Toelichting bij COM(2010)234 - Sluiting van Overeenkomsten over een EER- en een Noors financieel mechanisme 2009–2014, en Aanvullende Protocollen bij de Overeenkomsten met IJsland en Noorwegen over vis(serijproducten)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Sinds de inwerkingtreding van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (EER) in 1994 dragen de EER-EVA-staten (tegenwoordig IJsland, Liechtenstein en Noorwegen) bij aan de vermindering van economische en sociale verschillen binnen de EER. Deze bijdragen worden steeds overeengekomen voor een periode van vijf jaar.

De meest recente periode voor deze financiële bijdragen bestreek de jaren 2004–2009 en is verstreken op 30 april 2009. De totale financiële bijdrage van de EER-EVA-staten voor die periode bedroeg 1,467 miljard euro. Dit bedrag werd toegewezen deels via een multilateraal financieel mechanisme van de EER, dat door alle drie de EER-EVA-staten werd gefinancierd, en deels via een bilateraal financieel mechanisme voor Noorwegen, dat uitsluitend door Noorwegen werd gefinancierd.

De financiële bijdragen voor 2004–2009 werden overeengekomen in het kader van de EER-uitbreidingsovereenkomsten van 2004 en 2007. In deze context werd tevens onderhandeld over twee bilaterale overeenkomsten/protocollen met IJsland en Noorwegen waarbij bepaalde concessies werden verleend betreffende markttoegang voor vis en visserijproducten voor eveneens de periode 2004–2009. Deze bevatten een herzieningsclausule met een termijn die samenvalt met de verstrijkingsdatum van de financiële mechanismen voor 2004–2009.

Op 26 september 2008 werden met IJsland, Liechtenstein en Noorwegen formele onderhandelingen geopend over hun financiële bijdragen voor de periode 2009–2014.

Gelijktijdig met deze onderhandelingen, maar daarvan onafhankelijk, werden consultaties en vervolgens onderhandelingen geopend op basis van de herzieningsclausule van de twee bilaterale visserijprotocollen met IJsland en Noorwegen.

Deze onderhandelingen werden door de onderhandelaars afgerond met de parafering van processen-verbaal van overeenkomst op 18 december 2009.

De resultaten van de onderhandelingen zijn:

- een overeenkomst tussen de EU, IJsland, Liechtenstein en Noorwegen betreffende een financieel mechanisme van de EER voor de periode 2009–2014;

- een overeenkomst tussen de EU en Noorwegen betreffende een financieel mechanisme van Noorwegen voor de periode 2009–2014;

- een aanvullend protocol betreffende bepaalde visserijconcessies voor IJsland voor de periode 2009–2014;

- een aanvullend protocol betreffende bepaalde visserijconcessies voor Noorwegen voor de periode 2009–2014.

Wat de financiële mechanismen van de EER en Noorwegen betreft, is het resultaat een pakket van in totaal 1,8 miljard euro voor de periode 2009–2014. Het pakket omvat een verhoging van het financieel mechanisme van de EER met 31% en een verhoging van het financieel mechanisme van Noorwegen met 22%, vergeleken met de periode 2004–2009. Dit resultaat is in overeenstemming met de onderhandelingsrichtsnoeren van de Raad, waarin om een aanzienlijke verhoging van de middelen werd gevraagd. In verband met de financiële crisis werd afgesproken dat de bijdrage van IJsland aan het financieel mechanisme van de EER in absolute termen niet zou worden verhoogd.

Als onderdeel van het eindpakket legde de Commissie bij de ondertekening van de overeenkomst inzake het nieuwe financieel mechanisme van de EER de volgende verklaring af: “Het nieuwe Protocol 38 ter is opgesteld als bijdrage van de EER-EVA-staten aan de vermindering van de economische en sociale verschillen binnen de Europese Economische Ruimte en laat andere onderhandelingsprocessen, met inbegrip van toekomstige toetredingsonderhandelingen, onverlet.”. De context van deze verklaring is als volgt: het uitgangspunt van de verdeling van middelen in het kader van het financieel mechanisme van de EER was de zogenoemde “cohesiesleutel”, maar om een haalbaar compromis tot stand te brengen, moesten als overgangsmaatregel bepaalde aanpassingen worden verricht, waarvan de uiteindelijke verdeling van de EER-middelen het resultaat is.

Daarnaast zijn uitvoeringsbepalingen overeengekomen. Het belangrijkste element is dat de middelen zullen worden besteed volgens de programmamethode die ook bij de structuurfondsen van de EU wordt gebruikt. Tot de prioriteitsgebieden voor financiering behoren bestrijding van klimaatverandering en bescherming van het milieu, bevordering van groene technologieën en ondersteuning van sociale ontwikkeling en het maatschappelijk middenveld.

Het resultaat van de onderhandelingen over de twee bilaterale visserijprotocollen met IJsland en Noorwegen voor de periode 2009–2014 is in essentie een verlenging van de protocollen voor 2004–2009 zonder wijziging van de concessies voor IJsland en met een relatief bescheiden uitbreiding van de concessies voor Noorwegen. Op basis daarvan zal Noorwegen de doorvoerregeling voor vis, die eveneens op 30 april 2009 was verstreken, verlengen.

Aangezien de onderhandelingen helaas te kampen hebben gehad met vertragingen en pas op 18 december 2009 werden afgesloten, is het met het oog op het soepele functioneren van de EER noodzakelijk ervoor te zorgen dat de bovengenoemde overeenkomsten op voorlopige basis in werking kunnen treden, in afwachting van de sluiting ervan.

Zoals gebruikelijk bij de wijziging van specifieke onderdelen van bestaande internationale overeenkomsten, moeten de desbetreffende artikelen van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie de rechtsgrondslag voor de ontwerpbesluiten vormen, namelijk artikel 175, derde alinea, wat de overeenkomsten inzake de financiële bijdragen aan de economische en sociale samenhang betreft en artikel 207 wat de gewijzigde visserijprotocollen betreft.

Voorgesteld wordt dat de Raad zijn goedkeuring hecht aan bijgaand voorstel voor een besluit van de Raad inzake de sluiting van een Overeenkomst tussen de Europese Unie, IJsland, Liechtenstein en Noorwegen betreffende een financieel mechanisme van de EER voor de periode 2009–2014, een Overeenkomst tussen de Europese Unie en Noorwegen betreffende een financieel mechanisme van Noorwegen voor de periode 2009–2014, een Aanvullend Protocol bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en IJsland betreffende bepaalde vis en visserijproducten voor de periode 2009–2014 en een Aanvullend Protocol bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en Noorwegen tot vaststelling van bijzondere bepalingen betreffende de invoer in de Europese Unie van bepaalde vis en visserijproducten voor de periode 2009–2014.