Toelichting bij COM(1998)217 - Verkoop van en de waarborgen voor consumptiegoederen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

A * A

A

A

A

* A*

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

Brussel, 31.03.1998 COM(1998) 217 def.

Inhoudsopgave

1.

96/0161 (COD)


Gewijzigd voorstel voor een

RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de

verkoop van en de waarborgen voor consumptiegoederen

(door de Commissie overeenkomstig artikel 189 A, lid 2 van het EG-verdrag ingediend)

Toelichting

I. Overzicht van de procedure

De Commissie van de Europese Gemeenschappen heeft op 18 juni 1996 het voorstel voor een richtlijn betreffende de verkoop van en de waarborgen voor consumptiegoederen goedgekeurd en op 23 augustus 1996 is het bij het Europees Parlement en de Raad ingediend.

Het voorstel is op 25 november 1996 aan de Raad “Consumentenbelangen” voorgelegd.

Tijdens zijn 340e plenaire zitting van 27 en 28 november 1996 heeft het Economisch en Sociaal Comite er, aan de hand van het voorstel van zijn rapporteur, de heer Ettl en diens co-rapporteur, de heer Folias, advies over uitgebracht,.

Het voorstel voor een richtlijn is op 3 november 1997 in de Raad “Consumentenbelangen” besproken.

Het Europees Parlement heeft op 10 maart 1998, op voorstel van zijn rapporteur, mevrouw Kuhn, een wetgevingsresolutie houdende advies van het Europees Parlement goedgekeurd. In bedoelde resolutie verzoekt het Parlement de Commissie haar voorstel te wijzigen aan de hand van de ingediende amendementen.

2.

II. Commentaar op de wijzigingen


De amendementen van het Europees Parlement kunnen in verscheidene categorieen worden onderverdeeld. Zij hebben met name betrekking op het werkingssfeer van het voorstel voor een richtlijn, het begrip overeenstemming, de rechten van de consument, de verplichtingen van de producent, de commerciele waarborgen en de slotbepalingen.

3.

1. Werkingssfeer


De amendementen 2, 11, 12,13, 14, 15, 16 en 17 betreffen het werkingssfeer van het voorstel voor eert richtlijn. De Commissie heeft de amendementen 11, 14, 15 en 17 in hun geheel overgenomen.

De amendementen 12 en 16 zijn overgenomen met een redactionele wijziging. In amendement 12 zijn de woorden “met uitzondering van onroerende goederen” geschrapt, omdat reeds de uitdrukking “roerend goed” wordt gebezigd. Wat amendement 16 betreft: de uitdrukking “en/of’ moet worden vermeden. In deze definitie is het voldoende om “of’ te zeggen, want het gaat hier niet om een altematief, maar om een cumulatief “of’.

De amendementen 2 et 13 zijn gedeeltelijk overgenomen. Wat amendement 2 betreft: de “huurovereenkomsten” zijn geschrapt, omdat het hier een wijziging van de werkingssfeer van de richtlijn betreft, die niet in een overweging kan worden verwezenlijkt. Het woord “beroepshalve” is niet overgenomen Artikel 1 lid 2 c) van het oorspronkelijk voorstel komt overeen met de traditionele definities van bestaande richtlijnen. De aanpassingen zouden dus tot een minimum moeten worden beperkt. Het deel van het amendement dat de ruilovereenkomsten wil opnemen in de werkingssfeer, voldoet inderdaad aan een behoefte die in de praktijk wordt gevoeld. De ovemame van “beroepshalve” is niet nodig, vooral gezien het geringe belang van een dergelijke wijziging in de praktijk.

Tenslotte heeft de Commissie amendement 1 niet overgenomen. Nochtans is de redenering van de richtlijn op twee onderdelen gebaseerd, de interne markt, maar ook de bescherming van de consumenten. Aangezien het Parlement dit aspect van het consumentenbeleid wil versterken, heeft de Commissie in het gewijzigd voorstel een nieuwe overweging opgenomen, die dit element versterkt door de desbetreffende tekst van Artikel 129 A van het Verdrag over te nemen.

4.

2. Begrip overeenstemming


De amendementen 18, 19, 20, 21, 22 en 23 betreffen het begrip overeenstemming. De Commissie heeft de amendementen 19,20, 21 en 23 overgenomen.

De amendementen 18 en 22 zijn niet overgenomen, omdat deze niet in het systeem van dit begrip van overeenstemming in Artikel 2 passen. De bedoeling van amendement 18 wordt al gedekt door Artikel 2 lid 2 d). Bovendien komt het in de handelspraktijk maar zelden voor dat de producent aan de consument een monster of een model overhandigt. De in amendement 22 genoemde elementen worden gedekt door Artikel 2 lid 2 d), dat op de kwaliteitsaspecten betrekking heeft, terwijl Artikel 2 lid 2 b) het gewoonlijk gebruik van de goederen betreft.

5.

3. De rechten van de consument


De amendementen 24, 26, 29 en 45 betreffen de rechten van de consument. De Commissie heeft de amendementen 29 en 45 overgenomen.

