Toelichting bij COM(2012)674 - Beoordeling van de kwaliteit van de gegevens van de lidstaten over de betalingsbalans, de internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen van 2011

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

52012DC0674

WERKDOCUMENT VAN DE COMMISSIE tot beoordeling van de kwaliteit van de gegevens die de lidstaten in 2011 hebben ingediend over de betalingsbalans, de internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen /* COM/2012/0674 final */


1.

WERKDOCUMENT VAN DE COMMISSIE


tot beoordeling van de kwaliteit van de gegevens die de lidstaten in 2011 hebben ingediend over de betalingsbalans, de internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen

Inleiding



Artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 184/2005 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de communautaire statistiek inzake de betalingsbalans, de internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen (de 'Betalingsbalansverordening') bepaalt het volgende:

"De kwaliteit van de toegezonden gegevens wordt op grond van de kwaliteitsrapporten beoordeeld door de Commissie, bijgestaan door het in artikel 11, lid 1, bedoelde Betalingsbalanscomité. Deze beoordeling wordt het Europees Parlement ter informatie toegezonden".

Dit werkdocument beoordeelt de kwaliteit van de gegevens die door de lidstaten in 2010 werden gerapporteerd. Het werd opgesteld met de hulp van het Betalingsbalanscomité, zoals de Betalingsbalansverordening dat vereist. Het is het eerste werkdocument over dit onderwerp dat door Eurostat voor het Europees Parlement is opgesteld en is gebaseerd op de resultaten van de kwaliteitsbeoordeling van de betalingsbalans die tussen januari en juli 2012 door Eurostat werd uitgevoerd.

Na een korte beschrijving van de beginselen die ten grondslag liggen aan elke beoordeling van de kwaliteit van de officiële statistieken en een kort overzicht van de problemen die zich bij het samenstellen van de betalingsbalansgegevens in een geglobaliseerde omgeving hebben voorgedaan, geeft dit document een analyse van de mate waarin de betalingsbalansgegevens voldoen aan de kwaliteitsbeginselen die als leidraad dienen voor het Europees statistisch systeem (ESS).

2.

2. Beoordeling van de kwaliteit van de officiële statistieken


De kwaliteitsbeoordeling van de betalingsbalans wordt jaarlijks verricht door Eurostat volgens de beginselen die zijn vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 1227/2010 van de Commissie van 20 december 2010 (PB L 336 van 21.12.2010) tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1055/2008. Bij de kwaliteitsbeoordeling van de betalingsbalans wordt geverifieerd of er wordt voldaan aan alle criteria die zijn neergelegd in de Verordening betreffende de Europese statistiek (artikel 12, lid 1, van Verordening nr. 223/2009), namelijk relevantie, nauwkeurigheid, actualiteit, stiptheid, toegankelijkheid en duidelijkheid, vergelijkbaarheid en coherentie.

Eurostat heeft veel moeite gestoken in de ontwikkeling van kwalitatief hoogwaardige beheersmethoden en instrumenten om de productie van kwalitatief hoogwaardige Europese statistieken te ondersteunen. Kwaliteitsrapportage ondersteunt kwaliteitsbeoordeling, die weer het uitgangspunt voor kwaliteitsverbeteringen is. Het 'ESS Handbook for quality reports' beschrijft het hele scala van methoden die kunnen worden toegepast voor de kwaliteitsbeoordeling van de officiële statistieken[1]; de keuze van de methode verschilt naar gelang het type statistische procedure.

Statistieken hebben als doel ramingen van een onbekende waarde te op te stellen; deze ramingen zijn als gevolg van de variabiliteit en de afwijkingen niet gelijk aan de werkelijke waarden. Statistieken worden aangetast door velerlei soorten steekproeffouten en niet-steekproeffouten. Voor statistieken op basis van steekproefenquêtes is er een gevestigde theorie voor de controle van de nauwkeurigheid, waarbij gekeken wordt naar de variabiliteit van een schatter [schattingsfunctie] rond de verwachte waarde ervan, uitgedrukt door de variantie, de standaardafwijking, de variatiecoëfficiënt of de betrouwbaarheidsintervallen. Betalingsbalansgegevens zijn (net als een nationale rekening) opgesteld als aggregaat van allerlei primaire statistieken, waarvan sommige zijn gebaseerd op steekproefenquêtes, sommige afkomstig van administratieve gegevens en sommige van modellen. Bij geaggregeerde statistieken, zoals de betalingsbalans, is een directe methode voor het meten van de nauwkeurigheid niet mogelijk. De twee belangrijkste instrumenten die volgens de handboeken over de kwaliteit van de statistieken kunnen worden gebruikt om de kwaliteit van dit soort statistieken te beoordelen, zijn de analyse van de herzieningen en het onderzoek van fouten en omissies[2]; beide instrumenten zijn opgenomen in dit rapport.

Het IMF heeft ook normen voor kwaliteitsbeoordeling van statistieken ontwikkeld, die deel uitmaken van het kader voor de kwaliteitsbeoordeling van gegevens (Data Quality Assessment Framework – DQAF). Een specifiek DQAF is aan de betalingsbalans gewijd[3].

De Eurostat-kwaliteitsrapporten over de betalingsbalans zijn opgesteld volgens de beste normen die voor het ESS zijn ontwikkeld en door DQAF zijn gedefinieerd. Om deze rapporten meer geschikt te maken voor het vastleggen van de verschillende facetten van de gegevenskwaliteit, is de inhoud ervan in de loop van de tijd uitgebreid en wordt deze in de toekomst verder verbeterd.

