Toelichting bij COM(2014)255 - Aanvraag globaliseringsfonds EGF/2012/010 RO/Mechel uit Roemenië

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Artikel 12 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020[1] voorziet in de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) zolang het jaarlijkse maximum van 150 miljoen EUR (prijzen 2011) boven de betrokken rubrieken van het financiële kader niet wordt overschreden.

De regels die van toepassing zijn op de bijdragen uit het EFG voor aanvragen die zijn ingediend tot en met 31 december 2013, zijn vastgelegd in Verordening (EG) nr. 1927/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering[2].

Op 21 december 2012 heeft Roemenië aanvraag EGF/2012/010 RO/Mechel ingediend voor een financiële bijdrage van het EFG naar aanleiding van gedwongen ontslagen bij SC Mechel Campia Turzii SA en één downstreamproducent (SC Mechel Reparatii Targoviste SRL) in Roemenië.

Na de aanvraag grondig te hebben onderzocht, heeft de Commissie overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 geconcludeerd dat aan de voorwaarden voor een financiële bijdrage op grond van deze verordening wordt voldaan.

1.

Samenvatting van de aanvraag en analyse



Belangrijkste gegevens:|

EFG-referentienummer| EGF/2012/010

Lidstaat| Roemenië

Artikel onder a)

Primaire onderneming| SC Mechel Campia Turzii SA

Leveranciers en downstreamproducenten| 1

Referentieperiode| 20.6.2012 – 20.10.2012

Startdatum voor de individuele dienstverlening| 1.3.2013

Datum van de aanvraag| 21.12.2012

Gedwongen ontslagen tijdens de referentieperiode| 825

Gedwongen ontslagen voor en na de referentieperiode| 688

Totaal in aanmerking komende gedwongen ontslagen| 1 513

Ontslagen werknemers die naar verwachting aan de maatregelen zullen deelnemen| 1 000

Uitgaven voor individuele dienstverlening (EUR)| 6 909 300

Uitgaven voor de implementatie van het EFG[3] (EUR)| 233 000

% van de uitgaven voor de implementatie van het EFG| 3,26

Totale begroting (EUR)| 7 142 300

EFG-bijdrage (50 %) (EUR)| 3 571 150

1. De aanvraag werd op 21 december 2012 bij de Commissie ingediend; aan de aanvraag werd aanvullende informatie tot en met 4 maart 2014 toegevoegd.

2. De aanvraag voldoet aan de voorwaarden voor steunverlening uit het EFG van artikel 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 1927/2006, en werd ingediend binnen de in artikel 5 van die verordening genoemde termijn van tien weken.

Verband tussen de ontslagen en de grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen ingevolge de globalisering

3. Roemenië legt een verband tussen de ontslagen en de grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen ingevolge de globalisering met als argument dat de sector van de vervaardiging van eindproducten en halffabrikaten van staal, waarin Mechel Campia Turzii en Mechel Reparatii Targoviste actief waren, door een ernstige economische ontwrichting zijn getroffen als gevolg van een snelle daling van het marktaandeel van de EU in de sector staalproducten en de groei van het marktaandeel van landen zoals China. De Roemeense autoriteiten hebben gegevens verstrekt[4] die erop wijzen dat voor de staalindustrie in zijn geheel de productie van ruw staal in de EU-27 afnam van 206,9 miljoen ton in 2006 tot 177,6 miljoen ton in 2011, wat neerkomt op een daling van het marktaandeel van de EU-27 van 16,6 % in 2006 tot 11,7 % in 2011, terwijl in dezelfde periode het marktaandeel van China steeg van 33,7 % tot 45,0 %. In de periode 2002-2011 steeg het Chinese marktaandeel van 20,2 % tot meer dan het dubbele, terwijl de EU-27 de helft van haar marktaandeel van 20,8 % verloor,

4. In de periode 2009-2011 is het zichtbare verbruik[5] van staal (ruwstaalequivalent) in de EU-27 gestegen van 127,0 miljoen ton tot 168,7 miljoen ton (+32,9 %), zonder echter het niveau van voor de crisis te bereiken, terwijl het wereldwijde verbruik toenam van 1 219,6 miljoen ton tot 1 484,7 miljoen ton (+21,7 %), waarmee de cijfers voor 2008 werden overschreden. Een soortgelijke trend werd opgetekend voor het zichtbare verbruik van eindproducten van staal, dat in de EU-27 steeg met 32,0 % in vergelijking met 21,4 % op wereldniveau. In de EU- 27 werd dit herstel van de vraag grotendeels geabsorbeerd door de invoer.

