Toelichting bij COM(2008)60 - Kwaliteit van de in 2007 door de lidstaten verstrekte begrotingsgegevens

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Belangrijke juridische mededeling

|
52008DC0060

Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de kwaliteit van de in 2007 door de lidstaten verstrekte begrotingsgegevens /* COM/2008/0060 def. */


[afbeelding - zie origineel document] COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

3.

Brussel, 8.2.2008


COM(2008) 60 definitief

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

OVER DE KWALITEIT VAN DE IN 2007 DOOR DE LIDSTATEN VERSTREKTE BEGROTINGSGEGEVENS

INHOUDSOPGAVE

Inhoudsopgave

1.

Achtergrond

3

4.

2. Belangrijkste Bevindingen in verband met de in 2007 verstrekte gegevens over het overheidstekort en de overheidsschuld 3


5.

2.1. Tijdigheid en volledigheid 3


6.

2.1.1. Tijdigheid 3


7.

2.1.2. Volledigheid van de tabellen en de ondersteunende informatie 4


8.

2.2. Naleving van de boekhoudregels en consistentie van de statistische gegevens 4


9.

2.2.1. Informatie-uitwisseling en verduidelijkingen 4


10.

2.2.2. Contactbezoeken en methodologische bezoeken 5


11.

2.2.3. Specifiek advies, verduidelijkingen en besluiten van Eurostat 5


12.

2.2.4. Recente methodologische kwesties 5


13.

2.2.5. Consistentie met onderliggende overheidsrekeningen 6


14.

2.3. Publicatie 6


15.

2.3.1. Publicatie van totaalcijfers en gedetailleerde rapporteringstabellen 6


16.

2.3.2. Voorbehoud ten aanzien van de kwaliteit van de gegevens 7


17.

2.3.3. Wijzigingen in de ingediende gegevens 7


18.

2.3.4. Beëindiging van de overgangsperiode voor de indeling van op vaste bijdragen berustende pensioenregelingen. 8


19.

2.3.5. Publicatie van metagegevens (lijsten) 8


20.

3. Conclusies 8


2.

Achtergrond



Artikel 8 A, lid 3, van Verordening (EG) nr. 3605/93 van de Raad i, zoals gewijzigd, bepaalt dat de Commissie (Eurostat) regelmatig verslag aan het Europees Parlement en de Raad moet uitbrengen over de kwaliteit van de door de lidstaten ingediende feitelijke gegevens. In dit verslag moet een algemene beoordeling worden gegeven over de inachtneming van de boekhoudregels en de volledigheid, betrouwbaarheid, tijdigheid en consistentie van de gegevens. Dit is het tweede verslag in dit verband.

Eurostat beoordeelt regelmatig de kwaliteit van de door de lidstaten ingediende feitelijke gegevens en van de onderliggende rekeningen van de sector overheid, die zijn opgesteld overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad van 25 juni 1996 inzake het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Gemeenschap (ESR 1995) i. Deze beoordeling is vooral gebaseerd op de cijfers over het overheidstekort en de overheidsschuld die de lidstaten tweemaal per jaar naar Eurostat sturen, maar maakt ook gebruik van aanvullende informatie, zoals de vragenlijst betreffende de kennisgevingstabellen ( Questionnaire related to the notification tables ) en bilaterale verduidelijkingen van de lidstaten. Eurostat brengt in de loop van het jaar ook verscheidene contactbezoeken in het kader van de PBT teneinde voortdurend met de lidstaten in gesprek te blijven.

Dit verslag is gebaseerd op de belangrijkste bevindingen en resultaten in verband met de in 2007 ingediende PBT-gegevens, waarbij de nadruk ligt op de laatst ingediende gegevens (oktober 2007), en, voor zover relevant, vergelijkingen worden gemaakt met de in april 2007 ingediende gegevens.

21.

2. BELANGRIJKSTE BEVINDINGEN IN VERBAND MET DE IN 2007 VERSTREKTE GEGEVENS OVER HET OVERHEIDSTEKORT EN DE OVERHEIDSSCHULD


22.

2.1. Tijdigheid en volledigheid


23.

