Toelichting bij JOIN(2017)14 - Standpunt EU in de Associatieraad EU-Egypte met betrekking tot de vaststelling van een aanbeveling over de partnerschapsprioriteiten EU-Egypte

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

In het herziene Europese nabuurschapsbeleid 1 is een nieuw kader uitgetekend voor de bilaterale betrekkingen met partners. Die betrekkingen moeten in een politiek document worden verankerd in de vorm van partnerschapsprioriteiten. In dit politiek document wordt de grondslag gelegd voor de betrekkingen met een land, waarbij beide partijen gezamenlijk een beperkt aantal gerichte prioriteiten voor de komende jaren vaststellen.

Dit strookt met de nieuwe integrale strategie van de Europese Unie voor het buitenlands en veiligheidsbeleid 2 die de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid in juni 2016 heeft gepresenteerd. Deze strategie voorziet in een zo efficiënt mogelijke benutting van alle instrumenten waarover de EU beschikt, om de impact van de zichtbaarheid van de steun van de Unie te verhogen.

Met de partnerschapsprioriteiten wordt ernaar gestreefd de gemeenschappelijke vraagstukken aan te pakken waarmee de EU en Egypte worden geconfronteerd, de gemeenschappelijke belangen te bevorderen en stabiliteit op de lange termijn te garanderen aan weerszijden van de Middellandse Zee. Een gemeenschappelijke inzet voor de universele waarden van de democratie, de rechtsstaat en de eerbiediging van de mensenrechten ligt aan de basis van deze partnerschapsprioriteiten.

De partnerschapsprioriteiten moeten de verwachtingen van de bevolking aan weerszijden van de Middellandse Zee helpen inlossen. Zij moeten met name zorgen voor sociale rechtvaardigheid, waardige werkgelegenheid, economische welvaart en aanzienlijk betere levensomstandigheden. Hierdoor wordt de stabiliteit van Egypte en de EU ondersteund. Door innovatie geschraagde inclusieve groei en doeltreffend en participatief bestuur, op basis van de beginselen van de rechtsstaat en met inachtneming van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, zijn de essentiële aspecten van deze doelstellingen. De partnerschapsprioriteiten houden ook rekening met de rol van de EU en die van Egypte als internationale spelers en hebben tot doel hun bilaterale, regionale en internationale samenwerking te versterken.

In september 2015 namen de EU en Egypte deel aan de VN-top waarop de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling werd aangenomen, waarvan de kern wordt gevormd door de 17 duurzame-ontwikkelingsdoelstellingen. De Agenda 2030 voorziet in een gemeenschappelijk beleidskader en een gedeelde visie op duurzame ontwikkeling en armoedebestrijding. Gezien het universele karakter van de Agenda is de goedkeuring ervan een goede grondslag voor verdere beleidsconvergentie in het kader van het partnerschap en de partnerschapsprioriteiten. De 'duurzame ontwikkelingsstrategie - visie 2030' van Egypte is een bijdrage aan de uitvoering van deze universele agenda. Zowel in haar intern als extern beleid neemt ook de EU maatregelen met het oog op de uitvoering van de Agenda 2030. Egypte en de EU zullen samenwerken om de doelstellingen te verwezenlijken die onder andere in de Ontwikkelingsagenda 2030 zijn vastgesteld.

1.

Het hernieuwde partnerschap is gebaseerd op de volgende overkoepelende prioriteiten:


– duurzame modernisering van de economie en sociale ontwikkeling van Egypte;

– partnerschap op het gebied van buitenlands beleid;

– versterking van de stabiliteit.

Samenhang met de huidige bepalingen op dit beleidsgebied

De partnerschapsprioriteiten EU-Egypte sporen met de prioriteiten en voorwaarden die zijn vastgesteld in de context van het herziene Europese nabuurschapsbeleid. Deze prioriteiten zijn de politieke en economische stabilisatie van de nabuurschap en de stabilisering van de veiligheidssituatie in de regio. De partnerschapsprioriteiten stroken ook met de associatieovereenkomst EU-Egypte, die in 2004 in werking is getreden 3 .

