Toelichting bij COM(2017)14 - Toekenning van macrofinanciële bijstand aan Moldavië

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

De Republiek Moldavië heeft de voorbije twee jaar zowel op economisch als op politiek gebied een moeilijke periode gekend. In november 2014 kwam een groot bankfraudeschandaal aan het licht dat ernstige bestuursproblemen onthulde, met als gevolg politieke instabiliteit – met onder meer de vorming van drie verschillende regeringen sinds de verkiezingen van november 2014 en de vervanging van de gouverneur van de Nationale Bank van Moldavië (NBM) – en straatprotesten. Die ontwikkelingen hebben eveneens geleid tot een vertraging van de economische groei, de opschorting van de begrotingssteun van de internationale partners van Moldavië en een verzwakking van de begrotingspositie en de betalingsbalans. De economische problemen werden nog erger door een recessie of zwakke economische activiteit van enkele van de belangrijkste regionale handelspartners van Moldavië (met name Rusland, maar ook Wit-Rusland en Oekraïne). Deze ontwikkelingen hebben een daling van de uitvoer en de geldovermakingen veroorzaakt. Die gevolgen worden maar gedeeltelijk gecompenseerd door een toename van de handel met de EU na de inwerkingtreding van de associatieovereenkomst die in 2014 werd ondertekend en die voorziet in de oprichting van een diepe en brede vrijhandelsruimte (DCFTA, Deep and Comprehensive Free Trade Area).

In dat verband heeft Moldavië het Internationaal Monetair Fonds (IMF) om steun verzocht. Na moeizame en langdurige onderhandelingen, die de bestaande politieke instabiliteit weerspiegelden, bereikten de autoriteiten in juli 2016 uiteindelijk overeenstemming met het IMF over een programma voor steun via een driejarige regeling voor een uitgebreide kredietfaciliteit en een uitgebreide financieringsfaciliteit (ECF/EFF). Die regeling werd op 7 november 2016 door de raad van bestuur van het IMF goedgekeurd. De regeling werd mogelijk gemaakt door een nieuw engagement van de autoriteiten, na het aantreden van een nieuwe regering onder leiding van premier Filip in januari 2016 en de aanstelling van een nieuwe gouverneur van de centrale bank in maart 2016, om bestuursproblemen in de financiële sector en bij het beheer van de overheidsfinanciën aan te pakken. De met het IMF overeengekomen financiële regeling zou 75 % van het quotum van Moldavië bij het IMF vertegenwoordigen (129,4 miljoen SDR of circa 161 miljoen EUR). De ECF/EFF heeft tot doel het bestuur en het toezicht in de financiële sector spoedig te verbeteren, het beleid met het oog op macro-economische en financiële stabiliteit te versterken en duurzame en inclusieve groei te bevorderen.

Er moet worden opgemerkt dat naar aanleiding van de conclusies van de Raad Buitenlandse Zaken van 15 februari 2016 een routekaart voor prioritaire hervormingen werd overeengekomen tussen de EU en de Moldavische autoriteiten om de belangrijke structurele hervormingen weer op gang te brengen. De deadline daarvoor was 31 juli 2016. Sindsdien is aanzienlijke vooruitgang geboekt met de uitvoering van die routekaart, maar nog niet alle in de conclusies van de Raad van februari uitgedrukte zorgpunten van de EU zijn aangepakt.

De Moldavische regering verzocht in augustus 2015 ook om macrofinanciële bijstand (MFB) van de EU en herhaalde dat verzoek in maart 2016 1 . Wegens dat verzoek en in het licht van de politieke en economische ontwikkelingen sinds 2014 dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een voorstel in voor een besluit tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan de Republiek Moldavië voor een bedrag van maximaal 100 miljoen EUR. Van dit bedrag zou 60 miljoen EUR worden verstrekt in de vorm van leningen en 40 miljoen EUR in de vorm van subsidies. Het voorgestelde bedrag is gerechtvaardigd op basis van een bijgestelde beoordeling van de externe financieringsbehoeften van het land, de omvang van het IMF-programma, overwegingen op het vlak van lastenverdeling en de speelruimte op de EU-begroting.

