Toelichting bij COM(2003)585 - Structurele indicatoren

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2003)585 - Structurele indicatoren.
bron COM(2003)585 NLEN
datum 08-10-2003
Avis juridique important

|
52003DC0585

Mededeling van de Commissie - Structurele indicatoren /* COM/2003/0585 def. */


2.

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE - Structurele indicatoren


1.

Samenvatting



Voorstel voor de lijst van indicatoren voor het voorjaarsverslag 2004. // Deze mededeling bevat het voorstel van de Commissie voor de lijst van structurele indicatoren voor het voorjaarsverslag 2004. In de mededeling worden tevens de vorderingen beschreven die het afgelopen jaar met de verbetering van de structurele indicatoren zijn gemaakt.


Een beknopte lijst van structurele indicatoren. // Anders dan in voorgaande jaren stelt de Commissie een verkorte lijst van slechts 14 structurele indicatoren voor. Deze verkorte lijst maakt het gemakkelijker om beleidsboodschappen en de standpunten van de lidstaten betreffende de voornaamste doelstellingen van Lissabon in het voorjaarsverslag te presenteren en draagt er aldus toe bij de impuls van de strategie van Lissabon in stand te houden. In overeenstemming met de recente stroomlijning van documenten voor de Europese Raad in het voorjaar wordt voorgesteld dat de lijst van indicatoren voor drie jaar wordt goedgekeurd.


Een voor het publiek toegankelijke database en website. // Naaste de verkorte lijst van indicatoren bevatten de voor het publiek toegankelijke database en website een langere lijst van structurele indicatoren. Hierdoor zal in het voorjaarsverslag gebruik kunnen worden gemaakt van een groter aantal indicatoren en wordt ervoor gezorgd dat het publiek als voorheen toegang heeft tot de gedetailleerde Eurostat-database en -website inzake structurele indicatoren die sinds de Europese Raad van Lissabon zijn opgezet. De indicatoren in de database moeten in de beleidsprocessen van de EU een belangrijke rol vervullen.


Veel vooruitgang is geboekt bij de ontwikkeling en verbetering van indicatoren. // De diensten van de Commissie hebben de ontwikkeling van nieuwe indicatoren en de verbetering van de kwaliteit van de bestaande voortgezet. Landendekking, tijdreeksen en kwaliteit van de bestaande structurele indicatoren zijn toegenomen. Daarnaast is er vooruitgang geboekt met de ontwikkeling van nieuwe indicatoren die eventueel in de database kunnen worden opgenomen en die de beleidsprioriteiten van de EU weergeven. De diensten van de Commissie zullen volgend jaar verderwerken aan de ontwikkeling van indicatoren op allerlei terreinen.


3.

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE - Structurele indicatoren



I.

Inleiding



1. De Europese Raad van Lissabon verzocht 'de Commissie jaarlijks een samenvattend voortgangsverslag op te stellen op basis van overeen te komen structurele indicatoren met betrekking tot werkgelegenheid, innovatie, economische hervorming en sociale samenhang'. (punt 36). In elk van de afgelopen drie jaren hebben de Commissie en de Raad overeenstemming bereikt over een geheel van structurele indicatoren. In deze jaarlijkse mededeling over structurele indicatoren wordt de herziene aanpak van de Commissie uiteengezet. De met de Raad overeengekomen definitieve lijst van structurele indicatoren zal naar verwachting op de Europese Raad in december 2003 worden goedgekeurd.

2. De inhoud van deze mededeling is als volgt: afdeling II bevat de herziene aanpak betreffende de structurele indicatoren. Afdeling III bevat de aanbeveling van de Commissie voor de lijst van structurele indicatoren voor het voorjaarsverslag 2004. In afdeling IV worden de database en de lopende werkzaamheden van de Commissie ten aanzien van de structurele indicatoren toegelicht en deel V omvat een korte conclusie. In bijlage 1 worden technische bijzonderheden over de lijst van structurele indicatoren gegeven. Bijlage 2 bevat meer bijzonderheden over het door de Commissie verrichte werk ter verbetering van de structurele indicatoren.

4.

II. Herziene aanpak van de structurele indicatoren


3. De structurele indicatoren hebben op diverse manieren succes gehad. Zij zijn in het voorjaarsverslag van de Commissie en andere Commissiedocumenten gebruikt om een statistische onderbouwing voor beleidsboodschappen te verschaffen en de vorderingen te meten op de weg naar de doelstellingen van Lissabon (die in Göteborg verder werden uitgebreid en tijdens de daaropvolgende bijeenkomsten van de Europese Raad werden verfijnd). De structurele indicatoren hebben ook veel aandacht van externe bezoekers getrokken aangezien het een van de populairste websites van Eurostat is. De lidstaten hebben de structurele indicatoren namelijk gebruikt in hun eigen verslagen, zoals hun nationale 'Cardiff'-verslagen over economische hervorming.