De amendementen 24 en 26 zijn slechts voor een deel overgenomen. Wat amendement 24 betreft, men kan de toevoeging dat de aflevering “daadwerkelijk” moet zijn, beter achterwege laten. De term aflevering alleen laat de lidstaten voldoende ruimte voor omzetting, zonder het algemene probleem van de overdracht van de risico’s aan te roeren, een probleem dat in het nationale recht zeer verschillend en gedetailleerd wordt geregeld. Het deel van amendement 26 dat tot doel had het tweede en derde streepje te schrappen, is niet overgenomen. Deze restricties beperken de aansprakelijkheid van de verkoper voor de verklaringen die de producent of diens vertegenwoordiger publiekelijk heeft afgelegd en zijn bijzondere uitdrukkingen van het algemene principe van goede trouw.

6.

4. De toepassingsbepalingen


De amendementen 7, 27, 29, 30, 32 en 33 hebben betrekking op de toepassingsbepalingen van de rechten van de consument. De Commissie heeft de amendementen 7,29, 30, 32 en 33 overgenomen.

Het amendement 27 is niet overgenomen en wel om dezelfde reden die met het subsidiariteitsbeginsel verband houdt, als die welke in verband met amendement 24 is genoemd. De term aflevering alleen laat de lidstaten voldoende ruimte voor omzetting, zonder het algemene probleem van de overdracht van de risico’s aan te roeren, een probleem dat in het nationale recht zeer verschillend en gedetailleerd wordt geregeld.

Artikel 4 van het oorspronkelijk voorstel is geschrapt. Deze bepaling was bedoeld om de vrije keus van de consument tussen zijn vier rechten in evenwicht te brengen. Aangezien deze vrije keus is beperkt door de invoering van een rangschikking van de rechten van de consument, gekoppeld aan criteria die eveneens de vrije keus tussen zijn twee eerste rechten beperken, is de bepaling van Artikel 4, eerste lid niet meer gerechtvaardigd. Het tweede lid van Artikel 4 is in tegenspraak met amendement 33, dat thans het nieuwe Artikel 5 vormt en moet dus worden geschrapt.

7.

5. De verplichtingen van de producent


De amendementen 3, 4, 5, 10 en 25 betreffen de aansprakelijkheid van de producent. De Commissie vindt momenteel dat deze mogelijkheid liever aan de lidstaten moet worden overgelaten. Zoals in de op een na laatste overweging wordt gezegd, zou een wijziging kunnen overwogen in het licht van de met de uitvoering van deze richtlijn opgedane ervaring. Bovendien zijn de rechten van de consument en in het algemeen het huidige systeem van de richtlijn, niet aangepast aan de invoering van deze benadering.

Dc amendementen 6 cn 48 hcbbcn betrckking op de vcrplichte vermelding door de producent van een contactadres waar de consumenten informatie kunnen verkrijgen om hun klachten kracht bij te zetten. Deze amendementen zijn niet overgenomen. Het door deze amendementen ingevoerde systeem zou een belemmering voor de interne markt kunnen vormen.

Amendement 31 tenslotte betreft de relatie tussen de producent en de verkoper. Het tweede deel van dit amendement is niet overgenomen door de Commissie. Het amendement voert ten behoeve van de verkoper een clausule in die soortgelijk is aan Artikel 6, lid 1 van het voorstel, hetgeen niet gerechtvaardigd is. De noodzaak een beroepsverkoper te beschermen is niet zo groot als die van de bescherming van de consument. In de nationale rechtsorde worden de relaties tussen de verkoper en de producent hoofdzakelijk geregeerd door de contractvrijheid.

8.

6. De commerciele waarborgen


De amendementen 8 en 36 die betrekking hebben op de commerciele waarborgen, zijn aanvaard.

9.

7. De slotbepalingen


Amendement 9 betreft de informatie van de consument over de door de verkoper verleende service, amendement 38 de algemene maatregelen om de consumenten op de hoogte te stellen van hun rechten. Amendement 38 is door de Commissie overgenomen. Amendement 9 daarentegen, dat verwees naar een niet door het Europees Parlement goedgekeurd amendement, is door de Commissie niet overgenomen, omdat het niet in overeenstemming is met een bepaling in de tekst van het voorstel.

Amendement 39, waarin de Commissie verplicht wordt verslag uit te brengen over de uitvoering is door haar niet overgenomen. Zo’n verslag is niet nodig, omdat het geen specifiek onderwerp betreft met een concreet vooruitzicht. Gezien het feit dat de omzettingsbepalingen zouden moeten worden gei'ntegreerd in een zeer belangrijk en complex gebied van het nationaal civiel recht, zou een termijn van twee jaar bovendien veel te kort zijn om de ervaringen met de uitvoering te analyseren.

Amendement 40 neemt het huidige voorstel voor een richtlijn op in de bijlage van de richtlijn betreffende het doen staken van de inbreuken in het raam van de bescherming van de consumentenbelangen. Om redenen van wetgevende aard, zijn in het aanvaarde amendement redactionele wijzigingen aangebracht.

