Toelichting bij COM(2014)541 - Aanpassing implementatiebesluit EU 2013/463 betreft goedkeuring van het macro-economisch aanpassingsprogramma voor Cyprus

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Op 25 juni 2012 heeft Cyprus een verzoek om financiële bijstand uit het Europees stabiliteitsmechanisme (ESM) ingediend. Op 25 april 2013 heeft de Raad (bij Besluit 2013/236/EU) bepaald dat Cyprus op strikte wijze een macro-economisch aanpassingsprogramma ten uitvoer moet leggen waarmee de specifieke dreigingen voor de financiële stabiliteit van de eurozone die van Cyprus uitgaan, worden aangepakt en in Cyprus snel opnieuw een gezonde en duurzame economische en financiële situatie tot stand wordt gebracht.

Op 24 april 2013 heeft de Raad van gouverneurs van het ESM besloten om Cyprus in principe stabiliteitssteun te verlenen, en zijn goedkeuring gehecht aan het memorandum van overeenstemming over de specifieke economische beleidsvoorwaarden (hierna 'het MvO' genoemd) en aan de ondertekening daarvan door de Commissie namens het ESM. Op 8 mei 2013 heeft de raad van bestuur van het ESM de overeenkomst inzake financiële bijstand goedgekeurd.

Het macro-economisch aanpassingsprogramma heeft tot doel het vertrouwen van de financiële markt te herstellen, opnieuw te komen tot gezonde macro-economische evenwichten en de economie weer op een duurzaam groeipad te brengen. Om die doelstellingen te bereiken is het programma gebaseerd op drie pijlers. De eerste pijler is een strategie voor de financiële sector gebaseerd op herstructurering en afslanking van de financiële instellingen en op strenger toezicht, waarbij inspanningen worden geleverd om de kapitaal- en liquiditeitstekorten aan te pakken. De tweede pijler is een ambitieuze strategie voor consolidatie van de begroting die voortbouwt op de consolidatie-inspanningen die in 2012 zijn aangevangen, met name door maatregelen om de lopende primaire uitgaven te verminderen, de overheidsinkomsten te verhogen, de werking van de overheidsdiensten te verbeteren en de begrotingsconsolidatie op middellange termijn te handhaven. Het is de bedoeling het buitensporige overheidstekort te corrigeren en de brutoschuldquote van de overheid op middellange termijn op een sterk neerwaarts pad te brengen. De autoriteiten hebben zich ertoe verbonden het tekort terug te dringen tot onder 3 % van het bbp in 2016. Verder moet ervoor worden gezorgd dat blijvend goed gebruik wordt gemaakt van de structuur- en andere EU-fondsen alsmede van Europese beleidsinitiatieven om meer banen en een sterkere groei tot stand te brengen. Dit zal ertoe bijdragen dat Cyprus op lange termijn een groeipad volgt. De derde pijler bestaat in een ambitieuze agenda van structurele hervorming om in overeenstemming met de landenspecifieke aanbevelingen die in 2012 aan Cyprus werden gedaan, het concurrentievermogen en duurzame en evenwichtige groei te ondersteunen, waardoor het mogelijk wordt de macro-economische onevenwichtigheden af te bouwen. In het licht van de aanbeveling van de Raad van 22 april 2013 tot invoering van een jongerengarantie[1] moeten jongeren meer kansen krijgen en moeten hun vooruitzichten op werk worden verbeterd.

Het driejarig programma loopt van midden 2013 tot midden 2016.

