Toelichting bij COM(2014)173 - Dialogen met de burgers als bijdrage aan de ontwikkeling van een Europese openbare ruimte

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

52014DC0173

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S Dialogen met de burgers als bijdrage aan de ontwikkeling van een Europese openbare ruimte /* COM/2014/0173 final */


1.

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S


Dialogen met de burgers als bijdrage aan de ontwikkeling van een Europese openbare ruimte

Terwijl Europa bezig is de financiële en economische crisis te boven te komen, worden steeds meer beslissingen op Europees niveau genomen die directe gevolgen hebben voor het leven van de burgers. Daarom is nu de tijd aangebroken om te gaan nadenken hoe wij de democratische structuren van onze Unie meer kunnen versterken. Voordat Europa hiertoe grootschalige hervormingen gaat doorvoeren, is het noodzakelijk dat nationale en Europese politici een breed debat met de burgers aangaan over hoe ons Europa er in de toekomst moet gaan uitzien. Dit moet een echt Europees debat zijn, waarin de burgers centraal staan.

Daarom heeft de Europese Commissie ter aanvulling op de reeds bestaande instrumenten waarin burgers rechtstreeks betrokken worden een nieuw communicatiemiddel ontwikkeld en getest: dialogen met de burgers. Dit idee bouwt voort op het model van zogenoemde 'town-hall meetings' of plaatselijke fora waarin politici naar burgers luisteren en met hen discussiëren over de beleidsmaatregelen en beslissingen die worden genomen.

In alle lidstaten zijn er in totaal 51 dialogen met burgers gehouden. Van de 28 Europese commissarissen hebben 22 hieraan deelgenomen, doorgaans samen met vertegenwoordigers van het Europees Parlement en nationale of plaatselijke politici (zie de tabel in de bijlage). Hiermee hebben de dialogen met de burgers een echt Europees karakter gekregen, die nog wordt versterkt door het feit dat in veel lidstaten nu soortgelijke debatten op nationaal, regionaal en plaatselijk niveau worden georganiseerd.

Deze reeks van ruim vijftig dialogen ging van start in september 2012 en liep door tot in maart 2014. Dit gebeurde rondom het Europees Jaar van de burger, en de debatten speelden een sleutelrol bij de doelstellingen van dat jaar: het vieren van het twintigjarig bestaan van het EU-burgerschap dat met het Verdrag van Maastricht werd geïntroduceerd, en het banen van de weg naar de verkiezingen voor het Europees Parlement in mei 2014. Dit wordt een cruciaal moment voor burgers om te beslissen welke koers zij Europa willen laten varen.

De ervaring van de Commissie met de dialogen gedurende die 18 maanden heeft aangetoond dat zij in potentie een doeltreffende aanvulling zijn op de reeds bestaande instrumenten die burgers in staat stellen hun rechten als EU-burgers volledig te benutten, zoals openbare raadplegingen. De dialogen geven burgers een extra kans op zeggenschap in de beslissingen die op Europees niveau worden genomen. De debatten hebben burgers in de gelegenheid gesteld om hun mening te uiten en vragen te stellen over de kwesties die voor hen het belangrijkst waren (zoals het overwinnen van de economische crisis). Tegelijkertijd kregen commissarissen en andere politici de gelegenheid om uit de eerste hand naar burgers te luisteren, om hun beleidsmaatregelen uit te leggen en om te wijzen op de tastbare gevolgen van op Europees niveau genomen beslissingen voor burgers en hun leven. Zodoende hebben de dialogen zich bewezen als een instrument om mensen te informeren, het vertrouwen in de Europese en nationale instellingen te herstellen en burgers ervan bewust te maken dat hun stem wel degelijk telt in de EU.

Het feit dat bij de dialogen leden van EU-instellingen en spelers op nationaal niveau betrokken waren en dat de opzet van de dialogen zich binnen de lidstaten verder heeft verspreid en daar een hefboomeffect heeft, laat duidelijk zien dat de dialogen op doeltreffende wijze kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van een Europese openbare ruimte. Een ruimte waarin Europeanen met elkaar in plaats van over elkaar praten, waarin vanuit een Europees gezichtspunt over Europese kwesties wordt gediscussieerd, waarin een Europees verhaal ontstaat dat gebaseerd is op onze gezamenlijke waarden en waarin rekening wordt gehouden met specifieke nationale en regionale omstandigheden. Tegelijkertijd maakt deze ruimte het tevens mogelijk om aan burgers duidelijk te maken dat zij, net zoals op nationaal niveau, ook op Europees niveau specifieke keuzes hebben voor de politiek en het beleid.

2.

Politieke context: een kans om de democratie te versterken


3.

1.1. Grote stappen vooruit


De financiële en economische crisis heeft als katalysator voor verandering gewerkt. De krachtige maatregelen om tot een verdergaande Economische en Monetaire Unie te komen hebben meer coördinatie en besluitvorming op Europees niveau met zich meegebracht. De Europese Unie heeft een enorme sprong voorwaarts gemaakt. Zij heeft nieuwe instrumenten en beleidsmaatregelen opgezet om de gevolgen en diepere oorzaken van de crisis aan te pakken en om escalatie van problemen in de toekomst te voorkomen – bijvoorbeeld door het creëren van het Europees Stabiliteitsmechanisme met de mogelijkheid om 500 miljard EUR te lenen; door het instellen van het Europees semester om het economisch en fiscaal beleid van de lidstaten veel krachtiger te coördineren; en door het invoeren van centrale onderdelen van de Europese Bankenunie om het financieel stelsel stabieler te maken en te voorkomen dat de belastingbetaler opdraait voor fouten van bankbestuurders. Deze veranderingen moeten worden opgevolgd door hervormingen die deze nieuwe structuren veel democratischer maken, en die transparantie en verantwoordingsplicht garanderen.