Amendement 42, betreffende de clausule van intemationaal privaatrecht in het voorstel voor een richtlijn, is overgenomen.

Amendement 43 betreft rechtsmiddelen; het is niet overgenomen. Dit probleem is te ingewikkeld en beroer teveel problemen buiten het bereik van dit voorstel voor een richtlijn om het in deze context te kunnen regelen.

10.

III. Balans


MENING VAN DE COMMISSIE TEN OPZICHTE VAN DE DOOR

HET PARLEMENT VOORGESTELDE AMENDEMENTEN *

Nr. van het

amen-

dement
Bepalingen in kwestieCommissieNieuwe mimmering
1Eerste “gezien”Afgewezen
2Overweging 3 bis (nieuw)Aanvaard, mits een element wordt geschraptOverweging 5
3Overweging 6Afgewezen
4Overweging 6 bis (nieuw)Afgewezen
5Overweging 7 'Afgewezen
6Overweging 7 bis (nieuw)Afgewezen
7Overweging 8AanvaardOverweging 10
8Overweging 9AanvaardOverweging 11
9Overweging 10 bis (nieuw)Afgewezen
10Overweging 11Afgewezen
11Artikel 1, lid 2, punt a)AanvaardArtikel 1, lid 2, punt a)
12Artikel 1, lid 2, punt b)Aanvaard onder voorwaarde van een redactionele wijzigingArtikel 1, lid 2, punt b)
13Artikel 1, lid 2, punt c)Gedeeltelijk

aanvaard
Artikel 1, lid 2, punt c)
14Artikel 1, lid 2, punt d)AanvaardArtikel 1, lid 2, punt d)
15Artikel 1, lid 2, punt d) bis (nieuw)AanvaardArtikel 1, lid 2, punt e)
16Artikel 1, lid 2, punt d) bis (nieuw)Aanvaard onder voorwaarde van een redactionele wijzigingArtikel 1, lid 2, punt f)
17Artikel 1, lid 2 bis (nieuw)AanvaardArtikel 1, lid 3
18Artikel 2, lid 2, punt a)Afgewezen
19Artikel 2, lid 2, punt c)AanvaardArtikel 2, lid 2, punt c)
20Artikel 2, lid 2, punt d)AanvaardArtikel 2, lid 2, punt d)
21Artikel 2, lid 2 bis (nieuw)AanvaardArtikel 2, lid 3
22Artikel 2, lid 2 ter (nieuw)Afgewezen
23Artikel 2, lid 3AanvaardArtikel 2, lid 4
24Artikel 3, lid 1Gedeeltelijk

aanvaard
Artikel 3, lid 1
25Artikel 3, lid 1 bis (nieuw)Afgewezen
26Artikel 3, lid 2Uitsluitend het eerste deel aanvaardArtikel 3, lid 2, eerste streepje
27Artikel 3, lid 3Afgewezen
29Artikel 3 , lid 4, tweede alinea bis (nieuw)AanvaardArtikel 3, lid 5
30Artikel 3, lid 4, tweede alinea ter (nieuw)AanvaardArtikel 3, lid 6
31Artikel 3, lid 5Uitsluitend het eerste deel aanvaardArtikel 3, lid 7
32Artikel 3 bis (nieuw)AanvaardArtikel 4
33Artikel 3 ter (nieuw)Aanvaard onder voorwaarde van een wijziging.Artikel 5
36Artikel 5AanvaardArtikel 6
38Artikel 5 ter (nieuw)AanvaardArtikel 7
39Artikel 5 quater (nieuw)Afgewezen
40Artikel 5 quinquies (nieuw)Aanvaard met

redactionele

wijziging
Artikel 8
42Artikel 6, lid 2AanvaardArtikel 9, lid 2
43Artikel 7, lid 2AfgewezenArtikel 10
45Artikel 3, lid 4AanvaardArtikel 3, lid 4
48Artikel 3 quater (nieuw)Afgewezen

Uit bovenstaande tabel blijkt, dat de Commissie van de door het Europees Parlement goedgekeurde 40 amendementen er 26 amcndementen heeft aanvaard, waarvan sommigc hctzij gcdccltclijk, hctzij met redactioncle of fundamentele wijzigingen.

Q-

Gewijzigd voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verkoop van en de waarborgen voor

consumptiegoederen

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Ongewijzigd Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100 A,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comite,

11.

Volgens de procedure van artikel 189 B


van het Verdrag, Qverwegende dat de Gemeenschap

bijdraagt tot de verwezenlijking van een

hoog niveau van consumenten-

bescherming door maatregelen die zij

treft in het kader van de totstandkoming

van de interne markt;

12.

Overwegende dat de interne markt een Ongewijzigd


ruimte zonder binnengrenzen omvat,

waarin het vrij verkeer van goederen,

13.

personen, diensten en kapitaal is


gewaarborgd; dat het vrij verkeer van

goederen niet alleen het zakenleven, maar

ook de particular betreft; dat het inhoudt

dat de consumenten die in een Lidstaat

wonen, met volledige kennis van zaken op

het grondgebied van een andere Lidstaat

hun inkopen kunnen steunend op een

sokkel die een minimum aan billijke

voorschriften betreffende de aankoop van

consumptiegoederen biedt.