5. Tussen 2009 en 2011 steeg de invoer van halffabrikaten en eindproducten van staal in de EU- 27 van 101,0 miljoen ton tot 138,4 miljoen ton (+ 37,0 %); ter vergelijking daalde de invoer van die producten in China van 22,3 miljoen ton tot 16,3 miljoen ton (-26,9 %). In dezelfde periode steeg de uitvoer van halffabrikaten en eindproducten van staal in de EU-27 van 112,8 miljoen ton tot 145,8 miljoen ton (+ 29,2 %), maar steeg deze veel sterker in derde landen als China (+ 99,8 %), de VS (+ 43,8 %) en Zuid-Korea (+ 42,6 %), die samen goed waren voor 21,8 % van de uitvoer van halffabrikaten en eindproducten van staal op wereldwijd niveau in 2009, tegen 35,8 % voor de EU-27. Deze gegevens tonen aan dat de EU de afgelopen jaren een substantiële toename van de invoer naar de EU van halffabrikaten en eindproducten van staal heeft geregistreerd en een relatieve daling van de uitvoer van deze producten, hetgeen tezamen leidde tot een verlies aan marktaandeel van de EU in de sector halffabrikaten en eindproducten van staal, waarin Mechel werkzaam was. Deze gebeurtenissen hebben negatieve gevolgen gehad voor de prestaties van de sector, zoals wordt weerspiegeld in de druk op het concurrentievermogen van de staalindustrie van de EU op internationaal niveau en het banenverlies als gevolg van de herstructurering in de ijzer- en staalsector in Europa[6].

6. Tot op heden zijn er vijf EFG-aanvragen voor de staalsector ingediend, waarvan er vier waren bedoeld om steun te verlenen aan werknemers die werden ontslagen als gevolg van grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen ingevolge de globalisering[7] en één was bedoeld om steun te verlenen aan werknemers die werden ontslagen als rechtstreeks gevolg van de wereldwijde financiële en economische crisis[8].

Bewijsstukken voor het aantal ontslagen en naleving van de criteria van artikel 2, onder a)

7. Roemenië heeft de aanvraag ingediend in het kader van de criteria voor steunverlening van artikel 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 1927/2006, op grond waarvan ten minste 500 gedwongen ontslagen moeten plaatsvinden binnen een periode van vier maanden in een onderneming in een lidstaat, met inbegrip van de ontslagen bij leveranciers en downstreamproducenten.

8. In de aanvraag wordt melding gemaakt van 825 gedwongen ontslagen bij Mechel Campia Turzii en één downstreamproducent tijdens de referentieperiode van vier maanden van 20 juni 2012 tot en met 20 oktober 2012 en van nog eens 688 ontslagen buiten de referentieperiode, die echter verband houden met dezelfde collectieve ontslagprocedure. Alle ontslagen werden in overeenstemming met artikel 2, tweede alinea, derde streepje, van Verordening (EG) nr. 1927/2006 berekend. De Commissie heeft de overeenkomstig artikel 2, lid 2, tweede alinea, derde streepje, vereiste bevestiging ontvangen dat het hierbij om het werkelijke aantal ontslagen gaat.

