Toelichting bij COM(2004)544 - Bescherming van de financiële belangen van de EG - Fraudebestrijding - Actieplan 2004-2005

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

NL

1.

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN


2.

Brussel, 9.8.2004


3.

COM(2004) 544 definitief



MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

Bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen

Fraudebestrijding

Actieplan 2004-2005

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

Bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen

Fraudebestrijding

Actieplan 2004-2005

Evenals het Actieplan 2001-20031 is het nieuwe Actieplan 2004-2005 van de Commissie betreffende de bescherming van de financiële belangen en de fraudebestrijding gericht op de continue tenuitvoerlegging van de op 28 juni 2000 goedgekeurde algemene strategische aanpak2, waarin de grote beleidsvoornemens van de Gemeenschap voor de komende vijf jaar (2001 tot 2005) zijn vastgesteld.

De algemene strategische aanpak van 2000 was gegrond op het bij het Verdrag van Amsterdam in werking getreden nieuwe artikel 280 van het EG-Verdrag, waarin de Europese Gemeenschap ambitieuze doelstellingen werden gegeven inzake de bescherming van de financiële belangen en de fraudebestrijding. Artikel 280 vormt tevens een nieuwe rechtsgrond voor de nodige maatregelen inzake de voorkoming en de bestrijding van fraude en alle andere illegale activiteiten die ten koste gaan van de financiële belangen van de Gemeenschap. De eerste concrete toepassing van deze nieuwe rechtsgrond was overigens de vaststelling van twee verordeningen van de Raad betreffende de onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF)3, dat in 1999 werd opgericht bij een besluit van de Commissie4. De oprichting van OLAF vormde een belangrijke nieuwe stap in de fraudebestrijding en de algemene strategische aanpak van de Commissie is gegrond op de mogelijkheden die hierdoor worden geboden. In de algemene strategische aanpak is ook rekening gehouden met de specifieke maatregelen inzake de bescherming van de financiële belangen die zijn vastgesteld in het kader van het Witboek betreffende de hervorming van de Commissie5 om alle diensten van de Commissie aan te zetten de financiële belangen van de Gemeenschappen beter te beschermen.

In de algemene strategische aanpak wordt voorgesteld de samenwerking tussen alle betrokkenen te verbeteren en een efficiënt beleid inzake preventie, follow-up (met name op financieel gebied) en sancties te voeren.

4.

In het kader van de algemene strategische aanpak zijn vier grote beleidsvoornemens vastgesteld:


- een algemeen wetgevend beleid voor fraudebestrijding (ontwikkeling van de regelgeving naar meer doelmatigheid en coherentie);

- een nieuwe samenwerkingscultuur (volledige medewerking en betrokkenheid van de nationale en communautaire autoriteiten);

- een interinstitutionele aanpak van preventie en bestrijding van de corruptie (verhoging van de geloofwaardigheid van de Europese Instellingen);

- de versterking van de strafrechtelijke dimensie (goedkeuring van het juridische en justitiële kader voor de bescherming van de financiële belangen van de Europese Unie).

Naar aanleiding van deze vier grote beleidsvoornemens en los van de meer specifieke initiatieven van elk directoraat-generaal van de Commissie of de door de wetgever aan OLAF toevertrouwde operationele taken, had de Commissie op 15 mei 2001 een eerste actieplan goedgekeurd. Hierin werden de prioritaire acties, waaronder wetgevingsinitiatieven, voorgesteld die moesten worden voorbereid en uitgevoerd in nauwe samenwerking met alle directoraten-generaal en diensten van de Commissie inde periode 2001-2003. Er was een regelmatige follow-up van dit actieplan in het kader van het in artikel 280 van het EG-Verdrag bedoelde jaarlijks verslag van de Commissie6.

Hoewel enkele acties die voor deze periode waren geprogrammeerd, niet konden worden afgerond, kan de balans van het actieplan 2001-2003 in het algemeen positief worden geacht.