14.

Overwegende dat de wetgevingen van de Ongewijzigd


lidstaten betreffende de verkoop van

consumptiegoederen talrijke verschillen te

zien geven, zodat ook de nationale markten

voor de consumptiegoederen van elkaar

verschillen en er mededingingsdistorsies

tussen de verkopers kunnen ontstaan;

Overwegende dat de consument van de Ongewijzigd voordelen van de grote markt tracht te genieten door zich goederen in een andere lidstaat dan die waar hij woont aan te schaffen, een fimdamentele rol bij de voltooiing van de interne markt vervult doordat hij het kunstmatig opwerpen van nieuwe grenzen en de afscherming van markten verhindert; dat deze mogelijkheden sterk worden vergroot door de nieuwe communicatietechnologieen die gemakkelijk toegang tot de intemationale distributiesystemen geven, ook die van andere lidstaten; dat bij ontbreken van een minimale harmonisatie van de voorschriften inzake de aankoop van consumptiegoederen, de ontwikkeling van de verkoop van goederen langs de weg van de nieuwe technologieen voor op afstand emstig zal worden belemmerd;

Overwegende dat de creatie van een gemeenschappelijke, minimale sokkel van rechten voor de consument, welke rechten onafhankelijk van de plaats van aankoop van goederen binnen de Gemeenschap geldig zijn, het vertrouwen van de consument zal versterken en deze in staat zal stellen meer van de aan de oprichting van de interne markt verbonden voordelen te profiteren;overwegende dat onder de verkoop van

consumptiegoederen alle soorten

overeenkomsten moet worden verstaan

uit hoofde waarvan goederen door de

verkoper aan de consument worden

geleverd, met inbegrip van

overeenkomsten uit hoofde waarvan goederen worden geleverd in ruil voor

een ander goed ter voldoening van de

aankoopprijs en overeenkomsten waarin

betaling in termijnen is overeengekomen

en de eigendom van de goederen pas

overgaat op de consument op het moment

dat alle verschuldigde termijnbetalingen

zijn voldaan;

Ongewijzigd


15.

Overwegende dat de voomaamste Ongewijzigd


problemen van de consument en de

belangrijkste bron van conflicten met de

verkopers verband houden met het gebrek

aan overeenkomst van de goederen met

hetgeen contractueel is overeengekomen;

16.

dat de nationale wetgevingen betreffende


de verkoop van consumptiegoederen

vanuit dit oogpunt nader tot elkaar dienen

te worden gebracht, evenwel zonder aan de

nationale rcchtsbcginsclcn cn -bepalingen

betreffende de stelsels van contractuele en

extra-contractuele aansprakelijkheid

afbreuk te doen;

17.

Overwegende dat bovenal de goederen Ongewijzigd


moeten overeenstemmen met de

contractuele bedingen; dat het begrip

"overeenstemming met het contract" kan

18.

worden beschouwd als een


gemeenschappelijke basis voor de diverse

nationale rechtstradities; dat voor de

overeenstemming met de overeenkomst de

verkoper voor de consument de

rechtstreeks aansprakelijke persoon moet

zijn; dat zulks in dc rechtsstelscls van de

lidstaten de traditioneel aanvaarde

oplossing is; dat de verkoper zich echter

moet kunnen keren tegen zijn eigen

leverancier, respectievelijk tegen de

producent wanneer de niet-

overeenstemming het gevolg is van een

doen of nalaten hunnerzijds;

19.

Overwegende dat het, indien het product Ongewijzigd


niet met de overeenkomst overeenstemt,

20.

volstaat aan de consument het recht toe te


kennen, herstelling of vervanging van het

product te verlangen, ofwel restitutie van

het betaalde bedrag of ook ontbinding van

de koopovereenkomst; dat cchter de

ui toe foiling van deze rcchlen in dc tijd

21.

mod worden begrensd en termijnen


moeten worden vastgesteld waarbinnen

deze rechten ten aanzien van de verkoper

geldend kunnen worden gemaakt;

Jo

Overwegende dat het, ter garantie van de zekerheid van de transacties en de goede handelsbetrekkingen tussen de partijen, aan de consument dient te staan, de verkoper binnen een korte termijn elk geconstateerd gebrek aan overeenstemming te melden; dat het, om de partijen in de gelegenheid te stellen om in der minne oplossingen te vinden zonder onverwijld

rechtsvorderingen te moeten instellen om hun rechten veilig te stellen, dienstig is vast te stellen dat het aanklagen van het gebrek aan overeenstemming van het goed door de consument de veijaringstermijn onderbreekt.

