Toelichting bij COM(2007)433 - Programma tot modernisering van de Europese bedrijfs- en handelsstatistiek (MEETS)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel



De komende jaren staat de bedrijfs- en handelsstatistiek grote uitdagingen te wachten: de sterke integratie van de wereldmarkten verandert de structuur van de economie en ook de Europese integratie wordt voortgezet. De statistiek moet op deze ontwikkelingen inspelen en nieuwe verschijnselen beschrijven. Tegelijkertijd moet de administratieve last voor het bedrijfsleven worden verminderd. Deze twee doelen zijn niet met elkaar in tegenspraak. De behoefte aan nieuwe soorten indicatoren kan samengaan met de modernisering van het productiesysteem. Nieuwe typen indicatoren die de noodzakelijke informatie verschaffen kunnen verkregen uit aan nieuwe informatiebronnen en door het koppelen van reeds bestaande typen bedrijfsstatistieken, zonder dat de rapportagelast voor de ondernemingen wordt vergroot. Maar er zijn investeringen nodig om de potentiële synergieën efficiënt te gebruiken. Dit is het belangrijkste bestaansrecht van dit programma.

Algemene context



De Commissie heeft toegezegd te zorgen voor een beter regelgevingsbeleid om onnodige administratieve procedures en overregulering tegen te gaan. Zoals de Commissie heeft aangegeven in haar mededeling 'Betere regelgeving met het oog op economische groei en meer banen in de Europese Unie (COM(2005) 97 definitief van 16 maart 2005), is vereenvoudiging van bestaande EU-regelgeving (en daarmee een vermindering van de last voor het bedrijfsleven) een van de kernpunten van dit beleidsinitiatief. In de mededeling van de Commissie 'betreffende verlichting van de responslast, vereenvoudiging en prioritering op het gebied van communautaire statistieken" (COM(2006) 693 definitief van 14 november 2006) werd dit streven vertaald naar de statistiek.

Europese ondernemingen opereren in een context van globalisering waarin multinationale ondernemingen een belangrijke rol spelen. Geglobaliseerde markten leiden tot meer internationale mededinging op goederen- en dienstenmarkten maar ook op factormarkten. Het bedrijfsleven moet hierop reageren om zijn positie te handhaven en te versterken. In haar Jaarlijks voortgangsverslag over groei en werkgelegenheid van 2006 heeft de Commissie benadrukt dat Europa op economisch gebied moet overschakelen naar een hogere versnelling.

Globalisering en de reactie van het bedrijfsleven zijn nauw met elkaar verbonden. Deze reactie kan de vorm nemen van interne inspanningen van ondernemingen om hun prestaties te verbeteren, maar ook van relocatie van bedrijven, outsourcing van activiteiten en directe investeringen en andere activiteiten in het buitenland.

Economische statistieken en met name bedrijfsstatistieken moeten deze processen behoorlijk in kaart kunnen brengen en actuele en kwalitatief hoogwaardige statistische informatie over de structurele veranderingen in de Europese economie en de Europese bedrijven verschaffen. Deze statistieken moeten ook geschikt zijn om toezicht te houden op de gevolgen van het EU-beleid. Anderzijds mogen nieuwe statistieken het bedrijfsleven niet extra belasten. Dit zijn de doelen van dit programma.

Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied



Er zijn drie basisbesluiten op dit gebied.

In de eerste plaats de verordening betreffende bedrijfsstatistieken: Verordening (EG, Euratom) nr. 58/97 van de Raad van 20 december 1996 inzake structurele bedrijfsstatistieken.

In de tweede plaats de verordening betreffende ondernemingsregisters: Verordening (EEG) nr. 2186/93 van de Raad van 22 juli 1993 betreffende de communautaire coördinatie van de inrichting van ondernemingsregisters voor statistische doeleinden.

Beide besluiten bevatten de hoofdbeginselen van de bedrijfsstatistiek en kunnen worden herzien met het oog op een efficiëntere gegevensverzameling en -verwerking.

De belangrijkste referentie voor doelstelling 4 is de Intrastat-verordening: Verordening (EG) nr. 638/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004. Het MEETS-programma kan ertoe leiden dat deze verordening wordt vereenvoudigd om de gegevensverzameling minder belastend voor de ondernemingen te maken.

Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de EU



Door de verdieping van de Europese integratie op een aantal gebieden, waaronder de Monetaire Unie en het Europese douanesysteem, ontstaan er nieuwe statistische behoeften in verband met de rol van de euro in internationale transacties en is een aanpassing van het statistisch systeem noodzakelijk.

Het voorstel stemt overeen met de prioriteiten van de Commissie en het streven naar betere regelgeving en minder onnodige administratieve procedures en overregulering, waarop hierboven reeds is ingegaan.

1.

Raadpleging van belanghebbende partijen en effectbeoordeling



Raadpleging van belanghebbende partijen



Wijze van raadpleging, belangrijkste geraadpleegde sectoren en algemeen profiel van de respondenten


Er hebben in het kader van het Europees statistisch systeem intensieve raadplegingen plaatsgehad op technisch niveau in de bevoegde werkgroepen en ook met de directeurs van de bureaus voor de statistiek. Bovendien zijn binnen de Commissie de bevoegde directoraten-generaal geraadpleegd.

Samenvatting van de reacties en hoe daarmee rekening is gehouden


Alle lidstaten hebben vergelijkbare problemen. In de eerste plaats leidt de veranderende economische omgeving tot andere behoeften op statistisch gebied bij de beleidsmakers. Alle belanghebbenden hebben grote behoefte aan informatie over verschijnselen zoals de globalisering of over gebieden die steeds belangrijker worden, zoals de dienstensector. Tegelijkertijd zijn de mogelijkheden van de lidstaten om de last voor het bedrijfsleven verder te verhogen, sterk beperkt. Integendeel: deze last moet juist omlaag. Ten gevolge hiervan zijn sommige lidstaten al begonnen met een fundamentele hervorming van hun bedrijfs- en handelsstatistieken. In het algemeen was de reactie dat gebruik moet worden gemaakt van synergieën en dat er coherente werkwijzen moeten worden ontwikkeld ter voorkoming van inefficiënte, elkaar overlappende en ongecoördineerde initiatieven op nationaal niveau. Dit zou tot een gedifferentieerde statistische behandeling van de nieuwe verschijnselen en niet tot een geharmoniseerde benadering leiden.

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid



Er behoefde geen beroep te worden gedaan op externe deskundigheid.

Effectbeoordeling



Optie 1 (de basisoptie, d.w.z. geen optreden van de Gemeenschap). Om volledig gebruik te kunnen maken van de mogelijkheden om de EU van betere en relevante bedrijfs- en handelsstatistieken te voorzien en tegelijkertijd de last voor het bedrijfsleven als gevolg van statistieken te verlagen, is een investering noodzakelijk voordat een vernieuwd systeem in werking kan treden. Zonder optreden van de Gemeenschap zouden slechts weinig landen die investering doen, zou de vergelijkbaarheid van Europese statistieken worden aangetast en zouden de mogelijkheden om de last te verlichten niet volledig worden benut.

Optie 2 (optreden van de Gemeenschap zoals voorgesteld). Het MEETS-programma voorkomt dubbel werk. Nieuwe en kosteneffectievere gegevensverzamelingssystemen kunnen in enkele lidstaten worden getest en vervolgens in alle lidstaten worden toegepast. Daarom is het delen van ervaringen en beste praktijken de kern van dit programma. Het initiatief voor de harmoniserings-, stroomlijnings- en regelgevingswerkzaamheden kan het best worden genomen op Gemeenschapsniveau, waar deze projecten het meest efficiënt kunnen worden uitgevoerd.

2.

Juridische elementen van het voorstel



Samenvatting van de voorgestelde actie



In de eerste plaats moet overeenstemming worden bereikt over de nieuwe gebieden die in kaart moeten worden gebracht. Samen met alle belanghebbenden moeten er doelreeksen van indicatoren worden vastgesteld en onderbouwd, zodat er vergelijkbare gegevens kunnen worden geproduceerd. Het spreekt vanzelf dat door een veranderende omgeving niet alleen nieuwe eisen ontstaan, maar dat de bestaande eisen ook voortdurend opnieuw moeten worden bezien.