2.1.1. Tijdigheid


De lidstaten moeten de Commissie tweemaal per jaar, vóór 1 april en vóór 1 oktober, in kennis stellen van hun voorziene en feitelijke tekorten en schulden i. In 2007 had de PBT-kennisgeving betrekking op de jaren 2003 tot en met 2007. Voor 2007 worden de door de nationale autoriteiten voorziene gegevens vermeld, terwijl het voor 2003 tot en met 2006 om definitieve, semi-definitieve, voorlopige of geschatte gegevens gaat. De indieningstermijnen worden in het algemeen goed nageleefd; het tweede verslag van 2007 was voor alle lidstaten op of voor 30 september binnen, behalve voor Luxemburg, dat zijn verslag op 1 oktober indiende. Het verslag voor april was voor alle lidstaten vóór 1 april binnen.

In het algemeen hebben de lidstaten de gewoonte om na de eerste indiening van de gegevens nog wijzigingen aan te brengen of nog de laatste hand te leggen aan hun PBT-tabellen. In oktober 2007 werden 37 herziene verslagen ingediend door 20 landen, terwijl Eurostat in april 2007 29 herziene verslagen ontving uit 19 landen i. Meestal worden de herziene verslagen gestuurd naar aanleiding van opmerkingen van Eurostat.

24.

2.1.2. Volledigheid van de tabellen en de ondersteunende informatie


Het invullen van de rapporteringstabellen is wettelijk verplicht en noodzakelijk om ervoor te zorgen dat Eurostat goed toezicht op de kwaliteit van de gegevens kan houden. Artikel 8 A, lid 2, van Verordening (EG) nr. 3605/93, zoals gewijzigd, bepaalt dat de lidstaten de Commissie de relevante statistische informatie moeten verstrekken. Deze "omvat in het bijzonder: gegevens van de nationale rekeningen, lijsten, kennisgevingstabellen in het kader van de EDP [PBT] en aanvullende vragenlijsten en verduidelijkingen in verband met de kennisgevingen."

De meeste lidstaten vulden alle kennisgevingstabellen in i. Bij de PBT-kennisgeving van oktober 2007 gaven acht lidstaten geen informatie over het verband tussen het werksaldo en het PBT-overschot/-tekort voor alle subsectoren of voor alle jaren, of werksaldi die gelijk waren aan het PBT-overschot/-tekort.

Voor PBT-tabel 3 verschaften niet alle lidstaten de vereiste indelingen voor de posten leningen en deelnemingen. In de kennisgeving voor oktober 2007 hebben vijf lidstaten de leningen niet ingedeeld, terwijl twee lidstaten de deelnemingen niet hebben uitgesplitst.

Alle lidstaten dienden hun antwoorden op de vragenlijst betreffende de kennisgevingstabellen in i . Hoewel de dekking van de antwoorden tussen april en oktober 2007 beter werd, verstrekten de meeste lidstaten nog niet alle verlangde informatie.

25.

2.2. Naleving van de boekhoudregels en consistentie van de statistische gegevens


26.

2.2.1. Informatie-uitwisseling en verduidelijkingen


Tijdens de beoordelingsperiode tussen de indieningstermijn van 30 september en de publicatie van de gegevens op 22 oktober nam Eurostat contact op met de nationale statistische diensten in elke lidstaat om nadere informatie te vragen en om uitleg over de toepassing van de boekhoudregels voor specifieke transacties te krijgen. In het kader van dit proces vond tussen Eurostat en de nationale autoriteiten een intensieve correspondentie met korte antwoordtermijnen plaats. In de eerste ronde werden rond 5 oktober verzoeken om uitleg verzonden, waarna van 10 tot 12 oktober een tweede ronde volgde en vervolgens in sommige gevallen nog een derde, vierde en vijfde ronde. In een aantal gevallen heeft Eurostat om herziene kennisgevingstabellen verzocht i. In april 2007 waren de methode en het tijdschema soortgelijk.

27.

