Toelichting bij COM(2014)182 - Macro-financiële assistentie aan Oekraïne

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2014)182 - Macro-financiële assistentie aan Oekraïne.
bron COM(2014)182 NLEN
datum 19-03-2014
1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

·

Motivering en doel van het voorstel



De Oekraïense economie zit sinds de tweede helft van 2012 in een recessie en kende enkel aan het einde van 2013 een kwartaal van positieve groei, die in de eerste twee maanden van 2014 al snel omkeerde als gevolg van de verslechterende politieke en veiligheidssituatie.

De regering van Oekraïne verloor in de loop van 2013 het vertrouwen van en de toegang tot de internationale financiële markten doordat de tekorten op de begroting en de lopende rekening opliepen en de broodnodige hervormingen uitbleven. De onwil van de autoriteiten om te hervormen stond tevens een financieringsovereenkomst met het IMF in de weg.

Als gevolg van grote schuldaflossingen in het vierde kwartaal van 2013 en begin 2014, en interventies van de centrale bank om de wisselkoers ten opzichte van de dollar te handhaven, zijn de reserves fors geslonken tot 15,5 miljard USD eind februari, waardoor het land met een zeer zwakke en snel verslechterende betalingsbalans opgescheept zit. De huidige politieke crisis heeft zeer schadelijke consequenties voor de reeds wankele financieel-economische stabiliteit van het land. De feitelijke onderbreking van de bijstand van Rusland in het kader van het eind december vorig jaar overeengekomen pakket van 15 miljard USD en het aangekondigde einde van de lagere gasprijzen van Gazprom vanaf april 2014 zullen de situatie verder verslechteren. Er is in die omstandigheden dan ook een ernstig risico dat Oekraïne in de nabije toekomst in gebreke blijft.

Daarbij komt nog dat de regering in februari aftrad na aanhoudend massaprotest vanaf eind november. Op 27 februari kreeg een nieuwe regering de goedkeuring van de 'Hoogste Raad' (Verchovna Rada) en werd de Grondwet van 2004 opnieuw ingevoerd. Deze veranderingen konden de politieke stabiliteit evenwel niet doen terugkeren omdat de soevereiniteit en de territoriale integriteit van Oekraïne onlangs door de Russische Federatie zijn geschonden.

De nieuwe regering heeft zich er publiekelijk toe verbonden om vóór de presidentsverkiezingen van 25 mei met de uitvoering van ingrijpende en omvangrijke hervormingen te beginnen. Alhoewel de politiek momenteel wordt gekenmerkt door volatiliteit, zijn er tot hiertoe duidelijke signalen dat het menens is met de economische hervormingen. 

Dit is de achtergrond waartegen de Oekraïense autoriteiten op zoek zijn naar financiële bijstand van de multilaterale en bilaterale schuldeisers en donoren om een hervormingsprogramma te steunen waaraan momenteel wordt gewerkt en dat bedoeld is om de economie minder kwetsbaar te maken, de internationale reserves te versterken en de economische groei te stimuleren. Het IMF heeft begin maart een delegatie naar Oekraïne gestuurd en zal naar verwachting een sleutelrol spelen bij het uitwerken van dit programma en het mobiliseren van internationale financiële bijstand. Het is de verwachting dat het IMF en de Oekraïense autoriteiten in de komende weken tot een akkoord komen over een met een financieringsregeling onderbouwd economisch programma.

De verwachting is eveneens dat de externe financieringsbehoeften van Oekraïne groter zullen zijn dan de financiële middelen die het IMF waarschijnlijk zal verstrekken. In verband daarmee heeft de Europese Commissie op 5 maart 2014 een financieel steunpakket voor Oekraïne aangekondigd, dat 's anderendaags door de staatshoofden en regeringsleiders van de EU werd verwelkomd. Eén van de onderdelen van dit pakket is een nieuw programma voor macrofinanciële bijstand (MFB) die tot 1 miljard EUR kan gaan.

De Europese Commissie dient bij de Raad een voorstel in om Oekraïne een maximumbedrag van 1 miljard EUR aan MFB toe te kennen. De bijstand zou de vorm aannemen van leningen op middellange termijn, maar zou geen giftcomponent omvatten omdat Oekraïne niet voldoet aan de criteria om in het kader van MFB-operaties voor giften in aanmerking te komen.