De 'Blauwdruk voor een hechte Economische en Monetaire Unie'[1] heeft een overzicht gegeven welke institutionele veranderingen benodigd zijn en hoe politieke bewustwording en invloed kunnen worden opgebouwd. Hiermee is de grondslag gelegd voor voorstellen waarmee vooruitgang wordt geboekt in de richting van een fiscale unie en uiteindelijk een hechtere politieke unie.[2]

De crisis heeft geleid tot een dalend vertrouwen in bestuur en politiek leiderschap op zowel nationaal als Europees niveau. Om dit tegen te gaan moeten meer activiteiten worden ontplooid om in gesprek te gaan met de burgers, naar hen te luisteren en hen te informeren over hoe EU-beleid hen kan helpen, over hoe zij de rechten die het EU-burgerschap hun geeft kunnen uitoefenen en over hoe zij gebruik kunnen maken van ons stelsel van de representatieve democratie om hun stem op Europees niveau te laten horen. Het debat met burgers over de politieke verandering die wij nodig hebben, moet plaatsvinden voordat er nieuwe structuren worden opgezet in plaats van daarna.

De benaderingen vanuit sectorale EU-beleidsterreinen om het vertrouwen van burgers in het EU-bestuur te herstellen door middel van dialogen, bijvoorbeeld op het gebied van onderzoek, vormen een belangrijke aanvulling op het initiatief van dialogen met de burgers.[3]

4.

1.2. De noodzaak om het vertrouwen te herstellen


De dialogen met de burgers staan centraal in deze kwestie. Zij zijn gestart op het moment dat de Eurobarometerpeilingen lieten zien dat van het voorjaar van 2007 tot het najaar van 2013 de crisis bijdroeg aan een daling van het vertrouwen in de EU van 57 % naar 31 % en van het vertrouwen in nationale instellingen van 41 % naar 23 %.[4] Zo is de laatste jaren het publieke imago van de EU ook verslechterd en zijn Europeanen minder optimistisch geworden over de toekomst van de Unie.[5]

5.

Standaard Eurobarometer 80 - najaar 2013


De daling van het vertrouwen loopt parallel met een wijdverbreid gevoel bij Europeanen dat hun stem niet telt. Terwijl het aantal Europeanen dat zich kan vinden in de stelling 'Mijn stem telt in de EU' van 38 % in het voorjaar van 2009 naar slechts 29 % in het najaar van 2013 is gedaald, is het aantal mensen dat het niet met deze stelling eens is van 53 % naar 66 % gestegen.[6] Slechts in één lidstaat – Denemarken – heeft meer dan de helft van de bevolking het gevoel dat zij daadwerkelijk invloed op de agenda van de EU kunnen hebben. In sommige van de lidstaten die bijzonder zwaar door de crisis zijn getroffen — Cyprus, Griekenland en Portugal — deelt slechts 11-18 % van de burgers deze mening.[7]

6.

QA19.a.3. Geef aan in hoeverre u het wel of niet eens bent met de volgende stellingen. Mijn stem telt in de EU


|| Helemaal mee eens|| Helemaal niet mee eens|| Weet niet

7.

Standaard Eurobarometer 80 - najaar 2013


8.

1.3. Dialogen met de burgers: een nieuwe opzet met een Europees karakter


De dialogen met de burgers werden opgezet als openbaar toegankelijke evenementen waarin burgers werden uitgenodigd om hun mening via een aanpak gelijk aan die van zogenoemde town-hall meetings in de gehele Unie te delen. De dialogen werden georganiseerd in sessies van 1,5 tot 2 uur met drie discussieonderwerpen: het herstel van de economische crisis, de rechten van burgers en de toekomst van Europa. Daarnaast werden andere kwesties besproken die specifiek betrekking hadden op het betreffende land en het deskundigheidsterrein van de bij het debat betrokken commissarissen. Over het algemeen genomen maakte het open karakter van de debatten het voor burgers mogelijk om elke kwestie naar voren te brengen die zij wilden.[8] De informatie over de evenementen werd alom in regionale media, op de websites van de vertegenwoordigingen van de Commissie en via sociale media gepubliceerd. Omdat de dialogen volledig open evenementen waren, konden de deelnemers niet worden beschouwd als een representatieve steekproef van de EU-bevolking als geheel. De meningen die tijdens de evenementen door de burgers werden geuit kwamen echter wel overeen met de representatieve enquêtes die de Commissie regelmatig houdt.

Het doel van de dialogen was om burgers in staat te stellen hun vragen over de toekomst van de Unie en het EU-beleid rechtstreeks aan Europese en nationale politici voor te leggen. De burgers werden in de gelegenheid gesteld om hun mening naar voren te brengen en concrete informatie te verkrijgen, maar ook om te zien dat het EU-beleid een menselijk gezicht heeft. Uit de reacties van zowel de betrokken burgers als de politici evenals uit de berichtgeving in de media blijkt dat deze doelstelling – die duidelijk aansloot bij de verwachtingen van de deelnemers – werd bereikt. De rechtstreekse uitwisselingen zijn ook een geschikt middel gebleken om aan burgers te laten zien dat Europese politici, net zoals nationale politici, voor een bepaald politiek standpunt en beleid staan.