In de tweede plaats moeten alle statistieken over het bedrijfsleven worden gestroomlijnd. Dit wil zeggen dat een betere integratie van begrippen en methoden in de bedrijfsstatistieken moet worden nagestreefd. Bovendien kan het accent worden verlegd van een nationaal naar een Europees perspectief. Deze integratie moet het volgende omvatten: coördinatie van de wetgeving, harmonisering van de methoden, werken aan de verdere integratie en de koppeling van statistische classificaties, verdere integratie en koppeling van ondernemingsregisters en soortgelijke bronnen, de multinationale ondernemingsgroepen een passende plaats geven in het bedrijfsregister en soortgelijke bronnen en de invoering van rapportage over multinationale ondernemingsgroepen.

In de derde plaats is ook integratie op het gebied van de gegevensverzameling en -verwerking noodzakelijk. Door alle verzamelde gegevens in één systeem op te nemen of door middel van koppelingstechnieken voor microgegevens wordt een veel doeltreffender gebruik van reeds bestaande informatie mogelijk. De tweede pijler van de hervorming van het productiesysteem is de ondersteuning van het gebruik van administratieve gegevens. De overheden verzamelen veel gegevens voor allerlei doeleinden zoals belastingheffing en arbeidsmarktbeleid. Het zou zeer efficiënt zijn indien de bureaus voor de statistiek dezelfde gegevens niet opnieuw zouden moeten verzamelen. Er moet echter veel werk worden verricht om de gegevenskwaliteit te garanderen omdat de administratieve gegevens vaak niet in de juiste vorm beschikbaar zijn. De derde pijler is te zorgen dat de gegevens die nog moeten worden verzameld, gemakkelijk aan de jaarrekeningen van bedrijven kunnen worden ontleend. De harmonisatie van de boekhoudkundige normen zal hieraan bijdragen. Tot slot moeten er gestandaardiseerde schattingstechnieken worden ontwikkeld om de last voor het bedrijfsleven zoveel mogelijk te verminderen. Deze technieken kunnen bijvoorbeeld worden toegepast om de benodigde informatie over het mkb te schatten, zonder hen te belasten. Om vergelijkbare gegevens te kunnen verschaffen, is een reeks normen en afspraken noodzakelijk.

In de vierde plaats zijn er al eerder enkele statistische gebieden aangewezen waar vereenvoudigingen noodzakelijk zijn. Een voorbeeld is Intrastat. Het Intrastat-systeem wordt nog verder volgens traditionele methoden vereenvoudigd (drempels, verbeteringen op ICT-gebied, nomenclaturen, enz.). Bovendien wordt de mogelijkheid onderzocht om over te schakelen naar een systeem waarbij handelsstromen slechts in één richting worden gemeld. Dit zou de last aanzienlijk kunnen verminderen terwijl de belangrijkste informatie behouden blijft. Om zeker te zijn dat deze overgang zo doelmatig mogelijk gebeurt en dat de kwaliteit van de statistische informatie gewaarborgd is, is een zorgvuldige sturing van deze overgang noodzakelijk. De effecten van een dergelijke verandering en de volledige uitvoering ervan in de lidstaten moeten daarom ook tot de doelstellingen van het nieuwe programma behoren.

Rechtsgrondslag



Artikel 285 EG-Verdrag.

Subsidiariteitsbeginsel



Het subsidiariteitsbeginsel is van toepassing voor zover het voorstel niet onder de exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap valt.

De doelstellingen van het voorstel kunnen om de volgende reden(en) niet voldoende door de lidstaten worden verwezenlijkt.

Sommige lidstaten zouden ongecoördineerd investeren in de modernisering van bedrijfs- en handelsstatistieken, zodat de resultaten niet vergelijkbaar zijn met die van andere EU-lidstaten en de opstelling van Europese aggregaten problemen oplevert. Andere lidstaten zouden geen passende acties ondernemen, op de moderne ontwikkelingen op gebieden zoals globalisering achterlopen en daarom in het Europese geheel ontbreken. Veel werk zou dubbel worden gedaan, verschillende landen zouden soortgelijke projecten uitvoeren en er zouden steeds dezelfde fouten worden gemaakt. Indien sommige lidstaten hun systeem van bedrijfs- en handelsstatistieken met succes hebben gemoderniseerd, zijn de marginale kosten om hetzelfde systeem in andere lidstaten in te voeren veel lager dan voor de ontwikkeling van een volledig nieuw systeem. Een ongecoördineerde aanpak zou ertoe leiden dat de potentiële besparingen niet worden gerealiseerd.

