Toelichting bij COM(2012)217 - Wijziging van omzettings- en toepassingsdatum van richtlijn betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

1.1.        Motivering en doel van het voorstel

Richtlijn 2009/138/EG (Solvency II) brengt een modern, risicogebaseerd toezicht- en regelgevingskader voor Europese verzekerings- en herverzekeringsondernemingen tot stand. Deze nieuwe regels zijn van essentieel belang voor het garanderen van een veilige en solide verzekeringssector die duurzame verzekeringsproducten kan aanbieden en die de reële economie kan ondersteunen via investeringen op lange termijn en via het bieden van extra stabiliteit.

Uiterlijk op 31 oktober 2012 moet Richtlijn 2009/138/EG in nationaal recht zijn omgezet. De bestaande verzekerings- en herverzekeringsrichtlijnen (Richtlijnen 64/225/EEG, 73/239/EEG, 73/240/EEG, 76/580/EEG, 78/473/EEG, 84/641/EEG, 87/344/EEG, 88/357/EEG, 92/49/EEG, 98/78/EG, 2001/17/EG, 2002/83/EG en 2005/68/EG, als gewijzigd bij de in deel A van bijlage VI opgesomde besluiten), waarnaar collectief wordt verwezen als 'Solvency I', zullen immers met ingang van 1 november 2012 worden ingetrokken.

Op 19 januari 2011 heeft de Commissie haar goedkeuring gehecht aan een voorstel tot wijziging van Richtlijn 2009/138/EG om rekening te houden met de nieuwe toezichtarchitectuur voor het verzekeringswezen, en met name met de oprichting op 1 januari 2011 van de Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen (European Insurance and Occupational Pensions Authority – EIOPA) (COM(2011) 8, COD 2011/0006) (Omnibus II). In het voorstel waren ook bepalingen opgenomen waarbij de in Richtlijn 2009/138/EG vervatte omzettings-, intrekkings- en toepassingsdata werden uitgesteld. Deze regels zijn van essentieel belang voor een vlotte overgang naar de nieuwe regeling. De Solvency II-regeling kan bovendien pas volledig operationeel worden nadat de Commissie een niet gering aantal gedelegeerde en uitvoeringshandelingen heeft vastgesteld waarin belangrijke bijzonderheden in verband met diverse technische aangelegenheden worden verstrekt. Vele van deze zogeheten niveau 2-regels hangen nauw samen met de Omnibus II-richtlijn en kunnen dan ook niet door de Commissie worden gepresenteerd voordat deze richtlijn is gepubliceerd.

In de huidige omstandigheden bestaat het risico dat de voorgestelde Omnibus II-richtlijn niet zal zijn gepubliceerd en niet in werking zal zijn getreden vóór het verstrijken van de omzettingstermijn van Richtlijn 2009/138/EG, die op 31 oktober 2012 afloopt. Als deze datum ongewijzigd wordt gelaten, dan zou dat betekenen dat de kaderrichtlijn moet worden toegepast zonder de overgangsregels en andere belangrijke aanpassingen waarin de Omnibus II-richtlijn voorziet. Om een dergelijke situatie te vermijden en de juridische continuïteit van de huidige solvabiliteitsvoorschriften (Solvency I) te verzekeren totdat het volledige Solvency II-pakket is uitgevaardigd, wordt voorgesteld de in Richtlijn 2009/138/EG vastgelegde desbetreffende omzettingstermijn te verlengen tot 30 juni 2013.

Het is belangrijk dat toezichthouders en (her)verzekeringsondernemingen enige tijd wordt gegund om zich op de toepassing van Solvency II voor te bereiden. Daarom wordt voorgesteld de datum waarop Solvency II voor het eerst moet worden toegepast, vast te stellen op 1 januari 2014. Daardoor moet het mogelijk zijn tijdig een aanvang te maken met de procedures voor de goedkeuring door de toezichthouders van bijvoorbeeld interne modellen en ondernemingsspecifieke parameters.

De intrekkingsdatum van Solvency I moet dienovereenkomstig worden aangepast.

In het licht van het bovenstaande en gezien de zeer beperkte tijd die nog rest vóór het aflopen van de termijn van 31 oktober 2012, dient deze richtlijn met spoed door het Europees Parlement en de Raad te worden vastgesteld en onmiddellijk in werking te treden.