De evenementen hadden al vanaf het begin een Europees karakter. Bij de meeste dialogen voegden leden van het Europees Parlement evenals nationale, regionale en plaatselijke politici zich bij de commissarissen. Vooral leden van het Europees Parlement waren bij veel van de debatten betrokken, waarbij zij soms het podium met commissarissen deelden en soms een bijdrage leverden met vragen of verklaringen. Ook een groot aantal hooggeplaatste nationale en regionale politici was bij de debatten betrokken, zoals de president van Bulgarije, de vicekanselier van Oostenrijk en de ministers-presidenten van sommige Duitse en Oostenrijkse deelstaten. De burgemeesters van de gaststeden speelden een sleutelrol in het contact met de burgers. Zij hielpen mensen om de kloof tussen plaatselijke en Europese kwesties te overbruggen en om de Europese dimensie van plaatselijke problemen in te zien, en omgekeerd.

Bij deze aanpak werd onderstreept dat bij een breed debat over Europese kwesties alle niveaus betrokken horen te zijn, van Europees tot plaatselijk. Mede hierdoor werden de dialogen ware Europese evenementen, die bijdroegen aan de ontwikkeling van een Europese openbare ruimte. Dit gegeven werd versterkt door diverse instrumenten en technieken.

Alle debatten werden rechtstreeks via webstreaming uitgezonden in de taal of talen van de gastregio en in het Engels, terwijl de moderators vragen stelden of opmerkingen doorgaven via sociale media, hoofdzakelijk via Twitter (met de speciaal daarvoor aangemaakte hashtag #eudeb8) en via de accounts van de Commissie op Facebook. Het platform www.debatingeurope.eu bood de gelegenheid voor vervolgdiscussies.[9] Een aantal debatten werd ook rechtstreeks uitgezonden door regionale of nationale televisiezenders van het gastland.

Vooral de activiteiten in sociale media voor, tijdens en na elk evenement bleken meer te betekenen dan het ontsluiten van een rechtstreeks evenement voor de wereld van internet. Zij maakten het mogelijk om de dialogen in de diverse lidstaten te koppelen en om deelnemers aan eerdere debatten in staat te stellen aan vervolgdialogen deel te nemen. Bij een onlinedialoog waren burgers uit heel Europa via de televisie, webstreaming en sociale media betrokken.

Bij sommige dialogen waren burgers uit meerdere landen rechtstreeks betrokken: het debat in Esch was bijvoorbeeld bedoeld voor burgers uit de 'Grande Région', die Luxemburg en naburige delen van Frankrijk, België en Duitsland bestrijkt, terwijl bij de dialoog in Triëst deelnemers uit Italië, Slovenië, Kroatië en Oostenrijk betrokken waren.

Ter afsluiting van deze reeks dialogen is een pan-Europees evenement op 27 maart 2014 gepland, met deelnemers uit alle steden waar de ruim 50 dialogen in alle lidstaten tussen september 2012 en maart 2014 werden gehouden. Dit evenement, dat een hele dag zal duren, vindt plaats vlak voor de laatste fase van de campagne voor de verkiezingen voor het Europees Parlement van 2014 en zal de deelnemers in staat stellen om met een aantal Europese en nationale politici in debat te gaan. Het is een kans om te laten zien dat het er in de Europese politiek, net zoals in nationale politiek, om gaat dat burgers voor beleid kiezen waar hun voorkeur naar uitgaat.

9.

De onlinedialoog


Bij de onlinedialoog[10] waren burgers uit heel Europa betrokken. Er werd gebruikgemaakt van sociale media om een debat door de gehele EU te kunnen houden. De dialoog werd voorafgegaan door een hangout met bloggers[11] uit verschillende lidstaten die zich op internet en in sociale media bezighouden met politieke kwesties. Deze twee onlinedebatten waren aanleiding tot ruim 15 000 berichten in sociale media, bijna 5 000 views op YouTube en 40 berichtgevingen in de media.

De onlinedialoog zelf was georganiseerd in samenwerking met Euronews. Een van de kerndoelen was om het evenement open te stellen voor zo veel mogelijk mensen, zodat ook vragen konden worden gesteld door mensen die niet konden inloggen op de voorafgaande hangout, die om technische redenen slechts voor een beperkt aantal burgers beschikbaar was. De onlinedialoog nam de vorm aan van een Google Hangout, en werd rechtstreeks op YouTube gewebstreamd. Er werd een primetime live-interview gevolgd op het platform 'Global Conversation' van Euronews (een combinatie tussen een traditionele televisie-uitzending en een onlinediscussieforum).

Het aantal onlinegesprekken en chats met bloggers dat de onlinedialoog teweegbracht, was aanzienlijk hoger dan bij de gewone dialogen met de burgers. Dat is een interessant gegeven waar lering uit kan worden getrokken voor de toekomst voor wat betreft alternatieve manieren om in gesprek te gaan met verschillende groepen burgers. Gelet op het specifieke publiek dat via internet wordt bereikt, is het duidelijk dat een dergelijk evenement als aanvulling moet worden gezien op rechtstreekse, persoonlijke uitwisselingen.

10.