Hoewel de kwaliteit van de geaggregeerde statistieken niet een simpele optelsom van de kwaliteit van alle onderliggende primaire gegevens is, is de kwaliteit van de betalingsbalansgegevens zeker afhankelijk van de kwaliteit van alle onderliggende gegevensbronnen. Regelmatig worden kwaliteitsrapporten opgesteld voor de internationale handel in goederen[4], het belangrijkste bestanddeel van de lopende rekening; het zou echter zeer kostbaar en tijdrovend worden om de kwaliteit van elk afzonderlijk gegeven in de betalingsbalansgegevens te beoordelen.

3.

3. Problemen bij de samenstelling van betalingsbalansstatistieken


De systemen voor het opstellen van betalingsbalansstatistieken zijn ontstaan als bijproduct van deviezencontrolesystemen: ingezeten banken verzamelden informatie over elke afzonderlijke transactie in vreemde valuta en verstrekten deze informatie aan de opstellers van betalingsbalansen (die doorgaans deel uitmaakten van de nationale centrale bank). Deze informatiebron, het International Transaction Reporting System (ITRS) of 'rapportage op basis van betalingen' genoemd, blijft de primaire bron voor het opstellen van betalingsbalansstatistieken in veel landen buiten de Europese Unie.

Door de opheffing van deviezenbeperkingen, het toenemende aantal en de complexiteit van grensoverschrijdende financiële transacties en het geïntegreerde beheer van betalingen door multinationals is de uit het betalingssysteem verzamelde informatie geleidelijk minder volledig geworden. In de EU is het nut van op betalingen gebaseerde rapportage voor het opstellen van betalingsbalansgegevens nog verder afgenomen door de stappen om de EU-handel in financiële diensten te liberaliseren[5]. Omdat de traditionele voor de opstelling van betalingsbalansstatistieken gebruikte gegevensbron aan volledigheid inboette, hebben de Europese betalingsbalans-statistici alternatieve gegevensbronnen ontwikkeld, in een klimaat waarin de middelen geringer werden en de weerstand bij de respondenten tegen de statistische lasten toenam.

Vanaf 2000 hebben de opstellers van betalingsbalansen in de EU nieuwe gegevensverzamelings- en opstellingssystemen ingevoerd. De nieuwe systemen – die in de meeste EU-lidstaten al worden gebruikt – zijn gebaseerd op een combinatie van verschillende onderzoeken, soms geïntegreerd met de beperkte informatie die nog beschikbaar is uit het ITRS. Er wordt meer gebruikgemaakt van informatie die rechtstreeks is verkregen van bedrijven of personen. Er worden ook meer steekproef- en ramingsmethoden gebruikt. De consistentie met andere statistieken, zoals nationale rekeningen en gegevens over de handel in goederen wordt nauwlettender gevolgd, en op het niveau van de EU en de eurozone zijn gemeenschappelijke instrumenten opgezet om te komen tot een grotere homogeniteit bij de opstelling van gegevens. Een voorbeeld is de gecentraliseerde effectendatabase, die het mogelijk maakt om gegevens over effectenverkeer te verzamelen op basis van de informatie over elke afzonderlijk waardepapier; een ander voorbeeld is het BDI-netwerk, dat uitwisseling van microgegevens in verband met buitenlandse directe investeringen (BDI) mogelijk maakt.

4.

4. Relevantie


Onder relevantie wordt verstaan de mate waarin statistieken voldoen aan de huidige en potentiële gebruikersbehoeften. Als gevolg van de financiële crisis krijgen de gebruikers steeds meer aandacht voor de betalingsbalansgegevens (en voor de internationale investeringspositie, de IIP-gegevens). Statistieken van betalingsbalansen en internationale investeringsposities zijn van fundamenteel belang voor de analyse van externe onevenwichtigheden en worden ook gebruikt als primaire gegevens voor drie van de tien indicatoren van het EU-scorebord voor de procedure bij macro-economische onevenwichtigheden (PMO)[6].

Bij de kwaliteitsbeoordeling van de betalingsbalansstatistieken wordt relevantie gemeten in termen van beschikbaarheid van de door de Betalingsbalansverordening vereiste gegevens voor de eindgebruikers, ervan uitgaande dat de behoeften van de gebruikers terdege in aanmerking zijn genomen in de verordening.

Aangezien de gebruikersbehoeften in de loop van de tijd evolueren, heeft de Commissie de vereisten ten aanzien van de betalingsbalansgegevens gewijzigd overeenkomstig de nieuwe internationale normen. De gewijzigde Betalingsbalansverordening is bekendgemaakt in het Publicatieblad op 27 juni 2012 en zal op 1 januari 2014 in werking treden[7].

Als gevolg van de recente problemen in de financiële markten vragen de gebruikers echter nu al naar gegevens over de betalingsbalans en de internationale investeringspositie die gedetailleerder zijn dan hetgeen in de gewijzigde Betalingsbalansverordening wordt voorgeschreven. Zij hebben behoefte aan een nadere geografische uitsplitsing voor de financiële stromen, en in het ideale geval ook bilaterale gegevens over veel investeringsstromen. Gebruikers die verantwoordelijk zijn voor handelsbesprekingen met derde landen, hebben nogmaals verzocht om informatie over diensten gespecificeerd naar wijze van dienstverlening[8]. Eurostat zal de mogelijkheid onderzoeken om ook dit soort informatie van opstellers van betalingsbalansstatistieken op vrijwillige basis te verkrijgen.

5.