Samenhang met andere beleidsgebieden van de Unie

De voorgestelde partnerschapsprioriteiten EU-Egypte weerspiegelen het reeds langlopende engagement van de EU ten aanzien van haar mediterrane partners. De prioriteiten sporen ook volledig met de onlangs vastgestelde integrale strategie van de Europese Unie voor het buitenlands en veiligheidsbeleid en de oproep in het kader van deze strategie tot een geïntegreerde aanpak van crisissituaties, waarbij het humanitaire beleid en het beleid op het gebied van ontwikkeling, migratie, handel, investeringen, infrastructuur, onderwijs, gezondheidszorg en onderzoek ook een plaats krijgen.

2.

Voorts wordt aandacht besteed aan:


– de bevordering van mensenrechten en behoorlijk bestuur;

– de externe dimensie van het migratiebeleid van de EU;

– meer nadruk op internationale samenwerking voor de bestrijding van terrorisme en gewelddadig extremisme; en

– de potentiële impact van handel op eerlijke groei en waardig werk.

2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

Dit voorstel is gebaseerd op artikel 218, lid 9, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). Het is een voorstel voor een besluit van de Raad van de Europese Unie betreffende een in te nemen standpunt in de Associatieraad EU-Egypte die is opgericht bij de Europees-mediterrane overeenkomst. Het betreft het namens de Europese Unie in te nemen standpunt met betrekking tot een aanbeveling over de vaststelling van de partnerschapsprioriteiten.

De partnerschapsprioriteiten moeten worden vastgesteld op een bijeenkomst van de Associatieraad EU-Egypte in de eerste helft van 2017, nadat de Raad van Europese Unie op grond van artikel 218, lid 9, VWEU, het in de Associatieraad EU-Egypte in te nemen standpunt heeft bepaald. Zodra de partnerschapsprioriteiten zijn vastgesteld, zullen zij de grondslag vormen voor de programmeringsprioriteiten voor de steun van de Unie in het kader van de verordening inzake het Europees nabuurschapsinstrument.

Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

Aangezien de partnerschapsprioriteiten samenhangen met de betrekkingen tussen de EU en Egypte, kunnen zij niet door de lidstaten op nationaal niveau worden vastgesteld.

Evenredigheid

Overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU, moet een standpunt van de Raad van de EU worden bepaald vooraleer de partnerschapsprioriteiten door de Associatieraad EU-Egypte kunnen worden vastgesteld.

Keuze van het instrument

In de conclusies van de Raad van 14 december 2015 over de herziening van het Europees nabuurschapsbeleid 4 heeft de Raad zijn voornemen bevestigd om de samenwerking met partners in 2016 naar een hoger plan te tillen en daarbij, in voorkomend geval, nieuwe partnerschapsprioriteiten vast te stellen die zijn toegespitst op onderling overeengekomen prioriteiten en belangen.

De in de bijlage beschreven verbintenissen zijn daarvoor het meest passende instrument. Een memorandum van overeenstemming zou niet het nodige niveau van bekrachtiging hebben gehad dat vereist is voor de 'actieplannen of gelijkwaardige gezamenlijk overeengekomen documenten' die in artikel 3, lid 2, van de verordening tot vaststelling van een Europees nabuurschapsinstrument worden genoemd als belangrijkste referentiepunten voor het vaststellen van de prioriteiten voor steun van de Unie 5 .

3. RESULTATEN VAN EX-POSTEVALUATIES, RAADPLEGINGEN VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELINGEN

Ex-postevaluaties/geschiktheidscontroles van bestaande wetgeving

Niet van toepassing.

Raadpleging van belanghebbenden

Voor het opstellen van deze teksten heeft nauw overleg plaatsgevonden met de betrokken diensten van de Commissie en met de vertegenwoordigers van de lidstaten in de werkgroep van de Raad inzake de Maghreb en de Mashrek, en hebben ook besprekingen plaatsgevonden met de Egyptische gesprekspartners.