1.4. Vergroting van het bereik


Inherent aan het idee van dialogen met de burgers was het feit dat alle burgers konden deelnemen zonder dat zij grondige kennis van de Europese Unie en het Europese beleid hoefden te hebben. Enkele uitzonderingen daargelaten spraken de burgers die aan de dialogen deelnamen voor zichzelf en niet namens bepaalde belangengroeperingen. De deelnemers werden niet vooraf geselecteerd: het waren gewoon mensen die geïnteresseerd zijn in Europa en die graag in gesprek wilden gaan met Europese en nationale beleidsmakers.

Om de dialogen zinvoller voor de deelnemers te maken organiseerde de Commissie in veel lidstaten (waaronder Tsjechië, Frankrijk, Litouwen en Spanje) voorbereidende en vervolgdebatten (rechtstreeks of via internet). Hiermee werden deelnemers geholpen om hun prioriteiten voor de komende dialoog te stellen en werd de door de discussies gewekte belangstelling daarna vastgehouden.

Voor de dialogen in Zweden en Italië werd een doeltreffende aanpak ontwikkeld met themagesprekken (met of zonder EU-commissarissen), die voorafgaand aan de nationale dialoog zelf in diverse regio's werden georganiseerd. Zodoende kon men zich goed voorbereiden op de thema's die van bijzonder belang waren voor mensen in die landen.

Bij de meeste dialogen werd samengewerkt met een of meerdere media. Meestal waren dat plaatselijke of regionale kranten en plaatselijke en regionale radio- en televisie-omroepen. In sommige gevallen werden de dialogen door nationale televisie-omroepen volledig live of kort na de evenementen gedeeltelijk uitgezonden (zo werden de dialogen bijvoorbeeld in hun geheel of gedeeltelijk live uitgezonden door de nationale televisieomroepen in Bulgarije, Griekenland, Portugal, Zweden en Kroatië).

11.

1.5. Respons


Gemiddeld waren er bij elke dialoog ongeveer 350 burgers aanwezig (met een maximum van 800 in Triëst). In totaal namen ruim 16 000 burgers deel aan de dialogen. Ruim 105 000 burgers namen via de live webstream en in sociale media deel, terwijl nog veel meer burgers de dialogen op televisie volgden. Het grote potentieel van sociale media was vooral zichtbaar bij de dialogen in Dublin, Tallinn en Barcelona, waar het aantal mensen dat het evenement actief via internet volgde, wel tot honderdmaal hoger was dan het aantal mensen in de zaal.

12.

Soorten deelname aan de dialogen


Toch is dit slechts een fractie van de totale bevolking van de EU. Hieruit blijkt dat de EU nog maar aan het begin staat van de ontwikkeling van dit communicatiemiddel. Naarmate deze opzet zich verder verspreidt, met steeds meer soortgelijke debatten die op nationaal, regionaal en plaatselijk niveau worden gehouden, heeft dit instrument een groot potentieel. Maar de dialogen vormen nu al een doeltreffende aanvulling op de communicatiemiddelen die de Commissie (en andere EU-instellingen) hanteren om rechtstreeks in contact te komen met burgers, zoals openbare raadplegingen over plannen voor nieuwe wetgeving en meer gespecialiseerde initiatieven, bijvoorbeeld Share Europe Online of Back to School.

Wat bij veel van de dialogen gebeurde, is dat er op de dag van het evenement supplementen over Europa, zijn instellingen en de rechten van burgers verschenen in regionale kranten met een totale oplage van ruim twaalf miljoen exemplaren. Tezamen met speciale interviews met de commissarissen die aan het evenement deelnamen in nationale of regionale kranten, leidde dit tot een potentieel bereik van 43 miljoen krantenlezers en 51 miljoen lezers van de desbetreffende websites.[12] Daarnaast konden miljoenen Europeanen informatie over de dialogen krijgen via televisie, radio, gedrukte en onlinemedia: in sommige lidstaten werden de evenementen live uitgezonden en verschenen er gemiddeld 38 berichtgevingen per evenement in de media, hoofdzakelijk in massamedia.

13.

Aantal berichtgevingen in de media na de dialogen (Cádiz-Amsterdam)


De berichtgeving in de media beperkte zich heel vaak niet alleen tot het land waar het debat werd gehouden, maar werd ook uitgebreid naar andere landen (bijvoorbeeld in het geval van de dialogen in Dublin, Heidelberg en Luik). Het is duidelijk dat de evenementen een aanzienlijk groter bereik hebben wanneer er berichtgeving over is in massamedia, met name op radio en televisie. Het is ook gebleken dat veel berichtgeving in de media zich behalve op het feitelijke debat ook concentreerde op bepaalde politieke punten die de commissarissen en hun partners aan de orde stelden.

De vragen en opmerkingen die na de dialogen bij de vertegenwoordigers en in het callcenter van Europe Direct binnenkwamen, tonen bovendien aan dat de debatten een effect hadden dat veel verder gaat dan bij een traditionele eenzijdige toespraak. Na de evenementen zelf bleven de burgers betrokken, omdat zij gestimuleerd werden door het interactieve karakter van de debatten. Zij stelden vragen en uitten ook kritiek op bepaalde EU-beleidsmaatregelen evenals op de algemene politieke visie van commissarissen.

14.

Geografische verspreiding van mediaberichten (Cádiz-Onlinedialoog)


15.