4.1. Beschikbaarheid van gegevens


Het criterium van volledigheid van gegevens is toegespitst op de beschikbaarheid van de gegevens die wordt vereist door Verordening (EG) nr. 184/2005, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 707/2009. Dit criterium wordt gemeten als het aandeel van het aantal verstrekte waarden in het totale aantal vereiste waarden. Tabel 1 toont deze indicator per lidstaat en per dataset.

Wat de euro-indicatoren betreft, voldeden in de referentiekwartalen (2010Q3-2011Q2) alle lidstaten volledig aan de eisen van de Betalingsbalansverordening.

Voor de driemaandelijkse betalingsbalans was de beschikbaarheid van gegevens gedurende de laatste kwartalen stabiel en bedroeg deze gemiddeld 95 % voor de referentieperioden (2010Q3-2011Q2), waarmee de ontwikkeling voor de voorafgaande vier kwartalen wordt bevestigd.

Wat de internationale handel in diensten betreft, nam de beschikbaarheid van de gegevens enigszins af ten opzichte van het voorgaande jaar tot 97 % van alle gevraagde gegevenscellen (op het niveau van de posten) voor de EU-27.

Voor buitenlandse directe investeringen (BDI) (zowel stromen als standen) steeg het EU-gemiddelde in de referentieperiode 2010 (t + 9) ten opzichte van het voorgaande jaar tot 100 %. Over het algemeen is de beschikbaarheid van BDI-gegevens met een activiteit en een geografische verdeling voor referentiejaar 2009 (t + 21) verbeterd tot 92 % voor de BDI-stromen en gelijk gebleven op 95 % voor de BDI-standen. Sommige landen hadden moeite om te voldoen aan de BDI-rapportage met t + 21 maanden: België verschafte geen uitsplitsing naar economische activiteit voor BDI-inkomen als gevolg van een opstellingsproces dat bestaat uit een globale raming per instrument/land, Hongarije ondervond problemen bij de opstelling van het Gesmes-dossier, en Polen diende de gegevens volgens NACE Rev. 2 acht maanden na de termijn in; hierdoor waren deze te laat om nog te worden gebruikt voor de opstelling van de aggregaten voor de EU en de eurozone.

Over het geheel genomen is de beschikbaarheid van de gegevens zeer hoog voor alle gebieden van de betalingsbalans. De weinige gegevens die niet werden gerapporteerd, betroffen zeer gedetailleerde posten en uitsplitsingen naar geografisch gebied of economische activiteit.

Tabel 1: Volledigheid van gegevens

[zie origineel document voor tabel]

|| Euro-indicatoren (t + 2)| Driemaan­delijkse betalings­balans (t + 3)| Inter­nationale handel in diensten (t + 9)| BDI-stromen (t + 9)| BDI-standen (t + 9)| BDI-stromen (t + 21)| BDI-standen (t + 21)

België| 100 %| 100 %| 97 %| 100 %| 100 %| 40 %| 100 %

Bulgarije| 100 %| 81 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Tsjechië| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Denemarken| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 99 %| 99 %

Duitsland| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Estland| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Ierland| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Griekenland| 100 %| 100 %| 73 %| 100 %| 100 %| 70 %| 87 %

Spanje| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 98 %| 99 %

Frankrijk| 100 %| 81 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Italië| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Cyprus| 100 %| 92 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Letland| 100 %| 87 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Litouwen| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Luxemburg| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Hongarije| 100 %| 97 %| 98 %| 100 %| 100 %| 75 %| 96 %

Malta| 100 %| 100 %| 98 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Nederland| 100 %| 100 %| 92 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Oostenrijk| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 99 %| 99 %

Polen| 100 %| 74 %| 100 %| 100 %| 100 %| 0 %| 6 %

Portugal| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Roemenië| 100 %| 85 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Slovenië| 100 %| 100 %| 97 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Slowakije| 100 %| 93 %| 91 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Finland| 100 %| 100 %| 95 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Zweden| 100 %| 94 %| 98 %| 100 %| 100 %| 100 %| 100 %

Verenigd Koninkrijk| 100 %| 100 %| 91 %| 100 %| 96 %| 91 %| 91 %

EU-gemiddelde| 100 %| 95 %| 97 %| 100 %| 100 %| 92 %| 95 %

6.

5. Toegankelijkheid en duidelijkheid


De betalingsbalansgegevens voor de EU-27-lidstaten kunnen kosteloos worden geraadpleegd op de website van Eurostat (Eurobase): epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal Zij zijn ingedeeld zoals weergegeven in figuur 1.

7.

Figuur 1: Betalingsbalansgegevens die online beschikbaar zijn voor alle gebruikers


Zowel de hoeveelheid als de detaillering van de online ter beschikking gestelde betalingsbalansgegevens is voortdurend toegenomen, en bij elke tabel zijn metagegevens bijgevoegd. De regelmatige publicatie van gegevens van overdrachten van werkenden begon in februari 2010. In januari 2011 werd een nieuwe tabel 'Aandeel van de belangrijkste posten van de betalingsbalans en de internationale investeringspositie in het bbp' opgesteld, en in oktober 2011 is een tabel 'Aandelen van de exportmarkt' toegevoegd en is begonnen met de verspreiding van de driemaandelijkse IIP-gegevens. Gezien de toenemende belangstelling voor nationale betalingsbalansgegevens en gegevens betreffende de internationale investeringspositie, werden langere tijdreeksen, verdere geografische uitsplitsingen en meer volledige tabellen gepubliceerd.

8.