De voorgestelde macrofinanciële bijstand van de EU zou Moldavië helpen om een deel van zijn resterende externe financieringsbehoeften in de periode 2016-2018, die op ongeveer 442 miljoen USD (402 miljoen EUR) worden geraamd, in het kader van het nieuwe IMF-programma te lenigen. De operatie zou de economie op korte termijn minder kwetsbaar maken wat de betalingsbalans en de begroting betreft. Ze zou worden ontworpen en uitgevoerd in coördinatie met de aanpassings- en hervormingsprogramma's die Moldavië met het IMF en de Wereldbank overeenkomt, alsook met de hervormingen die zijn afgesproken in het kader van de EU-maatregelen ter ondersteuning van de begroting en de overeenkomst voor een diepe en brede vrijhandelsruimte.

De uitvoering van de voorgestelde operatie zal naar verwachting gepaard gaan met de hervatting van de betalingen in het kader van uit het Europees nabuurschapsinstrument (ENI) gefinancierde maatregelen ter ondersteuning van de begroting. Die zijn sinds begin 2015 bevroren uit bezorgdheid over bestuurlijke zaken en het ontbreken van een betrouwbare macro-economische beleidsstrategie.

Zoals nader uitgelegd in het werkdocument van de diensten van de Commissie dat dit voorstel vergezelt, is de Commissie van mening, mede op basis van de door de Europese Dienst voor extern optreden verrichte beoordeling van de politieke situatie, dat aan de politieke en economische randvoorwaarden voor de voorgestelde macrofinanciële bijstand is voldaan.

Algemene context

De macro-economische vooruitzichten voor Moldavië blijven kwetsbaar, maar de combinatie van recente aanpassingsmaatregelen en het vooruitzicht van een hervatting van de buitenlandse donorsteun hebben ertoe bijgedragen dat het land een zekere stabiliteit heeft kunnen herstellen.

Na een duidelijke vertraging van de groei in 2014 is Moldavië vorig jaar in een recessie beland, met een bbp dat in 2015 met 0,5 % is gedaald door a) ongunstige weersomstandigheden waardoor de landbouwproductie met 13,4 % is gedaald, b) een snellere daling van de geldovermakingen en zwakke uitvoerprestaties, die de recessie of zwakke economische activiteit van enkele van de belangrijkste handelspartners van Moldavië, namelijk Wit-Rusland, Rusland en Oekraïne, weerspiegelen, c) een zwakke binnenlandse kredietexpansie door de problemen in het bankwezen en de verstrakking van het monetaire beleid en d) een begrotingskrimp, die deels te wijten is aan de opschorting van de steun van internationale donoren, maar ook aan de daling van de belastingontvangsten door de recessie, die onder meer het overheidsinvesteringsprogramma voor 2015 sterk heeft beïnvloed. Na de aanpassing in 2015 zal de Moldavische economie zich naar verwachting slechts langzaam herstellen in 2016 en de jaren daarna. In 2016 zal het bbp waarschijnlijk met ongeveer 2 % stijgen. De groei zal in 2016 beperkt blijven door bezuinigingen op de begroting en strenge kredietvoorwaarden, alsook door beperkte overmakingsstromen en hogere lokale energietarieven, waardoor de particuliere consumptie laag zal blijven. Ondertussen zullen voor de heroriëntering naar de Europese markten tijd en investeringen nodig zijn.

Na een versnelling van 4,7 % in december 2014 naar 13,5 % in december 2015 (op jaarbasis) vertoont de inflatie van de consumentenprijzen een dalende tendens en bedroeg ze in september 2016 3,0 %. Het IMF voorspelt een gemiddelde jaarlijkse inflatie van 6,9 % voor 2016 en van 4,9 % voor 2017.