1.6. De meningen van burgers peilen


Ter aanvulling op de rechtstreekse bijeenkomsten hebben de Eurobarometerpeilingen de meningen van Europeanen over de toekomst van de EU en hun verwachtingen met betrekking tot bestaande en komende beleidsinitiatieven voor de Commissie en voor andere EU‑instellingen vastgelegd.[13] Het netwerk van informatiecentra van Europe Direct evenals het callcenter van Europe Direct hebben een belangrijke rol gespeeld in het voorbereiden en opvolgen van de dialogen: zij hebben burgers ingelicht over dialogen in of vlakbij hun regio en degenen die de debatten hielden meer inzicht gegeven in de bezorgdheden van burgers in hun geografische gebieden. Bovendien hebben commissarissen burgers aangemoedigd om na de evenementen onbeantwoorde vragen en feedback naar Europe Direct te sturen en ervoor gezorgd dat zij een reactie kregen.

Al in een vroeg stadium heeft de Commissie al degenen die aan de debatten deelnamen naar hun mening gevraagd. Er werd gebruikgemaakt van elektronische stemapparatuur om feedback van burgers te verkrijgen over een aantal essentiële vragen, zoals 'Hebt u het gevoel dat uw stem wordt gehoord in de EU?' en 'Denkt u dat Europa sterker uit de crisis zal komen?'. Deze vragen zijn in alle talen van de EU gepubliceerd en aangeboden door de vertegenwoordigingen van de Commissie bij andere evenementen met burgers en door het bezoekerscentrum van de Commissie in Brussel. Gedurende de 18 maanden waarin de dialogen plaatsvonden, zijn ruim 6 000 reacties ontvangen en geanalyseerd.

De feedback op de dialogen hebben tezamen met de voorbereidende en vervolgdebatten één veelzeggende uitkomst van de Eurobarometerpeilingen bevestigd: twee van de drie Europeanen hebben het gevoel dat hun stem niet wordt gehoord. Ongeveer 57 % van de deelnemers aan de dialogen deelt deze mening. Dit komt overeen met de zeer sterke wens van bijna negen van de tien deelnemers (88 %) om meer dialogen te houden.

In de lidstaten die vooral zwaar getroffen zijn door de crisis, gaven de dialogen burgers een kans om hun bezorgdheden te uiten en Europese, nationale en regionale politici rechtstreeks te confronteren en uit te dagen, maar ook om te ervaren dat politici een soms confronterend debat niet schuwen. Tegelijkertijd boden de evenementen commissarissen en andere politici de kans om te laten zien dat zij bereid zijn om te luisteren, en dat zij hun best doen om de maatregelen die worden genomen om de crisis te overwinnen uit te leggen.

16.

1.7. Onderwerpen die in de debatten aan de orde kwamen


In de dialogen kwam een grote verscheidenheid aan thema's aan bod. De onderwerpen waarover werd gesproken, maakten duidelijk welke kwesties het belangrijkst zijn voor Europeanen – en wat zij van politieke leiders verwachten om ze aan te pakken. In veel gevallen weerspiegelden de meningen en vragen die in de zaal naar voren kwamen, de meningen en vragen die de peilingen zichtbaar maakten.

17.

Peilingen onder deelnemers aan dialogen (Cádiz-Boekarest)


Zo benadrukten zowel de peilingen als de debatten bijvoorbeeld het feit dat burgers in alle lidstaten, of zij nu wel of niet persoonlijk door de crisis worden getroffen, zich zorgen maken over de economische en maatschappelijke gevolgen daarvan (met name over het gevaar van een 'verloren generatie' van jongeren die met werkloosheid worden geconfronteerd). De belangrijkste waarneming op dit gebied is dat de deelnemers aan de debatten in alle lidstaten over het algemeen vonden dat solidariteit en verantwoordelijkheid hand in hand moeten gaan. Burgers in de gehele Unie hebben een krachtig signaal uitgezonden dat voor hen de EU over solidariteit gaat.

De stem van burgers:

"Bent u van mening dat Europa meer zou moeten doen om ons te helpen uit de crisis te komen?" — 66,9 % van de deelnemers antwoordde 'ja' bij de dialoog in Berlijn (10 november 2012)[14].

"Europa is Griekenland, en Griekenland is Europa. Dat betekent Unie." — Tweet bij de dialoog in Dublin (10 januari 2013).

"Wat wil solidariteit zeggen? We moeten niet een hele generatie verliezen. We zijn een Unie van mensen!" — Jongeman bij de dialoog in Thessaloniki (22 maart 2013).

De rechten die EU-burgers door de verdragen hebben verkregen, vormden een prominent onderdeel van de dialogen. De deelnemers richtten zich met name op het recht van vrij verkeer en beleidsmaatregelen die het creëren van banen stimuleren door middel van onderwijs en opleiding.

De stem van burgers:

"Hoe kunnen we rechtvaardigheid en het doel van 75 % werkgelegenheid bereiken zolang mannen en vrouwen nog steeds geen gelijk loon krijgen?’ — Vrouw bij de dialoog in Dublin (10 januari 2013).

"PRISM en TEMPORA hebben ons wakker geschud. De wetgeving in de EU op het gebied van toezicht moet worden getoetst. Het Europees Hof van Justitie heeft gezegd dat de regelgeving voor het verzamelen en opslaan van gegevens niet doeltreffend is, en dat houdt een schending in van de fundamentele rechten." — Man bij de dialoog in Heidelberg (16 juli 2013).