De MFB die de EU voorstelt, is bedoeld om Oekraïne te helpen een deel van zijn urgente externe financieringsbehoeften te dekken als onderdeel van het stabilisatie- en hervormingsprogramma dat momenteel wordt uitgetekend en zodoende de economie op korte termijn minder kwetsbaar te maken voor de effecten van de situatie van de betalingsbalans en de begroting. Met de bijstand zou worden bijgedragen tot de noodzakelijke begrotingsconsolidatie en stabilisatie van de externe positie, alsook tot de uitvoering door de overheid van de structurele hervormingen voor een beter algemeen macro-economisch beheer, een versterking van de economische governance en de transparantie, en gunstigere omstandigheden voor duurzame groei.

De voorgestelde MFB sluit tevens aan bij de doelstellingen van het oostelijk partnerschap en bij de oriëntaties van het nieuw Europees nabuurschapsbeleid (ENB). De steun zal een signaalfunctie vervullen voor de andere landen in de regio door aan te geven dat de EU bereid is steun te verlenen aan landen die ondanks moeilijke economische omstandigheden voor politieke hervormingen hebben gekozen. Tegen deze achtergrond is de Commissie van oordeel dat aan de politieke en economische voorwaarden voor de toekenning van een MFB-pakket van de voorgestelde omvang en aard is voldaan.

·

Algemene context



Na vijf opeenvolgende kwartalen van achteruitgang, is het reële bbp in het vierde kwartaal van 2013 met 3,3% gegroeid ten opzichte van een jaar eerder, waardoor de groei voor het jaar 2013 een vlakke curve liet zien. De zwakke economische prestaties waren het gevolg van een slechte oogst in combinatie met een teruglopende staalexport en het uitblijven van binnenlandse hervormingen. Volgens het IMF zou de groei negatief zijn geweest in januari en februari. De voorspellingen voor 2014 lopen wegens de onzekere situatie uiteen van -5% tot +3%, afhankelijk van de uitgangshypothesen. De macro-economische aanpassingen, zoals de consolidatie van de begroting en een flexibele wisselkoers, zullen een zekere krimp met zich meebrengen, maar daar staat tegenover dat het geplande IMF-akkoord het vertrouwen zal doen groeien waardoor de instroom van buitenlandse directe investeringen (BDI) vrij snel zou kunnen aantrekken. Het Russische beleid ten aanzien van Oekraïne houdt evenwel een aanzienlijk neerwaarts groeirisico in.  

De inflatie is de afgelopen jaren laag geweest en bedroeg eind 2013 0,3%, maar de inflatiedruk neemt in 2014 toe. De consumentenprijsindex was 0,5% in januari en 1,2% in februari en volgens de Nationale Bank van Oekraïne (NBU) zou het cijfer tegen eind 2014 kunnen oplopen tot 10% of meer als gevolg van de depreciatie van de hryvnia (UAH) en de verwachte stijging van de energieprijzen voor de huishoudens.

Het begrotingstekort, inclusief het exploitatietekort van Naftogaz, de belangrijkste Oekraïense operator op de energiemarkt, werd geraamd op 6,5 à 7,5% van het bbp in 2013, grotendeels als gevolg van de voortdurende energiesubsidies, die 7% van het bbp uitmaken, maar ook als gevolg van de economische achteruitgang. De kapitaaluitgaven van de overheid werden in 2013 met 40% teruggeschroefd en de btw-ontvangsten daalden 7%. De begroting voor 2014 werd begin januari 2014 door de Rada goedgekeurd, maar was gebaseerd op onrealistische groei- en inflatiehypothesen en wordt momenteel door het ministerie van Financiën in nauw overleg met het IMF herzien. De ontvangsten in januari-februari 2014 bedroegen 82% van het cijfer waarvan in de begroting was uitgegaan, zodat de uitgaven met circa 80 miljard UAH, of 15 à 17%, zullen moeten worden gekort in 2014. Daarenboven zal de invoerprijs voor Russisch gas vanaf 1 april worden verhoogd tot minstens 400 USD per 1000 kubieke meter, wat voor aanzienlijke druk op de begroting zal zorgen. De minister van Financiën heeft evenwel verzekerd dat de gasprijzen voor huishoudens en de regionale verwarmingsbedrijven zullen worden opgetrokken vóór de verkiezingen van 25 mei, waardoor deze druk zou moeten verminderen. Een ander probleem vormen de achterstallen, zowel inzake teruggave van btw aan vennootschappen als storting van subsidies aan nutsbedrijven, voor een bedrag van 12 miljard UAH en 8 miljard UAH respectievelijk.