De regering heeft aanzienlijke budgettaire druk ondervonden door lagere begrotingsinkomsten als gevolg van de zwakkere economische activiteit en de onderbreking van de begrotingssteun van donoren. Die factoren hebben bijgedragen aan de toename van het begrotingstekort van 1,9 % van het bbp in 2014 tot 2,3 % van het bbp in 2015. In overeenstemming met het programma dat met het IMF is overeengekomen, werd op 4 oktober 2016 een herziene begroting voor 2016 door de regering goedgekeurd en door de president ondertekend, met daarin de nodige aanpassingsmaatregelen aan zowel de uitgaven- als de inkomstenzijde om de tekortdoelstelling van 3,2 % van het bbp te bereiken.

In totaal bedroegen de besparingen die voortvloeien uit zowel de inkomsten- als de uitgavenmaatregelen in 2016 2,2 miljard MDL, of 1,7 % van het bbp. Het betreft maatregelen om de loonkosten onder controle te houden (onder meer door het aantal vacatures te beperken) en verscheidene maatregelen om de belastinginning te verbeteren, de belastingdienst te hervormen en het buitensporige aantal belastingvrijstellingen te beperken.

De overheidsschuldquote is gestegen van 36 % eind 2014 naar 45 % eind 2015. Bij deze ramingen wordt rekening gehouden met de noodleningen met staatsgaranties die door de NBM aan de drie banken in liquidatie zijn afgegeven. De stijging van de overheidsschuld van het voorbije jaar werd grotendeels aangedreven door de component binnenlandse schuld. De buitenlandse overheidsschuld is minder gestegen (van 18 % van het bbp in 2014 naar 21 % van het bbp eind 2015) en die stijging was hoofdzakelijk toe te schrijven aan de waardevermindering van de leu. De buitenlandse schuld bestaat vooral uit schulden op de middellange en lange termijn die tegen concessionele voorwaarden bij multilaterale en bilaterale crediteuren zijn aangegaan.

In 2015 is het tekort op de lopende rekening gedaald naar 293 miljoen EUR (met 40 % op jaarbasis) door een sterke daling van de prijzen van ingevoerde energie en een zwakke binnenlandse vraag, waardoor de invoer verlaagde. Als percentage van het bbp is het tekort op de lopende rekening gedaald van 6,7 % in 2014 naar 5,0 % in 2015 als gevolg van de daling van het bbp uitgedrukt in dollar in 2015 (wat op zich een weerspiegeling is van zowel de daling van het reële bbp als de waardevermindering van de leu).

Ondanks de turbulente economische en politieke ontwikkelingen in Moldavië werd de instroom van buitenlandse directe investeringen (BDI) in 2015 niet aangetast. In 2015 bedroeg de BDI-instroom 165 miljoen USD, tegenover 158 miljoen USD in 2014. De vrije economische zones waren belangrijk voor het aantrekken van BDI.

Als gevolg van de crisis in de financiële sector zijn de internationale reserves tussen september 2014 en februari 2015 met 35 % afgenomen tot 1,7 miljard USD, hetzij ongeveer 4,3 maanden invoer. Meer in het bijzonder heeft de NBM in die periode voor in totaal 700 miljoen USD van haar deviezenreserves verkocht, zowel via speciale verkopen aan de drie door de overheid gecontroleerde banken die in liquidatie gingen als op de deviezenmarkt. Die daling weerspiegelde ten dele de hogere mate van dollarisering van de spaargelden door het verzwakte vertrouwen in de leu. Vanaf dat moment tot september 2016 heeft de centrale bank 2,1 miljard USD aan deviezenreserves opgebouwd, hetzij 5,1 maanden verwachte invoer, wat aantoont dat de deviezenmarkt zich stabiliseert en herstelt.