In dit verband wijst de Commissie erop dat een aanzienlijk aantal acties, in het bijzonder in het kader van de instelling van een algemeen fraudebestrijdingsbeleid op wetgevingsgebied volledig verwezenlijkt zijn. Op het gebied van de bescherming van de begroting van de Unie is op preventief vlak een coördinatie tussen de diensten ingesteld met het oog op het waarborgen van de fraudebestendigheid van de wetgeving. Op het gebied van de bescherming van de euro en de bestrijding van piraterij en namaak van productiegoederen heeft de Commissie het rechtskader voor actie, interventies en specifieke internationale samenwerking verder ontwikkeld. Om de openbare aanbestedingsprocedures te beveiligen heeft de Commissie een informatiesysteem met betrekking tot malafide inschrijvers voorgesteld; de wetgever heeft hieraan zijn goedkeuring gehecht.

De Commissie heeft zich tevens ingespannen om de tien nieuwe lidstaten en de kandidaat-lidstaten bij te staan bij het overnemen van het acquis communautaire inzake bescherming van de financiële belangen. Deze inspanningen hebben met name geleid tot de oprichting van een centrale nationale structuur voor de coördinatie van de fraudebestrijding in deze landen, waardoor zij zich vertrouwd konden maken met de communautaire aanpak van fraudeonderzoeken en nauw konden samenwerken met de frauedebestrijdingsdienst van de Commissie.

De ontwikkeling van een nieuwe cultuur van samenwerking tussen de nationale overheidsdiensten van de lidstaten was van essentieel belang als natuurlijk gevolg van de gedeelde verantwoordelijkheid van de Commissie en de lidstaten op het gebied van de bescherming van de financiële belangen. Het project van een interdisciplinair dienstenforum7 is het geschikte middel om deze doelstelling te verwezenlijken. Dit project houdt een meer gestructureerde en regelmatige samenwerking tussen alle betrokkenen in. Hiertoe is binnen het Bureau een directie “Inlichtingenwerk”8 opgericht die belast is met de analyse van fraudegevallen en onregelmatigheden, uitgaande van mededelingen van de lidstaten. Voortaan kan ook een eenheid van magistraten zorgen voor een ruimere operationele samenwerking met alle betrokkenen die op het terrein in de lidstaten actief zijn. In het jaarverslag van de Commissie betreffende de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschapen en de fraudebestrijding, dat samen met de gespecialiseerde diensten van de lidstaten wordt opgesteld, worden de genomen maatregelen en de resultaten hiervan opgesomd. Parallel met deze nauwe en regelmatige samenwerking die in de eerste plaats in artikel 280 van het EG-Verdrag wordt voorgeschreven, hebben de Commissie en de nieuwe organen voor justitiële en politiële samenwerking van de Europese Unie (Eurojust en Europol) hun betrekkingen ook gestructureerd door het sluiten van samenwerkingsovereenkomsten9.

Wat betreft het voorkomen en bestrijden van corruptie met het oog op de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap, heeft het nieuw Financieel Reglement de nodige basis gelegd voor de instelling van een beter financieel beheer bij de Commissie. In het kader van de administratieve hervorming zijn maatregelen genomen om de ambtenaren en functionarissen van de Commissie op de hoogte te stellen van de beginselen van een goed beheer van de projecten en van de wijze waarop zij dienen om te gaan met vermoedens van ernstige laakbare handelingen die de belangen van de Gemeenschappen kunnen schaden.

De Commissie heeft de werkzaamheden van het Bureau geëvalueerd10, zoals voorgeschreven in artikel 15 van de Verordeningen nrs. 1073/99 en 1074/99, en heeft zeventien aanbevelingen aangedaan om de structuur en de werking van OLAF te consolideren. Het Europees Hof van Justitie heeft eveneens herhaaldelijk de wettelijkheid en de coherentie van het institutioneel kader voor de interne onderzoeken dat algemeen van toepassing is voor de krachtens de EG- en Euratom-Verdragen opgerichte instellingen en organen, bevestigd11.