Sinds het uitbreken van de crisis staat de munteenheid onder zware druk. De NBU heeft een significante depreciatie van de hryvnia (met ongeveer 25%) in februari toegestaan. Een deel hiervan was een vrijwillige devaluatie van de officiële wisselkoers van 7,99 UAH/USD, die sinds juli 2012 werd aangehouden, tot 8,708 UAH/USD op 7 februari. De depreciatie van de munt is achteraf versneld als gevolg van het onvermogen van de centrale bank om te interveniëren wegens de zeer lage deviezenreserves. In samenspraak met het IMF voert de centrale bank nu een beleid van non-interventie, behalve bij grote wisselkoersschommelingen. Tevens hanteert zij een aantal kapitaalbeperkingen, maar zij zal naar eigen zeggen geen nieuwe opleggen. Ondanks deze maatregelen, blijft de hryvnia volatiel. Een significante verdere devaluatie van de munt dreigt de kwaliteit van de kredietportefeuilles en het kapitaal van de banken te verslechteren en zou niet per definitie het evenwicht op de lopende rekening herstellen omdat een groot deel van de export afhankelijk is van ingevoerde inputs. Daarenboven steunt de Oekraïense economie op consumptie (75% van het bbp) en zou een devaluatie met de bijbehorende inflatie waarschijnlijk tot een krimp van het bbp leiden.

De lopende rekening is in 2013 aanzienlijk verslechterd en vertoont een geraamd tekort van 10% van het bbp, dat voornamelijk een afname van de export weerspiegelt. De NBU verwacht dat het tekort op de lopende rekening in 2014 gevoelig zal verminderen als gevolg van aanpassingen die verband houden met de geplande IMF-regeling, zoals een consolidatie van de begroting. Toch zullen de financieringsbehoeften betreffende de lopende rekening op korte termijn groot blijven – minstens 4 miljard USD vóór het einde van het tweede kwartaal van 2014. De netto BDI zijn volgens ramingen verder afgenomen van 5,0% van het bbp in 2012 tot 2,6% van het bbp in 2013 en bedroegen in januari 2014 zo goed als 0%.

De buitenlandse schuld werd eind 2013 geraamd op 76,7% van het bbp. Slechts ongeveer een derde daarvan is verschuldigd of gewaarborgd door de overheid (inclusief schulden van de centrale bank aan het IMF). Naast door de overheid gewaarborgde verplichtingen van een aantal Oekraïense privé-ontleners, zoals de door Naftogaz uitgegeven Eurobonds, kunnen ook andere externe verplichtingen van Oekraïense vennootschappen van systemische betekenis voor het land zijn. Met name de schulden van Naftogaz (achterstallen) uit hoofde van gasleveringen door het Russische Gazprom hebben directe consequenties voor de lopende rekening van het land omdat Gazprom de hoogte van zijn prijs koppelt aan de mate waarin Naftogaz zijn schulden aflost.

De officiële reserves zijn in de loop van 2013 met 16% geslonken tot 20,4 miljard USD, als gevolg van het grote tekort op de lopende rekening, de druk op de hryvnia en aanzienlijke schuldaflossingen in 2013. Deze negatieve trend zette zich in januari en februari voort, met een daling van telkens 13%, waardoor de reserves eind februari nog maar 15,5 miljard USD bedroegen (2 maanden invoerdekking). Deze ontwikkeling weerspiegelt de toenemende kwetsbaarheid van de betalingsbalans.

De overheidsschuld bevindt zich met 41% van het bbp (eind 2013) onder de benchmark 'hoog risico'. Terzelfder tijd echter, zullen de aflossingsverplichtingen, in het bijzonder die uit hoofde van de buitenlandse schuld en de binnenlandse, in vreemde valuta luidende schuld, in de nabije toekomst op de overheidsfinanciën en de internationale reserves wegen. De totale schuldendienst van de overheid en de NBU voor de rest van 2014 bedraagt ongeveer 10 miljard USD. De piek bevindt zich tussen juni en september; In de periode maart-mei moet ongeveer 2 miljard USD worden terugbetaald. Om de uitstaande schulden van Naftogaz tegenover Gazprom te delgen, is nog eens 2 miljard USD vereist. De in 2015 te voldoen schuldverplichtingen belopen ongeveer 10 miljard USD.

