Toelichting bij COM(2015)209 - Opleggen van een boete aan Spanje wegens manipulatie van tekortgegevens in de Autonome Gemeenschap Valencia

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. Achtergrond van de aanbeveling

Overeenkomstig artikel 126, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) dienen de lidstaten buitensporige overheidstekorten te vermijden. Gegevens over overheidstekorten en overheidsschulden die van belang zijn voor de toepassing van artikelen 121 en 126 VWEU en voor de toepassing van het Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten, zijn essentieel voor de coördinatie van het economisch beleid in de Unie.

Verordening (EU) nr. 1173/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 inzake de effectieve handhaving van het begrotingstoezicht in het eurogebied1 stelt een sanctieregeling in ter versterking van de handhaving van begrotingstoezicht in het eurogebied. Om een met opzet of door ernstige nalatigheid veroorzaakte verkeerde voorstelling van gegevens over overheidstekorten en overheidsschulden te ontmoedigen, bepaalt artikel 8, lid 1, van de verordening dat de Raad, op grond van een aanbeveling van de Commissie, kan besluiten een boete op te leggen aan de verantwoordelijke lidstaat.

Als de Commissie meent dat er serieuze indicaties zijn voor het bestaan van feiten die een verkeerde voorstelling van gegevens over overheidstekorten en overheidsschulden kunnen vormen, is zij krachtens artikel 8, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1173/2011 bevoegd om alle nodige onderzoeken uit te voeren. De Commissie heeft op 11 juli 2014 een onderzoek ingesteld in verband met de manipulatie van statistieken in Spanje zoals bedoeld in Verordening (EU) nr. 1173/2011.

De voorlopige bevindingen van het onderzoek naar de manipulatie van statistieken in Spanje als bedoeld in Verordening (EU) nr. 1173/2011 zijn op 19 februari 2015 aan Spanje toegezonden, zoals vereist bij artikel 6 van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU van de Commissie van 29 juni 2012 betreffende onderzoeken en boeten in verband met de manipulatie van statistieken als bedoeld in Verordening (EU) nr. 1173/20112. De Commissie verzocht Spanje schriftelijke opmerkingen op de voorlopige bevindingen uiterlijk 19 maart 2015 in te dienen. Spanje heeft zijn schriftelijke opmerkingen op 24 maart 2015 ingediend.

Op [xx] mei 2015 heeft de Commissie haar onderzoeksverslag in verband met de manipulatie van statistieken in Spanje zoals bedoeld in Verordening (EU) nr. 1173/20113 (het verslag) goedgekeurd, rekening houdend met de opmerkingen van Spanje.

In het verslag wordt geconcludeerd dat een entiteit behorende tot de overheidssector van het Koninkrijk Spanje, namelijk de regionale auditinstantie van de Autonome Gemeenschap van Valencia (IGGV), ernstig nalatig is geweest door het niet registreren van uitgaven voor de gezondheidszorg en het niet respecteren van het beginsel van boekhouding op transactiebasis (ESA 95), met als gevolg een incorrecte opgave van gegevens over het overheidstekort van Spanje aan Eurostat in maart 2012. Bovendien wordt geconcludeerd dat het niet registreren van uitgaven niet is gecorrigeerd ondanks de voor het publiek toegankelijke informatie over het bestaan en de omvang van het probleem bij de verslaglegging van de regionale auditinstantie.

Er is voldaan aan de voorwaarden van artikel 8, lid 1, van Verordening nr. 1173/2011 om de Raad aan te bevelen een boete op te leggen voor de verkeerde voorstelling van gegevens over het tekort: de incorrecte gegevens zijn in maart 2012 — en dus na de inwerkingtreding van de verordening op 13 december 2011 — door Spanje aan Eurostat doorgegeven. Overeenkomstig artikel 8, lid 2, van de verordening bedraagt de boete maximaal 0,2 % van het meest recente bruto binnenlands product (bbp) van de betrokken lidstaat.

2. Berekening van de boete

Op grond van artikel 14 van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU moet de Commissie erop toezien dat de aan te bevelen boete doeltreffend, evenredig en afschrikkend is. De boete wordt in twee stappen vastgesteld. Eerst bepaalt de Commissie het referentiebedrag. Vervolgens kan dit referentiebedrag naar boven of naar beneden worden bijgesteld naargelang de specifieke omstandigheden van de zaak.