Na een impasse van meerdere jaren in het hervormingsproces is de voorbije zes maanden aanzienlijke vooruitgang geboekt met de uitvoering van de structurele hervormingsagenda, waaronder hervormingen die deel uitmaken van de routekaart voor prioritaire hervormingen die in februari 2016 met de EU is overeengekomen. De goedkeuring van maatregelen op een aantal gebieden, zoals de hervorming van het openbaar bestuur, de benoeming van de voorzitter van de nationale commissie voor financiële markten, alsook stappen in de richting van liberalisering van de elektriciteits- en de gassector, heeft echter vertraging opgelopen. De EU wordt steeds meer betrokken bij het verstrekken van technische adviezen en beleidsadviezen aan Moldavië over structurele hervormingen via de financiering van een team van 25 zogenaamde adviseurs op hoog niveau die samenwerken met hooggeplaatste ambtenaren van verschillende instellingen. Onder de laatstgenoemde vallen de premier, de minister van Financiën en de gouverneur van de NBM. Deze ongekende operatie heeft betrekking op belangrijke hervormingsgebieden, zoals de financiële sector, het beheer van de overheidsfinanciën, externe controle en de uitvoering van de diepe en brede vrijhandelsruimte.

De prognoses van het IMF van november 2016 wijzen op aanzienlijke betalingsbalansbehoeften voor de periode 2016-2018, met een totaal extern financieringstekort van naar schatting 469 miljoen USD (184 miljoen USD in 2016, 186 miljoen USD en 99 miljoen USD in 2018). Dit financieringstekort kan grotendeels aan drie factoren worden toegeschreven: een relatief groot tekort op de lopende rekening, het feit dat een deviezenreserve moet worden opgebouwd en de verwachte grote schuldaflossingen. De voorgestelde nieuwe macrofinanciële bijstand van 100 miljoen EUR zou 24,9 % van het geraamde resterende financieringstekort dekken (na aftrek van de netto-IMF-financiering en de verwachte uitbetaling van beleidsleningen van de Wereldbank).

Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied

Besluit nr. 938/2010/EU waarbij een eerste macrofinanciële bijstand ten bedrage van 90 miljoen EUR aan subsidies aan de Republiek Moldavië werd verstrekt, werd op 20 oktober 2010 vastgesteld door het Europees Parlement en de Raad 2 . De bijstand is volledig uitbetaald in de periode 2010-2012.

Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de Unie

De Europese Unie en de Republiek Moldavië hebben in de loop van de jaren nauwe politieke en economische betrekkingen ontwikkeld. Dit heeft geleid tot de sluiting van een associatieovereenkomst, met inbegrip van een diepe en brede vrijhandelsruimte, die op 27 juni 2014 werd ondertekend en op 1 juli 2016 volledig in werking is getreden. De associatieovereenkomst verving de vroegere partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst en zal de politieke associatie en de economische integratie tussen Moldavië en de EU mogelijk maken. Op basis van de structuur van de associatieovereenkomst is in een associatieagenda – die in 2014 werd goedgekeurd – een lijst van prioriteiten opgenomen die in de periode 2014-2016 gezamenlijk kunnen worden uitgevoerd. Deze wordt momenteel herzien om een bijgewerkte versie voor 2017-2019 op te stellen. In het integraal steunkader voor de periode 2014-2017 worden de prioritaire sectoren voor samenwerking tussen de EU en Moldavië in het kader van het Europees nabuurschapsinstrument vastgesteld. Er is ook begonnen aan een nieuw integraal steunkader voor de periode 2017-2020.

Moldavië heeft ook sterke economische banden met de EU. In 2015 was de EU de grootste handelspartner van Moldavië, met een aandeel van 53 %, ruim vóór Rusland met 13 %. In 2016 is dat aandeel verder gestegen tot 62 %.

Landen die onder het Europees nabuurschapsbeleid vallen, komen voor macrofinanciële bijstand in aanmerking. De macrofinanciële bijstand van de EU zou fungeren als aanvulling op de subsidies die in het kader van het Europees nabuurschapsinstrument en andere EU-programma's worden verleend, en met name op de voorwaarden die zijn gesteld in het kader van de begrotingssteunpakketten die door de EU worden uitgevoerd. Door de Moldavische autoriteiten te steunen bij de totstandbrenging van een passend kader om het macro-economische beleid te hervormen en structurele hervormingen door te voeren, zou de macrofinanciële bijstand van de EU de meerwaarde en de doelmatigheid van alle financiële interventies van de EU, ook via andere financiële instrumenten, ten goede komen.