Het onvoorziene karakter van deze ontslagen



9. De Roemeense autoriteiten voeren aan dat het besluit om werknemers bij Mechel Campia Turzii te ontslaan niet kon worden voorzien. In november 2009 kondigde Mechel de afronding van drie nieuwe productielijnen in zijn fabriek in Câmpia Turzii aan. Eind 2011 kwamen de bedrijfsactiviteiten van Mechel in Roemenië echter in financiële moeilijkheden als gevolg van de verliezen die het tijdens de twee voorgaande boekjaren had geleden als gevolg van de ongunstige prijzen op de Europese staalmarkten, die op hun beurt werden veroorzaakt door de stijgende prijzen van schroot en de zwakke vraag naar eindproducten. Eind 2011 heeft Mechel Campia Turzii een aantal maatregelen genomen om de personeelskosten terug te dringen (bv. opschorting van individuele loonsverhogingen, bonussen en premieregelingen; verbod op overuren; reorganisatie van ploegendiensten; arbeidsduurverkorting met evenredige aanpassing van de lonen). Deze maatregelen boden echter geen oplossing voor de financiële problemen van de onderneming, die besloot over te gaan tot collectieve ontslagen.

De bedrijven waar de ontslagen vallen en de werknemers voor wie steun wordt aangevraagd

10. De aanvraag heeft betrekking op 1 513 gedwongen ontslagen (1 441 tijdens en na de referentieperiode in Mechel Campia Turzii en 72 in Mechel Reparatii Targoviste). De Roemeense autoriteiten schatten dat 1 000 van de ontslagen werknemers zullen deelnemen aan het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening.

11. Uitsplitsing van de werknemers voor wie steun wordt aangevraagd:

Categorie| Aantal| Percentage

Mannen| 72,80

Vrouwen| 27,20

EU-burgers| 1 100,00

Niet-EU-burgers| 0,00

15-24 jaar| 0,90

25-54 jaar| 87,90

55-64 jaar| 11,20

Ouder dan 64 jaar| 0,00

12. Van de werknemers voor wie steun wordt aangevraagd, hebben er vier een langdurig gezondheidsprobleem of een handicap.

13. Uitsplitsing per beroepscategorie:

Categorie| Aantal| Percentage

Leidinggevende functies| 3,20

Intellectuele, wetenschappelijke en artistieke beroepen| 6,10

Technici en vakspecialisten| 9,10

Administratief personeel| 8,10

Dienstverlenend personeel en verkopers| 0,60

Ambachtslieden| 27,10

Bedieningspersoneel van machines en installaties, assembleurs| 44,90

Elementaire beroepen| 0,90

14. Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 heeft Roemenië bevestigd dat in de verschillende stadia van de uitvoering van het EFG, en met name bij de toegang ertoe, een beleid van gelijkheid van mannen en vrouwen en non-discriminatie is toegepast en ook verder zal worden toegepast.

Beschrijving van het betrokken gebied, de autoriteiten ervan en andere belanghebbenden



15. De ontslagen hebben grotendeels betrekking op de gemeente Câmpia Turzii en het omliggende gebied, in het zuidoosten van de provincie Cluj, in het noordwesten van Roemenië. Uit sociaaleconomisch oogpunt wordt het gebied van Câmpia Turzii gekenmerkt door een laag inkomensniveau en zwakke diversificatie van de economische activiteiten. AJOFM Cluj schat dat ongeveer de helft van de beroepsbevolking van Câmpia Turzii in de industriële sector werkzaam is. Mechel Campia Turzii was de grootste werkgever in het gebied met 1 837 werknemers (in juni 2012) en was daarmee goed voor ongeveer een derde van het totale aantal werknemers in het gebied. De lokale arbeidsmarkt is zeer beperkt, aangezien de werkloosheid in het gebied van Câmpia Turzii meestal rond 5 % ligt en de vacaturegraad zeer laag is (minder dan 0,5 %)[9].

16. De autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de maatregelen zijn de Roemeense nationale dienst voor arbeid (ANOFM) en het agentschap voor werkgelegenheid van de provincie Cluj (AJOFM Cluj).

17. Andere belanghebbenden zijn de lokale en regionale overheden, de vakbonden en de bedrijven die zullen worden gekoppeld aan de coöperatieve onderneming die zal worden opgericht ter ondersteuning van de werknemers voor wie steun wordt aangevraagd in het kader van de maatregel 'Steun voor vestiging als zelfstandige'.