Overwegende dat het voor bepaalde categories goederen gebruikelijk is dat de verkopers of producenten waarborg op hun producten bieden om de consument tegen elk gebrek dat zich binnen een bepaalde termijn mocht voordoen, te verzekeren; dat deze praktijk tot versterking van de concurrence binnen de markt kan bijdragen; dat desondanks deze waarborgen niet meer dan louter een reclamemiddel kunnen blijken te zijn en voor de consument bedriegelijk kunnen zijn; dat om de transparantie van de markt te waarborgen, bepaalde

gemeenschappelijke beginselen dienen te worden vastgesteld, die op de door de marktdeelnemers worden geboden waarborgen van toepassing zijn;

Overwegende dat de aan de consumenten toegekende rechten niet bij overeenkomst tussen partijen terzijde mogen worden geschoven, om de wettelijke bescherming niet haar zin de ontnemen; dat de consument steeds de vrijheid moet behouden de uit deze richtlijn of uit enige andere toepasselijke nationale bepaling voortvloeiende rechten uit te oefenen, ook wanneer hij het van toepassing worden van de waarborg aanvaardt; dat de bescherming van de consument uit hoofde van deze richtlijn niet dient te worden beperkt
Schrappen.

overwegende dat het voor bepaalde categories goederen gebruikelijk is dat de verkopers of producenten commerciele waarborgen op hun producten bieden om de consument tegen elk gebrek dat zich binnen een bepaalde termijn mocht voordoen, te verzekeren; dat deze praktijk tot versterking van de concurrence binnen de markt kan bijdragen; dat desondanks deze waarborgen niet meer dan louter een reclamemiddel kunnen blijken te zijn en voor de consument bedrieglijk kunnen zijn; dat om de transparantie van de markt te waarborgen, gemeenschappelijke beginselen dienen te worden vastgesteld, die op de door de marktdeelnemers geboden waarborgen van toepassing zijn;

Ongewijzigd


wegens het feit dat het recht van een derde land als op het contract van toepassing wordt beschouwd;

Overwegendc dat de wetgeving en de rechtspraak op dit gebied in de diverse lidstaten van een groeiende zorg getuigen om de consument een bescherming van hoog niveau te garanderen; dat het in het licht van deze ontwikkeling en van de met de uitvoering van deze richtlijn opgedane ervaring, noodzakelijk zal kunnen blijken een sterkere harmonisatie na te streven, door met name te voorzien in een rechtstreekse aansprakelijkheid van de producent voor de gebreken waarvoor hij aansprakelijk is;

Overwegende dat de lidstaten de mogelijkheid moeten hebben, op het door deze richtlijn bestreken gebied strengere voorschriften vast te stellen of deze te handhaven teneinde de consument een hoger niveau van. bescherming te verzekeren,

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Werkingssfeer en definities

1. Deze richtlijn beoogt de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten betreffende de verkoop van en de waarborgen voor consumptiegoederen, teneinde de consument binnen het raam van de interne markt een minimale eenvormige bescherming te garanderen.

2. Voor de doeleinden van deze richtlijn wordt verstaan onder:

a) “Consument”: elke natuurlijke persoon die, in de door deze richtlijn bestreken overeenkomsten handelt met een oogmerk dat met zijn beroep of bedrijf geen rechtstreeks verband houdt;


22.

Ongewijzigd



Ongewijzigd


Ongewijzigd


Ongewijzigd

a) “Consument”: elke natuurlijke persoon die, in de door deze richtlijn bestreken overeenkomsten handelt met een oogmerk dat met zijn beroep of bedrijf geen verband houdt;

b) “Consumptiegoed”: elk goed dat normalerwiize is bestemd voor eindge- of

-verbruik, met uitzondering van

onroerende goederen;

c) “Verkoper”: de natuurlijke of rechtspersoon die in het raam van zijn beroep of bedrijf consumptiegoederen verkoopt;

d) “Waarborg”: elke, ten opzichte van de wettelijke regeling van de verkoop van

consumptiegoederen_aanvullende

verbintenis om in geval van niet-

overeenstemming met de overeenkomst, de

betaalde prijs te vergoeden, een goed in te

ruilen of het te herstellen of zich op

enigerlei wijze erom te bekommeren.
b) “Consumptiegoed”: elk roerend goed dat door een verkoper aan een consument

wordt geleverd;

c) “Verkoper”: de natuurlijke of rechtspersoon die in het raam van zijn beroep of bedrijf consumptiegoederen verkoopt of deze in ruil voor andere activa in plaats van de koopprijs levert;

d) “Commerciele waarborg”: elke door een verkoper of producent aangegane

bijzondere verbintenis om remediSrend op te treden als een consumptiegoed niet

de in het waarborgdocument of in de

relevante reclame_vermelde

eigenschappen bezit.

e) “Producent”: de fabrikant van het

consumptiegoed, de persoon die het op

het grondgebied van de Gemeenschap

invoert, alsmede iedere persoon die zich

als producent uitgeeft door zijn naam,

zijn handelsmerk of een ander

onderscheidend teken op het

consumptiegoed aan te brengen.

f) “vertegenwoordiger van de fabrikant”:

de natuurlijke of rechtspersoon die

optrccdt als dc officiate distributeur of

officiate serviceverlener van de fabrikant,

met uitzondering van onafhankelijke

verkopers die uitsluitend optreden als

detailhandelaar,


23.