De doelstellingen van het voorstel kunnen om de volgende reden(en) beter door een optreden van de Gemeenschap worden verwezenlijkt.

Om volledig gebruik te maken van de mogelijkheden om de EU van betere en relevante bedrijfs- en handelsstatistieken te voorzien en tegelijkertijd de last voor het bedrijfsleven als gevolg van statistieken te verminderen, is een investering noodzakelijk voordat een vernieuwd systeem in werking kan treden. Het MEETS-programma voorkomt dubbel werk. Nieuwe en kosteneffectievere gegevensverzamelingssystemen kunnen in enkele lidstaten worden getest en vervolgens in alle lidstaten worden toegepast. Daarom is het delen van ervaringen en beste praktijken de kern van dit programma. Het initiatief voor de harmoniserings-, stroomlijnings- en regelgevingswerkzaamheden kan het best worden genomen op Gemeenschapsniveau, waar deze projecten het meest efficiënt kunnen worden uitgevoerd.

Het belangrijkste doel van dit programma is dat er investeringen worden gedaan zodat rekening kan worden gehouden met nieuwe statistische vereisten, terwijl de ondernemingen minder worden belast doordat gegevens en processen efficiënter worden gebruikt. Dat het eerste aspect is gerealiseerd, blijkt uit het feit dat de statistische vereisten worden aangepast al naar gelang de behoeften aan EU-statistieken nieuw of achterhaald zijn. In sommige gebieden van de handels- en bedrijfsstatistieken zijn reeds metingen van de lasten mogelijk. EU-wijde indicatoren zouden ceteris paribus de afname van de last in beeld brengen.

Het voorstel beperkt zich tot het benutten van synergieën en het vermijden van dubbel, dus inefficiënt werk. Het programma betreft niet de reguliere productie van statistische gegevens, maar wel een omvorming van bedrijfs- en handelsstatistieken om een gecoördineerde en efficiënte werkwijze te garanderen.

Het voorstel is derhalve in overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel.

Evenredigheidsbeginsel



Evenredigheidsbeginsel


Het voorstel is om de volgende reden(en) in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel.

Met het voorgestelde besluit van het Europees Parlement en de Raad wordt een kader voor de belangrijkste doelstellingen en acties van het programma geschapen. De lidstaten stemmen over het concrete jaarprogramma van de werkzaamheden via de comitéprocedure. In veel gevallen worden de individuele acties gesteund door middel van subsidies aan de lidstaten; de lidstaten hebben dan ook controle over de acties.

Er rust een financiële last op de Gemeenschap overeenkomstig de begroting van het programma, en een administratieve last op de diensten van de Commissie en op de nationale bureaus voor de statistiek. Er is geen extra last voor het bedrijfsleven te verwachten. Het is de bedoeling dat de verzameling van gegevens na afloop van het programma zelfs minder belastend is.

Keuze van instrumenten



Voorgesteld instrument: ander.

Andere instrumenten zouden om de volgende reden(en) ongeschikt zijn. Het programma moet zijn gebaseerd op een besluit van het Europees Parlement en de Raad, waarmee het kader wordt geschapen. Het jaarprogramma van de werkzaamheden wordt via de comitéprocedure vastgesteld door de Commissie.

3.

Gevolgen voor de begroting



Tijdens het programma zullen de volgende bedragen worden uitgetrokken (in miljoen euro): 2008 (5,00), 2009 (6,50), 2010 (11,50), 2011 (9,00), 2012 (6,50), 2013 (4,00). Voor de periode van 2008 tot en met 2013 wordt voor het programma dus in totaal 42,5 miljoen euro begroot.

4.

Aanvullende informatie



Europese Economische Ruimte


De voorgestelde maatregel betreft een onderwerp dat onder de EER-Overeenkomst valt en moet daarom worden uitgebreid tot de Europese Economische Ruimte.