Hoewel niet alle inspanningen van de Commissie op het gebied van de strafrechtelijke bescherming van de financiële belangen succesvol waren, is in navolging van het gewijzigde voorstel voor een richtlijn betreffende de strafrechtelijke bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap12 aanzienlijke vooruitgang geboekt, waaronder de sinds acht jaar verwachte inwerkingtreding van de eerste overeenkomsten inzake fraudebestrijding op 17 oktober 2002 (Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen13, het eerste protocol bij deze overeenkomst14 en het protocol betreffende de prejudiciële uitlegging door het Hof van Justitie15).

Parallel hiermee is tijdens de periode 2001-2003 een belangrijke stap gezet in de richting van de instelling van een Europees openbaar ministerie dat bevoegd is voor de bescherming van de financiële belangen, doordat de Conventie over de toekomst van de Europese Unie dit vooruitzicht heeft opgenomen in haar ontwerp voor een Constitutioneel verdrag. In de loop van 2002 had de Commissie op grond van het op 11 december 2001 goedgekeurde Groenboek inzake de instelling van een Europese officier van justitie16 een breed debat gehouden met vertegenwoordigers van alle betrokken kringen. In 2003 werden in het vervolgverslag van het Groenboek ongeveer 200 reacties verwerkt17, waardoor de Commissie bij de Europese Conventie een voorstel kon indienen en actief deelnemen aan haar werkzaamheden op dit gebied. Terwijl de inspanningen van de Commissie bij de afsluiting van het Verdrag van Nice nog niet succesvol waren, kon dit keer, met name dankzij het debat waartoe de Commissie het initiatief had genomen, worden verkregen dat het Constitutioneel Verdrag een bepaling met betrekking tot het Europees openbaar ministerie bevat (artikel III-175). Deze bepaling zou de Raad in staat moeten stellen Eurojust uit te bouwen tot een Europees openbaar ministerie voor de bescherming van de financiële belangen van de Unie.

Het nieuwe actieplan 2004-2005 komt overeen met de tweede programmeringsfase in het kader van de algemene strategische aanpak van 2000 en is geënt op de toen ingestelde vier grote beleidsvoornemens, die reeds eerder werden vermeld. In dit plan zijn tevens de nieuwe beleidsvoornemens verwerkt, die voortvloeien uit het verslag betreffende de evaluatie van de werkzaamheden van OLAF, evenals de maatregelen die de voorzitter van de Commissie in zijn toespraak van november 200318 heeft aangekondigd.

Meer in het bijzonder blijkt uit het actieplan 2004-2005 de permanente inzet van de Commissie voor de fraudebestrijding en vormt het één van haar antwoorden op de nieuwe uitdagingen waarmee de ontwikkeling van de Unie in 2004 en 2005 gepaard gaat. In het plan zijn opgenomen:

- de acties die tijdens de voorbije periode niet konden worden uitgevoerd of die nog moesten worden vastgesteld om de tenuitvoerlegging van de algemene strategische aanpak af te ronden, met name de versterking van het operationeel partnerschap met de lidstaten.

- de recente ontwikkelingen met betrekking tot de uitbreiding van het regelgevend kader van OLAF19, zoals aanbevelen door de Commissie in haar verslag betreffende de evaluatie van de werkzaamheden van OLAF20 en aangekondigd door de voorzitter van de Commissie in zijn “Actieplan” van 18 november 2003. De Commissie vond het nodig sneller en doortastender op te treden dan oorspronkelijk in het evaluatieverslag was aangegeven, om de tekortkomingen die bij de Eurostat-kwestie aan het licht zijn gekomen aan te pakken. Bijgevolg zullen de aanbevelingen van het evaluatieverslag worden aangevuld met enkele initiatieven, waarvan sommige al worden uitgevoerd;

- een aantal meer specifieke initiatieven om in te spelen op gerichte vragen of behoeften, zoals de aanpak van onregelmatigheden die vóór 1 januari 1999 zijn gemeld op het gebied van het EOGFL-Garantie (task force 'Invordering') of de vereenvoudiging van de procedure voor de mededeling van onregelmatigheden (EOGFL-Garantie, Structuurfondsen, Cohesiefonds).

5.