2.2.2. Contactbezoeken en methodologische bezoeken


Verordening (EG) nr. 3605/93, zoals gewijzigd, voorziet in contactbezoeken en methodologische bezoeken. Er worden regelmatig contactbezoeken aan de lidstaten gebracht om de ingediende gegevens te evalueren, de methoden te onderzoeken, de in de lijsten omschreven statistische bronnen en processen te bespreken en om na te gaan of de boekhoudregels worden nageleefd, zoals die over de afbakening van de overheid, het moment van de registratie en de classificatie van overheidstransacties en -schulden. Methodologische bezoeken worden alleen gebracht wanneer de Commissie (Eurostat) vaststelt dat er aanmerkelijke risico's of potentiële problemen zijn met betrekking tot de kwaliteit van de gegevens, met name wat de methode, de begrippen of de classificatie betreft.

Tot en met november 2007 heeft Eurostat de volgende contactbezoeken gebracht: VK (25-26 januari, inclusief een gezamenlijke vergadering van een halve dag op 26 januari met Ierland ), Spanje (5-6 februari), Roemenië (5-6 maart), Italië (15-16 maart), Duitsland (12 april), Zweden (7 mei), Tsjechië (18-19 juni), Polen (2-3 juli), Slowakije (5-7 september), Oostenrijk (10-11 september), Estland (17-18 september) en Finland (29-30 november).

Tot de regelmatig terugkerende onderwerpen tijdens die bezoeken behoorden met name de classificatie van eenheden (incl. infrastructuur, tv, radio, ziekenhuizen en universiteiten), kapitaalinjecties, publiek-private partnerschappen, EU-stromen en de registratie van garanties.

De bevindingen van deze bezoeken worden naar het EFC gestuurd en bekendgemaakt op de website van Eurostat i. In 2007 werden geen methodologische bezoeken in het kader van de PBT gebracht.

28.

2.2.3. Specifiek advies, verduidelijkingen en besluiten van Eurostat


De lidstaten raadplegen Eurostat vaak om duidelijkheid te krijgen over allerlei boekhoudkundige kwesties in verband met uitgevoerde of nog uit te voeren transacties (advies ex post of ex ante ). Eurostat verleent advies volgens de gepubliceerde richtsnoeren i. Om te voldoen aan de transparantiebepaling in Verordening 3605/93, zoals gewijzigd, publiceert Eurostat zijn brief met advies, tenzij de betrokken lidstaat hiertegen bezwaar maakt. In 2007 werden 17 adviezen gepubliceerd; in 2006 waren dit er nog 15.

29.

2.2.4. Recente methodologische kwesties


Zoals gebruikelijk besteedde Eurostat in 2007 veel aandacht aan de toepassing van de voorschriften in het ESR 1995 en met name aan zijn laatste besluit, inzake securitisatie door de overheid, dat op 25 juni 2007 werd bekendgemaakt.

Een andere theoretische kwestie van algemeen belang werd in oktober 2007 door Eurostat aan de orde gesteld in een persbericht, waarin het zijn voornemen kenbaar maakte om in de komende maanden meer duidelijkheid te verschaffen over de boekhoudkundige behandeling van stromen en schulden in verband met investeringen in openbare infrastructuur en over de sectorclassificatie van de desbetreffende overheidsinstanties. Eurostat heeft een taskforce van nationale deskundigen opgericht om dit werk in 2008 ter hand te nemen.

30.

2.2.5. Consistentie met onderliggende overheidsrekeningen


De indieningstermijnen van 1 april en 1 oktober, die zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 3605/93, zoals gewijzigd, zijn ingevoerd met het oog op consistentie met de onderliggende jaar- en kwartaalrekeningen van de sector overheid , zoals vermeld in verschillende tabellen die in het kader van het ESR 1995 bij Eurostat werden ingediend. Eurostat analyseert systematisch de consistentie van de PBT-kennisgevingen met de ingediende onderliggende rekeningen van de sector overheid. Zo moeten de totale uitgaven en inkomsten consistent zijn met de ingediende cijfers over het tekort (er zijn alleen verschillen mogelijk bij de registratie van swaprente).

In het algemeen is de consistentie van de PBT-cijfers met de in het kader van het ESR 1995 ingediende overheidsrekeningen de laatste jaren verbeterd en is zij nu goed. De consistentie is voor niet-financiële rekeningen nog steeds beter dan voor financiële rekeningen.