6. Nauwkeurigheid


Onder nauwkeurigheid wordt verstaan de mate waarin de ramingen de onbekende werkelijke waarden benaderen. Terwijl de primaire statistieken nauwkeurigheid kunnen meten met statistische indicatoren zoals standaardafwijkingen en variantie, kunnen geen vergelijkbare indicatoren worden ontwikkeld voor macro-economische statistieken die het resultaat zijn van een aantal verschillende gegevensverzamelings- en -opstellingsprocedures. Het kwaliteitsrapport over de betalingsbalans meet de nauwkeurigheid door te kijken naar de omvang van de herzieningen. Verondersteld wordt, dat iedere herziening de gegevensreeks dichter bij de werkelijke waarde brengt.

Herzieningen betekenen niet dat er fouten zijn gemaakt of dat de kwaliteit van de gegevens in de loop der tijd is verslechterd. Integendeel, herzieningen worden uitgevoerd wanneer nieuwe gegevensbronnen en betere informatie beschikbaar komen. Een goed ontwikkeld en openbaar bekendgemaakt herzieningsbeleid is een teken van de kracht van het statistische systeem in kwestie.

De omvang van de herzieningen is echter een maat voor de kwaliteit van de eerste versie van een specifieke dataset in vergelijking met de meest recente ter beschikking gestelde versie. Er moet een compromis worden gezocht tussen actualiteit en herzieningen: hoe ouder de eerste versie van een dataset is, des te groter de herzieningen die te verwachten zijn naarmate latere versies van dezelfde dataset worden vrijgegeven.

9.

6.1. Stabiliteit


De tabellen 2 en 3 tonen de gemiddelde waarden voor herzieningen voor de driemaandelijkse betalingsbalans over de afgelopen 14 kwartalen (2008Q1-2011Q2) voor elke EU-lidstaat, uitgedrukt als percentage van de oorspronkelijke waarde.

Grafiek 1 toont de verschillen tussen de eerste en de laatste ramingen voor de totale lopende rekening van de EU-27. De eerste ramingen zijn drie maanden na het einde van de referentieperiode beschikbaar (Q+90 dagen). De laatste ramingen zijn meestal na drieënhalf jaar beschikbaar, maar ook na langere tijd zijn herzieningen mogelijk.

De herzieningen waren het grootst in 2007 en waren gemiddeld groter voor uitgaven dan voor inkomsten. Herzieningen van nationale gegevens compenseren elkaar vaak tussen de verschillende landen. Ramingen van de totalen voor de EU-27 zijn daarom zeer stabiel in de loop van de tijd.

Opwaartse en neerwaartse herzieningen voor inkomsten en uitgaven kunnen resulteren in een aanzienlijke herziening van de balans, zelfs als de absolute herzieningen klein zijn.

De gemiddelde waarden van de herzieningen moeten met voorzichtigheid worden geïnterpreteerd, omdat zij abnormaal hoog kunnen zijn als de eerste ramingen laag waren. Met name indicatoren voor kleine economieën zijn erg gevoelig voor deze factor: in een paar gevallen vertonen zij extreme waarden, ondanks het feit dat de absolute bedragen van zowel de eerste ramingen als de latere herzieningen zeer klein zijn. Meer in het algemeen is een voorzichtige interpretatie ook gerechtvaardigd in gevallen (bv. financiële derivaten) waarin herzieningen van nettostromen (uitgaven minus inkomsten) worden gemeten.

In de lopende rekening werden zeer kleine herzieningen opgenomen aan zowel de creditzijde als de debetzijde van de goederenrekening, terwijl de herzieningen in de dienstenrekening over het algemeen groter waren dan voor goederen. De inkomensrekening is het meest aan herzieningen onderhevig; op inkomens uit directe investeringen worden vaak zeer grote herzieningen worden opgenomen als gevolg van de moeilijkheden waarmee opstellers bij het ramen van winsten in hun eerst ingediende balansen worden geconfronteerd. Over de 14 beoordeelde kwartalen waren de gemiddelde herzieningen over het algemeen groter bij posten van de financiële rekening dan bij posten van de lopende rekening, als gevolg van verschillen in zowel de omvang als de volatiliteit van grensoverschrijdende financiële transacties. Voor de EU waren de herzieningen het grootst voor directe buitenlandse investeringen en voor effectenactiva.

Tabel 2: Gemiddelde waarden van herzieningen voor de belangrijkste posten van de lopende rekening, 2008Q1-2011Q2

[zie origineel document voor tabel]

Lid­staat| Goederen| Diensten| Vervoer| Reizen| Andere diensten| Beloning van werknemers| Inkomen uit diverse investe­ringen| Overige inkomens uit investe­ringen| Inkomens­over­drachten