In dit nieuwe actieplan worden de volgende beleidsrichtsnoeren en prioritaire thema's naar voren geschoven:


- de verdieping van het regelgevend kader van mei 1999 met betrekking tot de activiteiten en bevoegdheden van OLAF (verbetering van de informatiedoorstroming tussen het Bureau en de Europese instellingen en organen; het onverkort waarborgen van de rechten van personen die bij een intern of extern onderzoek betrokken zijn; de verhoging van de operationele efficiëntie van het Bureau en de uitbreiding van de rol van het Comité van toezicht van het Bureau);

- de verbetering van de informatiedoorstroming tussen de lidstaten en de Commissie, met name door de aanpassing van de verordeningen betreffende de mededeling van onregelmatigheden, de ontwikkeling van het referentiebestand voor onderzoeksdossiers van de douane (FIDE) en de tenuitvoerlegging van een nieuwe regelgeving met betrekking tot de wederzijdse administratieve bijstand op het gebied van de BTW en het witwassen van geld dat voortkomt uit communautaire fraude;

- de ontwikkeling van de strafrechtelijke bescherming van de communautaire financiële belangen, samen met de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, met name door gevolg te geven aan het besluit van de Intergouvernementele Conferentie (IGC) om in het Constitutioneel verdrag te voorzien in een rechtsgrond voor de oprichting van een Europees openbaar ministerie, dat bevoegd is voor de bescherming van de financiële belangen van de Europese Unie.

Dit actieplan 2004-2005 zal door de afronding van de tenuitvoerlegging van de algemene strategische aanpak van de fraudebestrijding van juni 2000 de voorwaarden creëren waaronder de aantredende Commissie de bescherming van de communautaire financiële belangen en de fraudebestrijding een nieuwe dynamiek kan geven.

DoelstellingenLEIDENDE DIENST21

2004200522

Opm.
Actie1e HALFJAAR2e HALFJAAR1e HALFJAAR2e HALFJAAR
1. EEN ALGEMEEN FRAUDEBESTRIJDINGSBELEID OP WETGEVINGSGEBIED
1.1. ONTWIKKELING VAN EEN PREVENTIECULTUUR EN VERSCHERPING VAN DE BESLUITEN
Consolidatie van de structuur en de taken van OLAF door de versterking van zijn rechtskaderOLAF, SGVoorstellen tot wijziging van Verordeningen nrs. 1073 en 1074/199923

II
Samenwerking tussen het communautair niveau en de lidstaten inzake de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen

6.

Uitbreiding van de regeling voor samenwerking, informatie-uitwisseling en bijstand naar nieuwe gebieden, in het bijzonder witwaspraktijken en BTW-fraude

OLAF, TAXUD, MARKT, JAIVoorstel voor een Verordening op grond van artikel 280 van het EG-Verdrag inzake wederzijdse administratieve bijstand, in het bijzonder op het gebied van witwaspraktijken en BTW-fraudeI

7.

R. 3

Evaluatie van Verordeningen nrs. 1469/95 en 745/9624

8.

(zwarte lijst op het gebied van het EOGFL-Garantie)

OLAF, AGRI, SJTweede verslag over het systeem van een zwarte lijst op het gebied van het EOGFL-GarantieVoorstel tot wijziging van de betrokken verordeningen. Onderzoek van het toepassingsgebiedI
Vaststelling van de doelstellingen van OLAF, rekening houdend met de beleidsvoornemens en de bijdragen van fraudebestrijdingsinstantiesOLAFVoorbereiding van een mededeling van de Commissie over de grote beleidsvoornemens inzake fraudebestrijdingII

9.

R. 11

DoelstellingenLeidende dienst20042005Opm.
Actie1e HALFJAAR2e HALFJAAR1e HALFJAAR2e HALFJAAR
1. EEN ALGEMEEN FRAUDEBESTRIJDINGSBELEID OP WETGEVINGSGEBIED
1.1. ONTWIKKELING VAN EEN PREVENTIECULTUUR EN VERSCHERPING VAN DE BESLUITEN
Definitieve instelling van het Europees Technisch en Wetenschappelijk Centrum in uitvoering van Besluiten nrs. 2003/861 en 862/EG van de Raad25.