31.

2.3. Publicatie


32.

2.3.1. Publicatie van totaalcijfers en gedetailleerde rapporteringstabellen


Artikel 8 G van Verordening (EG) nr. 3605/93 luidt: "De Commissie (Eurostat) verstrekt de gegevens over het feitelijke overheidstekort en de feitelijke overheidsschuld en de onderliggende overheidsrekeningen met het oog op de toepassing van het Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten binnen drie weken na de […] indieningstermijnen […]. De gegevens worden verstrekt door ze bekend te maken."

De gegevens over het overheidstekort en de overheidsschuld werden gepubliceerd op 23 april en 22 oktober 2007 i, samen met alle rapporteringstabellen zoals deze door de lidstaten waren ingediend bij Eurostat. Eurostat publiceert op zijn website ook de jaar- en kwartaalstatistieken van de overheidsfinanciën die aan de PBT-gegevens ten grondslag liggen, samen met informatie over de stock-flow adjustment (vermogensaanpassing) i.

Op grond van Verordening (EG) nr. 3605/93, zoals gewijzigd, moeten de lidstaten hun feitelijke gegevens over hun tekort en schuld bekendmaken. Slechts 14 lidstaten hebben Eurostat meegedeeld dat zij alle rapporteringstabellen bekendmaken (België, Tsjechië, Denemarken, Estland, Ierland, Letland, Hongarije, Nederland, Oostenrijk, Roemenië, Slovenië, Finland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk). Dit is een kleine verbetering ten opzichte van de 13 landen in 2006.

33.

2.3.2. Voorbehoud ten aanzien van de kwaliteit van de gegevens


In 2007 maakte Eurostat geen enkel voorbehoud in verband met de kwaliteit van de door de lidstaten gemelde gegevens.

34.

2.3.3. Wijzigingen in de ingediende gegevens


In april 2007 heeft Eurostat wijzigingen aangebracht in de begrotingsgegevens van drie lidstaten (België[12], Portugal en het Verenigd Koninkrijk). In oktober 2007 zijn de door België en het Verenigd Koninkrijk ingediende gegevens gewijzigd. Eurostat besloot ook geen gebruik te maken van de in april 2007 door Griekenland ingediende gegevens over het bbp zolang het de omvangrijke door de Griekse autoriteiten aangebrachte herziening naar boven niet had gecontroleerd. In zijn persbericht van oktober 2007 schreef Eurostat: " Griekenland heeft in 2006 melding gemaakt van een aanmerkelijke herziening van het bbp (ca. +26%). Deze herziening is in het afgelopen jaar samen met nationale deskundigen uit diverse lidstaten op basis van aanbevelingen van het BNI-comité (bruto nationaal inkomen) grondig bestudeerd. Als gevolg van deze werkzaamheden heeft Griekenland nu een aanzienlijk kleinere herziening van het bbp (ca. +9,6%) ingediend. Deze nieuwe reeks wordt nu gebruikt voor deze bepaling over de gegevens over het tekort en de schuld."

De persberichten van Eurostat over de PBT bevatten de volgende toelichting ten aanzien van België, Portugal en het Verenigd Koninkrijk i.

35.

PBT- kennisgeving van oktober 2007


België (dezelfde verklaring was ook in april 2007 gepubliceerd): "Eurostat heeft de door België ingediende gegevens over het tekort en de schuld voor 2005 gewijzigd in verband met de overname in 2005 door de overheid (Fonds voor spoorweginfrastructuur – FSI) van 7 400 miljard euro (2,5% van het bbp) van de schuld van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS). Volgens het ESR 1995 behoort het FSD tot de sector overheid en wordt de schuldovername als een toename van het tekort geregistreerd. Het effect op het overheidssaldo bedraagt in 2005 -7 073,4 miljoen euro en in 2006 +227,9 miljoen euro; het effect op de overheidsschuld bedraagt eind 2005 5 246 miljoen euro (1,7% van het bbp) en eind 2006 4 982 miljoen euro (1,6% van het bbp).

