mededelingen van 14 november 2006, betreffende 'betere regelgeving in de Europese Unie: een strategische evaluatie'[1] en 'verlichting van de responslast, vereenvoudiging en prioritering op het gebied van communautaire statistieken'[2]. Dit is een van de dringende acties die worden genoemd in bijlage III bij de mededeling van 24 januari 2007 betreffende een 'actieprogramma ter vermindering van de administratieve lasten in de Europese Unie'[3].

1.

Raadpleging van belanghebbende partijen en effectbeoordeling



Raadpleging van belanghebbende partijen



Wijze van raadpleging, belangrijkste geraadpleegde sectoren en algemeen profiel van de respondenten


Het voorstel is besproken met de gegevensverstrekkers (vertegenwoordigers van de nationale bureaus voor de statistiek) en de diensten van de Commissie (DG AGRI) in werkgroepen en het Permanent Comité voor de landbouwstatistiek.

Samenvatting van de reacties en hoe daarmee rekening is gehouden


Het onderhavige voorstel is het resultaat van intensieve onderhandelingen tussen alle betrokken partijen.

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid



Betrokken kennisgebieden De nationale vertegenwoordigers in de werkgroep Statistiek van dierlijke producten van Eurostat waren deskundigen met kennis van de bestaande wetgeving en van de nationale systemen voor de verzameling en opstelling van statistieken van dierlijke producten. Tot de vertegenwoordigers van de Commissie behoorden deskundigen op het gebied van beleidsanalyse.

Belangrijkste geraadpleegde organisaties en deskundigen


De deskundigen waren afkomstig van de nationale bureaus voor de statistiek en van DG AGRI. Het Permanent Comité voor de landbouwstatistiek en de daartoe behorende werkgroep Dierstatistieken zijn er intensief bij betrokken en veel geraadpleegd.

Ontvangen en gebruikte adviezen


De reacties waren zeer positief. Er zijn geen mogelijk ernstige risico's met onomkeerbare gevolgen genoemd.

Aangezien het voorstel een aanzienlijke vereenvoudiging van de bestaande wetgeving inhoudt, zijn geen risico's vastgesteld.

Wijze waarop het deskundigenadvies beschikbaar is gemaakt voor het publiek


Werkdocumenten en notulen van de bijeenkomsten van het Permanent Comité voor de landbouwstatistiek en de werkgroep zijn verkrijgbaar via CIRCA.

Effectbeoordeling


Het onderhavige voorstel behelst een vereenvoudiging van bestaande wetgeving. Informatiecampagnes en financiële stimulansen werden niet noodzakelijk geacht.

2.

Juridische elementen van het voorstel



Samenvatting van de voorgestelde maatregel


Deze verordening heeft als doel de verschaffing door de EU-lidstaten van veestatistieken (twee maal per jaar over varkens en runderen en jaarlijks over schapen en geiten), maandelijkse slachtstatistieken (aantal stuks en slachtgewicht van varkens, runderen, schapen, geiten en kippen) en prognoses voor de vleesproductie (varkenvlees, rundvlees, schapen- en geitenvlees). Rechtsgrondslag De rechtsgrondslag voor de communautaire statistiek is artikel 285 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap. Volgens dit artikel moet de Raad op basis van de medebeslissingsprocedure maatregelen voor de opstelling van statistieken nemen, wanneer dit voor de vervulling van de taken van de Gemeenschap nodig is. Als eisen waaraan bij de productie van communautaire statistieken moet worden voldaan, noemt dit artikel onpartijdigheid, betrouwbaarheid, objectiviteit, wetenschappelijke onafhankelijkheid, kosteneffectiviteit en statistische geheimhouding.