OLAF, ECFINBesluit van de CommissieIII
Voortzetting en aanpassing van het actieprogramma inzake uitwisselingen, bijstand en opleiding voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij (programma 'Pericles'26)

OLAFEvaluatie van het programma 'Pericles' met het oog op een nieuw wetgevingsvoorstelMededeling over de aanpassing van het programma 'Pericles'.

10.

Voorstel voor een besluit van de Raad

III
1.2. VERBETERING VAN DE MAATREGELEN M.B.T. OPSPORING, CONTROLE EN SANCTIES
Verduidelijking van de bevoegdheden voor fraudeonderzoek op communautair niveau, met name op het gebied van de directe uitgavenOLAF, SGVoorstellen tot wijziging van artikel 3, lid 2, van Verordeningen nrs. 1073 en 1074/1999II

11.

R. 3

Uitbreiding van het systeem van administratieve sancties, met name op de volgende gebieden:

12.

- douane


13.

- structuurfondsen

TAXUD, SJ, REGIO, EMPL, AGRI, FISH, OLAFVoorafgaand onderzoek met het oog op de opname van sancties in de betrokken regelgevingII

14.

R. 12

- directe uitgaven
OLAF, BUDG, SJOnderzoek van de wenselijkheid van een specifieke verordening met betrekking tot fraude en onregelmatigheden in verband met een contract betreffende een communautaire financieringI

DoelstellingenLeidende dienst20042005Opm.
Actie1e HALFJAAR2e HALFJAAR1e HALFJAAR2e HALFJAAR
1. EEN ALGEMEEN FRAUDEBESTRIJDINGSBELEID OP WETGEVINGSGEBIED
1.2. VERBETERING VAN DE MAATREGELEN M.B.T. OPSPORING, CONTROLE EN SANCTIES
- onderzoeken van OLAF (verzet tegen taken)
OLAF, SGVoorstellen tot wijziging van artikel 6, lid 6, van Verordeningen nrs. 1073 en 1074/1999II

15.

R. 4

Technische richtsnoeren voor de nationale overheidsdiensten in de lidstaten die de authentiseringsprocedure van de muntstukken in euro op hun grondgebied willen leiden of er toezicht op houden.OLAFAanbeveling van de Commissie over de methodes voor de authentisering van muntstukken in euroIII
1.3. EEN MEER DOELMATIGE ADMINISTRATIEVE EN FINANCIëLE FOLLOW-UP
Betere invordering van onverschuldigd betaalde bedragen (EOGFL-Garantie, Verordening nr. 1258/199927)

AGRI, OLAFVoorstel tot wijziging van Verordening nr. 1258/1999 betreffende de financiering van het GLBIII
Verwerking van de achterstand van de onregelmatigheden die vóór 1.1.1999 zijn meegedeeld in toepassing van Verordening nr. 595/9128 (EOGFL-Garantie). Task force invordering29

OLAF, AGRIVoltooiing van de werkzaamhedenI
DoelstellingenLeidende dienst20042005Opm.
Actie1e HALFJAAR2e HALFJAAR1e HALFJAAR2e HALFJAAR
2. EEN NIEUWE SAMENWERKINGSCULTUUR
2.1. BETERE ANALYSE EN VERWERKING VAN GEGEVENS ("INLICHTINGENWERK")
Ontwikkeling van de operationele samenwerking tussen de douanediensten. Invoering van het referentiebestand voor onderzoeksdossiers van de douane (FIDE)OLAF, TAXUD, JAIVoorstel tot wijziging van Verordening nr. 515/9730

Betere samenwerking voor de ondersteuning en het beheer van gezamenlijke operatiesII

16.

R. 14


III
Vereenvoudiging van de procedure voor het melden van onregelmatigheden uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1681/9431 betreffende de structuurfondsen

OLAF, ordonnateur-DG's van de structuurfondsenVoorstel tot wijziging van Verordening nr. 1681/1994III
Vereenvoudiging van de procedure voor het melden van onregelmatigheden uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1831/9432 betreffende het Cohesiefonds

OLAF, REGIOVoorstel tot wijziging van Verordening nr. 1831/1994III
Vereenvoudiging van de procedure voor het melden van onregelmatigheden uit hoofde van Verordening (EG) nr. 595/91 betreffende de uitgaven van het EOGFL-GarantieOLAF, AGRIVoorstel tot wijziging van Verordening nr. 595/1991III
2.2. ONTWIKKELING VAN EEN NAUWER PARTNERSCHAP MET DE LIDSTATEN EN DERDE LANDEN
Nauwere betrekkingen met de lidstatenOLAF, SG, SJActualisering van Besluit 94/140/EG33 van de Commissie tot oprichting van Cocolaf

I

17.