Hoewel er nog steeds bezorgdheid bestaat over de mensenrechtensituatie en over kwesties inzake het bestuur en de rechtsstaat in Moldavië, geven de Moldavische autoriteiten blijk van een hernieuwd engagement om de problemen inzake bestuur aan te pakken en vaart te zetten achter de nodige politieke hervormingen. Het doorvoeren van essentiële hervormingen blijft echter noodzakelijk voor een succesvolle uitvoering van de macrofinanciële bijstand en zal van nabij worden opgevolgd.

In deze context wordt Moldavië geacht aan de politieke voorwaarden voor de toekenning van macrofinanciële bijstand aan derde landen te voldoen, met name eerbiediging van de democratie, mensenrechten en de rechtsstaat, en het is een land waarmee de EU nauwe politieke en economische betrekkingen onderhoudt. Het werkdocument van de diensten van de Commissie dat dit voorstel vergezelt, heeft als bijlage een gedetailleerde toetsing aan de politieke criteria voor macrofinanciële bijstand, die door de Europese Dienst voor extern optreden is opgesteld.

2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Samenvatting van de voorgestelde maatregel(en)

De betrokken macrofinanciële bijstand zou maximaal 100 miljoen EUR bedragen. De Commissie stelt voor om het bedrag van de bijstand te verstrekken in de vorm van een lening op middellange termijn van maximaal 60 miljoen EUR en subsidies van maximaal 40 miljoen EUR. De bijstand zal bijdragen aan de dekking van de resterende externe financieringsbehoeften van Moldavië in 2016-2018, zoals berekend door de Commissie op basis van de ramingen van het IMF.

Vanwege de voorgestelde omvang van de operatie overweegt de Commissie om de bijstand in drie tranches beschikbaar te stellen. De eerste twee tranches, die beide uit een subsidiecomponent van 10 miljoen EUR en een leningcomponent van 20 miljoen EUR bestaan, zouden in 2017 worden uitbetaald; de derde tranche, die uit een subsidiecomponent van 20 miljoen EUR en een leningcomponent van 20 miljoen EUR bestaat, in de eerste helft van 2018. De bijstand zal door de Commissie worden beheerd. Daarbij zijn met het Financieel Reglement strokende specifieke bepalingen ter preventie van fraude en andere onregelmatigheden van toepassing.

Er zullen strikte voorwaarden verbonden zijn aan de uitbetalingen in het kader van de macrofinanciële bijstand, waarbij elke tranche, ook de eerste, afhankelijk zal zijn van goede vooruitgang die wordt geboekt met zowel het IMF-programma als de specifieke beleidsvoorwaarden die met de EU zijn afgesproken in het memorandum van overeenstemming dat aan deze operatie is verbonden. Die beleidsvoorwaarden moeten enkele van de fundamentele tekortkomingen aanpakken die in de loop der jaren uit de Moldavische economie en het stelsel voor economische governance naar voren zijn gekomen. Mogelijke gebieden van conditionaliteit zouden het volgende kunnen omvatten: hervormingen om de governance in de financiële sector te versterken, het beheer van de overheidsfinanciën, een hervorming van de energiesector en begeleidende maatregelen ter versterking van het sociale vangnet, ter verbetering van het investeringsklimaat en ter ondersteuning van de uitvoering van de overeenkomst voor een diepe en brede vrijhandelsruimte.

Het besluit om de voorgenomen bijstand in de vorm van subsidies en leningen te verstrekken, wordt gerechtvaardigd door het ontwikkelingsniveau (afgemeten aan het inkomen per hoofd van de bevolking) en de schuldindicatoren van Moldavië. Het is voorts in overeenstemming met de behandeling van Moldavië door het IMF en de Wereldbank. Moldavië komt immers in aanmerking voor financiering onder zachte voorwaarden van zowel het Poverty Reduction and Growth Trust-fonds van het IMF als de International Development Agency (IDA) van de Wereldbank.