C| D| C| D| C| D| C| D| C| D| C| D| C| D| C| D| C| D

BE| 3,| 2,| 1,| 12,| -0,| 0,| -1,| 0,| 3,| -4,| 7,| 19,| -16,| 61,| -14,| -32,| 59,| 15,57

BG| -0,| 0,| 3,| 3,| -13,| -8,| 15,| 16,| 6,| 10,| -2,| 65,| 44,| 8,| 6,| 14,| 22,| -3,70

CZ| 2,| -2,| 1,| 18,| -6,| 3,| 0,| 8,| 15,| 5,| 2,| -2,| -63,| 1,| -11,| 1,| -1,| 2,34

DK| 1,| -2,| 1,| 0,| 0,| 2,| -4,| -0,| 9,| -3,| 24,| -3,| 3,| -52,| 1,| 1,| 11,| 0,27

DE| 1,| 3,| 3,| 2,| 6,| 5,| 0,| -3,| 2,| 3,| 7,| 2,| -3,| -44,| 2,| 6,| -6,| -0,72

EE| -0,| 0,| 1,| -3,| 0,| -7,| -8,| -2,| 7,| 0,| -4,| -0,| 4,| 991,| -1,| -0,| -6,| 0,40

IE| -0,| 1,| -5,| -2,| 0,| 1,| 0,| -1,| -5,| -3,| 0,| -0,| 11,| -10,| -8,| 0,| -8,| -5,99

EL| -1,| -0,| -0,| -0,| -0,| -0,| 0,| 0,| -1,| -1,| -1,| -0,| 15,| -18,| -2,| -1,| -0,| 0,47

ES| 0,| -0,| -0,| -2,| 1,| -5,| -0,| 0,| -0,| -2,| 1,| 0,| -6,| -16,| -0,| 0,| 3,| 4,16

FR| 0,| -0,| -0,| -2,| -1,| -0,| 3,| -1,| -1,| -4,| 4,| 7,| 17,| 2,| 4,| 0,| 6,| 4,59

IT| -0,| 0,| 14,| 11,| 3,| 0,| 1,| 0,| 38,| 26,| 353,| 145,| 200,| 40,| 43,| -6,| 56,| 12,50

CY| -29,| -10,| 7,| 1,| 6,| -0,| -1,| -2,| 9,| 8,| -4,| -0,| 434,| 221,| 12,| -1,| -8,| 0,26

LV| -0,| 0,| -0,| -0,| -0,| 2,| 0,| 0,| -0,| -0,| -2,| 0,| 10,| -6,| 0,| -0,| 0,| -0,11

LT| -0,| 0,| -0,| 4,| 1,| 1,| -3,| 16,| -2,| -1,| 17,| 32,| 321,| -412,| -5,| -5,| -11,| 15,71

LU| 7,| -0,| -3,| 4,| 0,| 0,| -0,| 0,| -4,| -3,| 10,| 48,| 10,| 13,| -5,| -31,| -1,| 0,74

HU| -6,| -0,| 2,| -0,| -2,| 2,| 0,| -19,| 4,| 3,| 1610,| -11,| 77,| 50,| -1,| 1,| -8,| -18,07

MT| 1,| -3,| 11,| 42,| 2,| -2,| 6,| -18,| 14,| 66,| -4,| -0,| -183,| -9,| -0,| -0,| 66,| 66,55

NL| -1,| 0,| -1,| 3,| 0,| 1,| -3,| -0,| -2,| 2,| -1,| 97,| 4,| 23,| -3,| -2,| 2,| 7,33

AT| 0,| -0,| 1,| 0,| 3,| 1,| -1,| 0,| 1,| -0,| -0,| -10,| 12,| -5,| 0,| -0,| -11,| -2,74

PL| -0,| -1,| -0,| -1,| 0,| 1,| -2,| -3,| -0,| -2,| -21,| 293,| 308,| -22,| -0,| -0,| -63,| -21,09

PT| -0,| -0,| 1,| 0,| 3,| -0,| -0,| -0,| 1,| 0,| -0,| 3,| 4,| -1,| 0,| -6,| -9,| -11,57

RO| 0,| 0,| 1,| 1,| -7,| 0,| 2,| 0,| 5,| 3,| 6,| 27,| -630,| -327,| 24,| 0,| -1,| 8,46

SI| 4,| 9,| -8,| 19,| 6,| 4,| 0,| -3,| 6,| 3,| 95,| 15,| -92,| -27,| 0,| 4,| -3,| 14,28

SK| -1,| 0,| 0,| 1,| 1,| 1,| 1,| 1,| -0,| 0,| 50,| -15,| 803,| -26,| 0,| 1,| 0,| -0,45

FI| 1,| -0,| 16,| 24,| 9,| 10,| 1,| 2,| 19,| 36,| 4,| 5,| 24,| 545,| -0,| 3,| 27,| 18,66

SE| 1,| 1,| 1,| 1,| -0,| 2,| -9,| -3,| 5,| 3,| -3,| -1,| 17,| -15,| -3,| -9,| -11,| -3,50

UK| 0,| 0,| 0,| -2,| 3,| -1,| 0,| -5,| 0,| -2,| 1,| -3,| -28,| -13,| 9,| -0,| 2,| -0,17

EU| 0,| 0,| 1,| 1,| 1,| 0,| -0,| -2,| 1,| 1,| 13,| 30,| 3,| -2,| 1,| -4,| 8,| 4,01

Tabel 3: Gemiddelde QBOP waarden van herzieningen voor de belangrijkste posten van de financiële rekening, 2008Q1-2011Q2

[zie origineel document voor tabel]

GEMIDDELDE VAN DE FINANCIËLE REKENING VAN DE DRIEMAANDELIJKSE BETALINGSBALANS ( %)

Lid­staat| Inkomen uit directe investeringen in het buitenland| Directe investeringen in de rapporterende economie| Effecten­activa| Effecten­passiva| OI-activa| OI-passiva| Financiële derivaten