Volgens de NBU is er voldoende liquiditeit aanwezig in de banksector, maar sinds februari worden geen leningen meer verstrekt aan ondernemingen. De deposito-inlagen zijn in januari met 2% en in februari met 8% afgenomen. Een eventuele verdere devaluatie van de munt zou de banksector in de problemen kunnen brengen en tot een snelle achteruitgang van de activakwaliteit kunnen leiden. Er is eveneens behoefte aan een grondige doorlichting van de kwaliteit van de activa. De Oekraïense banksector is, afgezien van de kortetermijnrisico's, onderhevig aan enkele structurele zwakheden die wellicht één van de thema's zullen zijn van een hervormingsprogramma dat via de voorgenomen IMF-regeling zal worden ondersteund. Er zijn duidelijke tekortkomingen inzake het toezicht op de banken en de corporate governance in de banksector en de rechten van crediteuren zijn onvoldoende beschermd.

Andere grote uitdagingen, naast de noodzakelijke herstructurering en versterking van het bancair systeem, zijn het optrekken van de prijzen van nutsvoorzieningen, die momenteel in belangrijke mate mee verantwoordelijk zijn voor het begrotingstekort, het tegelijkertijd versterken van het sociaal vangnet, het bestrijden van corruptie, met name bij de belastingdienst en de douane, het ontwikkelen van een sterke privésector en het verbeteren van het ondernemingsklimaat om investeringen, met inbegrip van BDI, aan te moedigen.

Al het voorgaande wijst er dus op dat Oekraïne in 2014 en 2015 zal moeten voorzien in grote externe financieringsbehoeften, die in het bijzonder te maken hebben met een aanhoudend substantieel tekort op de lopende rekening, grote externe schulddelgingsverplichtingen en de noodzakelijke heraanleg van een minimumbuffer aan deviezenreserves. Ook zal de instroom van privékapitaal, in de vorm van buitenlandse directe investeringen of particuliere kredieten, uiterst klein blijven. De verwachting is dat voorlopige ramingen van de resterende externe financieringsbehoeften van Oekraïne beschikbaar zijn in de komende weken, nadat de uitkomst van de lopende technische besprekingen van de Oekraïense autoriteiten met het IMF bekend is. Maar nu reeds wordt aangenomen dat grootschaligere internationale bijstand nodig zal zijn om in deze behoeften te voorzien en de omstandigheden te creëren waarin de hervormingen in Oekraïne kunnen slagen. De voorgestelde MFB van de EU zou ertoe bijdragen een deel van het resterende financieringstekort voor de periode 2014-2015 te dekken.

·

Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied



Besluit van de Raad van 12 juli 2002 tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan Oekraïne (2002/639/EG)[1]

Besluit nr. 646/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Oekraïne[2]

·

Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de EU



De EU streeft naar een voortdurend hechtere relatie met Oekraïne die verder gaat dan louter bilaterale samenwerking en geleidelijke politieke associatife en economische integratie omvat. Oekraïne is een belangrijk land binnen zowel het Europees nabuurschapsbeleid als het oostelijk partnerschap. De EU heeft in 1998 een Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst (PSO) met Oekraïne gesloten dat het kader voor de samenwerking op alle grote hervormingsgebieden afbakent en dat de rechtsgrond voor de onderlinge betrekkingen blijft. De betrekkingen werden verder versterkt in november 2009, toen het kabinet van ministers van Oekraïne zijn goedkeuring hechtte aan de Associatieagenda EU–Oekraïne, die in 2011 werd geactualiseerd (en in juni 2013 de steun kreeg van de Samenwerkingsraad EU-Oekraïne); deze agenda heeft tot doel de inwerkingtreding van de in 2007-2011 onderhandelde, in 2012 geparafeerde en wellicht in de nabije toekomst ondertekende nieuwe associatieovereenkomst voor te bereiden en te faciliteren.

