Toelichting bij COM(2017)644 - Standpunt EU in het ACS-EU-Comité van ambassadeurs over de tenuitvoerlegging van artikel 68 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. Onderwerp van het voorstel

Dit voorstel heeft betrekking op het besluit tot vaststelling van het namens de Unie in het ACS-EU-Comité van ambassadeurs in te nemen standpunt over de geplande vaststelling van een besluit van het ACS-EU-Comité van ambassadeurs betreffende de tenuitvoerlegging van artikel 68 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst.

2. Achtergrond van het voorstel

2.1.De ACS-EU-partnerschapsovereenkomst

De ACS-EU-partnerschapsovereenkomst 1 heeft tot doel een associatie op te zetten tussen de Europese Unie en de ACS-staten. De ACS-EU-partnerschapsovereenkomst is op 1 april 2003 in werking getreden.

Op grond van artikel 100 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst kunnen de bijlagen I bis, I ter, II, III, IV en VI door de ACS-EU-Raad van ministers opnieuw worden bekeken, herzien en/of gewijzigd op basis van een aanbeveling van het ACS-EU-Comité voor samenwerking inzake ontwikkelingsfinanciering.

Op grond van artikel 15, lid 4, van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst kan de ACS-EU-Raad van ministers bevoegdheden delegeren aan het ACS-EU-Comité van ambassadeurs.

De ACS-EU-Raad van ministers besloot tijdens de vergadering van de gezamenlijke ministersconferentie te Dakar op 6 mei 2017 bevoegdheden te delegeren aan het ACS-EU-Comité van ambassadeurs, met het oog op het vaststellen van een besluit betreffende de tenuitvoerlegging van artikel 68 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst vóór 31 december 2017.

2.2.Het ACS-EU-Comité van ambassadeurs

Het ACS-EU-Comité van ambassadeurs kan besluiten nemen die voor de partijen rechtsgevolgen hebben. Het ACS-EU-Comité van ambassadeurs bestaat uit de permanente vertegenwoordigers van alle lidstaten van de Europese Unie en een vertegenwoordiger van de Commissie, enerzijds, en de hoofden van de missies bij de Europese Unie van alle ACS-staten, anderzijds. Het voorzitterschap van het ACS-EU-Comité van ambassadeurs wordt bij toerbeurt bekleed door de permanente vertegenwoordiger van een door de EU aangewezen lidstaat en het hoofd van een missie die een door de ACS-staten aangewezen ACS-staat vertegenwoordigt. Het ACS-EU-Comité van ambassadeurs staat de ACS-EU-Raad van ministers bij in de vervulling van zijn taken en voert alle opdrachten uit waarmee het door de ACS-EU-Raad van ministers is belast. In dit verband volgt het de tenuitvoerlegging van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst en de vooruitgang die bij de verwezenlijking van de daarin omschreven doelstellingen wordt geboekt. Het ACS-EU-Comité van ambassadeurs komt regelmatig bijeen, met name om de zittingen van de ACS-EU-Raad van ministers voor te bereiden, en bij elke andere noodzakelijk geachte gelegenheid.

2.3.Het beoogde besluit van het ACS-EU-Comité van ambassadeurs

Het ACS-EU-Comité van ambassadeurs dient vóór 31 december 2017 een besluit vast te stellen betreffende de tenuitvoerlegging van artikel 68 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst.

Het besluit is van toepassing op hoofdstuk 3 van bijlage II bij de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst en beoogt een betere werking van het financiële-steunmechanisme bij exogene schokken.

Het geplande besluit zal voor de partijen rechtsgevolgen hebben overeenkomstig artikel 15, lid 3, van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst waarin is bepaald dat de ACS-EU-Raad van ministers besluiten kan nemen die voor de partijen rechtsgevolgen hebben, alsmede overeenkomstig artikel 15, lid 4, van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst waarin is bepaald dat de ACS-EU-Raad van ministers bevoegdheden kan delegeren aan het ACS-EU-Comité van ambassadeurs.

3. Namens de Unie in te nemen standpunt

Overeenkomstig artikel 68 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst "erkennen [de partijen] dat macro-economische instabiliteit als gevolg van exogene schokken de ontwikkeling van de ACS-staten negatief kan beïnvloeden en de verwezenlijking van hun ontwikkelingsdoelen in gevaar kan brengen. Derhalve wordt, binnen het meerjarige financiële kader voor de samenwerking uit hoofde van deze Overeenkomst, een stelsel voor aanvullende steun opgezet teneinde de negatieve kortetermijneffecten van exogene schokken, waaronder de gevolgen voor de exportopbrengsten, te reduceren."

In hoofdstuk 3 van bijlage II bij de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst worden de voorwaarden vastgesteld voor de financiering van de kortetermijnfluctuaties van de exportopbrengsten (FLEX). Deze bijlage werd gewijzigd bij Besluit nr. 1/2008 van de ACS-EU-Raad van 13 juni 2008 2 .