Deze richtlijn in noodzakelijk om te vermijden dat er na 31 oktober 2012 een rechtsvacuüm ontstaat.

Anders zou er een verschil bestaan tussen het rechtskader van de EU (Solvency II) en dat van de lidstaten (waar Solvency I, zoals omgezet in het nationale recht, van kracht zou blijven). Dit zou tot rechtsonzekerheid leiden voor toezichthouders, ondernemingen en lidstaten.

1.2.        Richtlijn 2009/138/EG (Solvency II)

Bij deze richtlijn wordt in de Europese Unie een nieuwe en moderne solvabiliteitsregeling voor verzekeraars en herverzekeraars vastgesteld. De richtlijn voorziet in een op het economische risico gebaseerde benadering die verzekerings- en herverzekeringsondernemingen ertoe aanspoort hun risico's naar behoren te meten en te beheren.

1.3.        Voorstel COM(2011) 8 (Omnibus II-richtlijn)

Met dit voorstel wordt beoogd Richtlijn 2009/138/EG te wijzigen om Solvency II aan te passen aan de nieuwe toezichtarchitectuur voor het verzekeringswezen, en met name aan de oprichting op 1 januari 2011 van de Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen (European Insurance and Occupational Pensions Authority – EIOPA) (COM(2011) 8, COD 2011/0006). Tevens wordt voorgesteld de termijn voor de omzetting van Solvency II tot 31 december 2012 te verlengen.

1.

Resultaten van de raadpleging van belanghebbende partijen en effectbeoordeling



2.1.        Toezending van het voorstel aan de nationale parlementen

Ontwerpen van wetgevingshandelingen, met inbegrip van voorstellen van de Commissie, die bij het Europees Parlement en de Raad worden ingediend, moeten worden doorgestuurd naar de nationale parlementen overeenkomstig het Protocol (nr.

1) betreffende de rol van de nationale parlementen in de Europese Unie, dat aan de Verdragen is gehecht.

Overeenkomstig artikel 4 van het protocol moet er een periode van acht weken verstrijken tussen het tijdstip waarop een ontwerp van een wetgevingshandeling aan de nationale parlementen beschikbaar wordt gesteld, en de datum waarop het met het oog op de vaststelling ervan of op de vaststelling van een standpunt in het kader van een wetgevingsprocedure op de voorlopige agenda van de Raad wordt geplaatst.

Krachtens artikel 4 zijn echter uitzonderingen mogelijk in spoedeisende gevallen, waarvoor de redenen in de handeling of het standpunt van de Raad moeten worden aangegeven. De vaststelling van dit voorstel door het Europees Parlement en de Raad moet om de hierboven uiteengezette redenen als een uiterst urgente aangelegenheid worden beschouwd.

2.2.        Effectbeoordeling

Het voorstel gaat niet vergezeld van een afzonderlijke effectbeoordeling omdat voor de Solvency II-richtlijn al een effectbeoordeling is uitgevoerd en omdat dit voorstel louter bedoeld is om te vermijden dat een rechtsvacuüm ontstaat ten gevolge van de laattijdige bekendmaking van de Omnibus II-richtlijn in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Als nu niets wordt gedaan, dan zou na 31 oktober 2012 een zeer onzekere rechtssituatie ontstaan. Er zou immers een verschil bestaan tussen het rechtskader van de EU (Solvency II) en dat van de lidstaten (waar Solvency I, zoals omgezet in het nationale recht, van kracht zou blijven). Dit zou tot rechtsonzekerheid leiden voor toezichthouders, ondernemingen en lidstaten.

Bovendien zou de kaderrichtlijn moet worden toegepast zonder de overgangsregels en andere belangrijke aanpassingen waarin de Omnibus II-richtlijn voorziet.

De voorgestelde wijziging heeft alleen betrekking op de verplichting van de lidstaten om de richtlijn uiterlijk op 31 oktober 2012 om te zetten, en verlengt deze termijn tot 30 juni 2013. Tevens wordt een datum voor de eerste toepassing van de richtlijn vastgesteld, namelijk 1 januari 2014. De materiële bepalingen van de desbetreffende richtlijn worden niet gewijzigd, en de wijziging houdt derhalve geen nieuwe verplichtingen voor het bedrijfsleven in.