De economische banden met de EU zijn belangrijk. De EU is één van de belangrijkste handelspartners van Oekraïne en ongeveer één derde van de buitenlandse handel van Oekraïne gaat naar de EU. In 2012 bedroeg de waarde van de Oekraïense invoer uit de EU 23,8 miljard EUR en van de uitvoer 14,6 miljard EUR. Oekraïne is ook sterk afhankelijk van de EU wat BDI en andere financiële stromen betreft. In het kader van de associatieovereenkomst heeft de EU in 2011 eveneens onderhandelingen met Oekraïne afgerond over de totstandbrenging van een diepe en brede vrijhandelsruimte (Deep and Comprehensive Free Trade Area (DCFTA)) met volledige toegang van Oekraïne tot de eengemaakte markt van de EU als doel. Op 11 maart 2014 heeft de Commissie een voorstel aangenomen voor een verordening van de Raad en het Parlement waarbij de douanerechten op goederen van oorsprong uit Oekraïne tijdelijk worden afgeschaft (COM 2014/166). De voorgestelde maatregelen, die naar verwachting de komende maanden door de medewetgevers zullen worden goedgekeurd, zijn onmiddellijk van toepassing en treden buiten werking in november 2014, wanneer de voorlopige toepassing van de DCFTA van start zal gaan.

De EU-MFB is een aanvulling op de in totaal 1,565 miljard EUR aan giften die zijn gemobiliseerd in het kader van het Europees nabuurschapsinstrument, de nabuurschapsinvesteringsfaciliteit, het instrument dat bijdraagt aan stabiliteit en vrede, en het onderdeel van de EU-begroting voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid. Door de Oekraïense autoriteiten te steunen bij de totstandbrenging van een passend kader om op korte termijn het macro-economische beleid te hervormen en structurele hervormingen door te voeren, zou de MFB de meerwaarde van de totale EU-inbreng en de doelmatigheid van het EU-optreden, ook via andere financiële instrumenten, ten goede komen.

De onmiddellijke transitie in Oekraïne zal zeer moeilijk zijn en het risico op een instorting van het politieke en economische systeem is niet geweken. De nieuwe regering heeft zich er echter publiekelijk toe verbonden betekenisvolle stappen te zetten op weg naar politieke en economische hervormingen, om de corruptie aan te pakken en de instellingen en mechanismen, met inbegrip van de rechtsstaat, te versterken. Het land stelt ook een programma van economische hervormingen in het vooruitzicht, die erop gericht zijn de grondslag te leggen voor een duurzaam groeimodel.

De voorgestelde MFB is in overeenstemming met de toezegging van de EU om het onmiddellijke economische en politieke overgangsproces van Oekraïne te ondersteunen. Het pakket is eveneens conform de leidende beginselen voor het gebruik van het MFB-instrument, zoals het uitzonderlijke karakter ervan, het vervuld zijn van een aantal eerste politieke voorwaarden, complementariteit, conditionaliteit en financiële discipline. Wat de onderhavige operatie zeer bijzonder maakt, is de extreme urgentie.

Zolang de MFB-operatie loopt, zal de Commissie blijven nagaan en toetsen of aan deze criteria is voldaan. In nauwe samenwerking met de Europese Dienst voor extern optreden zal zij daarbij onder meer evalueren of de politieke voorwaarden zijn vervuld.

1.

Resultaten van de raadpleging van belanghebbende partijen en effectbeoordeling



·

Raadpleging van belanghebbende partijen



De MFB wordt verstrekt als integraal onderdeel van de internationale steun voor de economische stabilisatie van Oekraïne. Bij het opstellen van dit voorstel voor MFB hebben de diensten van de Commissie overleg gepleegd met het Internationaal Monetair Fonds, dat bezig is een omvangrijk financieringsprogramma op te zetten, en met andere multilaterale en bilaterale crediteuren en donoren. De Commissie heeft ook regelmatig contact gehad met de Oekraïense autoriteiten.

·

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid



In verband met de urgentie van het goedkeuringsproces zullen de diensten van de Commissie, bijgestaan door externe deskundigen, slechts in de loop van april en mei 2014 een operationele beoordeling van de kwaliteit en betrouwbaarheid van de financiële en administratieve procedures van Oekraïne uitvoeren.