"Ik heb in Erasmus gezeten. En nu zit ik in de Europese vrijwilligersdienst en ontmoet ik mensen vanuit heel Europa, en het is een fantastisch gevoel om tijd, ideeën en dromen met hen te delen … We willen graag samen zijn, maar we lijden ook samen … We vragen aan degenen die nu aan de macht zijn ons de kans te geven om deel uit te maken van deze interculturele manier van leven." — Bericht dat na de dialoog in Brussel (4 mei 2013) op debatingeurope.eu werd geplaatst.

"Het vrije verkeer wordt aangetast door populistische politici. De EU moet maatregelen nemen tegen de discriminatie van Roemeense burgers in sommige lidstaten." — Deelnemer aan de onlinedialoog (16 januari 2014).

Voor wat betreft de toekomst van Europa is meer dan de helft van de burgers (54 %) die deelnamen aan de evenementen van het Europees Jaar van de burger, voorstander van meer Europese integratie. Bovendien ondersteunden drie van de vier deelnemers in de dialogen (74 %) het idee van een hechtere politieke unie.

De stem van burgers:

"Wat we nodig hebben is een echte politieke unie. Het is hoog tijd om in Europa verenigde politieke partijen te hebben die de mensen vertegenwoordigen. Het is tijd om een enorme sprong naar federalisme te maken." — Jongeman bij de dialoog in Brussel (4 mei 2013).

"We hebben een centrale federale regering nodig … want anders zullen we verdeeld zijn en een voor een opgegeten worden, ook reuzen als Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk." — Bericht dat na de dialoog in Brussel (4 mei 2013) op debatingeurope.eu werd geplaatst.

"De verkiezingen voor het Europees Parlement zouden een geweldig moment zijn om het grote geheel in beeld te brengen en te laten zien wat onze gemeenschappelijke identiteit is." — Deelnemer aan de onlinedialoog (16 januari 2014).

Veel opmerkingen die burgers tijdens de dialogen en de vervolgdebatten maakten, benadrukten hun standpunt dat economische integratie hand in hand moet gaan met meer democratie. De deelnemers geloven in een democratie van Europese vertegenwoordiging: 87 % van hen gaf aan dat zij in de verkiezingen voor het Europees Parlement van 2014 hun stem zouden uitbrengen. Een rechtstreekse verkiezing van de volgende voorzitter van de Commissie werd verwelkomd door ongeveer twee van de drie deelnemers (61 %).

De stem van burgers:

"Er zijn 15 000 studiebeurzen afgeschaft. Studenten leven in slechte omstandigheden of moeten hun studie helemaal stoppen. Ze hebben honger. De Commissie en de trojka zijn hiervoor verantwoordelijk." — Student bij de dialoog in Coimbra (22 februari 2013).

"De Europese leiders moeten hun aanpak veranderen en ook de democratische waarden (opnieuw) neerzetten. De economie is iets heel belangrijks, maar Brussel moet zich inzetten voor de welvaart van de mensen. — Ja! Als een hervormde federatie van burgers. De Europese integratie is het intergouvernementele circus ontgroeid. — Het is helemaal geen democratie! Op het moment dat ik rechtstreeks kan stemmen over de wetgeving en wat er gaat gebeuren, zal ik dat waarschijnlijk wel doen." — Tegengeluiden die na de dialoog in Brussel (4 mei 2013) op debatingeurope.eu werden geplaatst.

"Europa is de hoop en droom van jonge Oekraïners." — Deelnemer aan de onlinedialoog (16 januari 2014).

Een opvallend thema dat naar voren kwam, vooral nadat eind 2012 de Nobelprijs voor de Vrede aan de EU was toegekend, was vrede. Tegen de achtergrond van het feit dat de Eerste Wereldoorlog honderd jaar geleden begon – en dat de Balkanoorlogen van nog geen generatie geleden nog steeds vers in het geheugen liggen – hebben zowel burgers als politici benadrukt dat de allerbelangrijkste verworvenheid van de Unie eruit bestond dat het eeuwenlang bloedvergieten in ons werelddeel tot een einde was gebracht.

Veel deelnemers, vooral jongeren, waren er trots op dat zij een gezamenlijke Europese geschiedenis delen en tot een Europese cultuur behoren. Zoals bij veel van de andere evenementen tijdens het Europees Jaar van de burger bleek uit de meeste dialogen dat Europeanen werkelijk belang stellen in de waarden waarop de Unie is gebaseerd. Zij verwachten dat de Europese integratie democratie, de rechtsstaat en de mensenrechten bevordert en een eerlijke maatschappij waarborgt die iedereen gelijke kansen biedt.

Tot slot valt uit de feedback op de dialogen sinds september 2012 op te maken dat burgers – bij de volgende verkiezingen voor het Europees Parlement en daarna – een keuze willen hebben tussen concurrerende politieke ideeën. Deze zouden de belangrijkste onderliggende thema's van eenheid, democratie en solidariteit aanpakken.

De stem van burgers:

"Wij zijn blij dat u hier naar ons eiland bent gekomen, waar de mensen die door de fascistische regering van het vasteland werden verbannen in het geheim in de grotten of op de stranden bijeen moesten komen. Tijdens de oorlog hebben Altiero Spinelli en anderen hier hun visie van Europa ontwikkeld toen er geen hoop leek te zijn." — Burgemeester Giuseppe Assenso van Ventotene bij de dialoog in Ventotene (27 mei 2013).