4. Het aantal structurele indicatoren is in de afgelopen 3 jaar echter nogal toegenomen waardoor het moeilijker is om een duidelijk beeld te schetsen van de vooruitgang die op de weg naar de doelstellingen van Lissabon is geboekt. Dit probleem werd onderkend in de conclusies van de voorjaarsbijeenkomst 2003 van de Europese Raad waarin de Europese Raad nota neemt van het voornemen van de Commissie 'om met het oog op de voorjaarsbijeenkomst van de Europese Raad in 2004 in nauwe samenwerking met het Europees Statistisch Stelsel, een verslag op te stellen over een beter gebruik van structurele indicatoren en andere analytische instrumenten bij de evaluatie van de vooruitgang die met de strategie van Lissabon wordt geboekt' (punt 18). Als eerste reactie op dit verzoek stelt de Commissie het geheel van structurele indicatoren nu in de vorm van een verkorte lijst van slecht veertien indicatoren voor.

5. De indicatoren in deze verkorte lijst zijn gekozen uit de 42 structurele indicatoren die vorig jaar waren gekozen. De structurele indicatoren van vorig en eervorig jaar worden door Eurostat bewaard in zijn voor het publiek toegankelijke database New Cronos en op de website voor structurele indicatoren. De verkorte lijst van indicatoren en de database blijven de belangrijkste statistische instrumenten die de Comissie bij het opstellen van het voorjaarsverslag gebruikt. De continuïteit met de voorgaande jaren wordt aldus gewaarborgd; ook blijkt hieruit welke inspanningen de Commissie zich heeft getroost om de kwaliteit van de structurele indicatoren te verhogen en nieuwe indicatoren te ontwikkelen.

6. Daarnaast stelt de Commissie voor, iedere drie jaar de verkorte lijst van structurele indicatoren goed te keuren. Dit is in overeenstemming met de recente stroomlijning van documenten voor de bijeenkomst van de Europese Raad in het voorjaar, waarbij de belangrijkste tenuitvoerleggingsdocumenten voor de strategie van Lissabon (de globale richtsnoeren voor het economisch beleid, de Werkgelegenheidsrichtsnoeren en de strategie voor de interne markt) voor drie jaar worden goedgekeurd. De verkorte lijst zou echter kunnen worden gewijzigd indien een belangrijke nieuwe beleidsprioriteit werd aangeduid.

7. De voorgestelde verkorte lijst van indicatoren heeft verscheidene voordelen. Ten eerste is het belangrijkste doel van de structurele indicatoren, blijkens de conclusies van de Europese Raad van Lissabon, de Commissie de middelen te geven om in haar voorjaarsverslag de ten aanzien van de doelstellingen van Lissabon gemaakte vorderingen te evalueren. Deze korte lijst zal het gemakkelijker maken om een duidelijke balans op te stellen van de stand van zaken in de lidstaten ten aanzien van de belangrijkste doelstellingen. Deze duidelijkheid zal ertoe bijdragen dat de dynamiek van de strategie van Lissabon behouden blijft. Met een geringer aantal indicatoren kunnen de toetredende landen en de kandidaat-lidstaten ook beter worden bestreken en kunnen zowel de niveaus als de ontwikkeling van de prestaties gemakkelijker worden gepresenteerd.

8. Ten tweede bestaat de voorgestelde lijst uit bekende en gemakkelijk te begrijpen indicatoren. Deze indicatoren zijn toegankelijker voor het grote publiek dat ermee vertrouwd is en de eventuele nadelen ervan beter kent.

9. Het derde voordeel van deze verkorte lijst is dat deze aan een duidelijker logica beantwoordt. Hierdoor zullen de politieke conclusies die aan de hand van de met behulp van deze indicatoren geboekte vooruitgang zullen getrokken, een solider basis hebben. De lijst van 42 indicatoren die vorig jaar was vastgesteld had namelijk veel van zijn oorspronkelijke logica verloren door de herzieningen die deze de afgelopen 3 jaar had ondergaan.

10. Ten vierde is vaststelling van een lijst van indicatoren om de drie jaar in overeenstemming met de gestroomlijnde procedure voor de globale richtsnoeren voor het economisch beleid, de Werkgelegenheidsrichtsnoeren en de strategie voor de interne markt. Om een zekere flexibiliteit te bewaren zal de lijst van 14 indicatoren worden aangevuld door de database inzake structurele indicatoren en, zo nodig, door de meer gedetailleerde indicatoren die in gestroomlijnde procedures worden gebruikt.

11. Ten slotte zal de stabiliteit van de lijst worden gewaarborgd door deze iedere 3 jaar goed te keuren. Aangezien structurele problemen immers pas na zekere tijd zichtbaar worden en een aantal van de indicatoren fundamentele doelstellingen van Lissabon zijn, lijkt het verstandig de lijst niet ieder jaar opnieuw te op de helling te zetten. Anderzijds is er meer flexibiliteit om in de database nieuwe indicatoren die worden ontwikkeld op te nemen.

5.

III. De lijst van indicatoren


12. Dit gedeelte bevat de door de Commissie voorgestelde lijst van 14 structurele indicatoren. De lijst is gebaseerd op de polititieke prioriteiten van de strategie van Lissabon zoals die door de Europese Raad zijn vastgesteld.