3. Overeenkomsten inzake de levering


van te produceren of te vervaardigen

consumptiegoederen_worden

gelijkgesteld aan koopovereenkomsten.

Artikel 2

Overeenstemming met de overeenkomst

24.

1. De gebruiksgocdercn moeten met de Ongewijzigd


verkoopovereenkomst in overeenstemming

zijn.

2. De goederen worden als in Ongewijzigd overeenstemming met de overeenkomst beschouwd, indien zij bij de aflevering aan de consument:

a) in overeenstemming zijn met de door de Ongewijzigd verkoper gegeven beschrijving ervan, en de eigenschappen bezitten van het goed dat de verkoper aan de consument als monster of als model heeft getoond;

b) geschikt zijn voor het gebruik waartoe de goederen van dezelfde soort gewoonlijk dienen;

c) geschikt zijn voor elk specifiek, door de consument gewenst gebruik dat deze aan de verkoper bij het sluiten van de overeenkomst heeft medegedeeld, tenzij uit de omstandigheden voortvloeit dat de

koper zich niet op de verklaringen van de

verkoper heeft verlaten;

d) wat de kwaliteit en de prestaties ervan betreft, bevredigend zijn, gezien de aard van het goed en de daarvoor betaalde prijs

en rekening houdend met de publiekelijk ten aanzien van die gocderen2 door de verkoper, de produccnt of diens vertegenwoordiger afgelegde

verklaringen.

3. Het gebrek aan overeenstemming ten gcvolge van een verkeerde installatie van het goed wordt gclijkgesteld aan een gebrek aan overeenstemming van het goed met de overeenkomst, indien de installatie door de verkoper of onder diens verantwoordelijkheid is verricht.
Ongewijzigd c) geschikt zijn voor elk specifiek, door de consument gewenst gebruik dat deze aan de verkoper bij het sluiten van de overeenkomst heeft medegedeeld;, d) een hoedanigheid hebben die de

consument, wat de kwaliteit en de prestaties betreft, kon verwachten, mede gelet op de in reclame en op etiketten publiekelijk ten aanzien van die goederen door de verkoper, de producent of diens vertegenwoordiger afgelegde

verklaringen.

3. Consumptiegoederen worden als in

overeenstemming met de overeenkomst

in de zin van dit artikel beschouwd, als de

consument op het tijdstip van verkoop

met de koopovereenkomst heeft

ingestemd hoewel hij kennis droeg van

het gebrek aan overeenstemming.

4. Het gebrek aan overeenstemming ten gevolge van een verkeerde installatie van het goed wordt gelijkgesteld aan een gebrek aan overeenstemming van het goed met de overeenkomst, indien de installatie door de verkoper of onder diens verantwoordelijkheid is verricht.

Hetzelfde geldt als het goed door de
consument isgei'nstalleerd en de
verkeerde installatie een gevolg is van
een gebrekin de schrifteliike
montagehandleiding.

Artikel 3

Aansprakelijkheid van de verkoper

1. De verkoper is jegens de consument aansprakelijk voor elk bij de aflevering van het goed aan de consument bestaand gebrek aan overeenstemming dat binnen een termijn van twee jaar te rekenen van het tijdstip van aflevering blijkt, tenzij de consument op het tijdstip van de sluiting

van de aankoopovereenkomst van het

gebrek aan overeenstemming kennis

droeg of daarvan niet onwetend kon zijn.

2. De verkoper is niet aansprakelijk wanneer het goed niet in overeenstemming is met publiekelijk afgelegde verklaringen van de producent of van diens vertegenwoordiger, indien:

- de verkoper aantoont dat hij van de desbetreffende verklaring onkundig was en redeliikerwijs daarvan geen kennis kon dragen;

- de verkoper aantoont dat hij op het tijdstip van de verkoop de desbetreffende verklaring heeft rechtgezet;

- de verkoper aantoont dat de beslissing tot aankoop niet door de desbetreffende verklaring kan worden beinvloed.

1. De verkoper is jegens de consument aansprakelijk voor elk bij de aflevering van het goed aan de consument bestaand gebrek aan overeenstemming dat binnen een termijn van twee jaar te rekenen van het tijdstip van aflevering blijkt.

25.

Ongewijzigd


- de verkoper aantoont dat hij van de desbetreffende verklaring onkundig was en daarvan geen kennis kon dragen.

26.

Ongewijzigd


Ongewijzigd

27.

3. Tot het bewijs van het tegendeel worden Ongewijzigd


de gebreken aan overeenstemming die

binnen een termijn van zes maanden,

gerekend vanaf het tijdstip van aflevering,

28.

blijken, geacht op dat tijdstip te hebben


bestaan, tenzij deze veronderstelling

onverenigbaar is met de aard van goederen

of met de aard van het gebrek aan

overeenstemming.

29.