"Elke vorm van discriminatie (zowel in gunstige als ongunstige zin) berooft de ziel van rechtvaardigheid, gelijkheid en fair play." — Bericht na de dialoog in Tallinn (14 september 2013).

18.

Conclusies en toekomstige stappen: hoe wij dit instrument verder kunnen ontwikkelen


De dialogen met de burgers zijn een nieuw instrument, een experiment voor pan-Europese communicatie dat eerst op kleine schaal is begonnen. De 51 dialogen tussen september 2012 en maart 2014 zijn voor iedereen die erbij betrokken was een leerproces geweest. Zij bieden een waardevolle basis om dit initiatief verder te ontwikkelen, vooral met het oog op het bereik. Open debatten tussen Europese, nationale en regionale politici – die beslissingen over het beleid nemen – en de Europese burgers – die de gevolgen van die beslissingen in hun dagelijks leven ervaren – laten zien dat de EU-instellingen een menselijk gezicht hebben. Bovendien helpen zij commissarissen en andere politici om nieuwe inzichten te verkrijgen.

Gelet op de belangrijke institutionele en politieke beslissingen die de komende jaren moeten worden genomen, is het in het belang van zowel burgers als politici om dit soort debatten ook na de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2014 voort te zetten. Om voor een echt Europees debat te zorgen moet er op alle niveaus – Europees, nationaal, regionaal en plaatselijk – aan worden deelgenomen.

De eerste tekenen dat deze opzet op nationaal niveau wordt opgepakt zijn reeds zichtbaar, want in landen zoals Duitsland, Bulgarije en Ierland starten nationale politici al hun eigen dialogen. Voormalige politici, academici en denktanks beginnen ook debatten te organiseren. Dit geeft aan dat er onder de burgers een sterke behoefte is aan dit soort interactie, en dat dit een werkelijk potentieel heeft om een blijvend Europees project te worden. Dit idee wordt ondersteund door het feit dat in diverse lidstaten, waaronder Frankrijk, Italië, Polen en Zweden, de voorbereiding en organisatie van de dialogen met de burger hebben geleid tot het ontstaan van informele netwerken. Deze netwerken kunnen een hefboomeffect van dit initiatief teweegbrengen en het debat levendig houden door het bijeenbrengen van EU‑politici, nationale en regionale overheden, vertegenwoordigingen van de Commissie en de informatiekantoren van het Europees Parlement, individuele burgers en organisaties in het maatschappelijk middenveld.

Er is een debat op gang gekomen. De dialogen met de burgers hebben aangetoond dat Europese burgers er klaar voor zijn en ertoe bereid zijn om over Europese kwesties in discussie te gaan en 'het debat met de nationale kiezers vraagt om een echt Europees perspectief'.[15] De pan-Europese dialoog op 27 maart 2014 – met deelnemers uit alle steden waarin eerder een dialoog is gehouden evenals burgers die deelnamen aan de onlinedialoog – zou hier nog een verdere impuls aan moeten geven.

Zodoende vormen de dialogen een van de onderdelen van het brede Europese debat die nodig zijn voordat wij de vergaande veranderingen aanbrengen die nodig zijn om een nog democratischere Unie op te bouwen. Zij zijn nu al een van de instrumenten geweest om aan Europeanen duidelijk te maken dat zij bij de komende verkiezingen voor het Europees Parlement echt een keuze hebben - en dat hun stem wel degelijk telt.

[1] COM(2012) 777.

[2] COM(2012) 777 final/2; zie ook de State of the Union van 2013.

[3] Een goed voorbeeld daarvan is het Voices-project (www.voicesforinnovation.eu), een proces van rechtstreeks burgeroverleg in de gehele EU, waarin ideeën van burgers worden verzameld en vervolgens worden meegenomen in de ontwikkeling van het beleid op het gebied van onderzoek en innovatie. Zo versterken het project "Have your say…about science" van het 'Special Initiative for Citizen Engagement in Science' en de 'Mobilisation and Mutual Learning Action Plans' ook de betrokkenheid van het publiek en van meerdere spelers bij onderzoek en innovatie.

[4] Standaard Eurobarometer 80 (najaar 2013), blz. 5.

[5] Idem, blz. 9, hoewel de negatieve trend in het najaar van 2013 iets is verschoven.

[6] Idem, blz. 7, hoewel de negatieve trend in het najaar van 2013 iets is verschoven.

[7] Idem, blz. 8.

[8] ec.europa.eu/debate-future-europe

[9] Er is bewust voor gekozen om het debat uit te breiden naar een bestaand onlineplatform in plaats van een nieuw platform op te zetten. Het platform van Debating Europe had begin 2013 al meer dan 100 000 volgers, die werden aangemerkt als potentiële deelnemers aan de 15 onlinedebatten die rond de rechtstreekse dialogen met burgers werden georganiseerd.

[10] De onlinedialoog is hier beschikbaar: https://www.youtube.com/watch?v=QHYDoO9sVKc

[11] Hier beschikbaar: https://www.youtube.com/watch?v=QHYDoO9sVKc

[12] Brutobereik (GRP's) kranten: 42 643 868; brutobereik (GRP's ) websites: 51 202 539.

[13] Bijvoorbeeld Standaard Eurobarometer 80 (najaar 2013); Eurobarometer van het Europees Parlement 79.5 (augustus 2013).