13. De lijst van structurele indicatoren voldoet aan de criteria die in de afgelopen 3 jaar voor de structurele indicatoren zijn gebruikt. De indicatoren zijn: 1) gemakkelijk te lezen en te begrijpen; 2) politiek relevant; 3) met elkaar verenigbaar; 4) tijdig beschikbaar; 5) voor de meeste, zo niet alle, lidstaten, toetredende landen en kandidaat-lidstaten beschikbaar; 6) vergelijkbaar tussen deze landen en zoveel mogelijk ook met andere landen; 7) uit betrouwbare bronnen geselecteerd en 8) brengen geen te grote last mee voor bureaus voor de statistiek en respondenten.


6.

De voorgestelde structurele indicatoren


Voorjaarsverslag 2004


IndicatorenGeografische
dekking

1.
BBP per hoofd van de bevolkingVolledige dekking
i

2.
ArbeidsproductiviteitVolledige
dekking

3. Participatiegraad* // Volledige dekking

4. Participatiegraad van oudere werknemers* // Volledige dekking

5.
Uitgaven voor menselijk kapitaal (overheidsuitgaven voor onderwijs)15 LS + 12
TKL

6.
Uitgaven aan onderzoek en ontwikkeling15 LS + 12
TKL

7.
Uitgaven aan informatietechnologie15 LS + 11
TKL

8.
Integratie van financiële markt (convergentie van de banktarieven voor leningen)Niet van toepassing (gemeten naar de afwijking tussen beschikbare
landen)

9. Armoede-risico* // Volledige dekking

10. Langdurige werkloosheid* // Volledige dekking

11.
Dispersie van regionale werkgelegenheids-cijfers12 LS + 6 TKL
i

12.
Uitstoot van broeikasgassenVolledige
dekking

13.
Energie-intensiteit van de economieVolledige
dekking

14.
Getransporteerde hoeveelheden15 LS + 11
TKL

* Indicatoren uitgesplitst naar geslacht.


14. De lijst is evenwichtig om rekening te houden met het belang dat de Europese Raad van Lissabon en die van Göteborg hebben gehecht aan de terreinen werkgelegenheid, innovatie en onderzoek, economische hervorming, sociale cohesie en milieu. In onderstaande alinea's wordt de redenering toegelicht op grond waarvan iedere indicator voor de verkorte lijst is gekozen.

15. BBP per hoofd van de bevolking is het meest courante meetinstrument voor het levensniveau. Wil de EU 'de meest concurrerende en dynamische kenniseconomie van de wereld worden', dan moet de kloof in het BBP per hoofd van de bevolking met onze belangrijkste concurrenten worden gedicht. Een hoog BBP per hoofd van de bevolking geeft ook de nodige middelen om de sociale samenhang te bevorderen en het milieu te beschermen. Daarom is het belangrijk dat wij de onderliggende oorzaken van onze resultaten op het gebied van groei van het BBP begrijpen en weten of deze groei duurzaam is. De belangrijkste factoren die de groei van het BBP bepalen worden door de andere indicatoren van de lijst bestreken.

16. Arbeidsproductiviteit per persoon is een van de belangrijkste indicatoren van het concurrentievermogen van de EU. De totale productie kan worden verhoogd door meer arbeidsinzet maar ook door verhoging van de per arbeidseenheid geproduceerde hoeveelheid (arbeidsproductiviteit), die wordt beïnvloed door kapitaal en technologie. Verhoging van de arbeidsproductiviteit is bijzonder belangrijk voor ondersteuning van de groei in een periode van vergrijzing.

17. De participatiegraad is a een brede graadmeter van het gebruik van arbeidskrachten in de economie. De EU heeft nog een ruime marge om haar participatiegraad te verbeteren en aldus haar productie en levensstandaard te verhogen. Het doel dat zij zich in Lissabon heeft gesteld, namelijk het bereiken van een participatiegraad van 70 procent voor 2010, valt in het bredere kader van de doelstelling 'groei met meer ... banen' te bereiken. Bovendien bevordert werkgelegenheid sociale samenhang, wat de Europese Raad van Lissabon in haar conclusies uitdrukkelijk heeft erkend: 'de beste bescherming tegen sociale uitsluiting is een baan' (punt 32).

18. De participatiegraad van oudere werknemers is in de EU bijzonder gering. Het is onontbeerlijk deze te verhogen om een hogere algehele participatiegraad (en daarmee een hogere productie en levensstandaard) te bereiken. Ook wordt hierdoor een hechtere sociale samenhang bevorderd dankzij betere opneming van oudere werknemers in de actieve bevolking en wordt aan de duurzaamheid van de economische groei bijgedragen door vermindering van de problemen die het gevolg zijn van de vergrijzing van de bevolking. In Lissabon is dus besloten alles in het werk te stellen om de participatiegraad van oudere werknemers in de EU voor 2010 op 50% te brengen.

19. Aan de hand van uitgaven voor menselijk kapitaal, hier omschreven als overheidsuitgaven voor onderwijs, worden de middelen die bestemd zijn voor verbetering van het menselijk kapitaal gemeten. Worden de middelen op doelmatige wijze gebruikt, dan verhogen uitgaven voor menselijk kapitaal de productiviteit van werknemers en dragen zij aldus bij tot een hogere levensstandaard. Daarnaast zijn uitgaven voor menselijk kapitaal belangrijk voor de sociale samenhang doordat zij ervoor zorgen dat eenieder toegang heeft tot het onderwijs en de opleiding die hij nodig heeft om deel te nemen aan een maatschappij die in toenemende mate op kennis is gestoeld.