BE| -31,| 27,| -124,| -44,| 41,| 10,| -186,75

BG| 16,| 67,| 67,| 17,| 115,| -39,| 5,54

CZ| -111,| -397,| 0,| 3,| -8,| -2197,| -0,71

DK| -46,| 53,| 21,| 0,| 2,| 0,| 20,77

DE| -26,| 52,| -4,| 12,| 54,| -1,| 6,07

EE| 32,| 53,| 9,| -0,| -13,| -31,| 1,49

IE| 71,| -377,| -7,| 82,| -39,| -2,| 54,00

EL| 9,| -54,| -4,| -0,| -450,| 0,| -0,01

ES| 7,| -36,| 11,| -5,| -0,| 0,| -56,68

FR| -43,| -30,| -16,| -4,| -26,| -28,| -100,27

IT| 234,| -63,| -185,| 162,| -1369,| 261,| 666,93

CY| 629,| 404,| -15,| -847,| -80,| 32,| -4,36

LV| -23,| -38,| -204,| 33,| -9,| -37,| -1,38

LT| 8,| 162,| -44,| -41,| -3,| 4,| -22,28

LU| -114,| -139,| -15,| -18,| 32,| -12,| 1597,77

HU| -23,| 204,| 46,| 5,| -18,| 8,| 5,26

MT| 197,| -28,| -4,| -71,| 0,| 2,| -0,11

NL| -68,| 95,| -4,| -38,| -25,| -16,| -28,15

AT| 93,| -1,| 2,| 3,| -8,| 4,| 9,95

PL| 91,| -52,| -66,| -15,| -1,| -15,| 0,67

PT| -345,| -25,| -38,| 46,| -54,| -258,| 9,98

RO| 2549,| -140,| -89,| -17,| -105,| 9,| 42,86

SI| -28,| 8,| -0,| 1,| -1033,| 66,| -588,34

SK| -49,| -18,| -3,| 1,| -1,| -11,| -100,32

FI| 165,| -71,| -1,| -15395,| 0,| -1,| 17,56

SE| 82,| -44,| 10,| -64,| -146,| -16,| -44,98

VK| -12,| -17,| 145,| -3,| 5,| 33,| -5,97

EU| 31,| -11,| 68,| 12,| 29,| 6,| 16,16

Grafiek 1: Verschillen tussen de eerste en laatste ramingen voor de lopende rekening van de EU-27, 2005Q1-2011Q2, in miljoen EUR

10.

7. Tijdigheid en punctualiteit


Punctualiteit wordt gemeten in termen van naleving van de in de Betalingsbalansverordening vastgestelde termijnen voor de indiening van de gegevens. Tabel 4 bevat een analyse[9] van de punctualiteit van de betalingsbalansstatistieken. De tabel laat zien dat de lidstaten er, op enkele uitzonderingen na, in geslaagd zijn om de termijnen voor alle datareeksen te halen.

De tijdigheid wordt gemeten als het verschil tussen de referentieperiode waarop de gegevensreeksen betrekking hebben en het moment waarop de gegevens beschikbaar worden gesteld aan de eindgebruikers. Momenteel worden betalingsbalansgegevens 90 dagen na het einde van de referentieperiode bij Eurostat ingediend. In de gewijzigde Betalingsbalansverordening wordt rekening gehouden met de verzoeken van de gebruikers om meer tijdige statistieken, door de rapportagetermijn met ingang van respectievelijk 2014/2017/2019 te verminderen van de huidige 90 dagen tot respectievelijk 85/82/80 dagen.

Tabel 4: Punctualiteit van de gegevensoverdracht*

[zie origineel document voor tabel]

|| Euro-indicatoren| Driemaandelijkse betalingsbalans| Internationale handel in diensten| Buitenlandse directe investeringen – stromen| Buitenlandse directe investeringen - standen

Termijn:| referentieperiode + 2 maanden| referentieperiode + 3 maanden| referentieperiode + 9 maanden| referentieperiode + 9 (of 21) maanden[10]| referentieperiode + 9 (of 21) maanden

Oostenrijk| goed| goed| goed| goed| goed

België| goed| goed| goed| goed| slecht

Bulgarije| goed| goed| goed| goed| goed

Cyprus| goed| goed| goed| goed| goed

Tsjechië| goed| goed| goed| goed| goed

Denemarken| goed| goed| goed| goed| goed

Estland| goed| goed| goed| goed| goed

Finland| goed| goed| goed| goed| goed

Frankrijk| goed| goed| goed| goed| goed

Duitsland| goed| goed| goed| goed| goed

Griekenland| goed| goed| goed| goed| goed

Hongarije| goed| goed| goed| goed| goed

Ierland| goed| goed| goed| goed| goed

Italië| goed| goed| goed| goed| goed

Letland| goed| goed| goed| goed| goed

Litouwen| goed| goed| goed| goed| goed

Luxemburg| goed| goed| goed| goed| goed

Malta| goed| goed| aanvaardbaar| goed| goed

Nederland| goed| goed| goed| goed| goed

Polen| goed| goed| goed| goed| goed

Portugal| goed| goed| goed| goed| goed

Roemenië| goed| goed| goed| goed| goed

Slowakije| goed| goed| goed| goed| goed

Slovenië| goed| goed| goed| goed| goed

Spanje| goed| goed| goed| goed| goed

Zweden| goed| goed| goed| goed| goed

Verenigd Koninkrijk| goed| aanvaardbaar| slecht| goed| goed

*Punctualiteit: goed: ≤ 0 dagen, aanvaardbaar: ≤ 5 dagen, slecht: > 5 dagen

11.

8. Vergelijkbaarheid


"Vergelijkbaarheid" heeft betrekking op de verschillen die kunnen worden waargenomen wanneer statistieken van verschillende geografische gebieden of uit verschillende perioden op hetzelfde punt worden vergeleken.