·

Effectbeoordeling



De MFB en het bijbehorende economische aanpassingsprogramma zullen de financieringsbehoeften van Oekraïne op korte termijn helpen verlichten en beleidsmaatregelen ondersteunen die erop gericht zijn de betalingsbalans, de begroting en de duurzame groei te versterken, teneinde de dreiging van wanbetaling en instorting van de economie af te wenden. Het is de bedoeling dat de condities die aan het programma verbonden zijn, met name bijdragen tot het vergroten van de efficiëntie en de transparantie van het beheer van de overheidsfinanciën, het bevorderen van budgettaire hervormingen om de subsidies voor nutsvoorzieningen en andere uitgaven terug te dringen, het ondersteunen van de huidige inspanningen ter versterking van het sociale vangnet, het versterken van de governance in en het toezicht op de financiële sector, het krachtdadiger aanpakken van corruptie om de ontvangsten te vermeerderen, en het vergemakkelijken van de invoering van maatregelen ter verbetering van de wet- en regelgeving op het gebied van handel en investeringen.

2.

Juridische elementen van het voorstel



·

Samenvatting van de voorgestelde maatregel(en)



De Europese Unie stelt MFB ten belope van in totaal maximaal 1 miljard EUR beschikbaar aan Oekraïne in de vorm van een lening op middellange termijn. De bijstand is bedoeld om bij te dragen tot het dekken van de externe financieringsbehoeften van Oekraïne in 2014.

De bijstand zal worden verstrekt in één of twee tranches en gekoppeld zijn aan de voorwaarde dat er een regeling met het IMF is en dat Oekraïne welbepaalde structurele hervormingsmaatregelen neemt die in een memorandum van overeenstemming tussen de Commissie namens de EU en Oekraïne worden vastgelegd. Dat memorandum van overeenstemming zal in overleg met het IMF en de Wereldbank worden opgesteld. Omdat het voor Oekraïne van kapitaal belang is een krachtig macro-economisch beleid te voeren en ambitieuze hervormingen ten uitvoer te leggen, wordt het niet passend geacht om het geld ter beschikking te stellen zonder dat daaraan specifieke condities zijn verbonden. De geprefereerde optie is derhalve om de bijstand uit te keren in twee tranches: een eerste op voorwaarde dat de regeling met het IMF er is en een tweede op voorwaarde dat de overeenkomen condities zijn vervuld. Tussen de twee tranches zal een periode van minstens drie maanden zitten. De terbeschikkingstelling van de eerste tranche (van potentieel 500 miljoen EUR) wordt in het vooruitzicht gesteld voor juni 2014 en de tweede in het najaar. Mocht de Commissie in het licht van de buitengewoon urgente financieringsbehoeften evenwel besluiten dat verstrekking van de bijstand in één tranche wenselijk is, dan zal zij dit in elk geval afhankelijk stellen van de voltooiing van enkele kritieke eerste maatregelen.

Bij het opstellen van de lijst van voorwaarden of eerste maatregelen om de bijstand ter beschikking te stellen, zal de Commissie focussen op structurele hervormingen voor een beter macro-economisch bestuur in het algemeen en op de voorwaarden voor duurzame groei (zoals transparantie en efficiëntie van het beheer van de overheidsfinanciën; budgettaire hervormingsmaatregelen; governance in en toezicht op de financiële sector; hervormingen ter versterking van het sociale vangnet, en hervormingen ter verbetering van de wet- en regelgeving op het gebied van handel en investeringen).

De bijstand wordt beheerd door de Commissie. Daarbij zijn met het Financieel Reglement strokende specifieke bepalingen ter preventie van fraude en andere onregelmatigheden van toepassing.

Het besluit om de volledige MFB in de vorm van leningen te verstrekken, wordt gerechtvaardigd door het ontwikkelingsniveau (afgemeten aan het inkomen per hoofd van de bevolking) en de schuldindicatoren van Oekraïne. Het is tevens in overeenstemming met de behandeling die Oekraïne ten deel valt van de Wereldbank en het IMF. Oekraïne komt immers niet in aanmerking voor financiering op gunstige voorwaarden van hetzij de IDA, hetzij het IMF.