20. Uitgaven aan onderzoek en ontwikkeling is van fundamenteel belang voor de overgang naar een kenniseconomie en voor verbetering van de productietechnieken en stimulering van de groei. De Europese Raad van Barcelona zag in wat de voordelen van O&O zijn voor de groei en was zich bewust van de in snel tempo groeiende kloof tussen de inspanningen van Europa op het gebied van O&O en die van onze belangrijkste partners in de wereld; hij heeft daarom als doel voor de EU een verhoging van de uitgaven aan O&O naar 3% van het BBP voor 2010 vastgesteld, waarvan tweederde van de particuliere sector afkomstig moet zijn.

21. Uitgaven aan IT zijn in de verkorte lijst opgenomen om het belang van IT voor de productiviteitsgroei in de kenniseconomie te benadrukken. Er wordt verder gezocht naar verklaringen voor de verschillen in productiviteitsgroei sinds medio jaren '90 tussen de EU en de VS en tussen de lidstaten van de EU onderling. Op dit ogenblik wordt echter een consensus zichtbaar over het feit dat de IT-producerende en de IT-gebruikende sectoren in grote mate aan de basis hebben gelegen van de superieure productiviteitsresultaten van de Verenigde Staten. De nadruk waarmee de Europese Raad van Lissabon stelde dat de EU voor 2010 tot 'de meest concurrerende en dynamische kenniseconomie van de wereld' moest worden wordt door deze conclusie geschraagd.

22. Integratie van de financiële markt is een essentieel onderdeel van de in Lissabon vastgestelde agenda van economische hervormingen. Een geïntegreerde financiële markt maakt de toegang tot financiën gemakkelijker en de kosten ervan geringer. Door de integratie van de markten voor financiële diensten moet convergentie van de banktarieven voor leningen tot stand worden gebracht. Deze indicator zal aanzienlijk worden verbeterd door het van kracht worden van Verordening ECB/2001/18 die de Europese Centrale Bank in staat zal stellen geharmoniseerde tijdreeksen voor alle landen te verzamelen.

23. Het armoederisico, dat wordt gedefinieerd als het aandeel van de bevolking onder een bepaalde armoedegrens volgens een vergelijkbaar gemaakt beschikbaar inkomen, meet de risico's van armoede en sociale uitsluiting. Deze indicator is in overeenstemming met de hoge prioriteit die de Europese Raad van Lissabon aan sociale cohesie heeft gehecht.

24. Vermindering van langdurige werkloosheid is belangrijk om het door de Europese Raad van Lissabon vastgestelde doel van 'een hechtere sociale samenhang' te bereiken, omdat langdurig werklozen een groot risico op sociale uitsluiting hebben. De cijfers van langdurige werkloosheid duiden ook op structurele problemen op de arbeidsmarkt, die tot onderbenutting van menselijk kapitaal leiden. Daarnaast is vermindering van langdurige werkloosheid belangrijk uit het oogpunt van het menselijk kapitaal omdat langdurig werklozen los komen te staan van de arbeidsmarkt en hun vaardigheden verliezen.

25. Versterking van de regionale samenhang door vermindering van de regionale verschillen zoals gemeten door de spreiding van de regionale participatiegraad is al lange tijd een beleiddoelstelling van de EU. Zorgen voor een hoog niveau van werkgelegenheid in alle regio's is belangrijk, zowel voor de ontwikkeling van werkgelegenheid en productie in de gehele economie als voor versterking van de sociale cohesie.

26. De achteruitgang van het natuurlijke leefmilieu is schadelijk voor de duurzaamheid van de economische groei. Daarnaast kan deze het welzijn van de gemeenschap rechtstreeks schaden. De klimaatverandering kan belangrijke verstoringen van de economische activiteit veroorzaken, met de daaruit voortvloeiende sociale gevolgen, en kan tevens natuurlijke hulpbronnen zoals de biodiversiteit bedreigen. Met de indicator uitstoot van broeikasgassen wordt gemeten of de groei in de EU duurzaam is in termen van zijn potentiële effect op de klimaatverandering. De EU heeft overigens duidelijke doelstellingen voor de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen.

27. Met de energie-intensiteit van de economie wordt de ontkoppeling van energieverbruik en groei van het BBP gemeten; voorts laat deze zien in welke mate energie doelmatiger wordt gebruikt bij het genereren van rijkdom. Het gebruik van energie uit niet-hernieuwbare energiebronnen kan schadelijk zijn voor het milieu en voor de duurzaamheid van de economische groei: het is dan ook van belang dat energiebronnen op efficiënte wijze worden gebruikt.

28. Met de verhouding volume van vervoer-BBP wordt de ontkoppeling van de groei van vrachtvervoer en de reële groei van het BBP gemeten. Het toenemende vervoersvolume kan aan het milieu en de economische groei schade toebrengen door de dichtslibbing van het netwerk en de toenemende geluidsoverlast en vervuiling. De volledige doorberekening van maatschappelijke en milieukosten van vervoer zal normaal gesproken een aanzienlijke mate van ontkoppeling van de groei van het vrachtvervoer en de groei van het BBP met zich meebrengen.