Rechtsgrondslag

De rechtsgrondslag van dit voorstel is artikel 212 VWEU.

Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

Het subsidiariteitsbeginsel is geëerbiedigd aangezien de doelstelling de macro-economische stabiliteit op korte termijn in de Republiek Moldavië te herstellen, onvoldoende kan worden verwezenlijkt door de lidstaten alleen en derhalve beter door de Europese Unie kan worden verwezenlijkt. De belangrijkste redenen zijn de budgettaire beperkingen op nationaal niveau en de behoefte aan krachtige donorcoördinatie om de omvang en de doeltreffendheid van de bijstand zo groot mogelijk te maken.

Evenredigheid

Het voorstel is in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel: het blijft beperkt tot hetgeen minimaal vereist is om de doelstellingen van macro-economische stabiliteit op korte termijn te verwezenlijken en gaat niet verder dan wat voor dat doel nodig is.

Zoals de Commissie op basis van de ramingen van het IMF in het kader van de regeling inzake de uitgebreide financieringsfaciliteit heeft berekend, komt het bedrag van de voorgestelde nieuwe macrofinanciële bijstand neer op 24,9 % van het geraamde resterende financieringstekort voor de periode 2016-2018. Dit strookt met de standaardpraktijken inzake lastendeling voor macrofinanciële-bijstandsoperaties, rekening houdend met de bijstand die door andere bilaterale en multilaterale donoren aan Moldavië is toegezegd.

Keuze van het instrument

Projectfinanciering of technische bijstand zou niet geschikt of afdoende zijn voor de verwezenlijking van de macro-economische doelstellingen. De belangrijkste meerwaarde van macrofinanciële bijstand in vergelijking met andere EU-instrumenten zou zijn dat hij de externe financiële druk verlicht en de totstandkoming van een stabiel macro-economisch kader faciliteert, onder meer door een houdbare betalingsbalans en begrotingssituatie en een passend kader voor structurele hervormingen te bevorderen. Door aan de totstandbrenging van een passend algemeen beleidskader bij te dragen, kan macrofinanciële bijstand de doeltreffendheid vergroten van de acties die in Moldavië in het kader van andere financiële instrumenten van de EU met een nauwere focus worden gefinancierd.

3. RESULTATEN VAN EX-POSTEVALUATIES, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELINGEN

Raadpleging van belanghebbende partijen

De macrofinanciële bijstand wordt toegekend als een integrerend onderdeel van de internationale steun voor de economische stabilisatie van de Republiek Moldavië. Bij het opstellen van dit voorstel voor macrofinanciële bijstand hebben de diensten van de Commissie overleg gepleegd met het IMF en de Wereldbank, die reeds omvangrijke financieringsprogramma's in het land hebben lopen en nieuwe programma's aan het voorbereiden zijn. De Commissie heeft het Economisch en Financieel Comité op 20 september 2016 geraadpleegd, dat dan zijn goedkeuring aan het ontwerpvoorstel heeft gehecht. De Commissie heeft ook regelmatig contact gehad met de Moldavische autoriteiten.

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid

Overeenkomstig de vereisten van het Financieel Reglement hebben de diensten van de Commissie een operationele beoordeling uitgevoerd van de financiële en administratieve procedures in Moldavië om zich ervan te vergewissen dat de bestaande procedures voor het beheer van de programmabijstand, met inbegrip van macrofinanciële bijstand, voldoende garanties bieden. Zij hebben het eindverslag van de operationele beoordeling ontvangen dat een adviesbureau in februari 2016 heeft opgesteld. In het verslag wordt geconcludeerd dat de huidige status van de administratieve en financiële procedures in Moldavië grotendeels toereikend is voor het beheer van nieuwe macrofinanciële bijstand, hoewel er nog steeds belangrijke tekortkomingen bestaan. De ontwikkelingen op dit gebied zullen ook van dichtbij gevolgd blijven worden door middel van de regelmatige voortgangsverslagen over hervormingen inzake het beheer van de overheidsfinanciën die de EU-delegatie in Chisinau opstelt.