Verwachte gevolgen van de ontslagen voor de plaatselijke, regionale of nationale werkgelegenheid



18. Meer dan twee derde van de ontslagen werknemers woont in Câmpia Turzii en het omliggende gebied en bijna een derde in andere delen van de provincie Cluj. Volgens AJOFM Cluj bedroeg de werkloosheid in de provincie Cluj voor de ontslagen 3,7 % en steeg deze in februari 2013, na de ontslagen, tot 4,1 %. Het aantal werklozen in het gebied van Câmpia Turzii is als gevolg van de ontslagen meer dan verdubbeld – van 481 tot 1 290 – en het percentage werklozen onder de bevolking in de leeftijdsgroep van 18-62 jaar is toegenomen van 2,7 % tot 7,2 %. De ontslagen hebben dan ook ingrijpende gevolgen gehad voor de lokale arbeidsmarkt gezien het geringe aantal beschikbare banen in het gebied van Câmpia Turzii (gemiddeld 30 vacatures per maand) en het geringe aantal potentiële werkgevers. Tussen 2008 en 2010 was er een continue daling van het aantal werknemers in de staalsector in de provincie Cluj en een aanzienlijke daling van het volume van de netto-investeringen in deze sector. Volgens AJOFM Cluj hebben de meeste ontslagen werknemers kwalificaties die specifiek zijn voor de metaalindustrie, maar is er geen vraag meer voor dergelijke kwalificaties van de zijde van de werkgevers die vacatures aanbieden in de provincie Cluj.

Gecoördineerd pakket van individuele dienstverlening waarvoor financiering wordt aangevraagd, gespecificeerde kostenraming en complementariteit met door de structuurfondsen gefinancierde acties



19. Alle hierna genoemde maatregelen samen vormen een gecoördineerd pakket van individuele dienstverlening met het oog op de re-integratie van de ontslagen werknemers op de arbeidsmarkt.[10].

– Registratie van werknemers: Deze maatregel bestaat in het invullen van een registratieformulier als onderdeel van de databank van het projectcoördinatiecentrum, om de vaardigheden, competenties en ervaring van elke werknemer te inventariseren, hun status te valideren en hun behoeften en wensen vast te stellen.

– Informatie, beroepskeuzevoorlichting en advies: Deze maatregel bestaat in een reeks activiteiten die worden ontwikkeld door het projectcoördinatiecentrum:

– ondernemers in het gebied van Câmpia Turzii informeren over het project en vacatures in kaart brengen;

– werknemers voor wie steun wordt aangevraagd voorlichten over de lokale arbeidsmarkt, de arbeidswetgeving, beroepsopleidingen en arbeidskansen;

– motivatie-interviews houden, psychologische beoordelingen uitvoeren en proeven van bekwaamheid afnemen bij de werknemers voor wie steun wordt aangevraagd;

– loopbaanadvies en beroepskeuzevoorlichting verstrekken aan de werknemers voor wie steun wordt aangevraagd en individuele actieplannen opstellen voor elke betrokken werknemer;

– advies geven over het zoeken naar een baan, het benaderen van een potentiële werkgever en het handelen vóór en na een sollicitatiegesprek;

– aanbevelingen doen om deel te nemen aan andere projectactiviteiten (bv. beroepsopleidingen, stages, coöperatieve onderneming).