7.

IV. De database en verbeteringen aan de structurele indicatoren


29. Sedert de mededeling van vorig jaar heeft de Commissie verdergewerkt aan de verbetering van de in het voorjaarsverslag 2003 gebruikte structurele indicatoren; aan het doel de toetredende landen en kandidaat-lidstaten meer bij de structurele indicatoren te betrekken; aan de ontwikkeling van nieuwe indicatoren voor structurele kwesties; en aan het instellen van een kwaliteitsbeoordelingsprocedure.

30. De lijst van 42 structurele indicatoren van vorig jaar, die uit 107 indicatoren bestond wanneer men de onderverdelingen en onderindicatoren meetelt, zal worden ondergebracht in een database die door Eurostat wordt beheerd i en op de website voor structurele indicatoren i. De database is bedoeld als statistisch instrument dat de Commissie kan gebruiken bij het opstellen van het voorjaarsverslag maar de verkorte lijst van indicatoren zal het belangrijkste statistische referentiekader voor dit verslag verschaffen. In het voorstel voor de database wordt de huidige praktijk geconsolideerd, want Eurostat heeft al een database voor structurele indicatoren.
Estat-DataShopSupport@cec.eu.int.



31. De database heeft verscheidene andere voordelen. Ten eerste zal over opneming of afvoering van indicatoren hoofdzakelijk worden beslist op basis van technische criteria, rekening houdend met hun strategische relevantie en met de stand van de werkzaamheden van de diensten van de Commissie, Eurostat en de werkgroepen van de Raad. De statistische waarde van alle indicatoren in de database zal hierdoor versterkt worden. De werkgroep structurele indicatoren van de Commissie zal jaarlijks de inhoud van de database in overeenstemming met deze aanpak opnieuw bekijken. Ten tweede zal er meer flexibiliteit zijn wat de inhoud van de database betreft, omdat niet alle indicatoren in het voorjaarsverslag behoeven te worden gepresenteerd. Continuïteit in de inhoud van de database zal echter nog steeds vereist zijn om de vooruitgang in de tijd te kunnen meten zoals door de Raad is verzocht en om voortdurende verbetering van de indicatoren mogelijk te maken. Ten derde zal de database ook duidelijker voor het publiek zijn omdat samengevoegde indicatoren, zoals bij voorbeeld 'marktintegratie' (samengesteld uit 'de convergentie van de rentetarieven' en 'handelsintegratie') en 'bescherming van natuurlijke hulpbronnen' (samengesteld uit 'visbestanden in Europees zeewater' en 'met het oog op de biodiversiteit beschermde gebieden'), kunnen worden opgesplitst in de indicatoren waaruit zij bestaan en die namen hebben die voor zichzelf spreken. Ten slotte zullen de onderindicatoren niet meer in de verkorte lijst behoeven te staan, omdat het resultaat van de onderverdelingen in de database kan worden bewaard.

32. Wat de verbetering van de kwaliteit van de structurele indicatoren betreft, werkt Eurostat al geruime tijd met de andere diensten van de Commissie en het Europees Statistisch systeem nauw samen aan een groot aantal indicatoren. Het afgelopen jaar heeft Eurostat de landendekking (met name voor de toetredende landen en de kandidaat-lidstaten), de tijdreeksen en de kwaliteit van de gegevens voor een groot aantal van de bestaande structurele indicatoren verbeterd. Bovendien is Eurostat blijven werken aan de verbetering van zijn voor het publiek toegankelijke internet-site, die gedetailleerde informatie over de gebruikte methoden en tijdreeksgegevens voor alle structurele indicatoren bevat. Nadere bijzonderheden zijn te vinden in bijlage 2.

33. In de mededeling van de Commissie betreffende de structurele indicatoren (oktober 2002) was sprake van 21 nieuw te ontwikkelen indicatoren. Een samenvatting van de vorderingen sedert de vorige mededeling is te vinden in bijlage 2. Een aantal van deze indicatoren zouden in de database voor structurele indicatoren kunnen worden opgenomen. De keuze zal naargelang van de technische criteria worden gemaakt.

34. Ten slotte werkt Eurostat, in samenwerking met het Europees statistisch systeem, momenteel aan een procedure die het mogelijk zou maken om aan de structurele indicatoren een kwaliteitsprofiel te verbinden dat is gebaseerd op een geheel van gebruikersgerichte kwaliteitscriteria i. Dit profiel zou worden verzorgd door Eurostat, in samenwerking met het Europees statistisch systeem, gebruikmakend van bestaande structuren. Het profiel zal een hulp zijn bij beslissingen over opneming of afvoering van indicatoren uit de database voor technische criteria.


8.

V. Conclusie


35. De in deze mededeling uiteengezette aanpak heeft het dubbele voordeel 1) dat de lijst van 14 indicatoren het gemakkelijker maakt om de resultaten van het voorjaarsverslag te presenteren en de politieke zichtbaarheid van de structurele indicatoren vergroot en 2) dat de database met een langere lijst van structurele indicatoren de Commissie meer flexibiliteit geeft bij de keuze van indicatoren die zij voor haar analyse in het voorjaarsverslag zal gebruiken.


