Toelichting bij JOIN(2017)7 - Standpunt in de Associatieraad EU-Algerije over de goedkeuring van de partnerschapsprioriteiten EU-Algerije

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Met het herziene Europese nabuurschapsbeleid 1 dat in november 2015 is vastgesteld, is een nieuw kader gecreëerd voor de bilaterale betrekkingen met partners. Deze betrekkingen moeten worden opgenomen in de partnerschapsprioriteiten, die als belangrijk referentiepunt zullen dienen voor de prioriteiten die met de partnerlanden voor de komende jaren worden overeengekomen.

Het overleg met de Democratische Volksrepubliek Algerije (Algerije) is begonnen in april 2016 met de toezending van een voorlopige versie van de tekst aan de Algerijnse autoriteiten voor het bezoek van commissaris Hahn aan Algiers van 11 mei 2016. Dit strookt met de nieuwe mondiale strategie van de Europese Unie 2 voor buitenlands en veiligheidsbeleid die de hoge vertegenwoordiger in juni 2016 heeft ingediend en die voorziet in een zo efficiënt mogelijke benutting van alle instrumenten van de EU om de impact en de zichtbaarheid van de steun van de Unie te verhogen.

De EU en Algerije kwamen overeen dat het document “partnerschapsprioriteiten” het eerste referentiekader vormt dat door het herziene Europese nabuurschapsbeleid werd toegestaan, hetgeen het pad effent voor een versterkte samenwerking. Dit document is ook een nuttige informatiebron bij de programmering van de steun van de EU.

In de “partnerschapsprioriteiten” komen de gedeelde belangen tot uiting en wordt nadruk gelegd op gebieden waarop samenwerking tussen de EU en Algerije wederzijdse voordelen oplevert. De eerbiediging van democratische beginselen en de mensenrechten is een essentieel element van de betrekkingen tussen de EU en Algerije. De gedeelde doelstelling van de EU en Algerije om tot een gemeenschappelijke ruimte van vrede, welvaart en stabiliteit te komen, vereist dat zij samenwerken, met name in een geest van gedeelde zeggenschap en differentiatie, en de balans opmaken van de belangrijke rol die Algerije speelt in de regio.

De EU en Algerije pakken de dringendste uitdagingen aan en blijven daarnaast werk maken van de belangrijkste doelstellingen van hun duurzaam partnerschap, namelijk het bevorderen van een duurzame stabiliteit op nationaal en regionaal niveau en het steunen van de duurzame economische groei via sterke staatsinstellingen en de diversificatie en het competentievermogen van de Algerijnse economie, door gebruik te maken van de mogelijkheden die voortkomen uit de Algerijnse privésector en het maatschappelijk middenveld. De belangrijkste politieke prioriteiten voor de betrekkingen tussen de EU en Algerije de komende jaren zijn:

politieke dialoog, bestuur, rechtsstaat en bevordering van de grondrechten;

samenwerking, inclusieve sociaaleconomische ontwikkeling, handel en toegang tot de eengemaakte Europese markt;

energiepartnerschap, milieu en duurzame ontwikkeling;

dialoog over strategie en veiligheid (met inbegrip van regionale kwesties en terrorismebestrijding);

menselijke dimensie, migratie en mobiliteit.

Samenhang met de huidige bepalingen op dit beleidsgebied

De partnerschapsprioriteiten EU-Algerije vormen het eerste bilaterale kader dat in de context van het nieuwe Europese nabuurschapsbeleid wordt overeengekomen, en zijn in overeenstemming met de prioriteiten en bepalingen van dat beleid, namelijk de stabilisering van de nabuurschapslanden op politiek, economisch en veiligheidsvlak. De prioriteiten stroken ook met de Associatieovereenkomst EU-Algerije, die in 2005 in werking is getreden 3 .

Samenhang met andere beleidsgebieden van de Unie

De partnerschapsprioriteiten EU-Algerije weerspiegelen het reeds langlopende engagement van de EU ten aanzien van haar mediterrane partners. Bij het opstellen ervan is ten volle rekening gehouden met de oproep in het kader van de mondiale strategie van de EU tot een geïntegreerde aanpak van crises, waarbij het humanitaire beleid en het beleid op het gebied van ontwikkeling, migratie, handel, investeringen, infrastructuur, onderwijs, gezondheid en onderzoek een plaats krijgen. In de prioriteiten wordt onder meer aandacht besteed aan het bevorderen van de mensenrechten en goed bestuur, de externe dimensie van het migratiebeleid van de EU, de grotere nadruk op internationale samenwerking voor de bestrijding van terrorisme en gewelddadig extremisme, en de potentiële impact van handel op eerlijke groei en waardig werk.

2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

Dit voorstel voor een besluit van de Raad betreffende het door de Unie in te nemen standpunt in de Associatieraad die is ingesteld bij de Europees-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Democratische Volksrepubliek Algerije anderzijds, over de goedkeuring van de partnerschapsprioriteiten, heeft als rechtsgrondslag artikel 218, lid 9, VWEU.

Overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU wordt gegarandeerd dat de partnerschapsprioriteiten kunnen leiden tot steun van de Unie waarin is voorzien in het kader van het Europees nabuurschapsinstrument. De partnerschapsprioriteiten zouden naar verwachting tijdens een vergadering van de Associatieraad EU-Algerije begin 2017 worden goedgekeurd, nadat de Raad op basis van artikel 218, lid 9, VWEU een EU-standpunt voor de Associatieraad heeft goedgekeurd.

Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

De partnerschapsprioriteiten betreffende de betrekkingen tussen de EU en Algerije kunnen niet op nationaal niveau door de lidstaten worden goedgekeurd.