4. Wanneer een verkoper op een gebrek aan overeenstemming wordt gewezen, overeenkomstig artikel 4, heeft de


consument het recht om van hem hetzij

kosteloze herstelling van het goed binnen

een redelijke termijn, hetzij, zo mogelijk,

30.

de vervanging van het goed, hetzij een


passende vermindering van de prijs, hetzij

ontbinding van de overeenkomst te

verlangen. De uitoefening van het recht

op de ontbinding van de overeenkomst of

de vervanging van het goed is tot een jaar

beperkt.

31.

De lidstaten kunnen bij slechts geringe gebreken aan overeenstemming in beperking van de reeks in de eerste alinea


vermelde rechten voorzien.

32.

4. Wanneer een verkoper op een gebrek aan overeenstemming wordt gewezen, moet hij zonder een onredelijke


vertraging kosteloze reparatie of vervanging aanbieden. De consument heeft het recht te kiezen tussen deze beide

mogelijkheden, tenzij op grond van het

bijzondere karakter van het geval slechts

een mogelijkheid uit het oogpunt van de

belangen van de verkoper economisch

gepast en voor de consument

aanvaardbaar lijkt. De consument is niet

verplicht in te gaan op kosteloze reparatie

indien daardoor een waardevermindering

van het product ontstaat; in dit geval kan

hij vervanging verlangen.

33.

Indien noch kosteloze reparatie noch


vervanging mogelijk is of indien na de

reparatiepoging het gebrek aan

overeenstemming niet is verholpen, heeft

de consument het recht een vermindering

van de prijs of ontbinding van de

overeenkomst te verlangen.

34.

5. Voor als vervangend goed geleverde


consumptiegoederen gelden dezelfde

bepalingen als voor nieuw gekochte

consumptiegoederen.

35.

In het geval dat het goed wordt


vervangen, begint de looptijd van de

aansprakelijkheid overeenkomstig lid 1

opnieuw. In het geval van herstelling van

een gebrek, begint de looptijd van

bovengenoemde_aansprakelijkheid

opnieuw voor het verholpen gebrek.

5. Wanneer de eindverkoper aansprakelijk is jegens de consument uit hoofde van een gebrek aan overcenstemming dat voortvloeit uit een handelen of een nalaten van de producent, van een eerdere verkoper in dezelfde contractuele keten of van enige andere tussenpersoon, heeft de eindverkoper het recht zich tegen de aansprakelijke persoon te keren onder de naar nationaal recht geldende voorwaarden.
6. Alle onkosten, bijvoorbeeld in verband

met vervoer, voorrijden, arbeid en

materiaal, komen voor rekening van de

verkoper.

7. Wanneer de eindverkoper aansprakelijk is jegens de consument uit hoofde van een gebrek aan overecnstemming dat voortvloeit uit een handelen of een nalaten van de producent, van een eerdere verkoper in dezelfde contractuele keten of van enige andere tussenpersoon, heeft de eindverkoper het recht zich tegen de aansprakelijk te stellen personen te keren onder de naar nationaal recht geldende voorwaarden.:

Artikel4

IndienBetaling in termijnen
de verkoper en de consument
betalingin termijnen zijn
overeengekomen, kan deze betaling
worden opgeschort totdat een bestaand
gebrekaan overeenstemming is
verholpen.

Artikel 5

Onderbreking van termijnen

36.

Wanneer de verkoper op een gebrek aan


overeenstemming wordt gewezen, wordt

de in artikel 3, lid 1 bedoelde termijn

onderbroken, totdat aan de verplichtingen

van de verkoper is voldaan. Indien de

consument gebruik maakt van een in de

lidstaten bestaand buitengerechtelijk

klachtenstelsel of een aanklacht indient,

37.

wordt de in artikel 3, lid 1 bedoelde


termijn eveneens onderbroken totdat in

het kader van het buitengerechtelijke

klachtenstelsel een besluit is genomen of

een rechtsgeldige uitspraak is gedaan.

Verplichtingen van de consument

1. Om de in artikel 3, lid 4, vermelde rechten te kunnen uitoefenen meldt de consument aan de verkoper het gebrek aan ovcreenstemming binnen een maand vanaf het tijdstip waarop bij het heeft vastgesteld of normalerwijze had moeten vaststellen.

2. De overeenkomstig lid 1 van het onderhavige artikel gedane melding onderbreekt de in artikel 3, lid 4, voorziene veijaring van rechten. .

Artikel 5 Waarborgen

1. Elke door een verkoper of door een producent geboden waarborg bindt juridisch degene die de waarborg biedt volgens de in het garantiebewijs en in de daarvoor gemaaktc reclame vastgestelde voorwaarden en moet de begunstigde in een betere positie plaatsen dan die welke voortvloeit uit de in de regeling inzake de verkoop van consumptiegoederen zoals ’ die in de nationaal rechtelijke bepalingen is vervat.

2. De waarborg moet in een schriftelijk stuk zijn opgenomen dat vo6r de aankoop naar believen kan worden geraadpleegd en waarin duidelijk de essentiele gegevens zijn vermeld die noodzakelijk zijn om van de waarborg gebruik tc kunnen maken, namelijk de duur en het gcografisch loepassingsgebied van de waarborg, alsmcdc naam cn het adres van de waarborggever.
Schrappen.