R. 14, 6

Betere doorstroming van informatie van de lidstaten naar het communautaire niveau betreffende de gevolgen die worden gegeven aan de onderzoeken van OLAFOLAF, SGVoorstellen tot wijziging van artikel 9, lid 3, van Verordeningen nrs. 1073 en 1074/1999II

18.

R. 6

Beter gebruik maken van de mogelijkheden tot synergie en valorisatie van de samenwerkingsstructurenOLAFInventaris van de diensten die de Commissie/OLAF aan de instellingen en de lidstaten kunnen biedenInstelling van een interdisciplinair dienstenforumII

19.

R. 14

DoelstellingenLeidende dienst20042005Opm.
Actie1e HALFJAAR2e HALFJAAR1e HALFJAAR2e HALFJAAR
2. EEN NIEUWE SAMENWERKINGSCULTUUR
2.2. ONTWIKKELING VAN EEN NAUWER PARTNERSCHAP MET DE LIDSTATEN EN DERDE LANDEN
Steun aan de nieuwe lidstaten om hun fraudebestrijdingscapaciteit te verhogenOLAF, ELARGGebruik van het fonds dat afkomstig is van de Overgangsfaciliteit (2004-2006) voor de bescherming van de communautaire financiële belangen en de fraudebestrijding


20.

Inzetten van regionale ondersteuningsfunctionarissen van OLAF in de nieuwe lidstaten

III
Versterking van de coördinatiediensten voor fraudebestrijding in de kandidaat-lidstatenOLAF, ELARGPermanente bijstand aan Bulgarije en Roemenië in het kader van het PHARE-meerlandenprogramma 'fraudebestrijding' voor de bescherming van de financiële belangen

21.

Ondersteuning van de coördinatie inzake fraudebestrijding in de nieuwe kandidaat-lidstaten


22.

Inzetten van regionale ondersteuningsfunctionarissen van OLAF in bepaalde kandidaat-lidstaten

III
Memoranda van overeenstemming met de kandidaat-lidstaten en derde landenOLAFSluiten van administratieve overeenkomsten met de coördinatiediensten voor fraudebestrijding (AFCOS) van de kandidaat-lidstaten en eventueel met de bevoegde diensten van derde landenII

R. 10
Onderhandelingen met Zwitserland over fraudebestrijdingOLAF, RELEXAfronding van de onderhandelingenI
Administratieve samenwerking en wederzijdse bijstand in douanezaken met derde landenOLAF, TAXUD, RELEXOnderhandelingen voor internationale overeenkomsten voor wederzijdse administratieve bijstand op douanegebiedII

R. 10
Analyse, samenwerking en uitwisseling van informatie op het gebied van de euro met derde landenOLAF, ECFINOpname van bepalingen tegen valsemunterij in de samenwerkings- en associatieovereenkomsten in overeenstemming met artikel 9, lid 2, van Verordening nr. 1338/200134

I

II

R. 10
2.3. BELEID VAN PERMANENTE EVALUATIE VAN DE FRAUDEBESTRIJDING
Inventarisatie van de nieuwe maatregelen op communautair niveau en in de lidstaten in 2003 en 2004OLAFJaarverslag 2003 artikel 280, lid 5, van het EG-VerdragJaarverslag 2004 artikel 280, lid 5, van het EG-VerdragI
DoelstellingenLeidende dienst20042005Opm.
Actie1e HALFJAAR2e HALFJAAR1e HALFJAAR2e HALFJAAR
3. EEN INTERINSTITUTIONELE AANPAK VOOR HET VOORKOMEN EN BESTRIJDEN VAN CORRUPTIE
3.1. BEVORDERING VAN EEN CULTUUR VAN SAMENWERKING OP ALLE NIVEAUS
Eventuele vaststelling van praktische regels voor de samenwerking tussen OLAF en de andere diensten van de Commissie.OLAF, SG, andere dienstenOnderzoek van de wenselijkheid van de goedkeuring van een memorandum van overeenstemming (of een ander soort tekst)II

23.