Verenigd Koninkrijk (dezelfde verklaring was ook in april 2007 gepubliceerd): ' Eurostat heeft de door het Verenigd Koninkrijk ingediende gegevens over het tekort voor de jaren 2003 tot en met 2006 gewijzigd, zodat alle opbrengsten uit de verkoop van UMTS-licenties op dezelfde wijze worden geregistreerd. Dit leidt tot een toename van het overheidstekort in 2003 en 2006 (en voor de begrotingsjaren 2003/2004 en 2006/2007) met GBP 1 045 miljoen (0,1% van het bbp) en in 2004 en 2005 (begrotingsjaren 2004/2005 en 2005/2006) met GBP 1 044 miljoen (0,1% van het bbp). In de ingediende gegevens over de schuld zijn geen wijzigingen aangebracht'.

36.

PBT- kennisgeving van april 2007


Portugal : ' Eurostat heeft de door Portugal in 2005 ingediende gegevens over het tekort gewijzigd en met 158 miljoen euro (0,1% van het bbp) verhoogd in verband met de herclassificatie van kapitaalinjecties in twee ziekenhuizen (Santa Maria en Nordeste) als kapitaaloverdrachten door de overheid. Volgens het ESR 1995 dragen kapitaalinjecties in overheidsbedrijven aan het tekort bij wanneer de overheid niet als particuliere aandeelhouder optreedt en er twijfels over de winstgevendheid van het project zijn.'

2.3.4. Beëindiging van de overgangsperiode voor de indeling van op vaste bijdragen berustende pensioenregelingen.

De overgangsperiode die de lidstaten hadden om het besluit van Eurostat over de classificatie van bepaalde op vaste bijdragen berustende pensioenregelingen ten uitvoer te leggen, liep in april 2007 af. Voor landen die de volle overgangsperiode benutten (Denemarken, Hongarije, Polen en Zweden), had de herclassificatie gevolgen voor de gegevens over hun overschot/tekort en hun schuld i.

2.3.5. Publicatie van metagegevens (lijsten i)

Ingevolge Verordening (EG) 3605/93, zoals gewijzigd, moeten de lidstaten naast andere statistische informatie ook PBT-lijsten verstrekken om de Commissie (Eurostat) in staat te stellen de naleving van het ESR 1995 te controleren. Verder verplicht de verordening tot publicatie van deze lijsten door de lidstaten. Eurostat heeft de lijsten voor alle lidstaten, behalve voor Bulgarije en Luxemburg, op 28 september 2007 op zijn website gepubliceerd. Meer dan de helft van de lidstaten meldde dat zij hun PBT-lijsten nationaal hebben gepubliceerd of voornemens waren dit binnenkort te doen.

37.

3. CONCLUSIES


Eurostat komt tot de conclusie dat de kwaliteit van de begrotingsgegevens in 2007 verder is verbeterd. De lidstaten hebben vollediger informatie verstrekt, zowel in de PBT-kennisgevingstabellen als in andere relevante statistische verslagen, zoals de vragenlijst over de kennisgevingstabellen. In het algemeen is de consistentie van de PBT-gegevens met de ingevolge het ESR 1995 ingediende overheidsrekeningen nu bevredigend en wordt deze in vergelijking met de situatie in 2006 steeds beter, met name wat de financiële kant betreft.

In dit verband maakte Eurostat geen enkel voorbehoud met betrekking tot de kwaliteit van de in 2007 ingediende gegevens.

Ondanks deze verbeteringen zijn er nog steeds enkele problemen in verband met de naleving van de boekhoudregels en de kwaliteit van een deel van de verstrekte statistische informatie. Net zoals in het verslag over 2006 verzoekt de Commissie de lidstaten daarom te blijven investeren in de kwaliteit van de statistiek van de overheidsfinanciën, teneinde te voldoen aan de eisen van het Verdrag. Dit is de enige manier om op het punt van de inachtneming van de boekhoudregels, de volledigheid, de betrouwbaarheid, de tijdigheid en de consistentie van gegevens over de overheid, het vereiste kwaliteitsniveau te bereiken.
target="_blank">epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page?_pageid=2373,58110711&_dad=portal&_schema=PORTAL).
2373_58674363&_dad=portal&_schema=PORTAL.
2373_58674332&_dad=portal&_schema=PORTAL).