2.

Juridische aspecten van het voorstel



3.1.        Samenvatting van de voorgestelde maatregelen

Het voorstel wijzigt artikel 309, lid 1, van Richtlijn 2009/138/EG door de omzettingstermijn te verlengen tot 30 juni 2013 en door een latere datum voor de toepassing ervan vast te stellen (1 januari 2014). Ook de artikelen 310 en 311 worden dienovereenkomstig gewijzigd, in die zin dat een nieuwe datum voor de intrekking van Solvency I wordt vastgesteld (1 januari 2014).

3.2.        Rechtsgrondslag

Artikel 53, lid 1, en artikel 62 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

3.3.        Subsidiariteitsbeginsel

Het subsidiariteitsbeginsel is van toepassing, aangezien het voorstel betrekking heeft op een gebied dat niet binnen de exclusieve bevoegdheid van de Europese Unie valt.

De doelstellingen van dit voorstel kunnen niet voldoende door de lidstaten worden verwezenlijkt omdat bepalingen van richtlijnen niet op nationaal niveau gewijzigd of ingetrokken kunnen worden.

De doelstellingen van het voorstel kunnen alleen door optreden van de Unie worden verwezenlijkt; er wordt immers voorgesteld een rechtsinstrument van de Unie te wijzigen en dat kunnen de lidstaten niet op hun niveau doen.

Het subsidiariteitsbeginsel is geëerbiedigd omdat dit voorstel reeds bestaande wetgeving van de Unie wijzigt.

3.4.        Evenredigheidsbeginsel

Dit voorstel is om de onderstaande reden in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel.

De materiële bepalingen van de huidige EU-wetgeving worden er niet door gewijzigd: het is alleen bedoeld om de omzettingstermijn van Richtlijn 2009/138/EG te verlengen tot 30 juni 2013 en aldus te voorkomen dat er rechtsonzekerheid ontstaat nadat de huidige omzettingstermijn (die op 31 oktober 2012 afloopt) is verstreken. Het voorstel voorziet ook in een nieuwe, latere datum voor de toepassing van Solvency II en voor de dienovereenkomstige intrekking van Solvency I (1 januari 2014).

3.5.        Keuze van instrumenten

Voorgesteld(e) instrument(en): richtlijn.

Andere instrumenten komen niet in aanmerking. Een richtlijn is immers het aangewezen instrument om een richtlijn te wijzigen.

3.

Gevolgen voor de begroting



Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de EU.

4.

Facultatieve elementen



·

Vereenvoudiging



Op zich bevat het nieuwe voorstel geen vereenvoudigingen. Het is alleen bedoeld om de omzettingstermijn van Richtlijn 2009/138/EG te verlengen tot 30 juni 2013 en om een nieuwe datum voor de toepassing ervan vast te stellen, namelijk 1 januari 2014.

·

Intrekking van bestaande wetgeving



De vaststelling van het voorstel heeft op zich geen intrekking van bestaande wetgeving tot gevolg. Het voorziet enkel in de aanpassing van de reeds in Richtlijn 2009/138/EG vastgelegde intrekkingsdatum.

·

Europese Economische Ruimte



De voorgestelde maatregel betreft een onderwerp dat onder de EER-Overeenkomst valt en moet daarom worden uitgebreid tot de Europese Economische Ruimte.

·

Nadere uitleg van het voorstel, per hoofdstuk of per artikel



Het voorstel is bedoeld om de omzettingstermijn van Richtlijn 2009/138/EG te verlengen tot 30 juni 2013.

Artikel 1 van het voorstel brengt deze wijziging aan in artikel 309, lid 1, getiteld 'Omzetting', van Richtlijn 2009/138/EG. Het legt ook een nieuwe, latere datum voor de toepassing van Solvency II vast (1 januari 2014).

Artikel 2 wijzigt de in artikel 310 vervatte datum van intrekking van Solvency I (in 1 januari 2014) en verandert de in artikel 311 vastgelegde datum voor de toepassing van de bij Solvency II herschikte bepalingen van Solvency I in deze zelfde datum.