R. 7

De uitvoering van interne onderzoeken in andere instelling en organen bevorderenOLAF, SG, SJOnderzoek van de wenselijkheid van voorstellen voor protocollen / memoranda van overeenstemming met de andere instellingenII

24.

R. 9

Eventuele vaststelling van praktische regels voor de samenwerking tussen OLAF en IDOCOLAF, IDOC, ADMINWenselijkheid van de herziening van het in 2003 gesloten memorandum van overeenstemming in het licht van de recente ontwikkelingen35

II

25.

R. 8

Transparantere doorstroming van informatie tussen OLAF en de andere DG's met het oog op een gepaste follow-upSG, IDOC, ADMIN, IAS, (OLAF)Oprichting van een interdepartementale groep op hoog niveauII

26.

R. 8

3.2. VERBETERING VAN HET WETTELIJK KADER VOOR ADMINISTRATIEVE ONDERZOEKINGEN
Verduidelijking in nauwkeurige regels van de wijze waarop besluiten en maatregelen inzake intern/extern onderzoek ten uitvoer worden gelegdSG, OLAFVoorstellen tot wijziging van artikel 6, leden 7, 7bis en 7ter van Verordeningen nrs. 1073 en 1074/1999II

27.

R. 2

Naleving en gestandaardiseerde toepassing van de procedures voor informatieverstrekking aan betrokken instellingen, organen, diensten en personenSG, OLAFVoorstellen tot wijziging van artikel 6, leden 5bis, 7bis en 7ter van Verordeningen nrs. 1073 en 1074/1999II

28.

R. 16

DoelstellingenLeidende dienst20042005Opm.
Actie1e HALFJAAR2e HALFJAAR1e HALFJAAR2e HALFJAAR
4. VERSTERKING VAN DE STRAFRECHTELIJKE DIMENSIE
Verhoging van de efficiëntie van strafrechtelijke vervolgingen door de instelling van een Europees procureurOLAF, JAIOpstelling van een witboekII

29.

R. 13

Follow-up van de toepassing van de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen en de bijbehorende protocollenOLAF, JAI, SJVerslag over de tenuitvoerlegging van de Overeenkomst voor de lidstatenII

30.

R. 6

Verbetering van de gestructureerde betrekkingen met EuropolOLAF, EuropolSluiten van een protocolI
Ontwikkeling van de justitiële dimensie en van de taak als gesprekspartner van politiële en justitiële autoriteitenOLAFSamen met de lidstaten opstellen van een praktijkgids voor de samenwerking met de vervolgende instantiesI

31.

R. 14, 6



1Mededeling van de Commissie van 15.5.2001, doc. COM(2001) 254 definitief.

2Mededeling van de Commissie inzake de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen - fraudebestrijding. Naar een algemene strategische aanpak, doc. COM(2000) 358 definitief.

3Vaststelling van de Verordeningen (EG) nr. 1073/99 van het Europees Parlement en de Raad, en (Euratom) nr. 1074/99 van 25.5.1999, PB L 136 van 31.5.1999.

4Besluit van de Commissie van 28.4.1999, PB L 136 van 31.5.1999. De activiteiten van het Bureau als operationele dienst zullen worden opgenomen in een apart werkprogramma, dat valt onder de rechtstreekse verantwoordelijkheid van de directeur-generaal van het Bureau.

5Document COM(2000) 200 definitief/2 van 5.4.2000.

6Jaarverslagen 2001 en 2002 van de Commissie betreffende de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen en fraudebestrijding: documenten COM(2002) 348 definitief van 2.7.2002 en COM(2003) 445 definitief van 23.7.2003.