Ontwikkelingslanden hebben te kampen met belangrijke en steeds weerkerende negatieve exogene schokken die op korte termijn productieverliezen en verlies van welvaart, alsmede langdurige groeivertragingen tot gevolg hebben en niet uitsluitend verband houden met fluctuaties van de exportopbrengsten. Deze exogene schokken kunnen verband houden met mondiale economische ontwikkelingen, meer bepaald met een inkrimping van de mondiale groei, alsmede met natuurrampen.

Gebaseerd op de ervaringen van FLEX, met inbegrip van de specifieke financiering na de wereldwijde economische en financiële crisis van 2008 (Vulnerability-FLEX), en overeenkomstig de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst, is derhalve en nieuwe aanpak opgezet voor steun om landen te helpen het hoofd te bieden aan schokken met een macro-economische impact; hierbij wordt ook rekening gehouden met de begrotingsruimte en de macro-economische capaciteit van de overheid om te reageren op exogene schokken.

Bijgevolg zou een geharmoniseerde aanpak van dergelijke verzoeken binnen één enveloppe voor onvoorziene behoeften de beste garantie zijn voor een flexibele respons van de Commissie geval per geval. Binnen de ACS is overeenstemming bereikt om voor deze steun te putten uit de enveloppe voor onvoorziene behoeften van het 11e EOF.

Het geplande besluit beoogt bijgevolg aan bepaalde ACS-staten steun te verlenen bij exogene schokken, als bedoeld in artikel 68 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst. Deze steun wordt gedekt door de enveloppe voor onvoorziene behoeften.

Om de hierboven beschreven nieuwe aanpak ten uitvoer te leggen dient een wettelijk bindend besluit te worden vastgesteld door de besluitvormingsorganen die in het kader van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst zijn ingesteld.

De ACS-EU-Raad van ministers heeft op 5 mei 2017 besloten tot een voorstel om voor de steun bij exogene schokken, als bedoeld in artikel 68 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst, te putten uit de enveloppe voor onvoorziene behoeften, en heeft het ACS-EU-Comité van ambassadeurs delegatie verleend om per 31 december 2017 een besluit vast te stellen dat van toepassing zal zijn op hoofdstuk 3 van bijlage II bij de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst.

De Commissie stelt bijgevolg voor dat de Raad het onderhavige besluit vaststelt.

4. Rechtsgrondslag

4.1.Procedurele rechtsgrondslag

1.

4.1.1.Beginselen


Artikel 218, lid 9, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) voorziet in de vaststelling van besluiten tot bepaling van 'de standpunten die namens de Unie worden ingenomen in een krachtens een overeenkomst opgericht lichaam, wanneer dit lichaam handelingen met rechtsgevolgen vaststelt, met uitzondering van handelingen tot aanvulling of wijziging van het institutionele kader van de overeenkomst'.

Het begrip 'handelingen met rechtsgevolgen' omvat tevens handelingen die rechtsgevolgen hebben uit hoofde van de op het betrokken lichaam toepasselijke volkenrechtelijke bepalingen. Onder dit begrip vallen tevens instrumenten die volkenrechtelijk niet bindend zijn, maar die "beslissende invloed [hebben] op de inhoud van de regelgeving die de wetgever van de Unie vaststelt" 3 .

2.

4.1.2.Toepassing op het onderhavige geval


Het ACS-EU-Comité van ambassadeurs is een orgaan dat is opgericht bij een overeenkomst, namelijk de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst.

De handeling die het ACS-EU-Comité van ambassadeurs dient vast te stellen, is een handeling met rechtsgevolgen. De beoogde handeling zal overeenkomstig artikel 15, lid 3, en artikel 15, lid 4, van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst uit hoofde van het volkenrecht bindend zijn.

De beoogde handeling strekt niet tot aanvulling of wijziging van het institutionele kader van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst.

De procedurele rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is derhalve artikel 218, lid 9, VWEU.

4.2.Materiële rechtsgrondslag

3.

4.2.1.Beginselen


De materiële rechtsgrondslag voor een overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU, te nemen besluit wordt in de eerste plaats bepaald door de doelstelling en de inhoud van de beoogde handeling ten aanzien waarvan namens de Unie een standpunt dient te worden ingenomen. Wanneer de beoogde handeling een tweeledige doelstelling heeft of bestaat uit twee componenten, waarvan er een kan worden gezien als hoofddoelstelling of overwegende component, terwijl de andere doelstelling of de andere component slechts ondergeschikt is, dient het overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU, te nemen besluit op één materiële rechtsgrondslag te worden gebaseerd, namelijk die welke vereist is gelet op de hoofddoelstelling of de overwegende component.

4.

4.2.2.Toepassing op het onderhavige geval


De doelstelling en de inhoud van de beoogde handeling hebben in de eerste plaats betrekking op ontwikkelingssamenwerking. De materiële rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is derhalve artikel 209, lid 2, VWEU.


4.3.Conclusie

De rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is artikel 209, lid 2, VWEU, in samenhang met artikel 218, lid 9, VWEU.

5. Bekendmaking van het geplande besluit

Aangezien het besluit van het ACS-EU-Comité van ambassadeurs van toepassing is op bijlage II bij de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst, is het passend dat besluit na de vaststelling ervan bekend te maken in het Publicatieblad van de Europese Unie.