·

Rechtsgrondslag



De rechtsgrondslag voor dit voorstel is artikel 213 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). Omdat het niet mogelijk zou zijn om de voorgestelde bijstand nog in de eerste helft van 2014 uit te keren en zodoende niet in de urgente financieringsbehoeften van Oekraïne zou kunnen worden voorzien als het besluit door het Parlement en de Raad op grond van artikel 212 VWEU volgens de gewone wetgevingsprocedure moet worden vastgesteld, is het gerechtvaardigd artikel 213 VWEU – dat in goedkeuring van het besluit door de Raad voorziet – als grondslag te nemen. 

·

Subsidiariteitsbeginsel



Het voorstel betreft een gebied dat niet onder de exclusieve bevoegdheid van de EU valt. Het subsidiariteitsbeginsel is van toepassing voor zover de doelstelling om de macro-economische stabiliteit op korte termijn in Oekraïne te herstellen onvoldoende kan worden verwezenlijkt door de lidstaten alleen en derhalve beter door de Europese Unie kan worden verwezenlijkt. De belangrijkste redenen zijn de budgettaire beperkingen op nationaal niveau en de behoefte aan krachtige donorcoördinatie met het oog op een maximalisatie van de omvang en doeltreffendheid van de bijstand.

·

Evenredigheidsbeginsel



Het voorstel is in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel: het blijft beperkt tot hetgeen minimaal vereist is om de doelstellingen van macro-economische stabiliteit op korte termijn te verwezenlijken door het risico op wanbetaling te verminderen en gaat niet verder dan voor dat doel nodig is.

Het bedrag van de bijstand is relatief beperkt te noemen in verhouding tot de totale externe financieringsbehoeften van Oekraïne in 2014 en 2015. Gezien de bijstand die door andere bilaterale en multilaterale donoren en crediteuren aan Oekraïne is toegezegd, wordt dit als een passend niveau van lastendeling voor de EU beschouwd.

· Complementariteit

De voorgestelde MFB vormt een aanvulling op de bijstand die door andere multilaterale en bilaterale donoren in het vooruitzicht wordt gesteld in het kader van het door het IMF ondersteunde economische programma. Daarnaast vormt de MFB een aanvulling op de giften en leningen die door de EU zijn gemobiliseerd in het kader van de gewone EU-samenwerkingsinstrumenten (met name het Europees nabuurschapsinstrument) en door de Europese Investeringsbank worden verstrekt.

·

Keuze van instrumenten



Projectfinanciering of technische bijstand zou niet geschikt of afdoende zijn voor de verwezenlijking van deze macro-economische doelstellingen. De belangrijkste meerwaarde van MFB in vergelijking met andere EU-instrumenten is de tenuitvoerlegging op korte termijn om de externe financiële druk te verlichten en de totstandkoming van een stabiel macro-economisch kader te faciliteren, onder meer door de totstandkoming van een houdbare betalingsbalans- en begrotingssituatie en een geschikt kader voor structurele hervormingen te bevorderen. Door aan de totstandbrenging van een geschikt algemeen kader voor het macro-economische en het structurele beleid bij te dragen, kan MFB de doeltreffendheid vergroten van de acties die in Oekraïne in het kader van andere financiële instrumenten van de EU met een nauwere focus worden gefinancierd.

3.

Gevolgen voor de begroting



De geplande bijstand zou worden verstrekt in de vorm van een lening en worden gefinancierd met behulp van een door de Commissie namens de EU opgenomen lening. De kosten van de bijstand voor de begroting zijn gelijk aan het bedrag van de voorziening dat uit begrotingsonderdeel 01 03 06 ("Voorziening van het Garantiefonds") in het Garantiefonds voor externe maatregelen moet worden gestort en dat overeenstemt met 9% van de uitgekeerde bedragen. Ervan uitgaande dat de lening in 2014 zal worden uitgekeerd, zal de voorziening volgens de regels van het garantiefondsmechanisme worden gestort in het kader van de begroting 2016.

4.

Facultatieve elementen



·

Evaluatie-/herzienings-/vervalbepaling



Het voorstel bevat een vervalbepaling. De voorgestelde MFB zou beschikbaar worden gesteld gedurende één jaar vanaf de eerste dag na de inwerkingtreding van het memorandum van overeenstemming, met een mogelijkheid tot verlenging indien nodig.