– Beroepsopleidingen en stages: Deze maatregel bestaat in het aanbieden van beroepsopleidingen aan werknemers die zijn afgestemd op hun behoeften, zoals deze naar voren zijn gekomen bij de activiteit informatie, beroepskeuzevoorlichting en advies. De opleidingen, die over het algemeen tussen drie en zes maanden duren, zullen worden gegeven aan groepen van 7 tot 28 personen door externe aanbieders die zijn erkend door het nationaal agentschap voor betalingen en sociale inspectie en het nationaal centrum voor beroepsopleiding, en zullen leiden tot certificaten van de verworven competenties[11]. Na een bevestiging van de regelingen met AJOFM Cluj zullen de opleidingsaanbieders worden betaald door middel van een vouchersysteem, nadat de opleiding is afgerond en de cursisten hun certificaten hebben ontvangen. Het projectcoördinatiecentrum zal de opleidingsactiviteiten coördineren en toezicht houden op elke opleiding. De cursisten zullen gedurende zes maanden na de afloop van de cursus worden gevolgd. De werknemers kunnen ook deelnemen aan stages van 5 tot 90 dagen die speciaal voor ontslagen werknemers worden georganiseerd door potentiële werkgevers in de door de ontslagen getroffen regio.

– Steun voor vestiging als zelfstandige: AJOFM Cluj zal helpen bij het opzetten van een nieuwe onderneming in de vorm van een coöperatieve vennootschap[12] met een standaardstatuut[13], bestaande uit 250 werknemers voor wie steun wordt aangevraagd, die verschillende sportartikelen zullen vervaardigen voor een Roemeense fabrikant van sportuitrusting, die zelf onderaannemer is voor een multinationale fabrikant van sportuitrusting[14]. De werknemers voor wie steun wordt aangevraagd, zijn in de gelegenheid gesteld om aan te geven of zij lid wilden worden van de coöperatie. De 250 leden van de coöperatie zullen door AJOFM Cluj door middel van twee proeven van bekwaamheid worden geselecteerd uit de groep van geïnteresseerde werknemers voor wie steun wordt aangevraagd en zullen stage lopen bij andere ondernemingen met soortgelijke activiteiten, waar zij zullen worden beoordeeld. Elke geselecteerde werknemer heeft recht op een voucher van 15 000 EUR, die kan worden gebruikt als een lidmaatschapsbijdrage aan het kapitaal van de coöperatieve vennootschap[15]. Het grootste deel van deze middelen, naast een deel dat gereserveerd is voor juridische en administratieve aanloopkosten en werkkapitaal[16], zal door de coöperatie worden gebruikt voor de aankoop van de nodige machines, uitrusting en grondstoffen voor het uitvoeren van haar productieactiviteiten[17]. De machines, uitrusting en grondstoffen zullen worden betaald uit de financiële dekking van de vouchers die aan elk van de leden van de coöperatie worden verstrekt.

– Er is een verband tussen de noodzaak voor de aankoop van deze activa, het inrichten van de productieruimte en het aantal personen dat lid zal worden van de coöperatie. Het aantal personen dat wordt opgenomen in de coöperatie, is afhankelijk van de behoeften wat betreft de aankoop van bedrijfsmiddelen en voor de werking van de coöperatie. De werknemers zullen gelijke rechten hebben binnen de coöperatie. Zij zullen gezamenlijk eigenaar zijn van de productiemiddelen, hun eigen salaris en dividenden bepalen en beslissen over de toekomstige bedrijfsplannen en investeringen[18]. De werknemers zullen zich ertoe verbinden de eerste drie jaren van de exploitatie in de coöperatie te blijven. Indien werknemers besluiten eerder te vertrekken, besluiten de beheersorganen van de coöperatie over de hoogte van de vergoeding die overeenkomt met de waarde van hun bijdrage aan het maatschappelijk kapitaal van de coöperatie die aan die werknemers kan worden uitgekeerd en onder welke voorwaarden dit gebeurt. Nieuwe leden die zich willen aansluiten bij de coöperatie, moeten een gelijkwaardige bijdrage leveren (eventueel met financiering uit andere projecten).

– Er zal een commercieel contract worden gesloten tussen de coöperatie en haar cliënt met een initiële looptijd van vier jaar, met de mogelijkheid van verlenging (de cliënt heeft een contract voor tien jaar met de multinationale fabrikant van sportuitrusting). In het contract tussen de coöperatie en haar cliënt zullen marktvoorwaarden worden opgenomen en zal het inkomen van de coöperatie worden vastgelegd, hoewel het geen exclusiviteitsclausule zal bevatten en de coöperatie haar klantenbestand mag diversifiëren. AJOFM Cluj zal de duurzaamheid van het project waarborgen door middel van een schriftelijke verbintenis met de coöperatie[19].