Op grond van artikel 14, lid 2, van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU is het referentiebedrag van de op te leggen boete gelijk aan 5 % van het effect van de grotere gevolgen van de verkeerde voorstelling van het algemene overheidstekort van Spanje voor de jaren die bij de kennisgeving in het kader van de procedure bij buitensporige tekorten in aanmerking worden genomen. De herziening van de uitgaven zoals opgegeven door het Koninkrijk Spanje voor de kennisgeving in het kader van de procedure bij buitensporige tekorten voor april 2012, overeenkomend met niet-betaalde uitgaven voor (hoofdzakelijk) gezondheidszorg, bedroeg 1,893 miljard EUR. Het referentiebedrag is dus gelijk aan 94,65 miljoen EUR.

Rekening houdend met de criteria die zijn vastgesteld in artikel 14, lid 3, onder a), van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU wordt in het verslag geconcludeerd dat de verkeerde voorstelling van gegevens geen significante gevolgen heeft voor de werking van het versterkte economisch beheer van de Unie, vanwege de beperkte gevolgen voor de tekorten van het Koninkrijk Spanje als geheel. Bovendien is de Commissie van mening dat het Koninkrijk Spanje, gezien de concrete omstandigheden en rekening houdend met het feit dat de correcte bedragen kort na bekendmaking van de incorrecte gegevens voor het tekort voor Spanje in april 2012 werden doorgegeven waardoor herziening van de gegevens voor het Spaanse tekort nog in 2012 kon plaatsvinden, op grond hiervan in aanmerking komt voor een vermindering van de boete.

Rekening houdend met de criteria van artikel 14, lid 3, onder b), van Gedelegeerd Besluit van nr. 2012/678/EU geeft het verslag aan dat de verkeerde voorstelling te wijten was aan ernstige nalatigheid. Het verslag concludeert niet dat de verkeerde voorstelling opzettelijk was, en er is dan ook onder de gegeven omstandigheden geen modulatie op grond daarvan toegepast.

Rekening houdend met de criteria van artikel 14, lid 3, onder c), van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU geeft het verslag aan dat de verkeerde voorstelling van gegevens het werk was van een entiteit behorende tot de overheidssector van het Koninkrijk Spanje (zie met name deel 3 van het verslag). De Commissie is van mening dat gezien de concrete omstandigheden, het Koninkrijk Spanje op grond hiervan in aanmerking komt voor een vermindering van de boete.

Hoewel het verslag ook concludeert dat de informatie over het bestaan en de omvang van het probleem bij de verslaglegging van de regionale rekenkamer gedurende een aantal jaar openlijk toegankelijk was, heeft deze omstandigheid geen aanleiding gegeven tot een opwaartse modulatie van de boete, omdat er voor het merendeel van de onderzochte periode, d.i. tot aan de inwerkingtreding van Verordening (EU) nr. 1173/2011 op 13 december 2011, geen sancties waren voorzien voor verkeerde voorstelling van overheidstekorten en overheidsschulden door de lidstaten.

Rekening houdend met de criteria van artikel 14, lid 3, onder d), van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU wordt ervan uitgegaan dat het referentiebedrag de hoogste waargenomen waarde moet zijn, vermenigvuldigd met het aantal jaren dat de desbetreffende verkeerde voorstelling zich in de loop van de vier jaren van de laatste kennisgeving voordeed. Uit het onderzoek bleek dat er al jaren (zelfs al in 1988) sprake is geweest van verkeerde voorstelling van tekortgegevens van de algemene overheid voor Spanje (zie met name deel 2.3 en deel 3 van het verslag). Gezien echter het feit dat Verordening (EU) nr. 1173/2011 pas op 13 december 2011 in werking trad en dat er voor die datum geen sancties waren voorzien voor verkeerde voorstelling van overheidstekorten en -schulden, wordt in deze concrete omstandigheden geen modulatie op grond hiervan toegepast.

Rekening houdend met de criteria van artikel 14, lid 3, onder e), van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU wordt in het verslag geconcludeerd dat de Spaanse statistische autoriteiten en alle betrokken entiteiten tijdens het onderzoek veel medewerking verleenden, en dat zij de Commissie voorzagen van alle informatie die nodig was voor het onderzoek (zie met name deel 3 van het verslag) De Commissie is van mening dat het Koninkrijk Spanje in deze concrete omstandigheden daarom in aanmerking komt voor een vermindering van de boete. In dit verband heeft de Commissie zich deels laten leiden door het beleid dat zij gewoonlijk toepast op het gebied van mededinging, waar boetes met tot 50 % worden verminderd voor het verlenen van medewerking aan de Commissie tijdens het onderzoek.