9.

BIJLAGE 1 - Definitie, bron, beschikbaarheid en beleidsdoelstelling achter de 14 structurele indicatoren


>RUIMTE VOOR DE TABEL>

"Tijdreeks": jaren waarover in de meeste lidstaten gegevens beschikbaar zijn.

* Indicator uitgesplitst naar geslacht.

LS = EU-lidstaten, TKL = toetredende landen en kandidaat-lidstaten

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

10.

BIJLAGE 2 - VERBETERING VAN DE STRUCTURELE INDICATOREN


1. In deze bijlage worden de vorderingen beschreven die ten aanzien van de verbetering van de structurele indicatoren zijn gemaakt sinds de mededeling van de Commissie van vorig jaar in oktober 2002 werd gepubliceerd. Zij bevat ook de nieuwe lijst van de te ontwikkelen indicatoren.

2. Eurostat heeft met de andere diensten van de Commissie en de bureaus voor de statistiek van de lidstaten samengewerkt om de kwaliteit van de lijst van vorig jaar van 42 indicatoren te verbeteren. Het afgelopen jaar heeft Eurostat de landendekking (met name voor de toetredende landen en kandidaat-lidstaten), de tijdreeksen en de kwaliteit van de gegevens voor een groot aantal van de bestaande structurele indicatoren verbeterd.

3. Eurostat is blijven werken aan de verbetering van zijn voor het publiek toegankelijke internet site, die nu gedetailleerde informatie over de gebruikte methoden en de gegevens voor alle structurele indicatoren bevat. De website van de structurele indicatoren is steeds een van de meest bezochte websites van Eurostat geweest.

4. Eurostat en de diensten van de Commissie hebben tevens hun werkzaamheden aan de lijst van vorig jaar van de te ontwikkelen indicatoren verdergezet. Bijzonderheden over deze indicatoren worden hieronder verstrekt.

11.

Samengestelde indicatoren


5. De diensten van de Commissie, met inbegrip van Eurostat en het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, hebben sinds vorig jaar hun werkzaamheden met betrekking tot samengestelde indicatoren voortgezet. Met name is op het gebied van innovatie en onderzoek vooruitgang gemaakt ten aanzien van twee samengestelde indicatoren 'investeringen in de kenniseconomie' en 'resultaten van de overgang naar de kenniseconomie'. Deze twee samengestelde indicatoren maakten deel uit van het verslag 'Key Figures 2002' van DG Onderzoek dat in november 2002 is gepubliceerd en in het Derde Europees verslag over de indicatoren inzake wetenschap en technologie dat in maart 2003 is gepubliceerd i. Deze verslagen gaven een analyse van de twee samengestelde indicatoren en de conclusies die eruit konden worden getrokken.


6. De diensten van de Commissie werken ook aan de ontwikkeling van een samengestelde indicator 'gereedheid voor e-business', die sub-indicatoren bevat om te meten in welke mate bedrijven gebruik maken van digitale technologieën voor verscheidene handelsverrichtingen zoals bankverrichtingen, het beheer van bestellingen, inkoop en verkoop. Het methodologische werk is thans gaande en de eerste gegevens voor het samenstellen van de indicator zullen naar verwachting begin 2004 beschikbaar zijn. Daarnaast is er verdergewerkt aan andere samengestelde indicatoren zoals de index van de interne markt i


12.

Algemene economische achtergrond


7. Indicatoren betreffende potentiële productie en totale factorproductiviteit zijn ontwikkeld met behulp van een productiefunctie. Een klein aantal lidstaten heeft echter nog steeds problemen met het gebruik van deze indicatoren in de beleidsprocessen van de EU.

13.

Werkgelegenheid


8. Na de goedkeuring door de Raad in juli 2003 van de nieuwe Werkgelegenheidsrichtsnoeren 2003-2006 werkt het Comité voor de werkgelegenheid momenteel aan de herziening van de lijst van aan werkgelegenheid gerelateerde indicatoren die zullen worden gebruikt om de tenuitvoerlegging van de richtsnoeren te volgen. Er wordt een herziene lijst verwacht.

9. Het Comité voor de werkgelegenheid bestudeert met name de indicator vacatures, die per sector indicaties zou kunnen geven van bottlenecks en arbeidstekorten op de arbeidsmarkt. Er worden vorderingen geboekt met de vacature-enquête van Eurostat. Eurostat heeft een begin gemaakt met het verzamelen van kwartaalgegevens over vacatures op basis van een bedrijfsstatistieken met historische gegevens uit het eerste kwartaal 2001. De dekking van de lidstaten zal voor medio-2004 worden verbeterd.

10. De Commissie heeft, in samenwerking met de OESO, een indicator ontwikkeld betreffende het marginale effectieve belastingtarief die betrekking heeft op de werkloosheidsval voor een alleenstaande die van een situatie van werkloosheid overgaat naar een baan met een loon van 67% van dat van de gemiddelde productiearbeider. De Commissie werkt nog aan de ontwikkeling van een indicator betreffende het marginale effectieve belastingtarief in samenhang met de armoedeval.