7Dit project is erop gericht het scala van activiteiten van het Bureau beter te presenteren en een overzicht aan te bieden van de deskundigheid die binnen het Bureau aanwezig is. Zie het verslag betreffende de evaluatie van de werkzaamheden van OLAF, doc. COM(2003) 154 definitief van 2.4.2003, punt 1.2.1.

8Zie punt 1.2.1 van het verslag (cfr. voetnoot 7).

9Protocollen betreffende de mededeling van informatie (uitwisseling van operationele gegevens, met name over concrete gevallen). Zie punt 1.2.4 van het verslag (cfr. voetnoot 7).

10Zie voetnoot 7.

11Arrest van het Hof van Justitie in zaak C-15/00 (Commissie/EIB), arrest van het Hof van Justitie in zaak C-11/00 (Commissie/ECB), arrest van het Hof van Justitie in zaak C-167/02 (W. Rothley/Europees Parlement).

12COM(2001) 272 van 23.5.2001 - PB C 240-E van 28.8.2001, gewijzigd bij COM(2002) 577 van 16.10.2002.

13PB C 316 van 27.11.1995.

14PB C 313 van 23.10.1996.

15PB C 151 van 20.5.1997.

16Groenboek inzake de strafrechtelijke bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap en de instelling van een Europese officier van justitie, doc. COM(2001) 715 definitief van 11.12.2001.

17Document COM(2003) 128 definitief Zie: europa.eu.int/comm/anti_fraud/green_paper

18Toespraak over de stand van zaken in de Unie en het wetgevings- en werkprogramma van de Commissie voor 2004: de heer Prodi voor het Europees Parlement te Straatsburg op 18.11.2003.

19Voorstellen tot wijziging van de Verordeningen nrs. 1073/99 en 1074/99, goedgekeurd op 10.2.2004 (COM(2004) 103 definitief en COM(2004) 104 definitief.).

20Zie de resolutie van het Europees Parlement over het verslag van de Commissie betreffende de evaluatie van OLAF ((COM(2003) 154 – 202/2237(INI)) en de conclusies van de Raad over hetzelfde verslag (doc. 16280/3 van 22.12.2003).

21Leidende dienst (chef de file), gevolgd door geassocieerde diensten.

22De cijfers die worden voorafgegaan door een R verwijzen naar de aanbevelingen in artikel 15 van het evaluatieverslag. De cursieve cijfers verwijzen naar de volgende categorieën:
I - Acties die in de voorbije jaren zijn uitgesteld of die terugkeren;
II - Acties op grond van de aanbevelingen in art. 15 van het verslag en in het Prodi-actieplan.
III - Specifieke initiatieven.

23COM(2004) 103 en 104 definitief van 10.2.2004.

24Verordening (EG) nr. 1469/95 van de Raad van 22.6.1995 (PB L 145 van 29.6.1995) en Verordening (EG) nr. 475/96 van de Commissie (PB L 102 van 25.4.1996).

25Besluiten van de Raad van 8.12.2003 nrs. 2003/862/Eg en 2003/862/EG - PB L 325 van 12/12/2003.

26Besluiten van de Raad van 17.12.2001 nrs. 2001/923/EG en 2001/924/EG - PB L 339 van 21.12.2001.

27Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17.5.1999 - PB L 160 van 26.6.1999.

28Verordening (EEG) nr. 595/91 van de Raad van 4.3.1991 - PB L 67 van 14.3.1991.

29COM(2002) 671 definitief van 3.12.2002.

30Verordening (EG) nr. 515/97 van de Raad van 13.3.1997 - PB L 82 van 22.3.1997.

31Verordening (EG) nr. 1681/94 van de Commissie van 11.7.1994 - PB L 178 van 12.7.1994.

32Verordening (EG) nr. 1831/94 van de Commissie van 26.7.1994 - PB L 191 van 27.7.1994.

33Besluit 94/140/EG van de Commissie van 23.2.1994 - PB L 191 van 4.3.1994.

34Verordening (EG) nr. 1338/2001 van de Raad van 28.6.2001 - PB L 181 van 4.7.2001.

35Met name de goedkeuring van het Besluit van de Commissie C/2004/1588 definitief/4 van 28.04.2004.

NL NL