Al met al, rekening houdend met de door het Koninkrijk Spanje gedurende het onderzoek verleende medewerking en met de andere verzachtende omstandigheden in dit concrete geval zoals boven uiteengezet, doet de Commissie de aanbeveling dat de Raad een boete van 18,93 miljoen EUR aan Spanje oplegt, overeenkomend met 20 % van het referentiebedrag.

Volgens artikel 8, lid 2 van Verordening (EU) nr. 1173/2011 mag het totale bedrag van de boete maximaal 0,2 % bedragen van het meest recente bruto binnenlands product van het Koninkrijk Spanje. De aanbevolen boete is niet meer dan 0,2 % van het bbp van Spanje voor 2014.

3. Conclusie en aanbeveling

Het verslag van de Commissie concludeert dat een entiteit (IGGV) behorende tot de publieke sector van Spanje ernstig nalatig is geweest door het niet registreren van uitgaven voor gezondheidszorg (en het niet respecteren van het beginsel van boekhouding op transactiebasis) bij nationale rekeningen (ESA 95), met als gevolg een incorrecte opgave van tekorten aan Eurostat in 2012, d.i. na inwerkingtreding van Verordening (EU) nr. 1173/2011. Op basis van deze bevindingen doet de Commissie de aanbeveling dat de Raad een boete aan het Koninkrijk Spanje oplegt van 18,93 miljoen EUR.

1.

Aanbeveling voor een


BESLUIT VAN DE RAAD

tot het opleggen van een boete aan Spanje wegens manipulatie van tekortgegevens in de Autonome Gemeenschap Valencia

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1173/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 inzake de effectieve handhaving van het begrotingstoezicht in het eurogebied4, en met name artikel 8, lid 1,

Gezien Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU van de Commissie van 29 juni 2012 betreffende onderzoeken en boeten in verband met de manipulatie van statistieken als bedoeld in Verordening (EU) nr. 1173/20115,

Gezien het op [xx] mei 2015 goedgekeurde verslag van de Commissie over de manipulatie van statistieken in Spanje zoals bedoeld in Verordening (EU) nr. 1173/20116,

Gezien de aanbeveling van de Europese Commissie,

2.

Overwegende hetgeen volgt:


Overeenkomstig artikel 126, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) dienen de lidstaten buitensporige overheidstekorten te vermijden. Gegevens over overheidstekorten en overheidsschulden die van belang zijn voor de toepassing van artikelen 121 en 126 VWEU en voor de toepassing van het Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten, zijn essentieel voor de coördinatie van economisch beleid in de Unie.

Ter versterking van de handhaving van begrotingstoezicht in het eurogebied en om met opzet of door ernstige nalatigheid veroorzaakte verkeerde voorstelling van overheidstekorten en overheidsschulden te ontmoedigen, kan de Raad, op aanbeveling van de Commissie, besluiten een boete op te leggen aan de verantwoordelijke lidstaat.

De Commissie heeft op 11 juli 2014 een onderzoek ingesteld in verband met de manipulatie van statistieken in Spanje zoals bedoeld in Verordening (EU) nr. 1173/2011. De voorlopige bevindingen van het onderzoek zijn op 19 februari 2015 aan Spanje toegezonden, zoals vereist bij artikel 6 van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU. Spanje heeft zijn schriftelijke opmerkingen op de voorlopige bevindingen op 24 maart 2015 ingediend.

Op [xx] mei 2015 heeft de Commissie een onderzoeksverslag goedgekeurd over de manipulatie van statistieken in Spanje zoals bedoeld in Verordening (EU) nr. 1173/2011, rekening houdend met de door Spanje ingediende opmerkingen.

In het verslag concludeert de Commissie dat een entiteit behorende tot de overheidssector van Spanje, de regionale auditinstantie van de Autonome Gemeenschap van Valencia, ernstig nalatig is geweest door het niet registreren van uitgaven voor de gezondheidszorg en het niet respecteren van het beginsel van boekhouding op transactiebasis, met als gevolg een incorrecte opgave van gegevens over het Spaanse overheidstekort aan de Commissie (Eurostat) in maart 2012. Op grond van de bevindingen van de Commissie is het gerechtvaardigd te concluderen dat er, toen Spanje de incorrecte gegevens aan Eurostat verstrekte in maart 2012, sprake was van verkeerde voorstelling van tekortgegevens als gevolg van ernstige nalatigheid. Deze elementen rechtvaardigen het opleggen van een boete.