11. De Europese Raad van Barcelona heeft streefcijfers vastgesteld voor kinderopvang. Een studie naar vergelijkbare statistieken op het gebied van kinderopvang zal binnenkort worden afgerond; deze bestrijkt de ontwikkeling van een methode voor de gegevensverzameling en gemeenschappelijke definities alsook het verzamelen van nationale statistieken. Een variabele betreffende kinderopvang zal in de nieuwe EU-SILC (Statistiek van inkomens en levensomstandigheden van de Europese Unie) enquête worden opgenomen met vragen over het soort kinderopvang en het aantal uren opvang per week. Deze indicator zal aldus vanuit een communautaire bron kunnen worden berekend, waarschijnlijk tegen eind 2003 voor enkele lidstaten en en tegen eind 2005 voor een groot aantal landen. Sommige nationale gegevens over kinderopvangfaciliteiten worden al door de nationale actieprogramma's van de lidstaten geleverd.

12. Verscheidene indicatoren van de kwaliteit van het werk bevinden zich al in de database van de structurele indicatoren, zoals levenslang leren en arbeidsongevallen. Er wordt niettemin verder gewerkt aan de ontwikkeling van indicatoren voor andere aspecten va de kwaliteit van het werk.

14.

Innovatie en onderzoek


13. Eurostat overlegt op dit ogenblik met de autoriteiten van de lidstaten over de mogelijkheid om een consequente tijdreeks te ontwikkelen voor openbare en particuliere uitgaven voor menselijk kapitaal.

14. Verscheidene indicatoren voor e-handel, die alle van officiële statistieken afkomstig zijn, worden in het e-Europe-kader gebruikt. De gegevens bestrijken thans de bestaande lidstaten maar zullen, naar wordt verwacht, vanaf 2004 de toetredende landen en kandidaat-lidstaten bestrijken.

15. Zoals in de mededeling van vorig jaar werd gesteld, wordt de indicator e-bestuur gedefinieerd als het gemiddelde percentage van basisdiensten van de overheid die on-line beschikbaar zijn. De indicator is met succes in het in het benchmarkingproces e-Europe van de Commissie gebruikt. De gegevens voor oktober 2001 en april 2002 zijn al beschikbaar op de website van de Commissie i en aan een actualisering van de gegevens wordt momenteel gewerkt.


16. Bij Eurostat is een project aan de gang om een coherent conceptueel kader op te zetten voor het meten van uitgaven voor en investeringen in ICT's. Het project is erop gericht het definiëren van de variabelen die moeten worden verzameld en de instrumenten voor het verzamelen van de gegevens aan te duiden. De eerste resultaten van de pilootfase zijn normaal gesproken tegen eind 2004 beschikbaar. Daarnaast worden een evaluatie van de bestaande bronnen en aanbevelingen voor het verzamelen van gegevens in de toekomst voor eind 2003 verwacht.

17. Een indicator voor de meting van breedband-internet-toegang wordt thans ontwikkeld. De ruime beschikbaarheid van breedband-internet-toegang is één van de belangrijkste doelstellingen van het eEurope 2005-actieplan dat door de Europese Raad van Sevilla werd vastgesteld.

15.

Economische hervorming


18. Geharmoniseerde gegevens over bedrijfsdemografie zijn in maart 2003 voor het eerst door Eurostat gepubliceerd. De meest recente publicatie bevat gegevens over 'nieuwe bedrijven', 'het overlevingspercentage van nieuwe bedrijven' en 'gestrande bedrijven' die 10 lidstaten voor de jaren 1997 tot en met 2000 bestrijken.

19. Ten aanzien van kapitaalkosten en financiële integratie hebben de diensten van de Commissie zich verder ingezet voor de ontwikkeling van indicatoren voor het volgen van financiële diensten en kapitaalmarkten. In de tweejaarlijkse verslagen over de uitvoering van het Actieplan voor financiële diensten zijn andere indicatoren opgenomen die de integratie in deze markten in kaart brengen (bij voorbeeld grensoverschrijdende bankdeposito's of diversifiëring van portefeuilles) alsook andere belangrijke aspecten van de prestaties zoals efficiëntie in de effectenmarkten (bied-laatmarges), fusies en overnames en indicatoren voor de financiële stabiliteit.

16.

Sociale cohesie


20. Het 'verslag over de indicatoren op het gebied van armoede en sociale uitsluiting' van het Comité voor sociale bescherming, dat een lijst van 18 gemeenschappelijke indicatoren bevat, is door de Europese Raad van Laken in december 2001 goedgekeurd. In het verlengde hiervan worden indicatoren ontwikkeld van, bijvoorbeeld, gezondheid, huisvesting en levensomstandigheden. Voor het voorjaarsverslag 2004 zullen naar verwacht wordt gegevens voor 2001 voor de indicatoren van sociale cohesie die op het European Community Household Panel zijn gebaseerd, beschikbaar zijn. In de toekomst zullen dergelijke indicatoren gebaseerd zijn op de 'statistieken van inkomen en levensomstandigheden' (EU-SILC), die naar verwachting gegevens zullen opleveren met een korter (twee jaar) tijdsverschil.

21. Regionaal BBP per capita in KKS is beschikbaar en wordt door de Commissie bij haar beleidsprocessen gebruikt. Er is echter wegens de hoge geraamde kosten geen vooruitgang geboekt met betrekking tot de ontwikkeling van regionale prijsindexcijfers.