Evenredigheid

Krachtens artikel 218, lid 9, VWEU is de goedkeuring van een standpunt van de Raad vereist met het oog op de goedkeuring van de partnerschapsprioriteiten door de Associatieraad.

Keuze van het instrument

In de conclusies van de Raad van 14 december 2015 over de herziening van het Europees nabuurschapsbeleid 4 heeft de Raad zijn voornemen bevestigd om de samenwerking met partners in 2016 naar een volgend niveau te brengen en daarbij, in voorkomend geval, nieuwe partnerschapsprioriteiten vast te stellen die zijn toegespitst op onderling overeengekomen prioriteiten en belangen.

Politieke verbintenissen zijn daarvoor het meest passende instrument. De procedurele lasten voor het vaststellen van een nieuwe bindende internationale overeenkomst met Algerije zouden niet in verhouding staan tot de tijdspanne waarin de partnerschapsprioriteiten zouden moeten worden uitgevoerd. Daarnaast zou een eenvoudig memorandum van overeenstemming niet het nodige niveau niet krachtig genoeg zijn om als basis te dienen voor de meerjarige programmering voor de steun overeenkomstig de “actieplannen of gelijkwaardige gezamenlijk overeengekomen documenten” uit artikel 3, lid 2, van de verordening tot vaststelling van een Europees nabuurschapsinstrument 5 .

3. RESULTATEN VAN EVALUATIES ACHTERAF, RAADPLEGINGEN VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELINGEN

Evaluaties achteraf/geschiktheidscontroles van bestaande wetgeving

Niet van toepassing.

Raadpleging van belanghebbenden

Voor het opstellen van de tekst is nauw overlegd met de relevante diensten van de Commissie en met de vertegenwoordigers van de lidstaten in de werkgroep van de Raad inzake de Maghreb en de Mashrek, en hebben besprekingen plaatsgevonden met de Algerijnse tegenhangers.

Vanaf januari 2016 heeft ook een raadpleging van het maatschappelijk middenveld plaatsgevonden in Brussel. Uit de bijdragen blijkt dat het noodzakelijk is om het respect voor de grondrechten en de mensenrechten te waarborgen terwijl gewelddadig extremisme moet worden bestreden. Voorts moeten de grote inspanningen ter bevordering van vrouwenrechten gehandhaafd worden, en moeten internationale en lokale niet-gouvernementele organisaties (ngo’s) worden bevorderd en beschermd tegen landen met ongeoorloofde druk. Al deze punten zijn in de documenten in de bijlage opgenomen.

De raadplegingen hebben plaatsgevonden volgens de richtsnoeren van het herziene Europese nabuurschapsbeleid.

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid

Alle relevante thematische deskundigheid was intern beschikbaar, centraal of in de EU-delegatie.

Effectbeoordeling

Niet van toepassing.

Gezonde regelgeving en vereenvoudiging

Niet van toepassing.

Grondrechten

De teksten hebben geen gevolgen voor de grondrechten in de lidstaten van de Europese Unie.

Wat de grondrechten in Algerije betreft, worden positieve gevolgen verwacht, aangezien de regering van Algerije in de partnerschapsprioriteiten en het pact onder meer belooft de universele waarden en internationale verbintenissen met betrekking tot de rechtsstaat en de grondrechten te erkennen en te respecteren, net zoals de uitvoering van de nieuwe bepalingen van de grondwet die in februari 2016 werden goedgekeurd, met name op het vlak van bestuur, participatiedemocratie, bevordering en bescherming van de grondrechten, ook die van werknemers, versterking van de rol van vrouwen in de samenleving, decentralisatie, verbetering van het rechtsstelsel, inclusief het gevangeniswezen, en versterking van de rol van het maatschappelijk middenveld.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De gevolgen voor de begroting zullen niet verder gaan dan de verwachte gevolgen van eerdere internationale verbintenissen van de EU. Eventuele verdere gevolgen voor de begroting zullen worden vastgesteld in een afzonderlijk voorstel, zoals in het komende steunkader van het Europees nabuurschapsinstrument (ENI) voor 2018-2020.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage

Voor de uitvoering van de partnerschapsprioriteiten EU-Algerije wordt een coördinatiemechanisme opgezet; contactpunten binnen de betrokken diensten zullen regelmatig de tenuitvoerlegging onderzoeken en opvolgen om zo te zorgen voor meer betrokkenheid van beide partijen, transparantie en wederzijds voordelige uitvoering. De vergaderingen inzake bilaterale samenwerking tussen de EU en Algerije in het kader van de bestaande Associatieovereenkomst zullen hieraan bijdragen, met name op het sectorale niveau

6. REFERENTIES

(a)Gezamenlijke mededeling aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Herziening van het Europees nabuurschapsbeleid, JOIN(2015) 50 final.

(b)Europees-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Democratische Volksrepubliek Algerije, anderzijds, PB L 265 van 10.10.2005.

(c)Conclusies van de Raad over de herziening van het Europees nabuurschapsbeleid, 14 december 2015.

(d)Verordening (EU) nr. 232/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2014 tot vaststelling van een Europees nabuurschapsinstrument (PB L 77 van 15.3.2014, blz. 27).

(e)Gezamenlijke mededeling aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Herziening van het Europees nabuurschapsbeleid, JOIN(2015) 50 final; gemeenschappelijk standpunt van de Arabische landen van het Europese nabuurschapsbeleid dat gepresenteerd werd tijdens de ministerconferentie in Beiroet van 24 juni 2015 over de herziening van het Europees nabuurschapsbeleid.