Effectbeoordeling

De macrofinanciële bijstand van de EU is een uitzonderlijk noodinstrument om ernstige betalingsbalansmoeilijkheden in derde landen aan te pakken. Dit voorstel voor macrofinanciële bijstand is dus vrijgesteld van het vereiste dat een effectbeoordeling wordt verricht overeenkomstig de richtsnoeren inzake betere regelgeving van de Commissie (SWD(2015) 111 final), omdat het politiek noodzakelijk is dat in deze noodsituatie snel wordt gereageerd.

Meer in het algemeen bouwen de voorstellen inzake macrofinanciële bijstand van de Commissie voort op lessen die zijn getrokken uit evaluaties achteraf van eerdere operaties in de buurlanden van de EU. De nieuwe macrofinanciële bijstand en het bijbehorende economische aanpassings- en hervormingsprogramma zullen ertoe bijdragen om de financieringsbehoeften van Moldavië op korte termijn te verlichten, de beleidsmaatregelen te ondersteunen die erop gericht zijn de houdbaarheid op middellange termijn van de betalingsbalans en van de begroting te versterken en de duurzame groei te verhogen, en vormen dus een aanvulling op het met het IMF overeen te komen programma. Die beleidsvoorwaarden moeten enkele van de fundamentele tekortkomingen aanpakken die in de loop der jaren uit de Moldavische economie en het stelsel voor economische governance naar voren zijn gekomen. Mogelijke gebieden van conditionaliteit zouden in principe het volgende kunnen omvatten: hervormingen om de governance in de financiële sector te versterken, het beheer van de overheidsfinanciën, een hervorming van de energiesector en begeleidende maatregelen ter versterking van het sociale vangnet, ter verbetering van het investeringsklimaat en ter ondersteuning van de uitvoering van de overeenkomst voor een diepe en brede vrijhandelsruimte.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De geplande bijstand zou worden verstrekt in de vorm van een lening en een subsidie. De lening zou worden gefinancierd met behulp van een lening die de Commissie namens de EU zal opnemen. De gevolgen voor de begroting van de bijstand in de vorm van een lening zullen overeenstemmen met de voorziening van het Garantiefonds van de EU ten belope van 9 % van de uitgekeerde bedragen uit begrotingsonderdeel 01 03 06 ("Voorziening van het Garantiefonds"). In de veronderstelling dat de eerste twee uitbetalingen van de lening (van 20 miljoen EUR elk) in 2017 en de derde uitbetaling (van 20 miljoen EUR) in 2018 zal gebeuren, zal de voorziening overeenkomstig de regels inzake het garantiefondsmechanisme plaatsvinden in het kader van de begrotingen 2019-2020 voor een bedrag van respectievelijk 3,6 miljoen EUR en 1,8 miljoen EUR 3 . De subsidiecomponent van de bijstand (10 miljoen EUR voor elk van de eerste twee tranches en 20 miljoen EUR voor de derde tranche) zou gefinancierd worden uit vastleggingskredieten van de begrotingen 2017 en 2018, onder begrotingsonderdeel 01 03 02 ("Macrofinanciële bijstand"), met betalingen in 2017 en 2018. Op basis van de huidige prognoses van het gebruik van de begrotingsonderdelen 01 03 02 en 01 03 06 is de Commissie van oordeel dat de gevolgen voor de begroting van de operatie kunnen worden opgevangen.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Evaluatie-/herzienings-/vervalbepaling

Het voorstel bevat een vervalbepaling. De voorgestelde macrofinanciële bijstand zou beschikbaar worden gesteld gedurende tweeënhalf jaar vanaf de eerste dag na de inwerkingtreding van het memorandum van overeenstemming.