Toelichting bij COM(2017)722 - Ondertekening en voorlopige toepassing van een derde aanvullend protocol bij de partnerschapsovereenkomst met Mexico in verband met de toetreding van Kroatië tot de EU

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

De Overeenkomst inzake economisch partnerschap, politieke coördinatie en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Verenigde Mexicaanse Staten, anderzijds (hierna de 'algemene overeenkomst' genoemd), die op 8 december 1997 werd ondertekend, is op 1 oktober 2000 in werking getreden.

Bijgaand voorstel vormt het rechtsinstrument voor de ondertekening en voorlopige toepassing van een derde aanvullend protocol (hierna 'het protocol' genoemd) bij de algemene overeenkomst, om rekening te houden met de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie.

Overeenkomstig artikel 6, lid 2, van de Akte van toetreding van de Republiek Kroatië heeft Kroatië zich ertoe verbonden toe te treden tot de bestaande overeenkomsten die de Europese Unie en haar lidstaten met derde landen hebben gesloten of ondertekend. Behoudens in de gevallen waarin bij specifieke overeenkomsten anders is bepaald, wordt de toetreding van Kroatië tot deze bestaande overeenkomsten geregeld door de sluiting van een protocol door de Raad, handelend met eenparigheid van stemmen namens de lidstaten, met de desbetreffende derde landen.

Op 14 september 2012 1 heeft de Raad de Commissie gemachtigd om met de desbetreffende derde landen onderhandelingen te openen met het oog op de sluiting van de desbetreffende protocollen. De onderhandelingen met Mexico zijn succesvol afgerond.

Het voorgestelde protocol maakt de Republiek Kroatië partij bij de algemene overeenkomst EU-Mexico. De tekst van de algemene overeenkomst en de slotakte in het Kroatisch worden authentiek volgens dezelfde voorwaarden als de andere taalversies.

De Commissie is van oordeel dat de resultaten van de onderhandelingen bevredigend zijn en beveelt de Raad aan het bijgevoegde besluit van de Raad goed te keuren.