Het kwaliteitsrapport over de betalingsbalans meet de vergelijkbaarheid in de ruimte door te kijken naar de ongelijkheden. Eurostat verstrekt regelmatig tabellen die de aandacht vestigen op de meest hardnekkige ongelijkheden voor elk land en voor elke post en moedigt de landen aan om de onderliggende problemen aan te pakken via bilaterale contacten en de uitwisseling van meer gedetailleerde informatie. Het netwerk voor buitenlandse directe investeringen (BDI) was ook opgezet op uitwisselingen mogelijk te maken van bilaterale gegevens over DBI en zal naar verwachting in de loop der tijd de ongelijkheden in de BDI verminderen.

Grafiek 2 vergelijkt de ongelijkheden in de EU-27 en de wereld. Weliswaar zijn de ongelijkheden in de EU-27 geenszins onbeduidend (zij bedragen bijna 1 % van het bbp van de EU), maar zij zijn vanaf 2004 stabiel. De verschillende initiatieven die Eurostat zich momenteel getroost om de ongelijkheden in de betalingsbalans van de EU-27 aan te pakken, hebben zichtbaar succes.

Grafiek 2: Ongelijkheden EU-27 en wereld, totale lopende rekening, 1999-2010, in miljoen EUR

12.

9. Coherentie


Coherentie betreft de consistentie van de statistieken die voor verschillende doeleinden worden opgesteld. Het kwaliteitsrapport over de betalingsbalans meet deze component door te kijken naar zowel interne consistentie (voldoen aan integriteitsvoorschriften, coherentie tussen de kwartaal- en jaargegevens en de omvang van de fouten en omissies) en externe consistentie (coherentie tussen de betalingsbalansgegevens en vergelijkbare statistieken uit verschillende statistische systemen). De externe samenhang van goederengegevens van de betalingsbalans en statistieken van de buitenlandse handel (zoals opgesteld door Intrastat en Extrastat) wordt regelmatig gecontroleerd.

13.

9.1. Interne samenhang


De interne samenhang wordt gemeten door te kijken naar de waarden van de nettofouten en ‑omissies. De nettofouten en ‑omissies vormen de restpost die de rekeningen in evenwicht brengt. Soms compenseren opstellingsfouten elkaar. Bijgevolg is de omvang van deze restpost niet noodzakelijkerwijs een indicatie van de algehele nauwkeurigheid van de rekening.

Nettofouten en -omissies worden nauwlettend gevolgd door de nationale opstellers van betalingsbalansen: hoge waarden of constante toenames wijzen op problemen in de opstellingssystemen die moeten worden geïdentificeerd en aangepakt.

Tabel 5 geeft de gemiddelde relatieve fout per lidstaat voor de periode 2008-2010 weer. Deze fout is gelijk aan het gemiddelde van de absolute waarde van de nettofouten en -omissies gedurende de periode in kwestie (gemeten als aandeel in het gemiddelde van de inkomsten en uitgaven op de lopende rekening), zoals deze in de driemaandelijkse betalingsbalans van de lidstaten wordt opgetekend. Voor de periode 2008-2010 bedroeg de waarde van deze indicator bij drie lidstaten (Italië, Finland en Zweden) meer dan 10 % en bij vijf lidstaten (Bulgarije, Denemarken, Ierland, Frankrijk en Polen) een waarde van meer dan 5 %. In Italië stegen de fouten en omissies van 3,8 % in de periode 2006-2008, zoals vermeld in het kwaliteitsrapport van vorig jaar, tot 12 % in de periode 2008-2010, als gevolg van de overgang naar een geheel nieuw verzamelings- en opstellingssysteem.

Tabel 6 geeft de cumulatieve gemiddelde relatieve fout voor de periode 2008-2010 weer. Deze fout is gelijk aan de cumulatieve natuurlijke waarden van de nettofouten en -omissies voor dezelfde periode (gemeten als aandeel in het gemiddelde van de inkomsten en uitgaven op de lopende rekening). De waarde van deze indicator bedroeg bij één lidstaat (Zweden) meer dan 10 % en bij drie lidstaten (Bulgarije, Denemarken en Finland) meer dan 5 %.

Tabel 5: Gemiddelde relatieve fout 2008-2010

[zie origineel document voor tabel]

België| 0,5 %| Frankrijk| 5,1 %| Oostenrijk| 3,4 %

Bulgarije| 8,6 %| Italië| 12,0 %| Polen| 5,2 %

Tsjechië| 2,2 %| Cyprus| 2,1 %| Portugal| 1,7 %

Denemarken| 8,0 %| Letland| 2,3 %| Roemenië| 4,3 %

Duitsland| 3,7 %| Litouwen| 0,9 %| Slovenië| 1,5 %

Estland| 1,8 %| Luxemburg| 0,3 %| Slowakije| 4,1 %

Ierland| 10,0 %| Hongarije| 1,9 %| Finland| 12,0 %

Griekenland| 2,0 %| Malta| 4,1 %| Zweden| 13,7 %

Spanje| 2,3 %| Nederland| 4,2 %| Verenigd Koninkrijk| 3,6 %

Tabel 6: Cumulatieve gemiddelde relatieve fout 2008-2010

[zie origineel document voor tabel]

België| 0,0 %| Frankrijk| 3,3 %| Oostenrijk| 0,7 %

Bulgarije| -5,7 %| Italië| 0,0 %| Polen| -4,6 %

Tsjechië| -0,3 %| Cyprus| -0,5 %| Portugal| -0,3 %

Denemarken| -5,5 %| Letland| -1,9 %| Roemenië| -2,9 %

Duitsland| 0,7 %| Litouwen| 0,2 %| Slovenië| 0,2 %

Estland| 0,9 %| Luxemburg| -0,1 %| Slowakije| -3,3 %

Ierland| -2,3 %| Hongarije| -2,1 %| Finland| -8,6 %

Griekenland| 0,0 %| Malta| 1,3 %| Zweden| -16,3 %

Spanje| -0,9 %| Nederland| 0,7 %| Verenigd Koninkrijk| 0,2 %

14.