[14] De gemiddelde uitkomst bij alle dialogen was 65,7 %.

[15] J.M. Barroso, State of the Union (2013).

19.

Overzicht dialogen met de burger


Lidstaat| Stad| Datum| Commissaris(sen)| EU-, nationale, regionale en plaatselijke politici

Spanje| Cádiz| 27/09/| Reding| Burgemeester Martinez Saiz

Oostenrijk| Graz| 05/11/| Reding| Vicekanselier Spindelegger

Duitsland| Berlijn| 10/11/| Reding| EP-lid Roth-Behrendt

Frankrijk| Parijs| 23/11/| Reding|

Italië| Napels| 30/11/| Andor| Burgemeester de Magistris

Ierland| Dublin| 10/01/| Barroso, Reding| Premier Kenny, vicepremier Gilmore, staatssecretaris van Europese Zaken Creighton (afgetreden)

Zweden| Göteborg| 18/02/| Malmström|

Italië| Turijn| 21/02/| Malmström| Burgemeester Fassino

Portugal| Coimbra| 22/02/| Reding|

Italië| Rome| 18/03/| Tajani| Burgemeester Alemanno (niet herkozen)

Griekenland| Thessaloniki| 22/03/| Reding| Burgemeester Boutaris

Italië| Pisa| 05/04/| Potočnik| Burgemeester Filippeschi

België| Gent| 12/04/| De Gucht| Burgemeester Termont

België| Eupen| 23/04/| Hahn| EP-lid Grosch, minister-president (Duitse gemeenschap) Lambertz

België| Brussel| 04/05/| Reding| (Voormalig) minister-president van het Brussels Gewest Picqué

Duitsland| Dusseldorf| 08/05/| Oettinger| EP-lid Klute

Slovenië| Ljubljana| 09/05/| Potočnik|

Polen| Warschau| 11/05/| Lewandowski|

Tsjechië| Praag| 13/05/| Füle| Staatssecretaris voor kleine bedrijven (Ierland) Perry, voorzitter van de Commissie Europese zaken van het Tsjechische parlement Bauer

Italië| Ventotene| 27/05/| Tajani| Burgemeester Assenso

Italië| Milaan| 07/06/| Hedegaard| Burgemeester Pisapia

Luxemburg| Esch| 30/06/| Reding| EP-lid Goerens, minister van werkgelegenheid Schmit, parlementslid Braz, minister van openbare werken, landbouw, plattelandszaken, erfgoed en natuurbeleid (Wallonië) Lutgen

Polen| Warschau| 11/07/| Barroso, Reding| Premier Tusk, EP-lid Thun, voormalig premier Mazowiecki

Griekenland| Heraklion| 12/07/| Damanaki| EP-lid Danellis, gouverneur Arnaoutakis

Duitsland| Heidelberg| 16/07/| Reding| Minister-president (Baden-Württemberg) Kretschmann

Bulgarije| Sofia| 23/07/| Reding| President Plevneliev

België| Namen| 13/09/| Reding| Minister-president Demotte

Estland| Tallinn| 14/09/| Kallas, Rehn|

Italië| Triëst| 16/09/| Reding| Minister van Europese zaken Moavero Milanesi

Finland| Helsinki| 24/09/| Reding| EP-lid Pietikäinen

Hongarije| Györ| 03/10/| Andor| Staatssecretaris van Europese zaken Győri, EP-lid Őry

Slowakije| Košice| 05/10/| Šefčovic| Voorzitter van het Slowaakse parlement Paška

Zweden| Stockholm| 15/10/| Reding| Minister van Europese zaken Ohlsson, EP-lid Ludvigsson

België| Luik| 17/10/| Barroso| Vicepremier Reynders (België), minister van economie (Wallonië) Marcourt

Letland| Riga| 18/10/| Piebalgs| Minister van defensie Pabriks

Malta| Valetta| 07/11/| Borg|

Frankrijk| Marseille| 14/11/| Reding| Minister van justitie Taubira

Cyprus| Limassol| 28/11/| Vassiliou|

Oostenrijk| Eisenstadt| 29/11/| Hahn| Minister-president (Burgenland) Niessl

België| Brussel| 05/12/| Vassiliou| EP-lid Durant

Litouwen| Vilnius| 13/12/| Reding|

Online| Virtuele dialoog| 16/01/| Reding|

Denemarken| Kopenhagen| 06/02/| Hedegaard|

Verenigd Koninkrijk| Londen| 10/02/| Reding| Staatssecretaris voor Europa Lidington

Spanje| Barcelona| 23/02/| Reding|

Frankrijk| Paris-Banlieue| 27/02/| Barnier| Onderminister van Europese zaken Repentin

Kroatië| Zagreb| 03/03/| Mimica|

Duitsland| Koblenz| 10/03/| Oettinger| Minister-president (Rijnland-Palts) Dreyer, staatssecretaris voor Europa (Rijnland-Palts) Conrad

Nederland| Amsterdam| 14/03/| Reding| Burgemeester Van der Laan

Roemenië| Boekarest| 17/03/| Ciolos|

EU| Pan-Europese dialoog Brussel| 27/03/| Barroso, Reding, Rehn, Potočnik, Vassiliou, De Gucht, Damanaki, Hahn, Hedegaard, Andor, Mimica| EP-lid Roth-Behrendt, burgemeester van Cádiz Martinez Saiz