Vanaf februari 2016 heeft ook een raadpleging van het maatschappelijk middenveld plaatsgevonden in Caïro en Brussel. Vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld gaven aan dat de mensenrechten verder moesten worden bevorderd en dat de rol van het maatschappelijk middenveld in het politieke, sociale en economische ontwikkelingsproces van Egypte moest worden uitgebreid. Een ander belangrijk punt was dat de in de Egyptische grondwet verankerde waarborgen inzake mensenrechten en fundamentele vrijheden in wetten moeten worden omgezet. Met al deze punten is rekening gehouden in de bijgaande tekst.

Deze raadplegingen hebben plaatsgevonden volgens de richtsnoeren van het herziene Europese nabuurschapsbeleid.

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid

De relevante thematische deskundigheid was intern beschikbaar, hetzij bij de centrale diensten van de EU in Brussel of bij de in Caïro gevestigde EU-delegatie in Egypte.

Effectbeoordeling

Niet van toepassing.

Gezonde regelgeving en vereenvoudiging

Niet van toepassing.

Grondrechten

De teksten hebben geen gevolgen voor de grondrechten in de lidstaten van de Europese Unie.

Wat betreft de grondrechten in Egypte, worden positieve gevolgen verwacht, aangezien de Egyptische regering zich in de context van de partnerschapsprioriteiten onder meer zou verbinden tot de bevordering van de democratie, fundamentele vrijheden en mensenrechten als grondwettelijke rechten van al haar burgers, overeenkomstig de internationale verplichtingen van Egypte. Daar staat tegenover dat de EU zich ertoe verbonden heeft Egypte te helpen deze verbintenissen in wetgeving om te zetten.

De EU zal ook zorgen voor de ondersteuning en versterking van de capaciteit van Egypte om de rechten van migranten te beschermen en te voorzien in bescherming van hen die - overeenkomstig de internationale normen - voor bescherming in aanmerking komen, alsook van de inspanningen van Egypte om gemarginaliseerde groepen te beschermen tegen de mogelijke negatieve gevolgen van economische hervormingen door middel van een sociaal vangnet en sociale bescherming. Verder zullen de EU en Egypte de plattelands- en stadsontwikkeling blijven bevorderen, alsook streven naar een verbetering van de basisdienstverlening, met bijzondere aandacht voor de modernisering van het onderwijs (met inbegrip van technische en beroepsopleidingen) en de gezondheidszorg. Het versterken van de positie van vrouwen en jongeren en het bevorderen van hun participatie in de economie en het bestuur maken ook deel uit van de beginselen waarop de samenwerking tussen de EU en Egypte is gebaseerd.

De EU en Egypte verbinden zich ertoe samen te werken met de maatschappelijke organisaties om een doeltreffende bijdrage te kunnen leveren aan het economische, politieke en sociale ontwikkelingsproces. Tot slot zullen de EU en Egypte ook hun politieke dialoog over democratie en mensenrechten verdiepen.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De gevolgen voor de begroting zullen niet verder gaan dan de verwachte gevolgen van eerdere internationale verbintenissen van de EU. Eventuele verdere gevolgen voor de begroting zullen worden geregeld in afzonderlijke voorstellen, zoals in het steunkader van het Europees nabuurschapsinstrument voor de periode 2017-2020.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage

De uitvoering van de partnerschapsprioriteiten EU-Egypte zal regelmatig worden gecontroleerd in de context van de evaluatiemechanismen en de in de bestaande associatieovereenkomst voorziene bilaterale samenwerking tussen de EU en Egypte.

6. REFERENTIEDOCUMENTEN

(a)Gezamenlijke mededeling aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s - Herziening van het Europees nabuurschapsbeleid; JOIN(2015) 50 final van 18 november 2015.

(b)Europees-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Arabische Republiek Egypte, anderzijds, PB L 304 van 30.9.2004.

(c)Conclusies van de Raad over de herziening van het Europees nabuurschapsbeleid, 14 december 2015.

(d)Verordening (EU) nr. 232/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2014 tot vaststelling van een Europees nabuurschapsinstrument, PB L 77 van 15.3.2014, blz. 27.