9.2. Externe samenhang


De externe samenhang houdt verband met de coherentie tussen betalingsbalansgegevens en soortgelijke statistieken uit andere statistische systemen.

De externe samenhang met betrekking tot goederen, zoals gerapporteerd in de betalingsbalansgegevens en in de statistieken van de buitenlandse handel, wordt regelmatig door Eurostat gecontroleerd. Bij het vergelijken van de twee datasets moet rekening worden gehouden met methodologische verschillen tussen de betalingsbalans en de statistieken van de buitenlandse handel. De belangrijkste daarvan houden verband met het feit dat de betalingsbalans een verandering van eigenaar vereist om een transactie te registreren, terwijl de statistieken van de buitenlandse handel fysiek grensoverschrijdend goederenverkeer registreren, met verschillende waarderingsmethoden[11]. Een voorbeeld van dit verschil is de behandeling van niet-monetair goud dat van eigenaar verandert zonder fysiek naar het land van de nieuwe eigenaar te worden vervoerd; dit goud wordt niet opgenomen in de statistieken van de buitenlandse handel, maar wel in de betalingsbalans.

De algehele samenhang tussen de statistieken van de buitenlandse handel en de betalingsbalansgegevens kan snel worden beoordeeld door te kijken naar de tijdreeksen van de verschillen tussen de waarden voor inkomsten/export en uitgaven/import in de twee statistische systemen, en is in grafiek 3 weergegeven voor het geheel van de EU-27. De samenhang tussen de gegevens over goederen in de betalingsbalans en in de statistieken van de buitenlandse handel is sinds 2006Q1 duidelijk verbeterd en heeft zich op vrij lage niveaus gestabiliseerd.

Grafiek 3: Goederen ─ verschil tussen de statistieken van de buitenlandse handel en de betalingsbalans, EU-27, partner 'Buiten de EU-27'

15.

10. Conclusies


De inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 184/2005 bevorderde de harmonisatie van de betalingsbalansstatistieken in de hele EU en verhoogde de beschikbaarheid van gegevens voor de gebruikers.

Uit dit werkdocument blijkt dat de overeenkomstig Verordening (EG) nr. 184/2005 door Eurostat vereiste betalingsbalansgegevens door elke lidstaat worden ingediend, en meestal op tijd. Tegenwoordig is een veel grotere hoeveelheid betalingsbalansgegevens beschikbaar voor eindgebruikers dan aan het eind van de jaren negentig: er is nu meer gedetailleerde informatie beschikbaar over transacties en geografische uitsplitsingen, de frequentie en tijdigheid van de gegevens zijn verbeterd en er zijn langere tijdreeksen gereconstrueerd ten behoeve van economische analyses. Er wordt meer gebruikgemaakt van ramingen, maar de resulterende kwaliteit wordt zeer streng bewaakt. Kwaliteitsrapporten laten een regelmatige controle van de stabiliteit en samenhang van de gegevens toe.

Als gevolg van de financiële crisis hebben gebruikers steeds meer aandacht voor zowel betalingsbalansgegevens als gegevens betreffende de internationale investeringspositie. Eurostat en de nationale opstellers stellen alles in het werk om ervoor te zorgen dat de betalingsbalansgegevens en de gegevens betreffende de internationale investeringspositie volledig aan de behoeften van de brede kring van gebruikers voldoen.

De volgende kwaliteitsbeoordeling van de betalingsbalans gaat in januari 2013 van start.

[1] Zie 'ESS Handbook for Quality Reports', Eurostat Werkdocumenten, 2009. Zie ook 'ESS Standard for Quality Reports', Eurostat Werkdocumenten, 2009.

[2] Zie 'ESS Handbook for quality reports', Eurostat, 2009, blz. 65.

[3] Zie dsbb.imf.org/images/pdfs/dqrs_bop.pdf

[4] Zie epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal

[5] Verordening (EG) nr. 2560/2001 betreffende grensoverschrijdende betalingen in euro stelde alle transacties onder de drempel van 12 500 EUR vrij van statistische rapportage. Bij de herziening van Verordening (EG) nr. 2560/2001 werd de drempel verhoogd tot 50 000 EUR (artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 924/2009).

[6] epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal

[7] Zie Verordening (EG) nr. 555/2012 van de Commissie van 22 juni 2012,

eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2012:166:0022:0066:NL:PDF

[8] Dit zou betekenen dat een duidelijk onderscheid tussen transacties moet worden gemaakt al naargelang het gaat om: een dienst die over de grens wordt verleend ("wijze 1"); een consument die zich over de grens begeeft ("wijze 2"); een dienstverlener die zich over de grens begeeft ("wijze 4"). Zie Manual on Statistics of International Trade in Services 2010, hoofdstuk V.

[9] De punctualiteit is goed wanneer de gegevens binnen de termijn worden ingediend, aanvaardbaar indien de termijn gemiddeld met niet meer dan vijf dagen wordt overschreden, en slecht in andere gevallen.

[10] Voor BDI (stromen en standen) zijn er twee afzonderlijke verzoeken om gegevens, met een verschillende termijn: een van negen maanden na afloop van de referentieperiode, de andere van 21 maanden na het einde van de referentieperiode.

[11] Import/uitgaven worden in de betalingsbalans gewaardeerd Vrij aan boord, maar worden in de statistieken van de buitenlandse handel gewaardeerd Kostprijs, verzekering en vracht.