– De Commissie is van oordeel dat deze maatregel innovatief in opzet en uitvoering is en tegelijkertijd volledig voldoet aan de voorwaarden voor in aanmerking komende acties van artikel 3, onder a), van Verordening (EG) nr. 1927/2006, en met name dat deze maatregel overeenkomt met de categorie maatregelen aangeduid als 'steun bij het opzetten van een eigen bedrijf of het uitoefenen van een zelfstandige activiteit'.

– Huur van de productieruimte en betaling van huur voor de duur van het project: De activiteiten van de coöperatie beginnen met een bemonsteringslijn waar 50 werknemers in dienst zullen treden, hetgeen later zal worden uitgebreid tot alle 250 werknemers. De huur van de productiefaciliteiten zal worden betaald door AJOFM Cluj (met medefinanciering uit het EFG) tot het einde van de uitvoering van het EFG (maart 2015) en daarna door de cliënt van de coöperatie.

– Reiskostenvergoeding: Deze maatregel bestaat in een vergoeding van maximaal 250 EUR per persoon, ter dekking van de kosten voor de werknemers van de reis van de woonplaats naar de plaats waar zij worden uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek of om deel te nemen aan andere projectactiviteiten. De begunstigden moeten wonen in het gebied waar de ontslagen zijn gevallen en deelnemen aan ten minste twee projectactiviteiten.

– Sollicitatievergoeding: Deze maatregel bestaat in een vergoeding van maximaal 100 EUR per persoon, te betalen aan werknemers die deelnemen aan sollicitatiegesprekken, selectieproeven en andere wervingsprocedures die worden georganiseerd door een potentiële werkgever. De vergoeding dient ter dekking van de kosten in verband met de sollicitatie. De begunstigden kunnen maximaal twee vergoedingen ontvangen indien zij deelnemen aan meer dan twee sollicitatiegesprekken met verschillende werkgevers.

– Stagevergoeding: Deze maatregel bestaat in een vergoeding van maximaal 1 000 EUR[20] (of 3 000 EUR voor werknemers die zijn opgeleid als technisch of gespecialiseerd personeel[21]), die zal worden uitbetaald aan werknemers die deelnemen aan een stage. De vergoeding dient ter dekking van de kosten van logies, ziektekostenverzekering, maaltijden, grondstoffen, beschermingsmiddelen, enz. De begunstigden moeten wonen in het gebied waar de ontslagen zijn gevallen en deelnemen aan ten minste twee projectactiviteiten.

– Verblijfsvergoeding: Deze maatregel bestaat in een eenmalige vergoeding van 150 EUR aan werknemers die deelnemen aan een stage. De vergoeding is bedoeld als compensatie voor het feit dat sommige maatregelen kunnen plaatsvinden buiten het gebied waar de begunstigden wonen, waardoor zij tijdelijk hun huis en gezin moeten achterlaten. De deelnemers aan de stage ontvangen niet langer een werkloosheidsuitkering en mogen in stageperiode geen baan hebben. De verblijfsvergoeding wordt eenmalig betaald na afloop van de actie waaraan de werknemer heeft deelgenomen.

– Deelnamevergoeding: Deze maatregel bestaat in een eenmalige betaling van 200 EUR aan werknemers die een certificeringsprogramma in het kader van een beroepsopleiding afronden. De vergoeding is bedoeld om werknemers te motiveren en hen te compenseren voor kosten in verband met hun deelname aan de opleiding. De personen die deelnemen aan een opleiding, mogen in de opleidingsperiode geen baan hebben, aangezien deelname aan de lessen verplicht is en de opleidingen over het algemeen in het eerste dagdeel worden gehouden.

– De reiskostenvergoeding, de sollicitatievergoeding en de stagevergoeding worden pas betaald na de indiening van bewijsstukken door de begunstigden (betaalbewijs, rekening, factuur, enz.). Werknemers die deelnemen aan een stage en een verblijfsvergoeding ontvangen, krijgen geen reiskostenvergoeding aangezien het vervoer wordt verzorgd door de onderneming die de stage organiseert.