17.

Milieu


22. In de mededeling van vorig jaar waren zes te ontwikkelen milieu-indicatoren opgenomen. In de conclusies van de Europese Raad van maart 2003 (punt 57) werd bijzondere nadruk gelegd op het belang van 'verbetering van milieugerelateerde structurele indicatoren' om te helpen alle in Göteborg voorgenomen hervormingen waar te maken.

23. Verbruik van giftige chemische producten wordt momenteel ontwikkeld als onderdeel van het doorlopende project van Eurostat betreffende een indicator voor een aantal chemicaliën. Een groep deskundigen zoekt op dit ogenblik naar indicatoren en een methode die het mogelijk maken het aan het gebruik van deze stoffen in de samenleving verbonden risico te meten. Deze indicator is afhankelijk van de informatie over chemische stoffen die via de REACH-database beschikbaar zullen worden. Iedere vertraging in de tenuitvoerlegging van REACH (Registration, Evaluation and Authorisation of Chemicals - het systeem voor de tenuitvoerlegging van de 'Strategie voor een toekomstig beleid voor chemische stoffen' van de EU) heeft gevolgen voor de uitvoerbaarheid van deze indicator. Eind 2004 wordt een eindverslag verwacht. Om de inhoud van de indicator beter weer te geven wordt voorgesteld deze 'chemische producten' te noemen.

24. In juli 2003 onderzocht het pas opgerichte Netwerk van bevoegde autoriteiten voor gezondheidsvoorlichting en gezondheidskennis een voorstel voor aan een aanbevolen stelsel van kernindicatoren van de eerste fase betreffende gezondheidssituatie. Het stelsel bevat een indicator om gezonde levensjaren te meten, waarvan de definitie naar verwachting voor eind 2003 definitief wordt goedgekeurd. De elementen voor de berekening van deze indicator zijn vervat in de minimum Europese gezondheidsmodule in EU SILC (statistiek van inkomens en levensomstandigheden) waarvoor in de lidstaten in 2004 en in 2005 in de toetredende en kandidaat-lidstaten met een routine-verzameling van gegevens zal worden begonnen. Voordat de EU SILC-gegevens beschikbaar zijn zouden gedurende een overgangsperiode enkele nationale bronnen kunnen worden gebruikt.

25. De werkzaamheden voor een biodiversiteitsindex worden voortgezet in het kader van de biodiversiteits-uitvoeringsindicatoren voor de biodiversiteitsactieplannen (BIO-IMPs-project). Deze indicator verschilt van de bestaande structurele indicator 'met het oog op de biodiversiteit beschermde gebieden' aan de verbetering waarvan thans wordt gewerkt om beter rekening te houden met de kwalitatieve dimensie.

26. De gegevens betreffende middelenproductiviteit voor sommige hulpbronnen zoals elektriciteitsopwekking zijn reeds beschikbaar. De Commissie zal in 2003 een studie van start doen gaan naar indicatoren die bevordering van het geïntegreerde productbeleid (GPB) mogelijk zouden maken. De toekomstige strategie inzake middelen zal eveneens de ontwikkeling van dergelijke indicatoren omvatten.

27. Wat de recyclage van bepaalde materialen en de productie van gevaarlijke afvalstoffen betreft, wordt verwacht dat de Europese verordening inzake afvalstatistieken die onlangs is goedgekeurd vanaf 2006 geharmoniseerde statistieken zal opleveren met een beter landenbereik, tijdigheid en kwaliteit.

18.

Nieuwe lijst van nog te ontwikkelen indicatoren


28. De nieuwe lijst van nog te ontwikkelen indicatoren bestaat uit indicatoren uit de lijst van vorig jaar die nog niet volledig ontwikkeld zijn. De indicatoren die voldoende ontwikkeld zijn, zijn in de database van structurele indicatoren opgenomen. Dit betreft de werkloosheidsval, bedrijfsdemografie en e-handel.


Lijst van nog te ontwikkelen indicatoren

Samengestelde indicatoren

Algemene economische achtergrond

1. Potentiële productie

2. Totale factorproductiviteit

I. Werkgelegenheid

3. Vacatures

4. Kwaliteit van het werk

5. Armoedeval (marginaal effectief belastingtarief)

6. Kinderopvangvoorzieningen

II. Innovatie en onderzoek

7. Samengestelde indicatoren van de kenniseconomie

8. Openbare en particuliere uitgaven voor menselijk kapitaal

9. E-bestuur

10. ICT-investeringen

11. breedband-internet-toegang

III. Economische hervorming

12. Kapitaalkosten

13. Financiële integratie

IV. Sociale cohesie

14. Regionaal BBP per capita in KKS

Het comité sociale bescherming en de diensten van de Commissie zullen verder werken aan de ontwikkeling van indicatoren.

19.

V. Milieu


20.

15. Verbruik van giftige chemische producten


21.

16. Gezonde levensjaren


22.

17. Biodiversiteitsindex


23.

18. Middelenproductiviteit


24.

19. Recyclage van bepaalde materialen


20. Productie van gevaarlijke afvalstoffen