Overeenkomstig artikel 1, lid 2, van Besluit 2013/236/EU heeft de Commissie in overleg met de ECB en waar nodig met het IMF, voor de vijfde maal geëvalueerd welke voortgang is gemaakt bij de tenuitvoerlegging van de overeengekomen maatregelen, hoe doeltreffend die maatregelen zijn en welke economische en sociale effecten ze sorteren. Naar aanleiding daarvan is het MvO bijgesteld op het gebied van de hervorming van de financiële sector, het begrotingsbeleid en de structurele hervormingen. Wat de financiële sector betreft, voorziet het herziene MvO erin dat de autoriteiten pas een verdere versoepeling van de externe beperkende maatregelen zullen overwegen nadat de uitgebreide beoordeling met succes is afgerond en de overgang op het gemeenschappelijk toezichtsmechanisme (GTM) vlot is verlopen. Die versoepeling, die in tijdig overleg met de Commissie, de ECB en het IMF en met kennisgeving aan het ESM zal worden doorgevoerd, zal in overeenstemming zijn met financiële stabiliteit en comfortabele liquiditeitsbuffers. Het herziene MvO voorziet ook in een bijgesteld plan voor de geleidelijke versoepeling van die beperkende maatregelen. Daarnaast worden verdere maatregelen vereist om het beheer van slechte leningen door de banken te versterken. Ook wordt vereist dat de follow-up van de audit van 2013 met betrekking tot individuele financiële instellingen wordt afgesloten, waarbij zo nodig sancties worden opgelegd, en dat het eindbesluit wordt gepubliceerd. Er worden verdere maatregelen vereist om de operationele capaciteit van de samenwerkingsgroep te versterken. In het herziene MvO zijn ook twee vroegere acties opgenomen, namelijk de goedkeuring door de ministerraad van het nieuwe uitgebreide kader met passende insolventieprocedures voor vennootschappen en personen en de goedkeuring door het parlement van de wijzigingen van het rechtskader inzake beslag op gehypothekeerde eigendommen, en is gespecificeerd welke elementen in die nieuwe kaders moeten worden opgenomen. Wat het begrotingsbeleid betreft, werd de doelstelling voor het primaire begrotingstekort voor 2014 naar beneden herzien tot niet meer dan 210 miljoen EUR (1,3 % van het bbp) om de begrotingsprestaties in de eerste helft van 2014 te weerspiegelen. Daarnaast wordt in het herziene Mvo vereist dat een voorstel wordt ingediend om de begrotingsneutraliteit van de hervorming van het stelsel van sociale voorzieningen en het behalen van de doelstelling voor het begrotingstekort voor 2015 te garanderen, terwijl de doelstelling voor het primaire begrotingstekort voor 2017 naar beneden is herzien om de begrotingsaanpassing geleidelijk te laten verlopen over 2017-2018. Wat de begrotingsstructurele en structurele hervormingen betreft, voorziet het herziene MvO in verdere stappen om het privatiseringsproces in de Havenautoriteit van Cyprus en de Elektriciteitsautoriteit van Cyprus in de praktijk te brengen. Wat inkomstenbeheer en naleving van de belastingwetgeving betreft, wordt in het herziene MvO vereist dat bij de nieuwe belastingdienst een nieuwe commissaris en twee assistent-commissarissen worden benoemd, dat een gemeenschappelijke databank van de belastingbetalers wordt opgericht, en dat de nodige secundaire wetgeving wordt goedgekeurd om de versterkte bevoegdheden op het gebied van inning in de praktijk te brengen. In het herziene MvO is voorts bepaald dat de hervorming van de belasting op onroerend goed in 2015 zal worden doorgevoerd. Wat de hervorming van het stelsel van sociale voorzieningen betreft, voorziet het herziene MvO in de oprichting van een nationaal uitkeringenregister, op basis waarvan de toezichthoudende eenheid een verslag over de hervorming van het stelsel van sociale voorzieningen zal opstellen, teneinde de begrotingsneutraliteit van de hervorming te garanderen. Wat de regulering van de vastgoedmarkt betreft, zijn verdere eisen opgenomen om de afgifte van eigendomstitels te versnellen. Op het gebied van toerisme zal worden nagegaan welke artikelen van de huidige wet inzake de Organisatie voor toerisme van Cyprus de mededinging kunnen belemmeren, terwijl op het gebied van energie een voorlopige beoordeling zal worden gemaakt van het technische en economische potentieel van meer elektriciteitsproductie met hernieuwbare energiebronnen, en van de kostprijzen van de verschillende bronnen van hernieuwbare energie in vergelijking met conventionele primaire energiebronnen. Op grond van het herziene MvO moeten de autoriteiten maatregelen overwegen om de capaciteit en de onafhankelijkheid van de Regelgevende Autoriteit inzake energie te verbeteren.

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EU) nr. 472/2013 moet het macro-economisch aanpassingsprogramma worden vastgesteld in de vorm van een uitvoeringsbesluit van de Raad. Omwille van de juridische duidelijkheid en de rechtszekerheid stelt de Commissie daarom voor om het programma opnieuw vast te stellen, en wel op basis van artikel 7, lid 2, van Verordening (EU) nr. 472/2013. De inhoud van het programma is in wezen identiek aan het bij Besluit 2013/236/EU van de Raad goedgekeurde programma, met dien verstande dat de resultaten van de krachtens artikel 1, lid 2, van Besluit 2013/236/EU verrichte evaluatie erin zijn verwerkt. Tegelijk wordt voorgesteld om Besluit 2013/236/EU van de Raad in te trekken.

Het voorgestelde besluit zal volledige consistentie waarborgen tussen het in het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) vastgelegde multilaterale toezichtkader van de Unie en de aan het economische aanpassingsprogramma verbonden beleidsvoorwaarden. Artikel 10 van Verordening (EU) nr. 472/2013 voorziet met name in consistentie in de rapportage- en monitoringverplichtingen.