– Begeleiding door een mentor na integratie op het werk: Deze maatregel bestaat in door de werkgever aangeboden begeleiding van de pas aangeworven werknemer door een mentor voor een periode van drie tot zes maanden. De mentor zal de werknemer steun en bijstand bieden om de overgang van de status van de ontslagen werknemer naar de status van werknemer te vergemakkelijken.

20. De in de aanvraag vermelde uitgaven voor de implementatie van het EFG overeenkomstig artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 dekken activiteiten op het vlak van voorbereiding, alsook voorlichting en publiciteit.

21. De door de Roemeense autoriteiten voorgestelde individuele dienstverlening omvat actieve arbeidsmarktmaatregelen die op grond van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 voor financiering in aanmerking komen. De Roemeense autoriteiten ramen de totale kosten op 7 142 300 EUR, te weten de uitgaven voor individuele dienstverlening op 6 909 300 EUR en de uitgaven voor de implementatie van het EFG op 233 000 EUR (3,26 % van het totale bedrag). Van het EFG wordt in totaal een bijdrage van 3 571 150 EUR (50 % van de totale kosten) gevraagd.

Acties| Geschat aantal werknemers voor wie steun wordt aangevraagd| Geschatte kosten per betrokken werknemer (EUR)| Totale kosten (EFG en nationale medefinanciering) (EUR)

Individuele dienstverlening (artikel 3, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 1927/2006)

Inschrijving van werknemers| 1 50 000

Informatie, beroepskeuzevoorlichting en ‑begeleiding| 1 1 1 500 000

Beroepsopleidingen en stages| 400 000

Steun voor vestiging als zelfstandige| 15 3 750 000

Huur van de productieruimte en betaling van huur voor de duur van het project| 215 000

Reiskostenvergoeding| 74 300

Sollicitatievergoeding| 40 000

Stagevergoeding| 1 400 000

Verblijfsvergoeding| 60 000

Deelnamevergoeding| 100 000

Begeleiding door een mentor na integratie op het werk| 320 000

Subtotaal individuele dienstverlening|| 6 909 300

Uitgaven voor de implementatie van het EFG (artikel 3, derde alinea, van Verordening (EG) nr. 1927/2006)

Voorbereiding|| 153 000

Beheer|| 0

Informatie en publiciteit|| 70 000

Controleactiviteiten|| 10 000

Subtotaal uitgaven voor de implementatie van het EFG|| 233 000

Totale geschatte kosten|| 7 142 300

EFG-bijdrage (50 % van de totale kosten)|| 3 571 150

22. De Roemeense autoriteiten hebben bevestigd dat de maatregelen complementair zijn met door de structuurfondsen gefinancierde acties[22] en dat iedere vorm van dubbele financiering zal worden vermeden. Om te voorkomen dat activiteiten dubbel worden gefinancierd uit zowel het ESF als het EFG, hebben de Roemeense autoriteiten een kaderprotocol ondertekend waarmee de autoriteiten die de activiteiten van het ESF beheren, kruiscontroles kunnen uitvoeren van de databanken van het Ministerie van Arbeid, Gezin, Sociale Bescherming en Ouderen, de beheersautoriteit van het operationele programma voor personeelsontwikkeling van het ESF, en ANOFM.

Datum/data waarop met individuele dienstverlening aan de getroffen werknemers is begonnen of waarop gepland is daarmee te beginnen



23. Op 1 maart 2013 heeft Roemenië ten behoeve van de getroffen werknemers een begin gemaakt met de individuele dienstverlening van het gecoördineerde pakket, waarvoor een financiële bijdrage van het EFG wordt aangevraagd. Deze datum geldt daarom als het begin van de periode waarin uitgaven voor een eventuele ondersteuning uit het EFG in aanmerking komen.