De boete mag niet meer bedragen dan 0,2 % van het bruto binnenlands product van Spanje voor 2014.

Het referentiebedrag van de op te leggen boete dient gelijk te zijn aan 5 % van de grotere gevolgen van de verkeerde voorstelling van het algemene overheidstekort van Spanje voor de jaren die voor de kennisgeving in het kader van de procedure bij buitensporige tekorten in aanmerking worden genomen. De herziening van de uitgaven zoals opgegeven door het Koninkrijk Spanje voor de kennisgeving in het kader van de procedure bij buitensporige tekorten voor april 2012 bedroeg 1,893 miljard EUR. Het vast te stellen referentiebedrag bedraagt dus 94,65 miljoen EUR.

Rekening houdend met de criteria zoals uiteengezet in artikel 14, lid 3, onder a), van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU wordt in het verslag van de Commissie geconcludeerd dat de verkeerde voorstelling van gegevens geen significante gevolgen heeft voor de werking van het versterkte economisch beheer van de Unie, vanwege de beperkte gevolgen voor het tekort van het Koninkrijk Spanje als geheel. Bovendien wordt in het verslag geconcludeerd dat de correcte cijfers kort na bekendmaking van de incorrecte gegevens voor het tekort voor Spanje in april 2012 werden doorgegeven, waardoor herziening van de gegevens voor het Spaanse tekort nog in 2012 kon plaatsvinden. Deze elementen rechtvaardigen een vermindering van de boete.

Rekening houdend met de criteria van artikel 14, lid 3, onder b), van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU wordt in het verslag geconcludeerd dat de verkeerde voorstelling te wijten was aan ernstige nalatigheid. Er is geen aanleiding om het bedrag van de boete omwille hiervan te moduleren.

Rekening houdend met de criteria van artikel 14, lid 3, onder c), van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU wordt in het verslag van de Commissie geconcludeerd dat de verkeerde voorstelling van gegevens hoofdzakelijk het werk was van een entiteit behorende tot de overheidssector van Spanje. Deze elementen rechtvaardigen een vermindering van de boete.

Rekening houdend met de criteria van artikel 14, lid 3, onder d), van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU wordt in het verslag van de Commissie geconcludeerd dat de acties van de lidstaat die aanleiding geven tot het eventueel opleggen van een boete, plaatsvonden in de periode van 13 december 2011, toen Verordening (EU) nr. 1173/2011 in werking trad, tot aan het moment dat het onderzoek werd opgestart. Het verslag concludeert voorts dat de incorrect opgegeven tekortgegevens werden gecorrigeerd in verband met de kennisgeving in het kader van de procedure bij buitensporige tekorten voor oktober 2012. Het bedrag van de boete moet niet worden gemoduleerd omwille van de duur van de verkeerde voorstelling.

Rekening houdend met de criteria van artikel 14, lid 3, onder e), van Gedelegeerd Besluit nr. 2012/678/EU wordt in het verslag van de Commissie geconcludeerd dat de Spaanse statistische autoriteiten en alle betrokken entiteiten tijdens de loop van het onderzoek veel medewerking verleenden. Deze elementen rechtvaardigen een vermindering van de boete.

In het licht van deze omstandigheden dient de aan Spanje op te leggen boete te worden vastgesteld op 18,93 miljoen EUR,


3.

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:


Artikel 1

Aan Spanje wordt een boete van 18,93 miljoen EUR opgelegd wegens de verkeerde voorstelling, door ernstige nalatigheid, van het overheidstekort, zoals uiteengezet in het verslag van de Europese Commissie over het onderzoek naar de manipulatie van statistieken in Spanje als bedoeld in Verordening (EU) nr. 1173/2011.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot het Koninkrijk Spanje.


Gedaan te Brussel,

Voor de Raad

De voorzitter

1PB L 306 van 23.11.2011, blz. 1.

2PB L 306 van 6.11.2012, blz. 21.

3[…]

4PB L 306 van 23.11.2011, blz. 1.

5PB L 306 van 6.11.2012, blz. 21.

6[…]

NL NL