Schrappen.

Schrappen.

Artikel 6

Commerciele waarborgen

1. Elke geboden waarborg bindt juridisch degene die de waarborg biedt volgens de in het garantiebewijs en in de daarvoor gemaakte reclame vastgestelde voorwaarden en moet de begunstigde in een betere positie plaatsen dan die welke voortvloeit uit de in de regeling inzake de verkoop van consumptiegoederen zoals die in de nationaal rechtelijke bepalingen is vervat.

2. De waarborg moet in een schriftelijk stuk zijn opgenomen dat v66r de aankoop naar believen kan worden geraadpleegd en waarin duidelijk de essentiele gegevens zijn vermeld die noodzakelijk zijn om van de waarborg gebruik te kunnen maken, namelijk de duur en het gcografisch loepassingsgebied van de waarborg, naam cn adres van de contactpersoon en de te volgen procedure

om van de waarborg gebruik te maken,

alsmede naam en het adres van de waarborggever. Voorts moet daarin de consument erop gewezen worden dat hij


38.

daamaast over wettelijke rechten beschikt


en dat de waarborg deze rechten geheel

onverlet laat. Geldt een waarborg slechts

voor bepaalde onderdelen van een

product, moet dcze beperking duidelijk

kcnbaar wordcn gcmaakt, omdat de

beperking anders ongeldig is.

Artikel 7

Informatie voor de consument

39.

De lidstaten nemen maatregelen om de


consumenten op de hoogte te brengen van

de nationale wettelijke bepalingen die

met het oog op de omzetting van deze

richtlijn zijn vastgesteld, en verzoeken, zo

nodig, beroepsorganisaties om de

consumenten over hun rechten in te lichten.

Artikel 8

40.

De bijlage van richtlijn 98/../EG van het

EuropeesParlement en deRaad
betreffendehet doen stakenvan
inbreukenin het raam vande
bescherming vande
consumentenbelangen1 wordtmet
volgend punt aangevuld: “10) Richtlijn
98/. ./EG van het Europees Parlement en
de Raad betreffende de verkoop van en de
waarborgenvoor consumptiegoederen
(PB L.. vanL 1998, BIZ....)”.
Artikel 9

Artikel 6

Dwingende aard van de bepalingen

41.

Ongewijzigd


1. De contractuele bedingen of de afspraken die voor de melding van het gebrek aan overeenstemming met de verkoper zijn overeengekomen, en die de uit deze richtlijn voortvloeiende rechten terzijde schuiven of beperken, binden de

consument nict.

2. Dc lidstaten nemen de nodige maatregelen opdat, ongeacht de op de overeenkomst toepasselijke wet, en zodra de overeenkomst een nauwe band met het grondgebied van de lidstaten biedt, de consument niet van de uit deze richtlijn voortvloeiende bescherming verstoken blijft.


Artikel 7

Nationale recht en minimum aan bescherming

1. De uitoefening van de uit deze richtlijn voortvloeiende rechten geschiedt onverminderd andere rechten die de consument uit hoofde van de nationale voorschriften inzake het recht van de contractuele of de buitencontractuele aansprakelijkheid kan doen gelden.

2. De lidstaten kunnen, op het door deze richtlijn bestreken gebied, strengere voorschriften, voorzover deze met het Verdrag verenigbaar zijn, vaststellen of handhaven teneinde de consument een hogere graad van bescherming te waarborgen.

Artikel 8

, Omzetting

1. De lidstaten doen de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden die vereist zijn om aan deze richtlijn te voldoen, uiterlijk [2 jaar na haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschap]. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

42.

Wanneer de lidstaten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar de onderhavige richtlijn verwezen of wordt hiemaar verwezen bij de officiele bekendmaking van die bepalingen. De



43.

2. De lidstaten nemen de nodige maatregelen opdat de consument niet van de uit deze richtlijn voortvloeiende bescherming verstoken blijft, indien het recht van een derde land is gekozen als


het op de overeenkomst toepasselijke recht en de overeenkomst een nauwe band met het grondgebied van de lidstaten biedt.

Artikel 10


44.

Ongewijzigd



Ongewijzigd


Ongewijzigd


Artikel 11


regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

2. De lidstaten dclen de Commissie de Ongewijzigd tekst mode van de bcpalingen van intern rccht die zij op het ondcr deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 9


Artikel 12


Inwerkingtreding

Deze richtlijn treedt in werking op de Ongewijzigd twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Artikel 13

Artikel 10

Geadresseerden

45.

Deze richtlijn is gcricht tot de lidstaten. Ongewijzigd


Gedaan te Brussel,

Voor het Europees Parlement,


Voor de Raad,


46.

De Voorzitter


De Voorzitter

ISSN 0254-1513

COM i 217 def.
DOCUMENTEN

NL

10 06

Catalogusnummer : CB-CO-98-228-NL-C

ISBN 92-78-33066-3

47.

Bureau voor officiele publikaties der Europese Gemeenschappen L-2985 Luxemburg


1

.PBL... van... 1998,biz.