Wijze waarop de sociale partners zijn geraadpleegd



24. De ontslagen werknemers zijn bij de voorbereiding van de EFG-aanvraag diverse malen geraadpleegd. De sociale partners zijn onder andere als volgt geraadpleegd over het voorgestelde gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening:

· in juni 2012 vond een vergadering plaats tussen de minister van Arbeid en het bestuur van de onderneming Mechel Campia Turzii over haar standpunt betreffende de voorgenomen ontslagen;

· in augustus 2012 vond een vergadering plaats tussen de viceminister van Sociale Dialoog en de leden van de commissie voor de sociale dialoog (waaronder vertegenwoordigers van de vakbonden) over de situatie als gevolg van de ontslagen;

· in september 2012 vond een vergadering plaats tussen de Viceminister van Sociale Dialoog en de vertegenwoordigers van de vakbonden en van de lokale overheden over de mogelijkheid dat de Roemeense regering een beroep zou doen op het EFG.

25. De Roemeense autoriteiten hebben bevestigd dat aan de voorschriften van de nationale en EU-wetgeving betreffende collectieve ontslagen is voldaan.

Informatie over acties die volgens de nationale wetgeving of collectieve overeenkomsten verplicht zijn

26. In verband met de criteria van artikel 6 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 hebben de Roemeense autoriteiten in de aanvraag:

· bevestigd dat de financiële bijdrage van het EFG niet in de plaats komt van maatregelen die krachtens de nationale wetgeving of collectieve arbeidsovereenkomsten onder de verantwoordelijkheid van ondernemingen vallen;

· aangetoond dat de maatregelen ten doel hebben steun te verlenen aan individuele werknemers en niet worden gebruikt om ondernemingen of sectoren te herstructureren;

· bevestigd dat voor de hierboven vermelde subsidiabele maatregelen geen steun uit andere EU-financieringsinstrumenten wordt ontvangen.

Beheers- en controlesystemen



27. Roemenië heeft de Commissie meegedeeld dat de financiële bijdrage door dezelfde instanties wordt beheerd en gecontroleerd als het geval is voor het Europees Sociaal Fonds. De financiële bijdrage zal worden beheerd door ANOFM, dat is aangewezen als nationale autoriteit belast met het beheer van de financiële bijdrage uit het EFG. Bij Regeringsbesluit nr. 11/2009 is het institutionele kader voor de coördinatie en het beheer van de financiële bijdragen uit het EFG vastgesteld. Specifieke richtsnoeren beschrijven de EFG-beheersprocedures, de rol van de verschillende betrokken organen en de mechanismen die de naleving van de algemene beginselen van het EFG-beheer en het desbetreffende rechtskader waarborgen. De auditautoriteit van de Roemeense Rekenkamer is aangewezen als auditautoriteit voor het EFG.

Financiering



28. Op grond van de aanvraag van Roemenië bedraagt de voorgestelde bijdrage uit het EFG aan het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening (met inbegrip van de uitgaven voor de implementatie van het EFG) 3 571 150 EUR (50 % van de totale kosten). De Commissie heeft haar voorstel voor een bijdrage uit het fonds gebaseerd op de informatie van Roemenië.

29. Gezien het beschikbare maximumbedrag aan bijdragen uit het EFG ingevolge artikel 12 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013, alsook de mogelijkheden tot herschikking van de kredieten, stelt de Commissie voor om uit het EFG het hierboven vermelde totale bedrag beschikbaar te stellen.

30. Het voorgestelde besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen zal door het Europees Parlement en de Raad gezamenlijk worden genomen, overeenkomstig punt 13 van het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer[23].

31. De Commissie zal apart een overschrijvingsverzoek indienen teneinde specifieke vastleggingskredieten in de begroting voor 2014 op te nemen, zoals voorgeschreven in punt 13 van het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013.

Herkomst van de betalingskredieten



Voor de dekking van het voor de huidige aanvraag benodigde bedrag van 3 571 150 EUR zullen kredieten worden gebruikt die in de begroting 2014 aan het EFG-begrotingsonderdeel zijn toegewezen.