Toelichting bij COM(2016)630 - Overeenkomst met Brazilië betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijst van verbintenissen van Kroatië, in verband met haar toetreding tot de EU

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Met de toetreding van de Republiek Kroatië heeft de Europese Unie haar douane-unie uitgebreid. Uit hoofde van de regels van de Wereldhandelsorganisatie ("WTO") (artikel XXIV, lid 6, van de GATT 1994) moest de Europese Unie bijgevolg onderhandelingen openen met WTO-leden die onderhandelingsrechten hebben met betrekking tot de tarievenlijst van Kroatië om uiteindelijk tot overeenstemming te komen over een compenserende regeling. Een dergelijke aanpassing is nodig indien de toepassing van het buitentarief van de EU leidt tot een tarief dat hoger is dan het niveau waarop het toetredende land zijn tarief bij de WTO heeft geconsolideerd.

Op 15 juli 2013 heeft de Raad de Commissie gemachtigd om onderhandelingen te openen uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, van de GATT 1994. De Commissie heeft onderhandeld met de WTO-leden die onderhandelingsrechten bezitten met betrekking tot de intrekking van specifieke concessies in het kader van de intrekking van de lijst van de Republiek Kroatië, zulks in het kader van haar toetreding tot de Europese Unie.

De onderhandelingen met de Federale Republiek Brazilië hebben geleid tot een ontwerp van Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling, die op 12 juli 2016 in Genève is geparafeerd ("de overeenkomst"). Bijgevolg wordt de Raad in dit voorstel verzocht een besluit vast te stellen tot sluiting van de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling met de Federale Republiek Brazilië. Tegelijkertijd wordt een afzonderlijk voorstel betreffende de ondertekening van deze overeenkomst ingediend.

Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein

Het voorstel is in overeenstemming met de EU-praktijk die bij eerdere uitbreidingen van de EU is toegepast.

Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

Het voorstel is in overeenstemming met de EU-praktijk die strookt met het beleid van de EU inzake extern optreden, industrie- en landbouwbeleid.

2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

Artikel 207 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), in samenhang met artikel 218, lid 6, onder a), v); VWEU voor de sluiting van internationale overeenkomsten.

Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

Het voorstel valt onder de exclusieve bevoegdheid van de Unie, zoals bedoeld in artikel 3, lid 1, onder e), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Het subsidiariteitsbeginsel is derhalve niet van toepassing.

Evenredigheid

De Federale Republiek Brazilië werd geschaad door de intrekking van de concessies van Kroatië. De compenserende regeling gaat de rechten van Brazilië in dit verband niet te boven. Het voorstel is in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel.

Keuze van het instrument

Een besluit van de Raad houdende sluiting van de overeenkomst is vereist op grond van artikel 218, lid 6, onder a), VWEU.

3. RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN

Raadpleging van belanghebbenden

De Raad (Comité handelspolitiek) is regelmatig geraadpleegd over de inhoud en de voortgang van de onderhandelingen. Het Europees Parlement (Commissie internationale handel (INTA)) is in kennis gesteld.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Zie financieel memorandum.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Uitvoeringsplanning

In dit voorstel wordt de Raad verzocht een besluit vast te stellen houdende sluiting van de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling met de Federale Republiek Brazilië. Tegelijkertijd wordt een afzonderlijk voorstel betreffende de ondertekening van deze overeenkomst bij de Raad ingediend.

De resultaten van de overeenkomst zijn:

Toevoeging van 4 766 ton aan het aan Brazilië toegewezen EU-tariefcontingent voor 'Delen van hanen of kippen, bevroren', tariefposten 0207.14.10, 0207.14.50 en 0207.14.70, en behoud van het huidige recht van 0 % binnen het contingent.

Toevoeging van 610 ton aan het aan Brazilië toegewezen EU-tariefcontingent voor 'Delen van kalkoenen, bevroren', tariefposten 0207.27.10, 0207.27.20 en 0207.27.80, en behoud van het huidige recht van 0 % binnen het contingent.

Toevoeging van 36 000 ton aan het erga-omnesdeel van het EU-tariefcontingent voor 'Ruwe rietsuiker, bestemd om te worden geraffineerd', tariefposten 1701.13.10 en 1701.14.10, en behoud van het huidige recht van 98 EUR/ton binnen het contingent.

Toevoeging van 78 000 ton aan het aan Brazilië toegewezen deel van het EU-tariefcontingent voor 'Ruwe rietsuiker, bestemd om te worden geraffineerd', tariefposten 1701.13.10 en 1701.14.10, en behoud van het huidige recht van 98 EUR/ton binnen het contingent.

Wat het aan Brazilië toegewezen deel van het EU-tariefcontingent voor 'Ruwe rietsuiker, bestemd om te worden geraffineerd', tariefposten 1701.13.10 en 1701.14.10, van 78 000 ton betreft, zal de EU ongeacht het vastgelegde recht van 98 EUR/ton binnen het contingent, autonoom de volgende rechten toepassen:

– in de eerste zes jaar waarin dit volume beschikbaar is, een recht binnen het contingent van niet meer dan 11 EUR/ton, en

– in het zevende jaar waarin dit volume beschikbaar is, een recht binnen het contingent van niet meer dan 54 EUR/ton.

De Commissie zal uitvoeringsverordeningen vaststellen om die contingenten aldus open te stellen en te beheren, overeenkomstig artikel 187, onder a), van de Integrale-GMO-verordening (Verordening (EG) nr. 1308/2013).

Deze uitvoeringsmaatregelen worden tegelijkertijd met dit voorstel uitgewerkt.