Subsidiariteitsbeginsel



Het doel van dit voorstel, namelijk de vaststelling van een gemeenschappelijk kader voor de systematische productie van communautaire statistieken over de vee- en vleesproductie, kan niet voldoende door de lidstaten worden verwezenlijkt. Dit kan beter gebeuren op basis van communautaire wetgeving, omdat alleen de Commissie de noodzakelijke harmonisering van statistische informatie op Gemeenschapsniveau kan coördineren, terwijl het verzamelen van gegevens en de opstelling van vergelijkbare statistieken over de vee- en vleesproducties door de lidstaten kunnen worden georganiseerd. De Gemeenschap kan derhalve maatregelen nemen overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag vervatte subsidiariteitsbeginsel.

Evenredigheidsbeginsel


Het voorstel voldoet om de volgende redenen aan het evenredigheidsbeginsel. Overeenkomstig het evenredigheidsbeginsel beperkt deze verordening zich tot het minimum dat nodig is om haar doel te verwezenlijken en gaat zij niet verder. Deze verordening schrijft niet voor elke lidstaat de mechanismen voor het verzamelen van gegevens voor, maar stelt slechts de te verschaffen gegevens vast om zo een geharmoniseerde structuur en een geharmoniseerd tijdschema te verzekeren. De lidstaten zijn niet verplicht hun administratieve systemen voor de productie van vlees- en veestatistieken te wijzigen. Het enige nieuwe onderwerp waarvoor in deze verordening de verzameling van gegevens wordt voorgesteld, is pluimvee, wat reeds op EU-niveau wordt uitgevoerd op grond van een gentlemen's agreement.

Door statistieken in plaats van enquêteresultaten te verlangen, voor bepaalde gegevens de indieningsfrequentie te verlagen en de mogelijkheid te bieden om meer gebruik te maken van andere bronnen dan enquêtes (bv. administratieve bronnen) moeten de financiële en administratieve lasten voor de nationale autoriteiten worden verminderd.

Keuze van instrumenten



Voorgesteld instrument: verordening. Andere instrumenten zouden om de volgende redenen ongeschikt zijn. Welk rechtsinstrument het meest geschikt is, hangt af van het doel van de wetgeving. Gezien de informatiebehoeften op Europees niveau wordt voor basisbesluiten over de communautaire statistiek gewoonlijk gekozen voor verordeningen in plaats van richtlijnen. Een verordening verdient de voorkeur omdat hierdoor in de gehele Gemeenschap dezelfde regels gelden en de lidstaten deze niet onvolledig of selectief kunnen toepassen. Een verordening is rechtstreeks van toepassing en hoeft dus niet in nationaal recht te worden omgezet. Richtlijnen daarentegen hebben tot doel de nationale wetgevingen te harmoniseren; zij zijn voor de lidstaten bindend wat hun doelstellingen betreft, maar de nationale instanties kunnen zelf bepalen hoe en in welke vorm zij deze willen bereiken. Richtlijnen moeten ook in nationaal recht worden omgezet. Een verordening is sinds 1997 de voor statistische besluiten gebruikelijke vorm.

3.

Gevolgen voor de begroting



Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Gemeenschap.

4.

Aanvullende informatie



Vereenvoudiging



Het voorstel voorziet in vereenvoudiging van de wetgeving, vereenvoudiging van administratieve procedures voor overheidsinstanties (EU of nationaal) en vereenvoudiging van administratieve procedures voor private partijen.

De minder gedetailleerde indeling van gegevens naar regio en grootte van de veestapel, de verlaging van de frequentie van varkenenquêtes, de ontheffingen voor de lidstaten met veestapels onder bepaalde drempels en de geharmoniseerde indieningstermijnen zullen het werk voor de communautaire en nationale autoriteiten vereenvoudigen.

Door het gebruik van administratieve bronnen in plaats van enquêtes zal de last voor de respondenten dalen.

Het voorstel is opgenomen in het wetgevings- en werkprogramma van de Commissie, onder referentie ESTAT/2007/002.

Intrekking van bestaande wetgeving


De vaststelling van het voorstel heeft de intrekking van bestaande wetgeving tot gevolg.

Europese Economische Ruimte


De voorgestelde maatregel betreft een onderwerp dat onder de EER-Overeenkomst valt en moet daarom worden uitgebreid tot de Europese Economische Ruimte.

1. .